Organisatie | Lelystad |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van de gemeente Lelystad houdende regels met betrekking tot bijtincidenten honden (Protocol bijtincidenten honden Gemeente Lelystad) |
Citeertitel | Protocol bijtincidenten honden |
Vastgesteld door | burgemeester |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-02-2018 | nieuwe regeling | 30-01-2018 Flevopost 14 februari 2018 | 180001538 |
De burgemeester acht een hond hinderlijk, in de zin van artikel 2:59 (APV), als een hond een persoon bijt of een ander dier, maar daarbij geen sprake is van ernstig letsel of ernstige gevolgen.
De burgemeester acht een hond gevaarlijk, in de zin van artikel 2:59 (APV), als de hond een persoon of een ander dier bijt en daarbij sprake is van ernstig letsel of ernstige gevolgen. Afhankelijk van de ernst van het incident kan worden overgegaan tot inbeslagname van de hond, of kan worden besloten tot het opleggen van een muilkorf- en of aanlijngebod.
De burgemeester acht een hond ook gevaarlijk, in de zin van artikel 2:59 (APV), als op grond van een rapportage van politie blijkt dat deze hond binnen vijf jaar een tweede bijtincident heeft veroorzaakt. Als aantoonbaar sprake is van recidive zal een muilkorf- en of aanlijngebod worden opgelegd, ongeacht de ernst van de incidenten.
In opdracht van de eigenaar of houder kan bij de hond een gedragstest worden afgenomen om aan te tonen dat de hond niet hinderlijk of gevaarlijk is. Dit zogenaamde risico-assessment dient altijd te worden afgenomen door een door de Raad van Beheer op Kynologisch Gebied benoemde gedragskeurmeester.
Artikel 4 Afstand doen of inbeslagname
Als de houder of eigenaar van een hond, welke op grond van artikel 2 van dit protocol door de burgemeester is aangemerkt als gevaarlijk, in strijd met de bepalingen in artikel 2:59 (APV) handelt én vervolgens de hond een nieuw bijtincident veroorzaakt waarbij sprake is van (ernstig) letsel of (ernstige) gevolgen, wordt de houder of eigenaar gevraagd om vrijwillig afstand te doen van zijn hond.
Wanneer uit het uitgevoerde risico-assessment, als bedoeld in het derde lid, blijkt dat de hond niet kan worden terug geplaatst, resocialiseerbaar, elders herplaatsbaar, of anderszins het risico op bijtincidenten kan worden voorkomen, wordt door de burgemeester besloten deze hond te laten euthanaseren. Euthanaseren wordt uitsluitend gedaan door een daartoe bevoegde dierenarts.
In uitzonderlijke gevallen of zeer ernstige situaties is het mogelijk om van dit protocol af te wijken en kan de burgemeester overgaan tot het toepassen van (spoedeisende)bestuursdwang op grond van artikel 5:31, tweede lid van de Awb of op grond van artikel 172, derde lid, van de Gemeentewet het bevel geven om direct over te gaan tot onvrijwillige inbeslagname van een hond, indien er vrees is voor de verstoring van de openbare orde.