Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:
- -
ASV: Algemene subsidieverordening gemeente Kampen;
- -
beoordelingscommissie: beoordelingscommissie bestaande uit ambtenaren van de gemeente Kampen die verantwoordelijk zijn voor de beoordeling van de subsidieaanvragen en het uitbrengen van advies aan het college over te nemen besluiten op de aanvragen;
- -
college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen;
- -
maatschappelijke opgaven: De drie maatschappelijke opgaven uit het Uitvoeringsplan Versterken Sociale Basis zijn “Jeugd”, “Structurele ondersteuning” en “Samenwerken in de wijk”;
- -
maatschappelijk resultaat: aan iedere maatschappelijke opgaven zijn maatschappelijke resultaten gekoppeld. Dit zijn resultaten waar de verschillende activiteiten, voorzieningen en initiatieven in de sociale basis aan bijdragen. In artikel 3 van deze subsidieregeling staan de resultaten benoemd;
- -
sociale basis: laagdrempelig aanbod van activiteiten en ondersteuning in de eigen buurt, wijk of stad. Dat zijn voor een deel professionele partijen die laagdrempelig ondersteuning bieden zoals het maatschappelijk werk, maar ook verenigingen, clubs, initiatieven van inwoners en kerken;
- -
subsidieplafond: het maximale bedrag dat aan organisaties in de gemeente Kampen wordt verleend in het kader van deze subsidieregeling.
Artikel 2 Afstemming Algemene subsidieverordening gemeente Kampen
Voor zover in deze subsidieregeling daarvan niet wordt afgeweken, is de Algemene subsidieverordening van toepassing.
Artikel 3 Toepassingsbereik
Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor activiteiten die bijdragen aan de bouwstenen en de maatschappelijke resultaten van de sociale basis in de gemeente Kampen gericht op de maatschappelijke opgaven jeugd, structurele ondersteuning en samenwerken in de wijk.
Artikel 4 Resultaten en activiteiten
Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan de volgende resultaten van de maatschappelijke opgaven Jeugd, structurele ondersteuning en samenwerken in de wijk:
- 1.
Maatschappelijke opgave Jeugd:
- 1.1.
Alle mensen die dichtbij huis hulp en/of ondersteuning leveren aan onze inwoners hebben een goed overzicht van het beschikbare aanbod in de sociale basis.
- 1.2.
Ouders en jeugdigen kunnen hun hulpvraag (eventueel met ondersteuning) formuleren.
- 1.3.
Ouders en jeugdigen weten waar ze moeten zijn met hun vragen.
- 1.4.
Hulpvragen worden sneller gesignaleerd doordat hulp en ondersteuning dichtbij huis georganiseerd is (vroegsignalering).
- 1.5.
Meer ouders en jeugdigen ervaren de voorzieningen in hun wijk of buurt als laagdrempelig.
- 1.6.
Ouders en jeugdigen met een hulpvraag voelen zich voldoende ondersteund in het begeleidingsproces.
- 1.7.
Ouders en jeugdigen beoordelen de hulp en ondersteuning in de sociale basis tenminste met een 7. Let op: het gaat hier nadrukkelijk niet over specialistische jeugdzorg, maar over hulp aan jeugdigen in de sociale basis.
- 1.8.
Meer jeugdigen maken gebruik van een laagdrempelige collectieve voorziening in de sociale basis ten opzichte van een maatwerkvoorziening (We blijven passende hulp en ondersteuning aanbieden).
- 1.9.
We creëren meer zorg dichtbij huis vanuit de behoefte van de jeugdigen en de ouders om grotere problematiek te voorkomen (vooral eind basisschool, kinderen van 10 en 11, en jongeren).
- 1.10.
Meer maatjes en jongerencoaches in de gemeente Kampen.
- 1.11.
Meer vrijwilligers en leden bij (sport)verenigingen.
- 1.12.
Meer hybride voorzieningen in de gemeente Kampen waarbij georganiseerde en ongeorganiseerde hulp en ondersteuning in de sociale basis samenkomen. Formeel georganiseerde hulp en ondersteuning (bv via een subsidie) ondersteunen de informele (georganiseerde) initiatieven.
- 2.
Maatschappelijke opgave Structurele ondersteuning:
- 2.1.
Alle mensen die dichtbij huis hulp en/of ondersteuning leveren aan onze inwoners hebben een goed overzicht van het beschikbare aanbod in de sociale basis.
- 2.2.
Hulpvragen worden sneller gesignaleerd en opgepakt doordat hulp en ondersteuning dichtbij huis georganiseerd is (vroegsignalering).
- 2.3.
Inwoners weten waar ze moeten zijn met hun vragen en kunnen hun hulpvraag (eventueel met ondersteuning) formuleren:
- -
inwoners zijn op de hoogte van de mogelijkheid om gebruik te maken van (formele) cliëntondersteuning;
- -
bij geldzorgen of financiële problemen weten meer inwoners de weg naar financiële dienstverlening in Kampen te vinden.
- .
- 2.4.
Meer inwoners ervaren de voorzieningen in hun wijk of buurt als laagdrempelig.
- 2.5.
Meer inwoners ervaren dat zij een betekenisvol sociaal netwerk hebben.
- 2.6.
Partners dragen bij dat inwoners meedoen in de samenleving en beschikken over voldoende zingeving uit werk, opleiding of andere activiteiten (zinvolle dagbesteding)
- 2.7.
Meer mantelzorgers voelen zich prettig bij zijn/haar taken.
- 2.8.
Meer inwoners die gebruik maken van een collectieve voorziening in de sociale basis ten opzichte van een maatwerkvoorziening. Ook de doorlooptijd van de maatwerkvoorziening neemt hierdoor af.
- 2.9.
Meer maatjes/vrijwilligers voor inwoners met een (structurele) ondersteuningsbehoefte. Eventueel met ondersteuning van een professional.
- 2.10.
Meer ervaringsdeskundigen voor verschillende doelgroepen.
- 2.11.
Meer voorzieningen in de gemeente Kampen waarbij georganiseerde en ongeorganiseerde hulp en ondersteuning in de sociale basis samenkomen. Formeel georganiseerde hulp en ondersteuning (bv via een subsidie) ondersteunen de informele (georganiseerde) initiatieven.
- 3.
Maatschappelijke opgave Samenwerken in de wijk:
- 3.1.
Alle mensen die dichtbij huis hulp en/of ondersteuning geven aan onze inwoners hebben een goed overzicht van het beschikbare aanbod in de sociale basis.
- 3.2.
Inwoners kunnen hun vraag of idee (eventueel met ondersteuning formuleren.
- 3.3.
Inwoners weten waar ze terecht kunnen met hun vraag of idee voor hun wijk, buurt of straat.
- 3.4.
Meer bewonersinitiatieven in de wijk(en) (of zelfs per straat), ter vermindering van eenzaamheid en ter bevordering van samenredzaamheid.
- 3.5.
Faciliteren dat in iedere wijk samen met bewoners wordt gewerkt aan een laagdrempelig platform waar alledaagse vragen, aanbod, klussen of hulp aangeboden worden.
- 3.6.
Vrijwilligers blijven langer actief als vrijwilliger.
- 3.7.
Meer inwoners die zich gezond en veerkrachtig voelen.
- 3.8.
Meer hybride voorzieningen in de gemeente Kampen waarbij georganiseerde en ongeorganiseerde hulp en ondersteuning in de sociale basis samenkomen. Formeel georganiseerde hulp en ondersteuning (bv via een subsidie) ondersteunen de informele (georganiseerde) initiatieven.
Artikel 5 Subsidieplafond
- 1.
Conform artikel 5, eerste lid van de ASV maakt het college gebruik van de mogelijkheid om een subsidieplafond vast te stellen.
- 2.
Het subsidieplafond voor de subsidieperiode van 1 juli 2022 tot en met 31 december 2022 is vastgesteld op € 1,2 miljoen.
- 3.
Het subsidieplafond voor de subsidieperiode van 1 januari tot en met 31 december 2023 is € 2,4 miljoen. Voor dit subsidieplafond geldt dat deze is vastgesteld onder voorbehoud van vaststelling van de begroting voor het jaar 2023 door de gemeenteraad. Deze vaststelling van de begroting kan resulteren in een lager subsidieplafond, waardoor met betrekking tot ingediende aanvragen en verleende subsidies toepassing wordt gegeven aan artikel 12, tweede lid in relatie tot dit verlaagde subsidieplafond.
Artikel 6 Subsidieontvanger
Subsidie kan worden verstrekt aan rechtspersonen.
Artikel 7. Aanvraagprocedure
- 1.
In aanvulling op artikel 6 uit de ASV levert de aanvrager:
- a.
een activiteitenplan, waarin in ieder geval de volgende informatie aan bod komt:
- i.
aan welke maatschappelijke opgaven dragen de activiteiten bij;
- ii.
aan welke resultaten dragen de activiteiten bij;
- iii.
een onderbouwing waaruit blijkt dat de activiteiten bijdragen aan de resultaten;
- iv.
een beschrijving in hoeverre bij het opzetten of uitvoeren van de activiteiten samenwerking is gezocht met andere organisaties of initiatieven in de stad, buurt of wijk;
- v.
de locatie(s) waar de activiteiten worden uitgevoerd;
- vi.
een beschrijving hoe de activiteiten aansluiten bij de behoefte van inwoners;
- vii.
het verwachte aantal unieke inwoners dat met de activiteit bereikt wordt;
- viii.
de wijze waarop de activiteit gemonitord wordt;
- ix.
de wijze waarop de activiteit sociaal, fysiek en financieel toegankelijk is voor inwoners van de gemeente Kampen;
- x.
de wijze waarop de activiteit bijdraagt aan eigenaarschap en eigen regie bij inwoners;
- xi.
indien van toepassing: de huidige ervaring van inwoners met de activiteiten;
- .
- b.
een begroting gericht op de activiteiten voor de gemeente Kampen.
- 2.
De aanvraag kan tot uiterlijk 31 maart 2022 worden ingediend.
Artikel 8 Beslistermijn en looptijd
- 1.
Het college neemt uiterlijk 30 juni 2022 een besluit op de aanvraag.
- 2.
Het college kan ervoor kiezen om in plaats van een half jaar een verleningsbeschikking toe te kennen tot en met 2023.
Artikel 9 Beoordeling voor subsidieaanvragen tot en met € 10.000
- 1.
Na ontvangst van de volledige aanvraag beoordeelt een beoordelingscommissie de activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd.
- 2.
De beoordelingscommissie beoordeelt de aanvraag op basis van de eisen a tot en met e:
- a.
de onderbouwing in hoeverre de activiteiten aansluiten bij de bouwstenen;
- b.
de onderbouwing in hoeverre de activiteiten bijdragen aan de resultaten;
- c.
de verhouding tussen de kosten van de activiteit en de verwachte omvang van de doelgroep die bereikt wordt;
- d.
de mate waarin de activiteit aansluit bij de behoefte in de wijk;
- e.
de mate waarin de organisatie binding heeft met de (inwoners van de) gemeente Kampen.
- 3.
De beoordeling wordt per aanvraag vastgelegd op een beoordelingsformulier dat dient als advies aan het college voor het nemen van een besluit op de aanvraag.
Artikel 10 Beoordeling voor subsidieaanvragen tussen de € 10.000 en € 50.000
- 1.
Na ontvangst van de volledige aanvraag beoordeelt een beoordelingscommissie de activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd.
- 2.
De beoordelingscommissie beoordeelt de aanvragen op basis van de eisen a tot en met j:
- a.
de mate waarin de subsidieaanvrager onderbouwt in hoeverre de activiteiten aansluiten bij de bouwstenen;
- b.
de mate waarin de subsidieaanvrager onderbouwt in hoeverre de activiteiten bijdragen aan de resultaten;
- c.
de mate waarin de kosten van de activiteit in verhouding staan tot de (verwachte) omvang van de doelgroep die bereikt wordt;
- d.
de mate waarin de activiteit aansluit bij de behoefte in de wijk;
- e.
voor de mate waarin de samenwerking wordt opgezocht met andere informele organisaties in de sociale basis;
- f.
de mate waarin inwoners zijn betrokken bij de subsidieaanvraag;
- g.
de mate waarin de activiteiten voldoende fysiek, sociaal en financieel toegankelijk zijn voor inwoners van de gemeente Kampen;
- h.
de mate waarin u aangeeft de resultaten en effecten van de activiteiten meetbaar en aantoonbaar te maken;
- i.
de mate waarin de activiteit ‘uniek’ is in de bijdrage aan de maatschappelijke resultaten, type activiteit en locatie in Kampen;
- j.
de mate waarin de organisatie binding heeft met de (inwoners van de) gemeente Kampen.
- 3.
De beoordeling wordt per aanvraag vastgelegd op een beoordelingsformulier dat dient als advies aan het college voor het nemen van een besluit op de aanvraag.
Artikel 11 Beoordeling voor subsidieaanvragen van meer dan € 50.000
- 1.
Na ontvangst van de volledige aanvraag beoordeelt een beoordelingscommissie de activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd.
- 2.
De beoordelingscommissie beoordeelt op basis van de eisen onder a tot en met k en door de gescoorde punten bij elkaar op te tellen:
- a.
maximaal 30 punten voor de mate waarin de subsidieaanvrager onderbouwt in hoeverre de activiteiten aansluiten bij de bouwstenen;
- b.
maximaal 25 punten voor de mate waarin de subsidieaanvrager onderbouwt in hoeverre de activiteiten leiden tot het voorkomen of beperken van de instroom in maatwerkvoorzieningen en de uitstroom hieruit kan bevorderen;
- c.
maximaal 30 punten voor de mate waarin de subsidieaanvrager onderbouwt in hoeverre de activiteiten bijdragen aan de resultaten;
- d.
maximaal 20 punten voor de mate waarin de kosten van de activiteit in verhouding staan tot de (verwachte) omvang van de doelgroep die bereikt wordt;
- e.
maximaal 20 punten voor de mate waarin de activiteit aansluit bij de behoefte in de wijk;
- f.
maximaal 25 punten voor de mate waarin de samenwerking wordt opgezocht met andere informele organisaties in de sociale basis;
- g.
maximaal 10 punten voor de mate waarin inwoners zijn betrokken bij de subsidieaanvraag;
- h.
maximaal 10 punten voor de mate waarin de activiteiten voldoende fysiek, sociaal en financieel toegankelijk zijn voor inwoners van de gemeente Kampen;
- i.
maximaal 25 punten voor de mate waarin u aangeeft de resultaten en effecten van de activiteiten meetbaar en aantoonbaar te maken;
- j.
maximaal 10 punten voor de mate waarin de activiteit ‘uniek’ is in de bijdrage aan de maatschappelijke resultaten, type activiteit en locatie in Kampen;
- k.
maximaal 25 punten voor de mate waarin de organisatie binding heeft met de (inwoners van de) gemeente Kampen.
- 3.
De beoordelingscommissie geeft gemotiveerd aan of de aanvrager heeft voldaan aan de eisen zoals genoemd in het tweede lid en de daaraan per onderdeel toegekende punten.
- 4.
Voor aanvragen waarbij minder dan 130 punten wordt gescoord, kan het college de subsidie verlenen en samen met de aanvrager een ontwikkeltraject starten. Het doel van dit ontwikkeltraject is om bij de volgende subsidieaanvraag beter te voldoen aan de gestelde eisen in deze regeling.
- 5.
De beoordeling wordt per aanvraag vastgelegd op een beoordelingsformulier dat dient als advies aan het college voor het nemen van een besluit op de aanvraag.
Artikel 12 Weigeringsgronden en verdeelsystematiek subsidieplafond
- 1.
In aanvulling op artikel 9 van de ASV kan het college een subsidie weigeren in het geval dat:
- a.
subsidieaanvrager onvoldoende voldoet aan de beoordelingscriteria zoals opgenomen in artikel 9, 10 en 11;
- b.
twee activiteiten te veel op elkaar lijken, zoals beschreven in artikel 10, tweede lid 2 onder j, en artikel 11, tweede lid onder j, in welk geval het college de subsidie van de aanvrager met de laagste beoordeling of het laagste aantal punten kan weigeren;
- c.
op het moment van de aanvraag de aanvrager onvoldoende binding heeft en/of de door de aanvrager tot het moment van de aanvraag georganiseerde activiteiten onvoldoende binding hebben met de (inwoners van de) gemeente Kampen;
- d.
een aanvrager niet voldoet aan het benodigd aantal punten zoals benoemd in artikel 11, vierde lid en de deelnemer eveneens niet wil meewerken aan een ontwikkeltraject;
- e.
in een eerstvolgende subsidieaanvraag voor een andere subsidieperiode het benodigde aantal punten, zoals benoemd in artikel 11, vierde lid, evenals in de voorgaande subsidieperiode niet is behaald.
- 2.
In aanvulling op het eerste lid zal het college een subsidie gedeeltelijk weigeren indien het totaal van het aangevraagde en te verstrekken subsidiebedrag het subsidieplafond zoals genoemd in artikel 5 overschrijdt. In dat geval worden alle verleenbare subsidies met een gelijk percentage verlaagd tot het niveau dat het subsidieplafond wordt bereikt en zal het meerdere worden geweigerd.
Artikel 13 Vaststelling subsidies tot en met € 10.000,-
- 1.
Voor subsidies tot € 10.000,- wordt met inachtneming van artikel 13 van de ASV een subsidie verleend en – tenzij toepassing wordt gegeven aan het volgende lid – uiterlijk 13 weken na het aflopen van de subsidieactiviteiten ambtshalve vastgesteld.
- 2.
Als bij verleningsbeschikking de subsidieontvanger wordt verplicht om op de daarbij aangegeven wijze aan te tonen dat de activiteiten waarvoor de subsidie wordt verstrekt zijn verricht en dat is voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen, vindt de vaststelling plaats binnen 13 weken nadat de gevraagde inlichtingen zijn verstrekt.
Artikel 14 Eindverantwoording en vaststelling subsidie hoger dan € 10.000,-
- 1.
Bij subsidies boven de € 10.000,- dient de subsidieontvanger een aanvraag tot vaststelling in bij de gemeente. De aanvraag tot vaststelling wordt uiterlijk 13 weken na het aflopen van de subsidieactiviteiten ingediend. Indien het college afwijkt van de termijn van 13 weken na het aflopen van de subsidieactiviteiten wordt dit aangegeven in de verleningsbeschikking.
- 2.
In aanvulling op artikel 14 en 15 van de ASV bevat de aanvraag in ieder geval:
- a.
een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de activiteiten hebben bijgedragen aan de resultaten van de gemeente Kampen, zoals genoemd in artikel 4 van deze subsidieregeling;
- b.
geldt de eindverantwoording voor meer geldverstrekkers dan de verantwoording voor de ontvangen subsidie van de gemeenten Kampen, dan geeft de subsidieontvanger aan hoe aan de eisen van de gemeente Kampen is voldaan;
- c.
een beschrijving van de ervaring van inwoners van de gemeente Kampen met de georganiseerde activiteiten en initiatieven;
- d.
voor subsidies tussen de €10.000,- en de € 50.000,- leveren organisaties bij de aanvraag tot vaststelling in ieder geval een financieel jaarverslag en een balans van het afgelopen subsidietijdvak met een toelichting daarop in;
- e.
organisaties met een verleende subsidie vanaf € 50.000,- leveren bij de aanvraag tot vaststelling in ieder geval een financieel verslag of jaarrekening, een balans van het afgelopen subsidietijdvak met een toelichting daarop en een controleverklaring opgesteld door een onafhankelijke accountant in. Uit deze documenten blijkt in ieder geval een onderverdeling naar:
- i.
- ii.
- iii.
- iv.
indirecte kosten/overhead;
- v.
alle overige opbrengsten;
- vi.
eventuele opbrengsten die uit activiteiten voortvloeien.
- 3.
Voor zover niet is bepaald in deze regeling, wordt bij de verleningsbeschikking vermeld op welke wijze de subsidieontvanger de besteding van de subsidie aanvullend dient te verantwoorden.
Artikel 15 Intrekking bestaande regelingen
De subsidieregelingen sport, grip op groeien in zelfstandigheid, mantelzorg, crisisopvang, welzijnswerk, maatschappelijk werk, preventie, jeugdwerk, sociaal-cultureel werk, sociale betrokkenheid en maatschappelijke dienstverlening worden met ingang van 1 juli 2022 ingetrokken.
Artikel 16 Overgangsrecht
Met betrekking tot de in artikel 15 genoemde regelingen geldt, dat op ingediende aanvragen, verleende subsidies en nog in te dienen verantwoordingen, aan te vragen subsidievaststellingen en daarop te nemen besluiten, alsmede in verband met voorgaande mogelijke bezwaar- en beroepsprocedures, de in artikel 15 genoemde regelingen van kracht blijven, met dien verstande dat in die regelingen opgenomen (maximale) subsidiebedragen worden gehalveerd.
Artikel 17 Inwerkingtreding en citeertitel
- 1.
Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2022.
- 2.
Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling versterken sociale basis gemeente Kampen.
Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 21 december 2021.
Burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen,
N.J. Middelbos, secretaris
S. de Rouwe, burgemeester
Artikelsgewijze toelichting
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In dit artikel worden de gehanteerde begrippen in deze Nadere regels toegelicht.
Artikel 2 Afstemming Algemene subsidieverordening gemeente Kampen
In de Algemene Subsidieverordening (ASV) gemeente Kampen beschrijft de lokale regelgeving ten aanzien van subsidies. In deze nadere regels wordt op sommige onderdelen afgeweken van de ASV. Dit artikel beschrijft de relatie tussen deze nadere regels en de ASV. In het geval dat een thema of onderdeel niet is benoemd in deze nadere regels, zijn de artikelen uit de ASV leidend.
Artikel 3 Toepassingsbereik
Het toepassingsbereik beschrijft het bereik waar de subsidies ‘versterken sociale basis’ aan moeten bijdragen. Zo dienen de activiteiten bij te dragen aan de inwoners van de gemeente Kampen. Daarnaast dragen de activiteiten bij aan de maatschappelijke opgaven, zoals beschreven het Uitvoeringsplan Versterken Sociale Basis.
Artikel 4 Resultaten en activiteiten
Artikel 4 laat alle resultaten zien waar subsidieaanvragers aan kunnen bijdragen. De maatschappelijke resultaten zijn opgedeeld in de drie maatschappelijke opgaven:
- 1.
Jeugd: gemeente Kampen versterkt de sociale basis voor jeugd en hun ouders. We hebben hierbij aandacht voor jongeren in alle leeftijden, van het jonge kind (vanaf -9 maanden) tot jongvolwassenen (tot 27 jaar).
- 2.
Structurele ondersteuning: we onderzoeken wat nodig is om inwoners die structurele ondersteuning nodig hebben in de sociale basis te ondersteunen en begeleiden. Denk hierbij aan zinvolle dag invulling bieden, maatschappelijk fit worden en het bieden van (lichte) vormen van begeleiding bij uitdagingen in het leven.
- 3.
Samenwerken in de wijk: het verbinden van informele en formele ondersteuning in de wijken aan elkaar. Dit betekent dicht bij de inwoner zijn (laagdrempelig) en elkaar als (maatschappelijke) organisaties beter weten te vinden. Deze samenwerking richt zich met name op kwetsbare inwoners die niet vanzelfsprekend bij andere bestaande sociale verbanden (zoals verenigingen) terecht komen.
Subsidie wordt alleen verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan de resultaten die onder de maatschappelijke opgaven vallen. Artikel 9, 10 en 11 gaan specifieker in op de eisen voor de subsidieaanvraag.
Artikel 5 Subsidieplafond
In de begroting van 2022 is een budget van € 2,4 miljoen beschikbaar voor de sociale basis. Vanwege de startdatum van 1 juli 2022 wordt het subsidieplafond € 1,2 miljoen. Voor het jaar 2023 wordt het plafond bepaald op het totale bedrag van € 2,4 miljoen. Een verhoging op later moment is mogelijk middels wijziging van de regeling. Indien het budget wordt verlaagd, wordt middels het opgenomen begrotingsvoorbehoud ook het bedrag dienovereenkomstig verlaagd.
Voor de periode na 2024 dient de regeling op verschillende onderdelen te worden aangepast, zodat daarbij ook het subsidieplafond voor 2024 (en verder) kan worden vastgesteld.
Voor de wijze waarop het subsidieplafond wordt verdeeld wordt verwezen naar artikel 12.
Artikel 6 Subsidieontvanger
Artikel 6 toont dat alleen rechtspersonen subsidie kunnen ontvangen. Dit gaat bijvoorbeeld over een stichting of coöperatie. Inwoners (natuurlijke personen) kunnen met hun ideeën of initiatieven voor de wijk terecht bij de Wijkverbinders.
Artikel 7 Aanvraagprocedure
Het artikel over de aanvraagprocedure beschrijft wat de subsidieaanvrager in de subsidieaanvraag verwerkt. Kort samengevat gaat het om een activiteitenplan en een exploitatiebegroting. Per onderdeel zal kort toegelicht worden wat per onderdeel wordt bedoeld:
- a.
Activiteitenplan
- i.
Het gaat hier over de maatschappelijke opgaven Jeugd, Structurele Ondersteuning of Samenwerken in de Wijk. Het is ook mogelijk om aan meer dan één maatschappelijke opgave bij te dragen.
- ii.
Artikel 4 toont de verschillende resultaten waar de activiteiten aan kunnen bijdragen. Het is aan de aanvrager om te bepalen welke resultaten goed aansluiten bij de voorgestelde activiteiten.
- iii.
Van de aanvrager wordt een onderbouwing verwacht waarom een activiteit bijdraagt aan een resultaat. Denk hier bijvoorbeeld aan eerdere ervaringen met deze activiteiten. Het kan ook gaan over een rapport waaruit de meerwaarde van interventie blijkt.
- iv.
Samenwerking tussen organisaties en professionals is een voorwaarde voor een goed functionerende sociale basis. De gemeente Kampen probeert met deze eis samenwerking te stimuleren, wellicht bij het ontwikkelen van nog niet bestaande initiatieven.
- v.
Hiermee kan worden vastgesteld of het daadwerkelijk ten goede komt aan de inwoners van de gemeente Kampen.
- vi.
Iedere wijk heeft andere behoefte ten aanzien van de sociale basis. De subsidieaanvrager laat aan de hand van deze eis zien hoe ze rekening houdt met deze verschillen tussen wijken.
- vii.
Eis zeven geeft informatie aan de gemeente Kampen over het bereik. Dit maakt het mogelijk om het bereik af te zetten tegen het gevraagde subsidiebedrag.
- viii.
Gedurende en aan het einde van het subsidieproces dient inzichtelijk te worden in hoeverre is bijgedragen aan de opgestelde resultaten. Dit kan alleen als vooraf goed wordt nagedacht over de wijze van monitoring.
- ix.
Toegankelijkheid is een belangrijk uitgangspunt van de sociale basis. Verder heeft toegankelijkheid meerdere facetten. Sociale toegankelijkheid gaat over de mate waarin inwoners sociale veilig kunnen deelnemen aan een activiteit. Zo is een activiteit waarin pestgedrag plaatsvindt geen sociaal veilige omgeving. Fysieke toegankelijkheid heeft betrekking op mogelijkheden voor alle inwoners om op de locatie van de activiteit te komen. Denk hierbij aan rolstolvriendelijkheid van de locatie of activiteit. De financiële toegankelijkheid gaat over eventuele financiële drempel die worden opgeworpen om te kunnen deelnemen aan een activiteit, waaronder een eigen bijdrage.
- x.
Eigen regie van inwoners is een belangrijk uitgangspunt bij het versterken van de sociale basis. Deze eis vraagt van de subsidieaanvrager om te beargumenteren hoe de activiteit bijdraagt aan de eigen regie van inwoners óf de samenredzaamheid van een wijk.
- xi.
Sommige subsidieaanvragers zullen al meerdere jaren actief zijn in de gemeente Kampen. Dit betekent dat zij (cliënt)ervaringen hebben uit eerdere jaren. Een positieve ervaring van inwoners laat (onder andere) de meerwaarde van de activiteit zien.
- b.
De gemeente Kampen vraagt de exploitatiebegroting op om inzicht te krijgen in de kosten van de activiteit. Indirecte kosten, zoals huisvestingskosten, horen hier ook bij.
De subsidieaanvraag moet uiterlijk op 31 maart 2022 door de gemeente Kampen ontvangen zijn. Gebeurt dit op een moment later dan 31 maart 2022, dan zal de gemeente Kampen de aanvraag om subsidie niet in behandeling nemen.
Artikel 8 Beslistermijn en looptijd
- 1.
Het college heeft tot uiterlijk 30 juni 2022 de tijd om een besluit te nemen op de aanvraag. Uiteraard is het ook mogelijk om eerder een besluit te nemen. Zodra het besluit is genomen, wordt de aanvrager zo snel mogelijk geïnformeerd.
- 2.
De ‘nieuwe’ Sociale Basis start per 1 juli 2022. Om de administratieve lasten te verlagen kan het college ervoor kiezen om tot en met 2023 een beschikking af te geven. Het gaat in dit geval om een subsidieperiode van 2 jaar voor organisaties die al subsidie hebben ontvangen en 1,5 jaar voor eventuele nieuwe subsidieontvangers. Let op: een verleningsbesluit voor 2023 is altijd onder voorbehoud van de vaststelling van de begroting van 2023. Dit vindt plaats in november 2022 voor het jaar 2023.
Artikel 9 Beoordeling voor subsidies lager dan € 10.000
Artikel 9 toont de wijze waarop subsidieaanvragen tot € 10.000,- beoordeeld worden. De beoordelingscriteria staan onder het tweede lid. De beoordelingscommissie toets de aanvraag op basis van de bijdrage aan de bouwstenen, de maatschappelijke resultaten, de verhouding tussen de kosten van de activiteit en de omvang én de mate waarin de activiteit aansluit bij de behoefte in de wijk.
Artikel 10 Beoordeling voor subsidies tussen de € 10.000 en € 50.000
Artikel 10 toont de wijze waarop subsidieaanvragen tussen de € 10.000,- en € 50.000,- worden beoordeeld. Het tweede lid beschrijft de eisen waar de subsidieaanvraag aan wordt getoetst. De gemeente Kampen versterkt de sociale basis om de maatschappelijke resultaten te realiseren. Of dit wel of niet lukt wordt alleen inzichtelijk als aanvragers duidelijk maken hoe hun activiteiten bijdragen aan de resultaten en uitgaan van de bouwstenen, zoals genoemd in artikel 4.
Artikel 11 Beoordeling voor subsidies vanaf € 50.000
Artikel 11 toont de wijze waarop subsidieaanvragen van meer dan € 50.000,- worden beoordeeld. De mate waarin iedere eis wel of niet wordt gehaald, wordt onderbouwd aan de hand van een aantal punten. Voor iedere eis is een maximaal aantal punten te behalen. Dit maakt inzichtelijk in hoeverre de subsidieaanvraag voldoet aan de eisen van de gemeente Kampen én geeft houvast voor de subsidieaanvrager om de subsidieaanvraag te verbeteren.
De toelichting van de verschillende eisen vindt u onder andere in artikel 7 van deze artikelsgewijze toelichting.
Indien de subsidieaanvraag in totaal minder dan 130 punten scoort, heeft het college twee mogelijkheden:
- -
de subsidie wordt toegekend (eventueel met een lager bedrag dan aangevraagd) én een ontwikkeltraject wordt gestart. Het doel van het ontwikkeltraject is om de subsidieaanvraag te verbeteren en daarmee de kans te vergroten dat de activiteiten bijdragen aan een sterke sociale basis; of
- -
de subsidie kan worden geweigerd (artikel 12, eerste lid onder a).
De beoordeling en de motivatie van de beoordelingscommissie wordt vastgelegd op een beoordelingsformulier. Deze wordt na het genomen besluit door college met de aanvrager gedeeld.
Artikel 12 Weigeringsgronden
Het college heeft een aantal mogelijkheden om een subsidieaanvraag te weigeren. Een deel van deze mogelijkheden is vastgelegd in artikel 9 van de ASV. Aanvullend hierop worden in artikel 12 van deze subsidieregeling een aantal mogelijkheden benoemd wanneer het college een subsidieaanvraag kan weigeren.
Binding met de gemeente Kampen is een belangrijke voorwaarde voor het verlenen van een subsidie. Gesubsidieerde activiteiten dienen immers bij te dragen aan de sociale basis in de gemeente Kampen. Op het moment dat de aanvraag ingediend wordt dient er voldoende binding te zijn met (de inwoners van) de gemeente Kampen. Hetzelfde geldt voor de door de aanvraag georganiseerde activiteiten op het moment van de aanvraag.
Wanneer een aanvrager niet voldoende punten behaald gebaseerd op de eisen uit artikel 11 en niet wil meewerken aan een ontwikkeltraject, kan het college ervoor kiezen om de subsidie te weigeren.
Op het moment dat een subsidieaanvrager bij een andere subsidieperiode, bijvoorbeeld bij een nieuwe subsidieaanvraag voor het jaar 2024, opnieuw onvoldoende punten behaalt op basis van artikel 11, kan het college de subsidieaanvraag weigeren. In dit geval heeft er onvoldoende verbetering plaatsgevonden en is bij beide subsidieaanvragen onvoldoende punten gescoord.
Het is mogelijk dat het in totaal verleende subsidiebedrag hoger is dan het opgenomen subsidieplafond in artikel 5. Wanneer dit gebeurt, worden alle verleenbare subsidies met een gelijk percentage verlaagd tot het niveau dat het subsidieplafond wordt bereikt en zal het meerdere worden geweigerd.
Wanneer het college besluit om een subsidieaanvraag te weigeren, zal dit gepaard gaan met een motivatie. In dit geval is dit terug te lezen op het beoordelingsformulier.
Artikel 13 Vaststelling subsidies tot en met € 10.000,-
Voor subsidies tot en met € 10.000 geeft artikel 13 ASV de mogelijkheid om direct over te gaan tot vaststelling van de subsidie, zonder verleningsbesluit en zonder verantwoording achteraf. In onderhavige regeling wordt echter gekozen voor de andere in artikel 13 ASV opgenomen mogelijkheid, namelijk het verlenen van de subsidie (inclusief een volledig voorschot) en de achteraf ambtshalve vaststelling van de subsidie. De subsidieontvanger hoeft daarvoor geen aanvraag tot vaststelling in te dienen. Wel kan het college in de verleningsbeschikking opnemen dat de ontvanger wordt verplicht achteraf inlichtingen te geven, zodat het college rekening houdend met die inlichtingen de subsidie ambtshalve kan vaststellen.
Bij de keuze voor deze optie is rekening gehouden met het feit, dat de subsidieregeling de mogelijkheid biedt om reeds in 2022 subsidie te verlenen over het jaar 2023 èn dat sprake is van een begrotingsvoorbehoud met betrekking tot het voor 2023 vast te stellen subsidieplafond. Bij de keuze voor een onmiddellijke vaststelling van de subsidie zou het niet mogelijk zijn om een eventuele verlaging van het subsidieplafond nog door te laten werken in het vaststellingsbesluit. Dat is wel mogelijk bij de gekozen mogelijkheid van verlening – met een begrotingsvoorbehoud voor 2023 – en achteraf ambtshalve vaststelling.
Artikel 14 Eindverantwoording en vaststelling subsidie hoger dan € 10.000,-
Organisaties die meer dan € 10.000,- subsidie ontvangen dienen een aanvraag tot vaststelling in bij de gemeente Kampen. Dit gebeurt uiterlijk 13 weken nadat de gesubsidieerde activiteiten zijn afgelopen. Loopt de verleningsbeschikking tot en met 31 december 2023, dan start vanaf 1 januari 2024 de termijn van 13 weken. Het college kan van dit termijn afwijken en geeft dit in dat geval aan in de verleningsbeschikking.
Artikel 14 uit deze subsidieregeling beschrijft waar organisaties aan moeten voldoen bij het indienen van aanvraag tot vaststelling. De eisen kunnen verschillen afhankelijk van de grootte van de subsidie. Organisaties die meer dan € 50.000 aan subsidie ontvangen, maken in hun financiële verantwoording in ieder geval onderscheid tussen:
- a.
- b.
- c.
- d.
indirecte kosten/overhead;
- e.
alle overige opbrengsten;
- f.
eventuele opbrengsten die uit activiteiten voortvloeien.
Eis e heeft bijvoorbeeld betrekking op opbrengsten uit andere subsidies of wervingen. Eis f kan bijvoorbeeld gaan over een eigen bijdrage die wordt gevraagd van deelnemers om deel te kunnen nemen aan de activiteiten.
Artikel 15 Intrekking bestaande regelingen
Deze subsidieregeling vervangt een aantal bestaande subsidieregelingen. De genoemde regelingen worden met ingang van 1 juli 2022 ingetrokken.
Artikel 16 Overgangsrecht
Omdat op grond van de bestaande regelingen – die met ingang van 1 juli 2022 worden ingetrokken – nog besluiten moeten worden genomen, wordt in dit artikel voorzien in overgangsrecht. Dit houdt in dat de bestaande regelingen van kracht blijven op ingediende aanvragen, verleende subsidie enzovoorts. Wel geldt hierbij dat de in die regelingen opgenomen subsidiebedragen worden gehalveerd in verband met de intrekking per 1 juli 2022. Voor de rest van het jaar 2022 kunnen subsidies worden aangevraagd op grond van onderhavige nieuwe subsidieregeling.
Artikel 17 Inwerkingtreding en citeertitel
Behoeft geen toelichting