Organisatie | Zwartewaterland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Huisvesting van arbeidsmigranten in de gemeente Zwartewaterland |
Citeertitel | Huisvesting van arbeidsmigranten in de gemeente Zwartewaterland |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2022 | Nieuwe regeling | 14-12-2021 |
Het college van burgemeester en wethouders
gelet op het bepaalde in artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht en artikel 4.1 van het “Paraplubestemmingsplan Wonen”,
het conform artikel 4.1.3. van het “Paraplubestemmingsplan Wonen” bevoegd is om de afwijkingsbevoegdheid van het plan te gebruiken voor het toestaan dat een woning wordt gebruikt en/of verbouwd voor bewoning door meer dan één duurzaam gemeenschappelijke huishouding, mits aan de gestelde voorwaarden wordt voldaan;
Hoofdstuk 1 Begripsbepaling en doel
In deze beleidsregel wordt verstaan onder:
bedrijventerrein: percelen waarop volgens de hoofdbestemming van het geldende bestemmingsplan is toegestaan een bedrijf te vestigen of uit te oefenen. Daaronder wordt in ieder geval verstaan percelen met de bestemming, bedrijf, bedrijventerrein, bedrijfsdoeleinden, uitgezonderd zijn percelen die vallen onder de definitie ‘erf van bedrijf’. Een aan huis gebonden beroep of bedrijf valt niet onder deze definitie;
erf van bedrijf: al dan niet bebouwd perceel of een gedeelte daarvan, niet gelegen op een bedrijventerrein, dat direct gelegen is bij een hoofdgebouw dat bestemd is ten behoeve van de uitoefening van een bedrijf en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw. Een aan huis gebonden beroep of bedrijf valt niet onder deze definitie;
Hoofdstuk 2 Algemeen en omgeving
Artikel 6 Huisvesting op een recreatiepark
Huisvesten van arbeidsmigranten op recreatieparken is niet toegestaan.
Artikel 7 Huisvesting op een bedrijventerrein
Huisvesten van arbeidsmigranten is toegestaan in geval van tijdelijk hergebruik van bestaand vastgoed of tijdelijke nieuwbouw.
Artikel 8 Huisvesting op het erf van een bedrijf
Huisvesting mag uitsluitend worden gebruikt door werknemers die werkzaam zijn voor het bedrijf waar de huisvesting is gerealiseerd. Het mag ook gaan om de huisvesting van werknemers die op een andere vestigingslocatie van het bedrijf werkzaam zijn. De andere vestigingslocatie moet binnen de gemeente Zwartewaterland liggen.
Hoofdstuk 3 Woon- en leefklimaat
Artikel 10 Woonklimaat en uitstraling op de omgeving
Hoofdstuk 4 Exploitatie en beheer
De beheerder moet overeenkomstig artikel 438 Wetboek van Strafrecht een nachtregister bijhouden. Het bijhouden van een nachtregister is niet verplicht indien alle arbeidsmigranten op de huisvestingslocatie staan ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP) van de gemeente Zwartewaterland en tevens beschikken over eigen afzonderlijke huurcontracten.
Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zwartewaterland in de vergadering van 14 december 2021.
De secretaris
Drs. D.S.Ruddijs
de burgemeester
ing. E.J.Bilder
Toelichting beleidsregels Huisvesting van arbeidsmigranten in de gemeente Zwartewaterland
In de gemeente Zwartewaterland wonen en werken veel arbeidsmigranten. Een deel van deze arbeidsmigranten woont met hun gezin in een reguliere woning, gehuurd of gekocht. Het betreft hier de arbeidsmigranten die zich voor langere tijd in de gemeente vestigen. Deze groep neemt, in meer of mindere mate, deel aan de samenleving. Eventuele overlast (bijvoorbeeld geluidsoverlast of overlast door parkeren) veroorzaakt door deze groep is niet anders dan die van niet-arbeidsmigranten die woonachtig zijn in de gemeente. Deze beleidsregels zijn dan ook niet van toepassing op deze groep arbeidsmigranten.
Een ander, groot deel, van de arbeidsmigranten die in de gemeente Zwartewaterland wonen heeft zich hier voor een beperkte periode gevestigd. De zogenoemde shortstay en midstay. Deze arbeidsmigranten huren vaak (een deel van) een vertrek in een woning. Dit betekent dat er meerdere arbeidsmigranten in één woning zijn gevestigd. Zij vormen geen duurzaam gemeenschappelijke huishouding. Dat wil zeggen dat zij geen vaste groep van personen zijn tussen wie een band bestaat die enkel het gezamenlijk bewonen van bepaalde woonruimte te boven gaat en die de bedoeling heeft om bestendig voor onbepaalde tijd een huishouden te vormen. Er moet ook sprake zijn van een samenlevingswens tussen de personen die niet overwegend wordt bepaald door de beslissing om de betrokken woonruimte te delen. Deze beleidsregels zijn van toepassing op deze groep arbeidsmigranten.
Het huisvesten van arbeidsmigranten in woningen voor shortstay en midstay heeft een aantal gevolgen. De arbeidsmigranten nemen over het algemeen slechts beperkt deel aan de samenleving. Dit betekent dat zij ook minder behoefte hebben om rekening te houden met de directe omgeving, waardoor overlast kan ontstaan. Daarnaast ontstaat er vaak een parkeerprobleem doordat een deel van de arbeidsmigranten een eigen auto heeft en er ook auto’s van de werkgever gebruikt worden door de arbeidsmigranten. Bij meerdere arbeidsmigranten in één woning, betekent dit dus dat er veel auto’s geparkeerd worden rondom de woning. Zeker in en rondom woonwijken leidt dit tot problemen.
Daarnaast is het vermoeden dat niet alle arbeidsmigranten wonen in een huis met een acceptabel woon- en leefklimaat. Dit is vanuit humanitair oogpunt niet wenselijk.
De bedrijven in de gemeente zijn voor een deel afhankelijk van de inzet van arbeidsmigranten. Het is dan ook wenselijk om deze medewerkers een woning te bieden in de omgeving van het bedrijf. Deze woning moet een acceptabel woon- en leefklimaat bieden aan de arbeidsmigrant.
Om de overlast gevende situaties zoals hiervoor beschreven te voorkomen is op 10 september 2020 door de gemeenteraad het “Voorbereidingsbesluit Wonen” genomen. Vanaf dat moment is het enkel nog toegestaan om een woning te bewonen door meerdere personen als sprake is een duurzaam gemeenschappelijke huishouding. Dit betekent dat het bewonen van een woning door arbeidsmigranten niet meer is toegestaan (in nieuwe situaties). Dit voorbereidingsbesluit is inmiddels vervangen door het “Paraplubestemmingsplan Wonen”. In dat plan is een afwijkingsbevoegdheid opgenomen voor het toestaan dat een woning wordt gebruikt en/of verbouwd voor bewoning door meer dan één duurzaam gemeenschappelijke huidhouding, mits aan de gestelde voorwaarden wordt voldaan. Deze voorwaarden zijn dat moet worden voldaan aan een goede ruimtelijke ordening, een aanvaardbaar woon- en leefklimaat kan worden gegarandeerd, belangen van derden niet in onevenredige mate worden geschaad en niet meer dan 10% van de woningen in een straat wordt bewoond door een niet duurzaam gemeenschappelijke huishouding.
Dit beleid geeft het college de mogelijkheid om medewerking te verlenen voor de huisvesting van arbeidsmigranten die geen duurzaam gemeenschappelijke huishouding vormen indien dit past binnen de bepalingen als genoemd in hoofdstuk 2, hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4 van de beleidsregels.
Hoofdstuk 2 Toelichting op de beleidsregels
Het is onbekend hoeveel arbeidsmigranten exact in de gemeente Zwartewaterland wonen en werken. Het is wel duidelijk dat dit honderden aantallen zijn en dat er behoefte is aan meer arbeidsmigranten, zowel voor werk als wonen.
Om te voorkomen dat er op één huisvestingslocatie te veel arbeidsmigranten gevestigd raken en als het ware een op zichzelf staand dorp ontstaat is een maximum aantal opgenomen. Dit maximum van 150 is gebaseerd op een inschatting. Uit ervaring zal moeten blijken of dit werkbaar is. Daarnaast is in de beleidsregel opgenomen dat huisvesting van arbeidsmigranten enkel is toegestaan voor arbeidsmigranten die in de gemeente werken. Op basis van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is het niet zonder meer toegestaan om enkel arbeidsmigranten in de gemeente te huisvesten die hier ook werken. Wanneer arbeidsmigranten zich willen vestigen in deze gemeente die in een andere gemeente werken, is dit ook toegestaan. Tenzij er uitzonderingsgronden zijn die deze bepaling rechtvaardigen. Deze uitzonderingsgronden moeten dan zonder discriminatie worden toegepast, kunnen worden gerechtvaardigd op grond van dwingende redenen van algemeen belang, noodzakelijk zijn en proportioneel zijn.
In dit geval wordt als argumentatie gegeven dat enkel arbeidsmigranten die werkzaam zijn in andere gemeenten worden geweerd als zij zich huisvesten in een woonvorm die vergund is voor een niet duurzaam gemeenschappelijk huishouden. Overige woningen mogen wel door arbeidsmigranten worden bewoond die in een andere gemeente werken. Bovendien wordt geprobeerd met deze bepaling de spreiding van arbeidsmigranten weg te zetten in de gehele regio en te voorkomen dat alle arbeidsmigranten in één gemeente vestigen. Bij een grote toename van arbeidsmigranten vraagt dit namelijk ook om een uitbreiding van voorzieningen waar zij gebruik van kunnen maken.
Het huisvesten van arbeidsmigranten is mogelijk op meer permanente basis en op tijdelijke basis. Het realiseren van tijdelijke huisvesting kan voor een periode van maximaal 15 jaar. Wanneer de procedure wordt gevolgd zoals omschreven in artikel 4, elfde lid van bijlage II van het Besluit omgevingsrecht is huisvesting slechts mogelijk voor 10 jaar. Dit komt doordat in deze bepaling is opgenomen dat gebruik van gronden of bouwwerken die onder deze bepaling vallen slechts voor maximaal 10 jaar mag. Is een langere termijn gewenst, dan kan geen gebruik worden gemaakt van de (vaak korte) procedure die bij deze bepaling hoort.
De meest geconcentreerde woonvormen vinden plaats binnen de kernen van de dorpen, uitgezonderd de bedrijventerreinen. Daarom zijn de centrumgebieden en woonwijken van de kernen aangewezen als woongebied. Ook het gebied Waterfront en het gebied ten zuiden van het Meppelerdiep zijn aangewezen als woongebied.
Figuur 1: woongebieden Waterfront Hasselt en ten zuiden van het Meppelerdiep in Zwartsluis
Onderstaande tabel geeft inzicht in daar waar wel of geen huisvesting voor arbeidsmigranten is toegestaan.
* Huisvesten van arbeidsmigranten in woongebieden is wel toegestaan wanneer het gaat om een initiatief dat betrekking heeft op één woning, maximaal 10 arbeidsmigranten en waarbij op eigen terrein in de parkeerbehoefte kan worden voorzien. Daarnaast is vanzelfsprekend een bredere toetsing zoals hieronder beschreven van toepassing.
Initiatieven ten behoeve van het huisvesten van arbeidsmigranten moeten breder getoetst worden dan enkel dit beleid. De toetsingscriteria zijn opgenomen in het “Paraplubestemmingsplan Wonen”: er moet worden voldaan aan een goede ruimtelijke ordening, een aanvaardbaar woon- en leefklimaat moet worden gegarandeerd, belangen van derden mogen niet in onevenredige mate worden geschaad en niet meer dan 10% van de woningen in de straat mogen gebruikt worden voor bewoning door een duurzaam gemeenschappelijke huishouding. Deze beleidsregels helpen deels bij de beoordeling van deze toetsingscriteria, maar zijn niet allesomvattend. De ruimtelijke regelgeving zal bepalend zijn voor de te volgen procedure. De milieuregelgeving zal bepalend zijn of een locatie geschikt is voor huisvesting. Met name voor initiatieven op of rondom bedrijventerreinen zal dit milieuaspect bepalend zijn.
Het is van belang om zowel het woon- en leefklimaat van de arbeidsmigrant als de omgeving te bewaken. Ook is het onwenselijk dat het huisvesten van arbeidsmigranten een beperkende werking heeft op omliggende functies, denk hierbij bijvoorbeeld aan (agrarische) bedrijfsfuncties. Een initiatief voor huisvesting mag de kwaliteit van het landschap niet aantasten en moet daarom landschappelijk worden ingepast. Ook moet er een veilige verkeersontsluiting zijn en moet er voldoende parkeergelegenheid te realiseren zijn op eigen terrein. Zoals aangegeven moet huisvesting mogelijk zijn op basis van milieuaspecten, denk hierbij aan geluid, geur en externe veiligheid. Tevens moet de waterhuishouding op de locatie op orde zijn. De omgeving mag geen onevenredig hinder ondervinden van het huisvesten van arbeidsmigranten. Daarom wordt een minimale afstand gehanteerd tussen woningen van derden en de huisvestingslocatie voor arbeidsmigranten. Tevens moet de inrichting van het plan dusdanig zijn dan hinder op de omgeving wordt beperkt. Denk hierbij aan inpassing in het landschap maar ook situering van gebouwen naar binnen om geluidsoverlast van deuren of galerijen te voorkomen.
Het is van belang dat arbeidsmigranten een acceptabel onderkomen krijgen. Huisvesting in (sta)caravans, tenten of daarmee vergelijkbare huisvestingsvormen is daarom niet toegestaan. Bovendien doen dit type woonvorm over het algemeen geen goed voor de omgeving. De Stichting Normering Flexwonen heeft een keurmerk ingesteld voor de huisvesting van arbeidsmigranten. Hieraan moet worden voldaan. Op deze manier kan een acceptabel woonklimaat worden geborgd.
Om de dagelijkse gang van zaken in goede banen te leiden zijn bepalingen opgenomen voor exploitatie en beheer. Dit moet bijdragen aan een goed woon- en leefklimaat voor zowel de arbeidsmigranten als de omgeving.
Met de initiatiefnemer van een huisvestingslocatie zal een overeenkomst worden afgesloten. In deze overeenkomst worden nadere zaken geregeld. Onder andere het feit dat een huisreglement en klachtenreglement nodig is. De beheerder van de locatie heeft een belangrijke raak in het laten naleven van het huisreglement.
In bepaalde gevallen kan het zijn dat deze beleidsregels niet toereikend zijn. In dat geval bestaat de mogelijkheid om af te wijken. Hier dient een grondige motivering aan ten grondslag te liggen. Blijkt dat er regelmatig de behoefte is om van eenzelfde bepaling af te wijken, dan zal wijziging van het beleid moeten worden overwogen.