Organisatie | De Fryske Marren |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regels toepassing artikel 13b Opiumwet De Fryske Marren 2021 |
Citeertitel | Regels toepassing artikel 13b Opiumwet De Fryske Marren 2021 |
Vastgesteld door | burgemeester |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-10-2021 | nieuwe regeling | 19-10-2021 | Z.677025 |
De handel, productie en teelt van soft- en harddrugs heeft een ondermijnend karakter. Drugshandel zorgt voor overlast en criminaliteit. Bovendien tast het de openbare orde, veiligheid en volksgezondheid aan en verstoort de handel in drugs het woon- en leefklimaat van de burgers. De burgemeester is verantwoordelijk voor de handhaving van de openbare orde en veiligheid en het beschermen van de volksgezondheid en het woon- en leefklimaat van de inwoners van de gemeente.
2. Welke wettelijke regels gelden er?
Om de hierboven genoemde taak goed te kunnen uitvoeren heeft de wetgever een juridisch instrument gemaakt dat het voor de burgemeester mogelijk maakt om bestuursrechtelijk op te treden tegen de illegale aanwezigheid en verkoop van drugs in woningen, lokalen en of daarbij behorende erven. Ook is het sinds 1 januari 2019 voor de burgemeester mogelijk om te handhaven wanneer er sprake is van (strafbare) voorbereidingshandelingen. Daarbij gaat het dan om de aanwezigheid van voorwerpen of stoffen die bestemd zijn voor onder meer het telen of bereiden van drugs.
Hennepconvenant Noord-Nederland
De informatie over drugshandel krijgt de burgemeester vaak van de politie. De bewijslast voor het nemen van bestuursrechtelijke maatregelen is minder streng dan de bewijslast in het strafrecht. De politie maakt een verslag (bestuurlijke rapportage) waarbij zij de burgemeester informatie geven over de geconstateerde feiten en hun bevindingen. Deze en andere afspraken zijn vastgelegd in het Hennepconvenant Noord-Nederland.
3. Welk doel heeft dit beleid?
Illegale handel in drugs vormt een ernstige verstoring van de openbare orde. De burgemeester wil daarom overtredingen van de Opiumwet kunnen stoppen en voorkomen. Het tijdelijk sluiten van een pand draagt bij aan de vermindering van drugscriminaliteit. Door de sluiting wordt niet alleen de bekendheid van het pand als locatie waar drugs verkrijgbaar is weggenomen, ook wordt daarmee de loop van telers, dealers en andere bezoekers aan het pand gestopt. Er wordt een formulier op het pand geplakt die duidelijk maakt dat het gaat om de sluiting van een drugspand. De overlast voor de omgeving wordt gestopt en de openbare orde wordt herstelt. Ook wordt een herhaling van de overtreding voorkomen en de veiligheid en leefbaarheid in de omgeving verbetert.
4. Wat betekenen de begrippen in dit beleid?
De begrippen in dit beleid hebben de volgende betekenis:
daartoe aanwezig: de burgemeester is bevoegd om te een last onder bestuursdwang op te leggen als er in het pand een handelshoeveelheid drugs aanwezig is. De drugs hoeft daar dus niet verhandeld te worden. Bij de aanwezigheid van een hoeveelheid drugs in een pand die groter is dan een hoeveelheid voor eigen gebruik, is in beginsel aannemelijk dat die drugs bestemd zijn voor verkoop, aflevering of verstrekking, indien het tegendeel niet aannemelijk wordt gemaakt.
Voorbereidingshandeling: Het voorhanden hebben van een voorwerp of een stof als bedoeld in artikel 10a, eerste lid, onder 3, of artikel 11a van de Opiumwet. Deze artikelen vereisen dat degene die het voorwerp of de stof in de woning of het lokaal of op het erf voorhanden heeft, weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat het voorwerp of de stof bestemd is voor onder meer het bereiden, bewerken of vervaardigen van harddrugs, respectievelijk voor grootschalige of bedrijfsmatige illegale hennepteelt.
Woning en bijbehorend erf: een voor bewoning gebruikte ruimte. Hieronder valt zowel een koopwoning als een huurwoning, maar bijvoorbeeld ook stacaravans, woonschepen, woonwagens, et cetera. Het is de plaats waar een persoon zijn private huishoudelijke leven leidt. Dit wordt niet alleen bepaald door uiterlijke kenmerken, zoals de bouw en de aanwezigheid van een bed en andere huisraad, maar ook de daadwerkelijk, feitelijk daaraan gegeven bestemming. Of ergens gewoond wordt kan onder meer blijken uit de inschrijving in de Basisregistratie personen (BRP), de inrichting van de ruimte/het pand en het feitelijke gebruik dat van de ruimte wordt gemaakt.
5. Wanneer wordt gebruik gemaakt van de sluitingsbevoegdheid en wat zijn de gevolgen voor betrokkene(n)?
De burgemeester mag volgens artikel 13b van de Opiumwet een woning of lokaal sluiten als er in die woning of lokaal een handelshoeveelheid hard en/of softdrugs wordt gevonden. Dit mag de burgemeester ook als er voorwerpen of stoffen worden gevonden die, vanwege de aard en hoeveelheid, geschikt zijn om harddrugs te maken of bedoeld zijn voor grootschalige hennepteelt.
5.1 Uitgangspunten handhavingsrichtlijn
Doordat de sluiting van een woning zwaarder ingrijpt op het leven van personen dan de sluiting van lokalen, wordt een verschil gemaakt tussen woningen en lokalen. Ook wordt er een verschil gemaakt tussen de drugshandel in softdrugs en/of de voorbereidingshandelingen daartoe en de drugshandel in harddrugs en/of de voorbereidingshandelingen daartoe.
Bij het bepalen van de op te leggen maatregel en de duur daarvan is de aangetroffen hoeveelheid van belang. Hoe meer drugs er aanwezig is, hoe zwaarder de maatregel is en hoe langer de maatregel duurt.
Is sprake van een combinatie van soft- en harddrugs dan wordt de maatregel toegepast die geldt bij de constatering van de grootste aangetroffen (handels)hoeveelheid drugs.
5.1.2 Voorbereidingshandelingen
Bij de aanwezigheid van voorwerpen en/of stoffen die bestemd zijn voor het bereiden, bewerken of vervaardigen van harddrugs, respectievelijk voor grootschalige of bedrijfsmatige illegale hennepteelt, volgt een directe sluiting. De duur wordt bepaald aan de hand van de omstandigheden van het geval. Daarbij is wel van belang of de betrokkene weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat het voorwerp of de stof bestemd is voor de productie van soft- en harddrugs.
Als er sprake is van strafbare voorbereidingshandelingen in combinatie met een aangetroffen hoeveelheid drugs, wordt naar aanleiding van feiten en omstandigheden gekozen voor de maatregel die past bij de ernst van de situatie.
5.2 Woning en bijbehorende erven.
Het toepassen van artikel 13b van de Opiumwet op een woning kan voor de bewoners ingrijpende gevolgen hebben. Uitgangspunt is dat de burgemeester, bij een eerste overtreding, de woning niet sluit, maar een waarschuwingsbrief stuurt. Een waarschuwing wordt niet gegeven wanneer er sprake is van een ernstige situatie. Wat wordt verstaan onder een ernstige situatie staat beschreven onder 5.4.
Bij de beoordeling van de te sluiten woning moet de burgemeester o.a. rekening houden met:
De handel, productie en teelt van soft- en harddrugs tast niet alleen de openbare orde aan. Het vormt ook een gevaar voor de veiligheid en volksgezondheid en verstoort het woon- en leefklimaat. Zijn er in de woning minderjarige kinderen aanwezig en/of staan zij op het adres ingeschreven? Dan wordt er in het kader van hun veiligheid een Melding Veilig Thuis gedaan.
5.3 Lokalen en bijbehorende erven
Bij de sluiting van lokalen en bijbehorende erven geldt het uitgangspunt van eerst waarschuwen niet.
*In het geval dat er sprake is van een vergunningplichtige inrichting, wordt ook beoordeeld of er aanleiding bestaat om bestaat om de verleende vergunningen in te trekken (zoals een Drank- en Horecavergunning of een exploitatievergunning).
5.4 Afwijken van sluitingstermijnen
Bij het constateren van verkoop van of aanwezigheid van een middel genoemd in lijst I en/of lijst II van de Opiumwet kan sprake zijn van een ernstige situatie. In dat geval kan de burgemeester besluiten direct over te gaan tot sluiting van een woning of lokaal. Volgens de hierboven weergegeven handhavingsrichtlijn gaat de burgemeester er, in het geval van een woning en bijbehorende erven, van uit dat er sprake is van een ernstige situatie bij een handelshoeveelheid harddrugs, meer dan 30 gram softdrugs of meer dan 20 hennepplanten.
Het is mogelijk dat zich andere situaties voordoen waardoor een afwijking van sluitingstermijnen noodzakelijk is. De burgemeester kiest in die situatie in ieder geval een sluitingstermijn die bij de eerstvolgende overtreding gebruikt zou worden. Bij ernstige situaties wordt niet meer gewaarschuwd bij een eerste overtreding van de Opiumwet.
Hieronder staan een paar voorbeelden van situaties die als verzwarend kunnen worden aangemerkt, het is dus geen complete opsomming:
6. Mag de betrokkene zijn mening (zienswijze) geven?
Nadat van de politie een bestuurlijke rapportage is ontvangen wordt deze beoordeeld. Als het oordeel is dat het pand moet worden gesloten wordt er in de meeste gevallen eerst een brief gestuurd waarin aan betrokkene wordt verteld dat de burgemeester van plan is om het pand om het pand te sluiten. Betrokkene krijgt dan de mogelijkheid om een mening over de sluiting te geven. Het geven van een mening wordt een zienswijze genoemd (artikel 4:8 Awb). De termijn voor het geven van een zienswijze is 7 dagen. Deze termijn kan afhankelijk van ernst en omvang van de feiten en verwijtbaarheid van betrokkene(n) worden verkort of verlengd.
7. Wanneer vindt de feitelijke sluiting plaats?
Betrokkene(n) krijgen meestal eerst de mogelijkheid om zelf, binnen een bepaalde termijn, vrijwillig het pand te ontruimen en af te sluiten. Deze termijn wordt een begunstigingstermijn genoemd. Deze termijn is 7 dagen. Afhankelijk van de omstandigheden kan deze termijn korter of langer zijn.
Op het in het besluit genoemde tijdstip, worden de toegangsdeuren verzegeld en wordt een bekendmaking op de toegangsdeur of op het raam gehangen met daarop de mededeling dat het pand op last van de burgemeester is gesloten. Het verdiend de voorkeur dat betrokkene(n) aanwezig zijn bij de sluiting van het pand. Het pand wordt zo nodig ontruimd, gas/elektra/water worden afgesloten en ramen en deuren afgesloten. Het doorbreken van de aangebrachte verzegeling en/of het daarna betreden van het gesloten pand levert een strafbaarheid op van artikel 199 lid 1 van het Wetboek van Strafrecht.
Volgens artikel 5:25 Awb kunnen de gemaakte kosten voor het toepassen van de bestuursdwang worden teruggevraagd aan de overtreder. Kosten die in rekening kunnen worden gebracht zijn bijvoorbeeld: het vervangen van de sloten, de opvang van dieren die zijn achtergelaten, het afsluiten van nutsvoorzieningen etc.
Een besluit tot sluiting volgens artikel 13b van de Opiumwet is een beperkingsbesluit dat valt onder de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken. De burgemeester zal een besluit tot sluiting daarom zo spoedig mogelijk inschrijven in de openbare registers, zoals bedoeld in 3:16 BW. In dit geval is dat de Basisregistratie Kadaster publiekrechtelijke beperkingen (BRK-PB).
De beleidsregel is pand gebonden. Dat betekent dat een opgelegde bestuurlijke maatregel ook geldt voor nieuwe eigenaren.
Een hennepkwekerij of drugslab brengt niet alleen risico’s mee voor de gebruiker van het pand. Ook als de overlast op het eerste oog niet zichtbaar is, is de aanwezigheid van een hennepkwekerij of een drugslab voor de omwonenden in de buurt gevaarlijk. Door het illegaal af tappen van stroom slaan de stoppen bij kortsluiting of oververhitting niet door. Daardoor is de kans op brand en ontploffing groot. Of wat te denken van wateroverlast of schimmels wanneer het automatische sproeisysteem niet (goed) meer werkt? Of de maatregelen (zoals boobytraps) die criminelen nemen om hun investering te beschermen? Dit alles zijn de onzichtbare gevaren voor de veiligheid en leefbaarheid van de omgeving.
Om ook de omwonenden bewust te maken van deze gevaren worden zij, middels het toesturen van een folder, geïnformeerd over de sluiting.
9. Vanaf wanneer gelden deze regels?
Het beleid wordt bekend gemaakt onder: “Regels toepassing artikel 13b Opiumwet De Fryske Marren 2021”. Deze regels gaan gelden 1 dag nadat zijn geplaatst op de website www.officielebekendmakingen.nl. Het vervangt de “beleidsregels artikel 13b Opiumwet De Fryske Marren” dat op 30 oktober 2018 is vastgesteld.