Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Wierden

Reclamebeleid 2021 gemeente Wierden

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWierden
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingReclamebeleid 2021 gemeente Wierden
Citeertitelreclamebeleid 2021
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

09-07-2021wijziging

22-06-2021

gmb-2021-217029

Tekst van de regeling

Intitulé

Reclamebeleid 2021 gemeente Wierden

 

1. Inleiding

 

Er is op veel plaatsen in de gemeente Wierden reclame aanwezig. Bedrijven willen hun naamsbekendheid vergroten of een bepaald product aanprijzen. Ook organisaties en instellingen gebruiken reclame om bijvoorbeeld evenementen aan te kondigen. De manier waarop reclame geuit wordt verandert voortdurend. Reclame-uitingen veranderen onder invloed van trends en ontwikkelingen.

 

Bij de gemeente Wierden komen regelmatig aanvragen binnen voor het plaatsen van reclameborden, spandoeken, vlaggen en dergelijke. Ook blijkt dat er soms illegaal reclame- of verwijsborden worden neergezet. De gemeente Wierden vindt het belangrijk dat er duidelijkheid bestaat over de wijze waarop reclame wordt gemaakt. Dit betekent dat de gemeente oog heeft voor de behoefte aan reclame, maar ook dat reclame moet passen in het straatbeeld en de omgeving.

Voor het reclamebeleid zijn verschillende regelingen en beleidsstukken van belang. Dit is afhankelijk van de soort reclame. In bijlage 1 wordt kort weergegeven welke regels de gemeente kent op het gebied van reclame-uitingen. Deze notitie vormt het integrale beleidskader en kent de volgende doelstellingen:

  • 1.

    Het bieden van duidelijkheid voor inwoners, ondernemers, organisatoren van evenementen en bedrijven die gespecialiseerd zijn in het aanbrengen van reclames;

  • 2.

    Het voorkomen van overlast en verkeersgevaarlijke situaties.

 

 

Leeswijzer

Na dit inleidende hoofdstuk worden in hoofdstuk 2 soorten reclame en algemene uitgangspunten van beleid beschreven. In hoofdstuk 3 staan de voorwaarden voor permanente reclame-uitingen beschreven. In hoofdstuk 4 staat het beleid voor tijdelijke reclames. Hoofdstuk 5 gaat in op toezicht en handhaving.

 

2. Soorten reclame en algemene uitgangspunten van beleid

 

Soorten reclame

  • Reclame is een vorm van communicatie met het doel om mensen informatie te geven over bijvoorbeeld producten, bedrijven of evenementen. Om zoveel mogelijk mensen te bereiken moet reclame opvallen. Er bestaan veel verschillende vormen reclame. De volgende verdeling kan worden gemaakt:

    • Er bestaat een onderscheid tussen commerciële reclame en niet-commerciële uitingen van ideële aard. Boodschappen van ideële aard vallen onder de het grondwettelijk recht op vrijheid van meningsuiting. De gemeentelijke overheid mag dit recht slechts beperken naar plaats, tijd en aard. Een algemeen verbod is niet toegestaan;

    • Er is een verschil in permanente en tijdelijke reclames. Permanente reclame blijft bestaan en zit vaak aan een gebouw vast. Tijdelijke reclame zoals sandwichborden, driehoeksborden en spandoeken zijn makkelijk te demonteren en/of te verplaatsen;

    • Ten slotte kan er onderscheid gemaakt worden tussen plaatsgebonden en niet- plaatsgebonden reclame. Het doel van plaatsgebonden reclame is om de ligging van bijvoorbeeld een bedrijf of een instantie aan te geven. Dit is één van de oudste vormen van reclame: het uithangbord, de gevelbelettering, een bord aan de straat of een verwijsbord aan een paal. Niet-plaatsgebonden reclame vindt plaats om bijvoorbeeld de naamsbekendheid van een bepaald product te vergroten of de verkoop van een product te stimuleren.

 

Algemene uitgangspunten

De gemeente Wierden vindt het belangrijk dat de manier waarop reclame wordt gemaakt in redelijke regels is vastgelegd. Dit betekent dat de gemeente oog heeft voor de behoefte aan reclame, maar ook dat reclame moet passen in het straatbeeld en dat reclame de omgeving niet ernstig moet verstoren. Hierdoor wordt het straatbeeld en/of landschap als geheel overzichtelijker en rustiger.

 

Belangrijkste doelstelling van het reclamebeleid is dan ook dat het toelaten van reclame-uitingen niet ten koste mag gaan van de kwaliteit van de openbare ruimte. Hieronder is de doelstelling van het reclamebeleid uitgewerkt.

 

1. Bedrijven voldoende mogelijkheden bieden om reclame te maken.

 

Voor bedrijven is het maken van reclame heel belangrijk. Ondernemers moeten in staat worden gesteld hun naam en producten te adverteren. Dit geldt ook voor instellingen als sportverenigingen, maatschappelijke instellingen, galeries et cetera. Om maximaal effect te bereiken moet reclame opvallen. De gemeente kijkt hierbij in hoeverre en in welke vorm reclame-uitingen worden toegestaan.

 

2. Reclame moet passen binnen de omgeving en mag geen aanstoot geven.

 

Het maakt verschil of reclame plaatsvindt in dorpen of in het buitengebied. Reclame-uitingen in de bebouwde kom worden meer beoordeeld in relatie tot de vormgeving van de bebouwing en die in het landelijk gebied meer in relatie met het landschap.

 

Reclame draagt bij voorkeur bij aan de verlevendiging van de gemeente. Het mag echter geen afbreuk doen aan de kwaliteit van de openbare ruimte. Dit heeft te maken met plaatsing, kleurstelling, materiaalgebruik en/of detaillering. Daarnaast mogen reclameboodschappen geen aanstoot geven.

 

3. Verkeersveiligheid en hinder.

 

Belangrijk is dat een reclame-uiting geen (fysiek of visueel) overlast of hinder veroorzaakt. Een reclame-uiting mag niet leiden tot verkeersonveilige situaties. Dit betekent dat de straat, trottoirs, kruispunten, de verkeerslichten of –borden en andere aanduidingen goed zichtbaar moeten blijven. Een reclame-uiting mag qua vormgeving en/of kleur geen gelijkenis vertonen met verkeersrelevante

 

informatiedragers, zoals verkeersborden/-signaleringen enzovoort. Daarnaast mogen reclameborden en uitstallingen op de weg of trottoirs geen belemmering vormen voor doorgaand verkeer, voetgangers en hulpverlenende diensten.

 

4. Lichthinder moet zoveel mogelijk beperkt worden.

Reclame mag niet leiden tot visuele chaos. Knipperende lichtreclame of wisselende reclameteksten zijn om deze reden slechts in zeer uitzonderlijke situaties toelaatbaar. Het toepassen van losse letters en het aanlichten van reclameteksten verdient de voorkeur boven het toepassen van lichtbakken, waarbij het beter is om bij zowel lichtbakken als reclameborden een donkere achtergrond te kiezen met heldere letters, ook in verband met de verkeersveiligheid (verblindingseffecten).

Specifieke aandacht hierbij gaat uit naar LED-verlichting. LED-reclame is een lichtgevende reclameboodschap in de vorm van reclame-uiting op een LED-scherm. Sensoren moeten er hierbij voor zorgen dat de felheid van het licht zich aanpast aan de omstandigheden. In de praktijk blijkt dat vooral in de schemering en bij donkere luchten LED-schermen stralende lichtbakens kunnen zijn, die de aandacht trekken en soms zelfs verblinden. Daarnaast hebben LED-reclames een negatieve invloed op het rijgedrag. Gezien de behoefte willen wij onder de volgende strenge voorwaarden wel mogelijkheden bieden voor LED-schermen:

  • LED-schermen (en ander lichtreclames) die verblindend zijn, knipperen of bewegen (bijvoorbeeld het beeld van een rijdende auto) zijn niet toegestaan;

  • LED-schermen in woongebieden zijn niet toegestaan. Uitzondering geldt voor gebouwen met een maatschappelijke functie;

  • LED-schermen mogen niet gericht zijn naar tegenoverliggende woning(en);

  • LED-schermen worden bij situering langs wegen bij voorkeur met hun beeldschermzijde haaks op de rijrichting van de weg geprojecteerd;

  • voor LED-schermen geldt een lichtstilte tussen 22.00 uur en 07.00 uur. LED-schermen zijn dan uitgeschakeld;

  • de lichtuitstraling van LED-schermen moet, het liefst automatisch aan de lichtsterkte buiten, danwel met behulp van begrenzers, aanpasbaar zijn.

Daarnaast is de meest actuele "Richtlijn Lichthinder" van de Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde (NSVV) van toepassing op zowel LED-schermen als andere verlichte reclame- uitingen in de gemeente Wierden. In deze richtlijn zijn grenswaarden voor de verlichtingssterkte opgenomen. Doordat deze richtlijn van toepassing wordt verklaard, kan de gemeente handhavend optreden wanneer deze grenswaarden overschreden worden.

 

 

3. Uitgangspunten voor permanente reclame-uitingen per deelgebied

Naast de algemene doelstellingen die in de vorige paragraaf staan, gelden voor verschillende gebieden specifieke eisen voor reclame-uitingen. Op bijvoorbeeld een bedrijventerrein worden andere eisen gesteld dan aan een woongebied, en aan het buitengebied andere eisen dan aan de dorpscentra. De volgende onderverdeling is gemaakt:

a. Wierden centrum, Enter centrum en de historische uitvalswegen;

b. woongebieden (inclusief de kern Hoge Hexel);

c. bedrijventerreinen;

d. sportparken;

e. recreatieparken;

f. buitengebied;

g. openbare ruimte.

Deze gebiedsindeling is gebaseerd op de gemeentelijke welstandsnota. Voor permanente reclame- uitingen gelden de regels zoals ze zijn opgenomen in de welstandsnota. Hierbij is de meest recente versie van de welstandsnota leidend. De huidige regels zijn in bijlage 2 opgenomen. Het college van Burgemeester en wethouders kan afwijken van deze notitie. Dit is in hoofdstuk 5 beschreven.

 

a. Wierden centrum en Enter centrum en historische uitvalswegen

In het centrum van Enter en Wierden komt veel reclame voor. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om reclameluifels en reclamelijsten, zonneschermen, vlaggen en uithangborden aan gebouwen. Op de trottoirs staan uitstallingen en (verwijs-)borden.

 

Doordat in de centra veel winkels en horeca aanwezig is, zijn de mogelijkheden om reclame te maken ruimer dan in bijvoorbeeld woongebieden. Voor de centra van Wierden en Enter dient voor reclame- uitingen aangesloten te worden bij het gebouw en de directe omgeving. De criteria voor gevelreclame zijn opgenomen in de gemeentelijke welstandsnota.

 

Het plaatsen van reclameborden en/of winkelrekken (geplaatst tijdens winkelopeningstijden) is toegestaan, zowel op het eigen terrein als op openbaar gebied. Ze mogen echter niet gevaarlijk, hinderlijk of belemmerend zijn voor hulpverleningvoertuigen, ander verkeer en/of het winkelend publiek.

De gemeente Wierden wil vooralsnog geen vergunningstelsel invoeren voor reclameborden en uitstallingen, maar gaat ervan uit dat iedere winkelier op vrijwillige basis zich aan de samen opgestelde afspraken houdt. De afspraken betreffen in hoofdzaak een vrije doorgang, de grootte en plaats van reclame. Uitgangspunt is een gereguleerde situatie waarbinnen de individuele expressie van de ondernemer, via reclame, tot op zekere hoogte mogelijk blijft.

 

 

Foto: voldoende ruimte op trottoir aanwezig. Foto: vrije ruimte op trottoir is beperkt

 

De volgende punten worden gehanteerd:

- Een doorgang (looproute) met een breedte van 1,80 meter;

- Uitstallingen en reclame alleen op de gronden voor de winkel;

- Uitstallingen alleen tegen de gevel van de winkel;

- De diepte van de uitstallingen maximaal 1,20 meter;

- Hoogte van de uitstalling en/of reclame maximaal 1,50 meter;

- In samenspraak met de naastgelegen winkels er voor zorgen dat er geen slalomroute ontstaat;

- Geen reclameborden in een parkeerstrook of verlengde daarvan, in de goot of op de rijbaan;

- Bij een groot voorterrein mogen maximaal twee reclameborden buiten de strook van (1,20 + 1,80=) 3 meter geplaatst worden. Echter niet verder dan 4 meter van de gevel van de winkel (er moet een relatie met de onderneming blijven);

- Uitstallingen en reclame alleen tijdens de openingstijden van de winkel;

- Voldoende ruimte voor het stallen van fietsen en dergelijke in de daarvoor bestemde zone;

- De uitstalling mag geen belemmering vormen in het kader van de verkeersveiligheid;

- Bij herinrichting van het openbaar gebied zal de gemeente zoveel mogelijk rekening houden met mogelijkheden voor uitstallingen en reclameobjecten.

 

Overigens geldt dit niet alleen voor reclame en uitstallingen. Ook voor terrassen in de centrumgebieden geldt dat ze niet gevaarlijk, hinderlijk of belemmerend mogen zijn voor hulpverleningvoertuigen, ander verkeer en/of het winkelend publiek.

Van deze afspraken kan afhankelijk van de situatie in overleg afgeweken worden. Mochten er zich buitenproportionele situaties voordoen, dan worden deze eerst met de winkeliersvereniging besproken. Daarnaast worden de afspraken met enige regelmaat besproken met de winkeliersverenigingen.

 

b. Woongebieden

  • 1.

    De woongebieden zijn ingericht om in te wonen. In de wijken passen geen reclame-uitingen. Er zijn echter twee uitzonderingssituaties:

    • a.

      bij aan huis gebonden beroepen,

    • b.

      bedrijf- en horecabebouwing met een positieve bestemming.

  • 2.

    Bij aan huis gebonden beroepen is een bescheiden aanduiding (maximaal 0,5 m²) aan de gevel of in de tuin aanvaardbaar. Deze kunnen vergunningvrij geplaatst worden. Voor bedrijven in de woongebieden gelden dezelfde criteria als voor bedrijven in de centrumgebieden.

 

Foto: klein bord in de voortuin.

 

c. Bedrijventerreinen

Op een bedrijventerrein is met name een duidelijke ontsluiting en snelle herkenning van de exacte locatie van een bedrijf van belang. Hoewel duidelijk is dat bedrijventerreinen minder gevoelig zijn voor de aanwezigheid van reclame dan bijvoorbeeld de centrumgebieden, moet worden opgepast voor wildgroei. Bedrijventerrein waar te veel reclameobjecten en verwijsborden zijn, boeten al snel in aan aantrekkelijkheid.

Bij bedrijventerreinen kan een onderscheid worden gemaakt tussen verschillende soorten reclameaanduidingen. Prominent is de bedrijfsnaam en bijbehorend logo aanwezig en daarnaast komen vaak merkreclames voor van producten waarvan een bedrijf (hoofd)dealer is. Voor bedrijventerreinen gelden de criteria zoals opgenomen in de welstandsnota. In beeldkwaliteitsplannen (zoals is gebeurd voor De Elsmoat) kunnen echter aparte of aanvullende eisen gesteld worden.

 

d. Sportparken

Sportcomplexen in de gemeente Wierden liggen voornamelijk aan de randen van de dorpen. Een aantal grenzen aan een woonwijk waardoor meer overlast voor bewoners is te verwachten. Reclame op het sportterrein is toegestaan. Deze moet zich beperken tot het sportpark zelf en reclame moet ook gericht zijn op het sportpark. De naamsreclame van de sportclub zelf mag wel wanneer deze wat maat en vormgeving betreft, is afgestemd op de omgeving.

 

Op sportterreinen en dan met name op voetbalvelden, wordt de reclame de laatste jaren niet alleen rondom het speelveld geplaatst. Er komt reclame op de scheiding tussen twee velden of tussen het veld en een ander gebied. Reclame komt hierbij op uiteenlopende hoogten. Deze wijze van reclame maken vindt al lang plaats, in principe is hier ook niet veel op tegen. Wanneer sportvelden grenzen aan woongebieden, mogen hoge reclameborden geen hinder voor de omgeving opleveren.

Aanlichten of verlichten van reclame is op sportterreinen in principe niet toegestaan.

 

e. Recreatieparken

Recreatieparken liggen in het landelijk gebied en bestaan uit het recreatiegebied Het Lageveld en verschillende bungalowparken en campings. Reclame bij recreatieterreinen moet een functionele relatie met het betreffende terrein of erf hebben. De vormgeving van reclame moet passen bij de karakteristiek van de omgeving.

f. Buitengebied

 

Reclame hoort in principe niet thuis in het buitengebied. De kwaliteit van het landschap is bepalend voor de mogelijkheid om reclame te voeren. Er is slechts beperkte ruimte voor reclame-uitingen. Voor agrarische bedrijven is een onverlichte naamsaanduiding op een stal of bedrijfsgebouw toelaatbaar. Erfnamen kunnen daarnaast op een bord bij de toegang van het erf staan. Voor het overige is reclame alleen toegestaan voor de in het bestemmingsplan toegestane niet-agrarische bedrijven en nevenactiviteiten bij bestaande (voormalige) agrarische bedrijven. Dit zelfde geldt voor aan huis gebonden beroepen bij burgerwoningen in het buitengebied. Lichtreclames passen niet in het buitengebied omdat ze met name ’s avonds zeer dominant en opzichtig zijn. De enige uitzondering hierop geldt voor verlichting van erfnamen via een lampje onder een overkapping. Dit in verband met de herkenning van een erf in het donker.

 

 

Foto: Mooi voorbeeld van erfnaam op bord Foto: Mooi voorbeeld van reclame voor een niet-agrarisch bedrijf (houtbewerking)

 

Als ontoelaatbare reclame in het buitengebied wordt aangemerkt:

  • Reclame die niets te maken heeft met de activiteit in het pand of op het perceel waarop de reclame-uiting is geplaatst;

  • Merkreclames voor meer dan één product. Dit om wildgroei van reclame te voorkomen;

  • Reclame die het uitzicht vanuit de aangrenzende gebouwen belemmert;

  • Mechanisch of op een andere manier bewegende reclame;

  • Lichtkranten of lichtreclame met veranderend licht of met knipperend licht;

  • Daglichtreflecterende reclame; Lichtstrengen om een reclameobject of de contouren van een gebouw te benadrukken;

  • Bij reclame die grenst aan de bestaande woonomgeving kan per geval worden bepaald dat tussen 22:00 uur en 07:00 uur de verlichting tegen het reclameobject uitgeschakeld is;

Daarnaast geldt dat reclame buiten de in het bestemmingsplan opgenomen bouwvlakken niet is toegestaan. Dit geldt eveneens voor mobiele (verrijdbare) systemen. De enige uitzondering hiervoor geldt voor verwijsborden (zie onder openbare ruimte).

 

g. Openbare ruimte

Openbare ruimte is de ruimte die voor iedereen toegankelijk is. De eisen aan reclame in Wierden zijn bedoeld om de kwaliteit van de omgeving te behouden. De gemeente geeft als eigenaar en beheerder van de openbare buitenruimte ook gelegenheid om reclame te maken. Hiervoor zijn verschillende, soms langdurige contracten afgesloten met bedrijven. De gemeente ontvangt daar geld voor.

Bij reclame in de openbare ruimte, met veelal de gemeente als beheerder, moet kwaliteit, eenvormigheid en verkeersveiligheid zijn gewaarborgd. Dit geldt uiteraard ook voor particuliere gronden langs wegen en waterlopen. In deze notitie wordt het volgende geregeld:

- Verwijsborden;

- Reclame aan lantaarnpalen;

- Reclame op rotondes;

- Grootschalige reclamemasten en billboards;

- Abri’s;

- Vrije plakplaatsen;

- Verkiezingsborden.

 

Verwijsborden

Verwijsborden zijn in eerste instantie bedoeld om de vindbaarheid van een bedrijf of instelling te vergroten. Zij dienen in mindere mate om de naamsbekendheid te vergroten. Er wordt een onderscheid gemaakt in verwijsborden binnen en buiten de bebouwde kom.

 

Verwijsborden binnen de bebouwde kom

Er wordt zeer terughoudend omgegaan met verwijsborden in de bebouwde kom. Er bestaan mogelijkheden voor verwijsborden aan lantaarnpalen of nabij kruispunten. De ‘bruine verwijsborden’ hangt de gemeente Wierden als service voor bedrijven en organisaties op. Partijen moeten deze wel zelf aanschaffen.

Daarnaast staan bij de bedrijventerreinen routingborden.

 

Het is niet wenselijk de plaatsingsmogelijkheden voor verwijsborden binnen de bebouwde kom uit te breiden. Dit zou leiden tot onoverzichtelijke situaties.

 

Naast verwijsborden staan er plattegrondsborden binnen de gemeente. Een plattegrondbord heeft primair een verkeers- en vervoersfunctie, in de vorm van bewegwijzering. Daarnaast is er ruimte voor reclameboodschappen. Dit is contractueel vastgelegd. Uitbreiding hiervan is niet wenselijk/ noodzakelijk. Ditzelfde geldt voor de welkomstborden die langs invalswegen staan. De welkomstborden worden verzorgt via de Stichting Gastvrij Wierden- Enter.

 

Verwijsborden in het buitengebied

Het buitengebied is vanwege het landschappelijk karakter een kwetsbaar gebied. Om deze reden is altijd een terughoudend beleid gevoerd ten aanzien van verwijsborden. Dit uitgangspunt blijft gehandhaafd, een wildgroei zorgt snel voor landschapsvervuiling.

 

Toch is het wenselijk mogelijkheden op te nemen voor verwijsborden in het buitengebied. Geïsoleerd gelegen bedrijven zijn voor onbekenden soms moeilijk te vinden. Het gevolg hiervan is dat men gaat zoeken. Dit kan leiden tot verkeersonveilige situaties. Verwijsborden naar bedrijven kunnen dit risico aanzienlijk verminderen. Per bedrijf mogen onder de volgende voorwaarden maximaal drie verwijsborden worden geplaatst langs wegen:

  • Uit overleg met de wegbeheerder blijkt dat vanuit oogpunt van het wegbeheer en de verkeersveiligheid geen bezwaar bestaat tegen plaatsing;

  • De verwijsborden dienen ingetogen te zijn en wat betreft vormgeving, kleur en materiaalgebruik aansluiten op de omgeving;

  • Borden mogen uitsluitend worden geplaatst binnen een straal van 500 meter van de grens van het bedrijfsperceel zoals is vastgelegd in het bestemmingsplan;

  • Het plaatsen van borden binnen de bestemmingen “Bos”, “Natuur” en “Agrarisch met waarden- Natuur en landschap” is niet toegestaan;

  • Borden dienen aan de grond verankerd te zijn, het is niet toegestaan eigen verwijsborden aan bomen, lantaarnpalen, verkeersborden enzovoort te bevestigen. Wel dienen verwijsborden voor verschillende bedrijven zoveel mogelijk samen geplaatst te worden.

Reclame aan lantaarnpalen

Bij reclame aan lantaarnpalen kan onderscheid worden gemaakt tussen verlichte lichtmastreclame en en reclamedisplays in de vorm van sandwichborden of driehoeksborden.

De plaatsing van lichtmastreclame is contractueel vastgelegd tussen de aanbieder (firma Eilders) en de gemeenten Wierden, Hellendoorn en Rijssen- Holten. De gemeenten zijn hierbij gezamenlijk opgetrokken. Hierbij is afgesproken dat alle lichtbakken worden voorzien van LED-verlichting en een nachtschakeling. Dit laatste betekent dat de verlichting tussen 23.00 uur en 06.00 uur niet brandt. De totale lichtsterkte mag buiten deze periode, gemeten van de weg, niet meer dan 1 lux bedragen.

Buiten de mogelijkheden die voor lichtmastreclame zijn opgenomen in de overeenkomst met de firma Eilders zijn er geen mogelijkheden voor lichtmastreclame in de gemeente.

 

Daarnaast konden in de gemeente Wierden reclamedisplays in de vorm van sandwichborden of driehoeksborden aan lantaarnpalen worden geplaatst. De locaties waren vastgelegd in het voorheen geldende reclamebeleid. Nadeel hiervan is dat dit af en toe zorgde voor een rommelig straatbeeld en onveilige situaties. Ook werden borden foutief of op niet-aangewezen plekken geplaatst. Om dit te voorkomen kiest de gemeente er nu voor om op vaste locaties reclamedisplays aan lantaarnpalen te bevestigen waarin men (tegen betaling) reclame kan hangen. De realisatie en organisatie hiervan worden door de gemeente uitbesteed. Hiervoor worden, na vaststelling van dit beleid, bedrijven benaderd. Organisaties die hiervan gebruik willen maken hoeven vervolgens geen vergunning meer aan te vragen (wat voor vaststelling van dit beleid wel nodig was). Het plaatsen van sandwichborden of driekhoeksborden is dan niet langer toegestaan.

 

Reclame op rotondes

Bedrijven in de gemeente hebben de mogelijkheid om rotondes in de gemeente te sponsoren of adopteren. In ruil daarvoor mogen ze, onder bepaalde voorwaarden, een reclamebord plaatsen op “hun” rotonde. Met het sponsorbedrag kan de gemeente het middengedeelte van de rotonde (laten) aanleggen en onderhouden. De sponsor verzorgt zelf de reclame-uiting. De gemeente stelt wel een aantal voorwaarden aan deze reclame-uiting:

- De reclame-uiting mag enkel uit een bord bestaan. Elke andere vorm van reclame is niet toegestaan;

- De sponsor mag tegenover elke aanrijweg een reclamebord plaatsen;

- Het bord moet in de middencirkel van de rotonde worden geplaatst;

- Het bord mag een maximale oppervlakte hebben van 0.5 m². De bovenzijde van het bord mag maximaal 100 cm boven maaiveld zijn;

- De reclame-uiting mag niet aanstootgevend zijn;

- Het bord mag niet worden verlicht en mag niet retro-reflecterend zijn;

- Het bord mag de overige verkeerstekens niet hinderen;

- Het bord mag de verkeersveiligheid niet nadelig beïnvloeden

 

Grootschalige reclamemasten en billboards

Een billboard is een verlicht of onverlicht affichebord op poten, met een maximale dikte van 0,35 meter, breedte van 3,48 meter en hoogte van 2,55 meter, aan één of twee zijden van reclame voorzien. Momenteel komen er binnen de gemeente geen grootschalige reclamemasten en billboards voor. De vraag is in hoeverre deze vormen van reclame binnen de gemeente exploitabel zijn. Vanuit ruimtelijk oogpunt (landschap, maar ook verkeersveiligheid) kent de gemeente geen/ nauwelijks geschikte plaatsen voor deze reclame-uitingen. Om deze reden wordt in principe geen medewerking verleend aan reclamemasten en billboards.

 

Abri’s

Een abri is een wacht- en schuilgelegenheid voor gebruikers van het openbaar vervoer. In de achter- of zijwand is een reclamevitrine ingezet. Abri’s zijn mogelijk op plaatsen waar bushaltes aanwezig zijn. Reclame-uitingen aan abri’s dienen op uniforme wijze te worden aangebracht. Dit wordt door de gemeente uitbesteed. Het bedrijf dat de reclame ophangt, moet tevens de abri’s schoonhouden.

 

Vrije plakplaatsen

Vrije plakplaatsen zijn bestemd voor het aanbrengen van ideële reclame en vrije meningsuiting. Het gaat over het algemeen om aankondigingen van plaatselijk of regionale activiteiten. Vrije plakplaatsen komen momenteel niet voor binnen de gemeente Wierden. Wanneer de gemeente wil optreden tegen wildplakken, dan zullen volgens jurisprudentie voldoende locaties moeten worden aangewezen voor vrije meningsuiting. Hierbij kan worden uitgegaan van één vrije plakplaats per 10.000 inwoners. Om deze reden wordt voorgesteld binnen de gemeente drie openbare plakzuilen aan te brengen; in Wierden, in Enter en in Hoge Hexel.

 

Verkiezingsborden

Verkiezingsborden zijn de borden die gedurende een periode voor de verkiezingen gebruikt kunnen worden door politieke partijen om reclame te maken. Hiervoor worden verschillende locaties gebruikt. De borden worden ongeveer zes weken voor de verkiezingen door de gemeente geplaatst en na afloop van de verkiezingen weer verwijderd. Dit wordt gecontinueerd. Daarnaast kunnen politieke partijen gebruik maken van reclamedisplays of spandoeken in de daarvoor geplaatste frames.

 

4. Tijdelijke reclame

Op dit moment is het mogelijk om op verschillende aangewezen plaatsen in de gemeente spandoeken op te hangen. Organisatoren zijn er zelf verantwoordelijk voor dat deze spandoeken goed geplaatst worden. In de praktijk blijkt dat spandoeken soms op andere locaties worden opgehangen en/of niet deugdelijk worden bevestigd.

Na onderzoek van studenten van ROC van Twente kiest de gemeente Wierden ervoor om frames te plaatsen op de locaties waar eerder al spandoeken opgehangen mochten worden. Voor het ophangen van reclamemateriaal voor lokale, niet-bedrijfsgerelateerde evenementen, collectes en voor campagnes van algemeen belang, zoals de Stichting Ideële Reclame (SIRE) en Veilig Verkeer Nederland, is geen vergunning nodig wanneer reclamemateriaal binnen de frames wordt opgehangen. Wel gelden hierbij de volgende voorwaarden:

  • a.

    De maximale tijdsduur voor plaatsing van een spandoek is 3 weken vóór aanvang van een evenement. De dinsdag na het evenement moeten spandoeken zijn verwijderd;

  • b.

    De spandoeken moeten deugdelijk worden bevestigd en het verkeer mag er geen hinder van ondervinden;

  • c.

    Er wordt gewerkt volgens het principe wie het eerst komt, wie het eerst maalt (met maximaal 1 spandoek per organisatie per locatie).

Wanneer organisaties zich niet aan deze voorwaarden houden, dan verwijdert de gemeente de spandoeken. Initiatiefnemer betaalt de kosten hiervoor.

Een uitzondering geldt voor verkeersveiligheidscampagnes. Spandoeken hiervoor kunnen worden opgehangen op plaatsen waar dit vanuit verkeerskundig oogpunt nodig wordt geacht

 

5. Toezicht en handhaving

Het functioneren van reclamebeleid valt of staat met de toezicht op en de handhaving ervan. Wanneer er onvoldoende draagvlak is om te handhaven, kan een reclamebeleid geen stand houden. Uitzonderingen op het beleid moeten, in verband met het gelijkheidsbeginsel, altijd goed worden gemotiveerd. Is dit niet mogelijk dan dient er een belangenafweging plaats te vinden.

Dit geldt voor reclames waarvoor geen vergunning is aangevraagd, maar ook voor reclames die afwijken van de vergunning. De overtreder wordt in de gelegenheid gesteld om (alsnog of opnieuw) een vergunning aan te vragen voor de gerealiseerde reclame, mits deze kan worden gelegaliseerd.

 

De gemeente Wierden kent diverse regels voor reclame en zal zich ook inspannen voor de naleving daarvan. Als niet voldaan wordt aan de regels die voor reclame gelden kan de vergunningaanvraag worden geweigerd. Het college schrijft de overtreder in dat geval aan, om binnen een door hen te bepalen termijn de strijdigheid op te heffen.

 

Bij niet naleving van de wettelijke voorschriften kan bestuursdwang of een last onder dwangsom worden toegepast. Bestuursdwang houdt in dat de betreffende reclame-uiting of uitstalling wordt verwijderd op kosten van de overtreder. In het geval er een dwangsom wordt opgelegd wordt een bepaald bedrag, met een bepaald maximum, verbeurd verklaard voor ineens, iedere keer of voor elk tijdvak, dat het wettelijke voorschrift wordt overtreden. Deze vorm van handhaving werkt zeer efficiënt bij dit soort zaken.

Daar waar zinvol en mogelijk zal flankerend beleid worden toegepast. Met name als het gaat om reclame-uitingen die schade toebrengen aan gemeente-eigendommen of die verkeersonveilig zijn. Schade en verkeersonveiligheid zijn aspecten die worden afgewogen bij besluiten op grond van artikel 4:12- 4:13 van de APV.

Reclametekens op gemeentelijk eigendom kunnen zo nodig (na aanzegging) op privaatrechtelijke grond direct worden verwijderd.

 

Toezicht en handhaving op grond van de APV zijn een taak van de politie en de buitengewoon opsporingsambtenaar (BOA). Voor het overige is toezicht en handhaving voornamelijk een reguliere taak van de afdeling Publiekszaken.

 

Hardheidsclausule

Alleen in uitzonderlijke gevallen kan het college afwijken van de deze notitie. Bijvoorbeeld als de reclame een positieve bijdrage levert aan de kwaliteit van de omgeving, maar niet voldoet aan beleidsregels. In dat geval gelden de algemene welstandscriteria in de welstandsnota. Deze algemene welstandscriteria kunnen niet zomaar worden gebruikt. Ze zijn voor onverwachte, experimentele of bijzondere objecten. Stelregel is dat er hogere eisen worden gesteld aan de zeggingskracht en het architectonisch vakmanschap, naarmate de reclame zich nadrukkelijker van haar omgeving onderscheidt. Alleen voldoen aan ‘redelijke eisen van welstand’ is dus niet genoeg. De dorpsbouwmeester moet een positief advies altijd schriftelijk motiveren.

Om af te kunnen wijken van de notitie moet het plan voorzien zijn van:

• Een positief advies (schriftelijk gemotiveerd) van de dorpsbouwmeester;

• Een positief advies (schriftelijk gemotiveerd) van de gemeentelijke verkeersdeskundige;

• De reclame-uiting mag geen overlast voor gebruikers/bewoners van de nabijgelegen gronden.

 

Leges

Voor de leges die verschuldigd zijn voor APV- en omgevingsvergunningen wordt kortheidshalve verwezen naar de legesverordening van de gemeente Wierden.

 

 

Bijlage 1. Juridisch kader

Voor het reclamebeleid zijn verschillende regelingen en beleidsstukken van belang. Dit is afhankelijk van de soort reclame. Deze notitie vormt het integrale beleidskader. In deze bijlage wordt kort weergegeven welke regels de gemeente verder kent op het gebied van reclame-uitingen:

a. de Algemeen Plaatselijke Verordening (APV);

b. Bestemmingsplannen en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo);

c. de Welstandsnota;

d. Reclamebeleid 2011.

 

Algemene plaatselijke verordening (APV) van de gemeente Wierden

De APV ziet op een veilig gebruik van de openbare ruimte. Om die reden staan er bepalingen over reclame in de Algemene Plaatselijke Verordening. In de APV is nu het volgende opgenomen ten aanzien van reclame:

 

Artikel 2.10 Voorwerpen op of aan de weg in strijd met de publieke functie

In dit artikel wordt aangeven welke mogelijkheden er zijn voor het plaatsen van voorwerpen op of aan de weg. Dit artikel geeft aan in welke gevallen er een ontheffing moeten worden aangevraagd en wanneer dit zonder kan. Ook geeft dit artikel het college de mogelijkheid om nadere regels te stellen.

 

Artikel 2:42 Plakken en kladden

Het is verboden om een openbare plaats zichtbaar te bekrassen of te bekladden. Het artikel geeft ook de mogelijk tot het geven van toestemming. Daarnaast heeft het college de bevoegdheid tot het aanwijzen van plekken die gebruikt kunnen worden voor het aanbrengen van meningsuitingen en bekendmakingen. Het is wel verboden om deze plekken te gebruiken voor handelsreclame.

Het artikel geeft het college ook de mogelijkheid tot het stellen van nadere regels.

 

Artikel 4:15 Verbod hinderlijke of gevaarlijke reclame

Dit artikel omschrijft het verbod op het hinderlijk plaatsen of plakken van (handels)reclame waardoor het verkeer in gevaar wordt gebracht of ernstig hinder kan ontstaan voor de omgeving.

 

Artikel 4:16 Vergunningplicht lichtreclame

Dit artikel is momenteel niet opgenomen in de APV.

(Vervallen)

 

Artikel 5:7 Reclamevoertuigen

In dit artikel wordt aangegeven dat het is verboden om voertuigen zoals een auto, bus of aanhanger met een handelsreclame te parkeren met als doel reclame maken.

 

Bestemmingsplan en omgevingsvergunning

Wanneer een reclameconstructie is aan te merken als een bouwwerk, dan moet dit mogelijk zijn op grond van het bestemmingsplan of moet het mogelijk zijn op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo).

Voor de activiteit bouwen is een omgevingsvergunning nodig, dus wanneer een reclame-uiting gebouwd wordt valt het onder het vergunningenstelsel. Niet voor alle bouwwerken is een omgevingsvergunning nodig. Sommige bouwwerken zijn vergunningvrij, deze staan genoemd in bijlage II van het Besluit Omgevingsrecht (Bor).

 

Welstandsnota

Of een reclame-uiting op een bepaalde plaats acceptabel is, hangt met name af van de vraag of de uiting voldoet aan de redelijke eisen van welstand. Vandaar dat deze eis is opgenomen in zowel de Woningwet als de APV. De gemeenteraad heeft in september 2014 de gewijzigde welstandsnota vastgesteld. Er zijn algemeen geldende criteria die gelden voor de hele gemeente. De aanvullende gebiedsgerichte reclame-criteria zijn bij de gebieden zelf verwoord.

 

Uitgangspunt van de gemeentelijke welstandsnota is dat helder geformuleerde beleidsprincipes, overtuigende communicatie en strenge handhaving essentieel zijn geworden om reclame in de openbare ruimte weer betekenisvol te laten zijn. In de welstandsnota staan de volgende algemene criteria/richtlijnen voor reclame:

  • Een reclame-uiting dient geen afbreuk te doen aan de kwaliteit van de openbare ruimte en de kwaliteit van het bouwwerk. Dit geldt ook voor de „huisstijlreclames‟;

  • Reclame dient een functioneel verband te hebben met het pand waar de reclame op, aan of bij is geplaatst;

  • Bij monumenten dient men terughoudend te zijn met reclame-uitingen;

  • Vorming en plaatsing van reclame-uitingen op of aan gevels, op het dak of in de nabijheid van een monument wordt altijd getoetst door overkoepelende monumentencommissie;

  • De reclamevoering dient ingetogen te zijn en stijlvol geïntegreerd in het gevelbeeld. Men dient samenhang met de context te creëren door stijlvolle en geen opdringerige kleuren te gebruiken;

  • Afwijken van het voorgeschreven aantal vlaggenmasten is mogelijk indien de perceels- en bedrijfsgrootte dit toestaat.

 

Daarnaast zijn er specifieke welstandscriteria opgesteld voor:

- Reclame in het buitengebied;

- Reclame op bedrijventerreinen;

- Reclame in historische kernen en historische uitvalswegen;

- Reclame bij bijzondere bebouwing;

- Reclame in woonwijken;

- Reclame op sportparken;

- Reclame op recreatieparken.

De gebiedsgerichte criteria voor deze deelgebieden staan in bijlage 1 van deze notitie.

 

Er is een onderscheid tussen reclame in de bebouwde kom en reclame in het landelijk gebied. Reclame-uitingen in bebouwde kom worden meer beoordeeld in relatie tot de vormgeving van de bebouwing en die in het landelijk gebied meer in relatie met het landschap. Voor zowel het landelijk gebied als binnen de bebouwde kom geldt dat reclame alleen acceptabel is als er een rechtstreeks functioneel verband is met het pand waar de reclame op, aan of bij is geplaatst. Reclame mag dus niet verwijzen maar moet visueel verbonden zijn met het pand waarin het bedrijf of de winkel, die de reclame voert, is gevestigd.

 

Bebouwde kom

Reclame in de bebouwde kom komt voornamelijk voor in die delen waar winkels en/of bedrijven gevestigd zijn. In woonwijken en woonbuurten is reclame in principe niet passend. Om die reden wordt in die delen van de gemeente een terughoudend beleid gevoerd ten aanzien van reclame. Ook bij bedrijventerreinen wordt een hogere reclame-kwaliteit nagestreefd langs hoofdwegen en op representatieve locaties. Bij de binnenstraten is meer mogelijk en de kwaliteitseisen zijn lager.

 

Landelijk gebied

In het landelijk gebied is de kwaliteit van het landschap bepalend voor de mogelijkheid om reclame te voeren. In een agrarisch gebied met hoge landschappelijke kwaliteit of een natuurgebied is het groene karakter en de kwaliteit van het landschap dusdanig wezenlijk dat dit niet tot nauwelijks reclame verdraagt. Bij agrarische bedrijven die producten aan huis verkopen of andere niet- agrarische bedrijven is zorgvuldig geplaatste reclame acceptabel.

 

Reclamebeleid 2011

Voor het opstellen van het reclamebeleid in 2011 bestonden er binnen de gemeente diverse (deel)beleidsnotities met betrekking tot het reclamebeleid. Deze zijn destijds geactualiseerd en opgenomen in een integrale beleidsnotitie.

Het reclamebeleid uit 2011 heeft de afgelopen jaren goed gewerkt. Wel merken wij dat er nieuwe vormen van reclame zijn gekomen zoals LED en dat regels ten aanzien van het plaatsen van spandoeken en driehoeksborden vragen opleveren bij onder meer vergunningverlening en toezicht en handhaving. Vandaar dat het wenselijk was om het reclamebeleid te actualiseren.

 

Bijlage 2. Criteria uit de welstandsnota

 

Reclame in het buitengebied

  • 1.

    De reclame dient terughoudend te zijn;

  • 2.

    De reclame dient een functionele relatie met het betreffende erf en moet passen bij het erf. Er mag geen verwijzing zijn naar andere erven;

  • 3.

    De vormgeving, materiaaltoepassing, kleurstelling, typografie, afmeting en bevestiging moet passen bij de karakteristiek van de omgeving;

  • 4.

    De reclame mag niet groter zijn dan 3 m²;

  • 5.

    Toepassen van maximaal 2 vlaggenmasten/ banieren per erf.

 

Reclame op bedrijventerreinen

 

  • 1.

    De reclame dient afgestemd te zijn op de architectuur en omvang van het pand voor wat betreft de vormgeving, materiaaltoepassing, kleurstelling, typografie, verlichting, afmeting en bevestiging;

  • 2.

    De reclame moet een functionele relatie met het betreffende pand op de eigen kavel hebben. Er mag geen verwijzing zijn naar andere panden;

  • 3.

    Bevorderen van het gebruik van losse letters met een logo in verhouding tot de grootte van het pand;

  • 4.

    Reclame alleen aan gevels die zichtbaar zijn vanaf de aanliggende wegen;

  • 5.

    Geen reclame boven de dakrand toepassen;

  • 6.

    Eén (licht)reclame per gevel (per lichtbak). Bij een bedrijfsverzamelgebouw één per gevestigd bedrijf;

  • 7.

    Het gebruik van één reclamezuil per bedrijf met een maximale hoogte van 4 meter en een maximale breedte van 1.40 meter, is toegestaan. Bepalend voor de hoogte van de zuil is de verhouding tot de grootte van het pand;

  • 8.

    Op de zuil alleen die reclame aanbrengen die voor dat bepaalde bedrijf (of bedrijven bij een bedrijfsverzamelgebouw) van toepassing is;

  • 9.

    Toepassen van maximaal 2 vlaggenmasten per pand. In geval van een bedrijfsverzamelgebouw 1 vlaggenmast per bedrijf.

 

  • 1.

    Aanvullende criteria t.b.v. zichtlocaties (bestaand gebied langs de A1)

  • 10.

    De reclame dient afgestemd te zijn op de architectuur en omvang van het pand, zowel wat betreft de vormgeving, materiaalgebruik, kleur, typografie, verlichting en bevestiging;

  • 11.

    Er wordt gebruik gemaakt van losse letters;

  • 12.

    Het gebruik van indirecte verlichting om de letters aan te lichten is toegestaan. Ook eventueel lichtgevende open letters als het geheel past bij de architectuur van het pand;

  • 13.

    De reclame wordt bij voorkeur in de gevel geïntegreerd;

  • 14.

    Als meerdere bedrijven in één pand gevestigd zijn, dan dienen de reclame-uitingen op elkaar en het pand afgestemd te zijn.

 

Reclame in de historische kernen Enter/ Wierden en de historische uitvalswegen

  • 1.

    Een reclame-uiting dient qua plaatsing, vormgeving, materiaalgebruik, kleurstelling, typografie, detaillering en verlichting aan te sluiten bij pand en omgeving;

  • 2.

    De reclame dient stijlvol geïntegreerd te zijn in het gevelbeeld;

  • 3.

    De reclame moet een functionele relatie met het betreffende pand hebben. Er mag geen verwijzing zijn naar andere panden;

  • 4.

    Geen gebruik van knipperende/ bewegende reclame, beplating, en andere grote reclame-uitingen.

  • 5.

    Gebruik van open letters, reclame op markiezen of fraaie uithangborden, eventueel individueel verlichte letters;

  • 6.

    Toepassen van maximaal 1 vlaggenmast per pand;

 

  • 7.

    Vlaggen/ banieren aan de gevel, qua aantal vormgeving, afmetingen, plaatsing afstemmen op de gevelopzet;

  • 8.

    Reclame-uitingen mogen op de woon-winkelpanden uitsluitend aan de voorgevel ter hoogte van de begane grond worden aangebracht, niet aan de bovenverdiepingen of op het dak. Er moet ruimte zijn tussen de bovenkant van de reclame en onderkant van het kozijn op de eerste verdieping;

  • 9.

    Ramen op de eerste verdieping mogen niet met reclames worden beplakt;

  • 10.

    Een vrijstaande reclame van beperkte omvang in de tuin mag net hoger zijn dan 2 meter;

  • 11.

    Bij een aan huis gebonden beroep is een bescheiden aanduiding (maximaal 0,5 m²) aan de gevel of in de tuin toegestaan.

 

Reclame bijzondere bebouwing (scholen, sportkantines, bedrijven en winkels)

 

  • 1.

    De reclame bij de ingang dient te passen bij de omgeving;

  • 2.

    De reclame dient afgestemd te zijn op de architectuur, de omvang en functie van het pand voor wat betreft de vormgeving, materiaaltoepassing, kleurstelling, typografie, verlichting, afmeting en bevestiging;

  • 3.

    De reclame mag niet boven de dakrand uitkomen;

  • 4.

    Bij voorkeur losse letters gebruiken.

 

 

Reclame recreatiegebieden (richtlijn)

 

  • 1.

    Terughoudende, bij het landelijk gebied passende reclame toepassen;

  • 2.

    De reclame moet een functionele relatie met het betreffende erf of terrein hebben. Er mag geen verwijzing zijn naar andere erven;

  • 3.

    De vormgeving, materiaaltoepassing, kleurstelling, typografie, afmeting en bevestiging moet passen bij de karakteristiek van de omgeving;

  • 4.

    De reclame mag niet groter zijn dan 3 m²;

  • 5.

    Toepassen van maximaal 2 vlaggenmasten/ banieren per recreatiegebied.

 

Reclame woonwijken

 

  • 1.

    Alleen bij aan huis gebonden beroepen is een bescheiden aanduiding (maximaal 0,5 m²) aan de gevel of in de tuin aanvaardbaar;

  • 2.

    De reclame dient ingetogen, bescheiden en fraai vormgegeven te zijn.