Organisatie | Bergeijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | 1e wijziging Verordening op de heffing en invordering van leges 2021 |
Citeertitel | 1e wijziging Legesverordening 2021 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-07-2021 | 1e wijziging | 20-07-2021 | |||
01-01-2021 | 29-07-2021 | Nieuwe verordening | 17-12-2020 |
Burgemeester en wethouders van de gemeente Bergeijk;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid en 7 van de Paspoortwet;
gelet op artikel 10 van de Legesverordening Bergeijk 2021;
1e wijziging Verordening op de heffing en invordering van leges 2021
De Verordening op de heffing en invordering van leges 2021 wordt als volgt gewijzigd:
Onderdeel 1.2.1.6 toevoegen en onderdelen 1.2.1.5 en 1.2.2.2 van de tarieventabel worden vervangen door:
Dit besluit treedt in werking met ingang van de [eerste] dag na die van de bekendmaking, welke dag tevens de datum van ingang van de heffing is, met dien verstande dat de bepalingen die in gevolge deze verordening worden gewijzigd van toepassing blijven op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
In afwijking in zoverre van het eerste lid is de datum van inwerkingtreding en ingang van de heffing van:
artikel I, onderdelen A en D, de dag dat het voorstel van Rijkswet tot wijziging van de Paspoortwet in verband met de uitvoering van Verordening (EU) 2019/1157 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende de versterking van de beveiliging van identiteitskaarten van burgers van de Unie en van verblijfsdocumenten afgegeven aan burgers van de Unie en hun familieleden die hun recht van vrij verkeer uitoefenen (PbEU 2019, L 188) (uitvoering verordening identiteitskaarten) (Kamerstukken II 2019/20, 35552 (R2148), nr. 2) tot rijkswet wordt verheven en in werking treedt.