Inleiding
Bij besluit van 30 september 2019 wordt het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (Bbz 2004) gewijzigd per 1 januari 2020. Tevens worden de volgende ministeriële regelingen ingetrokken:
- •
Regeling administratieve uitvoeringsvoorschriften Bbz 2004;
- •
Regeling financiering en verantwoording IOAW, IOAZ en Bbz 2004.
In deze ministeriële regelingen werden een tweetal zaken geregeld waarin de gemeenten nu beleidsvrijheid hebben:
- •
het uitvoeren van heronderzoeken en de frequentie daarvan;
- •
de inzet en financiering van levensvatbaarheidsonderzoeken.
Doel beleidsregel
Het doel van deze beleidsregel is inhoud geven aan de beleidsvrijheid die door het Rijk bewust aan de gemeenten wordt gegeven door het intrekken van bovengenoemde regelingen.
Uitgangspunt hierbij is om regelluw invulling aan de uitvoering van het Bbz 2004 te geven. Hierdoor kan de inzet van mensen en middelen zo optimaal mogelijk worden afgestemd op de individuele omstandigheden van de zelfstandige. Tegelijk kan de intensiteit van onderzoeken worden opgevoerd en afgestemd, indien dit naar mening van het college noodzakelijk is.
Artikel 1 Definities
- a.
- b.
Bbz 2004: Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004;
- c.
levensvatbaarheid: een zelfstandig bedrijf of beroep als bedoeld in artikel 1 onderdeel c van het Bbz 2004;
- d.
levensvatbaarheidsonderzoek: een bedrijfseconomisch of bedrijfstechnisch onderzoek, waaronder begrepen de taxatie van vermogensbestanddelen, afgerond met een schriftelijke rapportage;
- e.
onderzoek: het onderzoek, bedoeld in artikel 53a lid 6 Participatiewet.
Artikel 2 Levensvatbaarheidsonderzoek
- 1.
Burgemeester en wethouders onderzoeken de levensvatbaarheid van het bedrijf of beroep van een zelfstandige, indien:
- a.
de zelfstandige een aanvraag indient voor algemene bijstand en/of bijstand ter voorziening in de behoefte aan bedrijfskapitaal;
- b.
indien na toekenning van algemene bijstand of bijstand ter voorziening in de behoefte aan bedrijfskrediet de (financiële) situatie van een zelfstandige daar aanleiding toe geeft.
- 2.
Afhankelijk van de complexiteit van de situatie van de zelfstandige en zijn bedrijf of beroep kan voor een onderzoek, als bedoeld in lid 1, advies worden gevraagd aan een derde.
- 3.
Ten aanzien van de kosten van aan derden opgedragen onderzoek is artikel 15a van de Regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ van toepassing.
Artikel 3 Onderzoek bedrijfskapitaal
- 1.
Burgemeester en wethouders verrichten jaarlijks een onderzoek, uitmondend in een rapportage en/of besluit, met ingang van het jaar volgend op het jaar van verstrekking van bijstand ter voorziening in de behoefte aan bedrijfskapitaal.
- 2.
Naast het onderzoek bedoelt in het eerste lid kunnen burgemeester en wethouders onderzoek instellen indien de (financiële) situatie van de zelfstandige daar aanleiding toe geeft.
Artikel 4 Beëindigingsonderzoeken
Indien de zelfstandige zijn bedrijf of beroep heeft beëindigd, voordat de bijstand ter voorziening in de behoefte aan bedrijfskapitaal is terugbetaald, voeren burgemeester en wethouders binnen 6 maanden na beëindiging van het bedrijf of beroep een onderzoek uit. Hierbij wordt beoordeeld of er sprake is van een verwijtbare bedrijfsbeëindiging.
Artikel 5 Hardheidsclausule
Het college kan bepalingen uit deze beleidsregels buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover strikte toepassing van die bepalingen zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.
Artikel 6 Overgangsrecht
Gedragingen die zich afspelen voor de inwerkingtreding van deze beleidsregels en geconstateerd na de inwerking van deze beleidsregels, maar waarop nog geen (definitieve) besluitvorming heeft plaatsgevonden, worden volgens deze beleidsregels afgehandeld.
Artikel 7 Citeertitel en inwerkingtreding
- 1.
Deze beleidsregels treden in werking met ingang van 01-10-2020;
- 2.
Deze beleidsregel worden aangehaald als “Beleidsregels onderzoeken Bbz 2004”.