Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zeeland

Inspraakverordening Zeeland 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZeeland
OrganisatietypeProvincie
Officiële naam regelingInspraakverordening Zeeland 2010
CiteertitelInspraakverordening Zeeland 2010
Vastgesteld doorprovinciale staten
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpInspraak

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Provinciewet, art. 147

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-04-2010Nieuwe regeling

05-02-2010

Provinciaal Blad, 2010, 11

SBO-141

Tekst van de regeling

Intitulé

Inspraakverordening Zeeland 2010

Gedeputeerde Staten van Zeeland,

 

maken bekend dat provinciale staten van Zeeland in hun vergadering van 5 februari 2010 onder nummer 28 hebben besloten de Inspraakverordening Zeeland 1995 in te trekken en vast te stellen de Inspraakverordening Zeeland 2010. Gelet op het bepaalde in artikel 7 van de Inspraakverordening Zeeland 2010 treedt deze in werking op de eerste dag van de maand volgende op de publicatie in het provinciaal blad en vervangt de Inspraakverordening 1995. De Inspraakverordening Zeeland 2010 luidt als volgt:

Artikelen
Artikel 1

Deze verordening verstaat onder:

  • 1.

    inspraak: het aan inspraakgerechtigden de mogelijkheid bieden hun zienswijze bij de voorbereiding of de wijziging van beleid kenbaar te maken;

  • 2.

    inspraakgerechtigden: ingezetenen van de provincie Zeeland en iedere in de provincie een belang hebbende natuurlijke of rechtspersoon.

Artikel 2
  • 1.

    Onverminderd het bepaalde van Afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht kunnen gedeputeerde staten of kan de commissaris van de Koning besluiten bij de voorbereiding of de wijziging van beleid inspraak te geven.

  • 2.

    In afwijking van lid 1 betrekken gedeputeerde staten ingevolge artikel 52 van de Wet bodembescherming bij de uitvoering van een nader onderzoek of, in geval van ernstige verontreiniging, dat is opgenomen in het provinciaal milieuprogramma, het saneringsonderzoek of de sanering burgemeester en wethouders alsmede de ingezetenen van de betrokken gemeente en belanghebbenden op de wijze voorzien in hoofdstuk 6 van de Provinciale milieuverordening Zeeland.

Artikel 3
  • 1.

    Voordat aan inspraakgerechtigden de mogelijkheid wordt geboden hun zienswijze bij de voorbereiding of de wijziging van beleid kenbaar te maken, kunnen gedeputeerde staten of kan de commissaris van de Koning overleg voeren met instellingen en organisaties, die een taak vervullen bij de uitvoering van het beleid, waarop het beleidsvoornemen of de beleidswijziging betrekking heeft.

  • 2.

    Alle relevante stukken worden daartoe aan iedere instelling of organisatie afzonderlijk toegestuurd met het verzoek binnen een redelijke termijn schriftelijk en gemotiveerd een zienswijze naar voren te brengen.

  • 3.

    Als op die manier een voldoende bepaalbare kring van belanghebbenden bij de voorbereiding of de wijziging van beleid kan worden geraadpleegd, kan worden volstaan met de in de vorige leden bedoelde consultatie.

Artikel 4
  • 1.

    Indien het houden van een openbare hoorzitting deel uitmaakt van de inspraak, wordt daaraan door de aankondiging daarvan in één of meer dag-, nieuws- of huis-aan-huis bladen en door publicatie op de website van de provincie bekendheid gegeven.

  • 2.

    De hoorzitting wordt door of namens gedeputeerde staten of de commissaris van de Koning gehouden, behalve in het geval dat zij besluiten daarvoor een speciale commissie in te stellen.

  • 3.

    Een commissie als in het vorige lid bedoeld kan binnen de grenzen van haar bevoegdheid en onder verantwoordelijkheid van gedeputeerde staten of van de commissaris van de Koning advies inwinnen, overleg voeren met inspraakgerechtigden en informatie verstrekken.

  • 4.

    Van de hoorzitting wordt een verslag gemaakt.

Artikel 5

Van de inspraak wordt een verslag gemaakt. In dit verslag worden de zienswijzen samengevat.

Zij, die van de mogelijkheid tot inspraak gebruik hebben gemaakt, ontvangen het verslag en de stukken in het kader van de verdere beleidsvorming.

Artikel 6

De inspraak met betrekking tot de voorbereiding of de wijzing van beleid, die op de datum, waarop deze verordening in werking treedt, nog niet is afgerond zal worden voltooid overeenkomstig de voorschriften van de inspraakverordening provincie Zeeland 1995.

Artikel 7

Deze verordening kan worden aangehaald als Inspraakverordening Zeeland 2010 en treedt in werking op 1 april 2010.

Gegeven te Middelburg,

Gedeputeerde Staten voornoemd,

drs. K.M.H. Peijs, voorzitter,

mr. drs. L.J.M. VERDULT, provinciesecretaris.

Uitgegeven, 23 februari 2010

De provinciesecretaris,

mr. drs. L.J.M. Verdult