Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Goirle

Subsidie-/uitvoeringsregeling gemeentetoeslag voor peuteropvang gemeente Goirle 2019

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGoirle
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidie-/uitvoeringsregeling gemeentetoeslag voor peuteropvang gemeente Goirle 2019
CiteertitelSubsidie-/uitvoeringsregeling gemeentetoeslag voor peuteropvang Goirle 2019
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerppeuteropvang

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

19-09-2019nieuwe regeling

27-08-2019

gmb-2019-226127

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidie-/uitvoeringsregeling gemeentetoeslag voor peuteropvang gemeente Goirle 2019

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Goirle in zijn vergadering van

27-08-2019;

gelet op de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en artikelen 2, lid 2, artikel 4, artikel 5, lid 4, artikel 6, lid 5, artikel 8, lid 3 en artikel 20, lid 2, onder d, van de Algemene subsidieverordening gemeente Goirle 2017;

besluit:

vast te stellen de: 'Subsidie-/uitvoeringsregeling gemeentetoeslag voor peuteropvang Goirle 2019';

 

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze subsidie-/uitvoeringsregeling wordt verstaan onder:

  • a.

    ASV: de Algemene subsidieverordening gemeente Goirle 2017 of latere versies;

  • b.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Goirle;

  • c.

    LRKP: het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP) waarin aanbieders en peuterspeelzalen zijn opgenomen die voldoen aan de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen (Wkkp);

  • d.

    peuter: in de gemeente Goirle ingeschreven kind van 2 tot 4 jaar;

  • e.

    peuteropvang: het opvangaanbod voor peuters die wonen in de gemeente Goirle door kinderopvangorganisaties die zijn opgenomen in het LRKP;

  • f.

    Rijkstoeslag voor kinderopvang: de toeslag die ouders kunnen aanvragen bij de Belastingdienst voor kinderopvang;

  • g.

    gemeentetoeslag: de toeslag die de gemeente beschikbaar stelt voor de peuteropvang;

  • h.

    kinderopvangorganisatie: de LRKP geregistreerde organisatie die peuteropvang in de gemeente Goirle aanbiedt en uitvoering geeft aan de toepassing van deze subsidie-/ uitvoeringsregeling;

  • i.

    subsidie: het budget gemeentetoeslag dat door het college aan de kinderopvangorganisatie wordt verstrekt;

  • j.

    subsidieverklaring: een door de accountant te verstrekken verklaring waarin wordt aangegeven dat de subsidiegelden terecht zijn toegekend.

Artikel 2 Voorwaarden voor de gemeentetoeslag voor de ouders/de verzorgers

De ouders of de verzorgers van een peuter kunnen in aanmerking komen voor de gemeentetoeslag ter bekostiging van peuteropvang als:

  • 1.

    de peuter woonachtig is in de gemeente Goirle;

  • 2.

    de peuter tussen de 2 en de 4 jaar is bij de start op de peuteropvang;

  • 3.

    de peuter maximaal 4 dagdelen in de week, met een maximale gemiddelde dagdeellengte van 5,5 uur voor maximaal 40 weken per kalenderjaar de peuteropvang bezoekt;

  • 4.

    de ouders of de verzorgers een overeenkomst hebben met een kinderopvangaanbieder die:

    • a.

      een vestigingslocatie heeft in de gemeente Goirle;

    • b.

      is opgenomen in het LRKP;

  • 5.

    zij geen gebruik kunnen maken van de kinderopvangtoeslag van de Belastingdienst;

  • 6.

    zij een aanvraagformulier invullen en jaarlijks een inkomensverklaring aanvragen en aan de kinderopvangorganisatie overleggen;

  • 7.

    het door het college aan de kinderopvangorganisatie verstrekte budget toereikend is.

Artikel 3 Procedurebepalingen voor de verstrekking van de gemeentetoeslag voor peuteropvang

  • 1.

    Een aanvraag voor een gemeentetoeslag wordt door de ouders of de verzorgers bij de kinderopvangorganisatie ingediend op een door het college vastgesteld formulier.

  • 2.

    In afwijking van artikel 6, lid 5, van de ASV kan een aanvraag gedurende het hele jaar worden ingediend.

  • 3.

    De aanvraag wordt uiterlijk 8 weken na de start van de peuteropvang ingediend.

  • 4.

    De kinderopvangorganisatie toetst of voldaan wordt aan de voorwaarden in artikel 2. De kinderopvangorganisatie besluit uiterlijk binnen 4 weken na ontvangst van de volledige aanvraag. Indien de aanvraag niet volledig is, stelt de kinderopvangorganisatie de aanvrager hiervan binnen 2 weken op de hoogte. De aanvrager heeft vervolgens 2 weken de tijd de ontbrekende gegevens aan te leveren.

  • 5.

    Bij toekenning brengt de kinderopvangorganisatie de gemeentetoeslag maandelijks in mindering op de factuur voor de ouders of de verzorgers.

  • 6.

    De gemeentetoeslag wordt stopgezet in de maand dat de peuter vier jaar wordt of als een tussentijdse wijziging, zoals omschreven in artikel 4, daartoe aanleiding geeft. Indien de peuter na het vierde levensjaar niet direct terecht kan op een basisschool, een speciale school voor basisonderwijs of een speciale school, kan een uitzondering worden gemaakt op het stopzetten van de gemeentetoeslag op de dag dat de peuter vier jaar wordt.

  • 7.

    De kinderopvangorganisatie is bevoegd een beslissing te nemen over het al dan niet stopzetten van de gemeentetoeslag als bedoeld in lid 6 van dit artikel. Indien van deze mogelijkheid gebruik wordt gemaakt, dient de kinderopvangorganisatie de rechtmatigheid van deze beslissing aan te tonen via de verantwoording van de bestede middelen als bedoeld in artikel 6, lid 7.

Artikel 4 Tussentijdse wijzigingen

  • 1.

    De ouders of de verzorgers geven tussentijdse wijzigingen aan de kinderopvangorganisatie door op een door het college vastgesteld formulier.

  • 2.

    Een tussentijdse wijziging betreft één of meerdere van de volgende onderwerpen:

    • a.

      de naam en de adresgegevens van de aanvrager;

    • b.

      de naam en het adres van de peuteropvang;

    • c.

      de wijziging van de peuteropvang aanbieder;

    • d.

      de wijziging naar andere en/of het aantal dagdelen;

    • e.

      de wijziging als gevolg van deelname van een volgend kind uit hetzelfde gezin aan de peuteropvang als waar de gemeentetoeslag al voor was berekend;

    • f.

      de wijziging van het inkomen van de aanvrager en/of diens partner op grond waarvan een andere inkomenscategorie van de tabel kinderopvangtoeslag van de Belastingdienst als bedoeld in artikel 5, lid 2;

    • g.

      een wijziging omdat de aanvrager en/of diens partner een kinderopvangtoeslag van de Belastingdienst ontvangt.

  • 3.

    De kinderopvangorganisatie geeft tussentijdse wijziging van het tarief van de peuteropvang tijdig vóór de toepassing hiervan schriftelijk door aan de ouders of de verzorgers.

  • 4.

    Tussentijdse wijzigingen zoals genoemd in lid 2, onder d, e, f en g en in lid 3 kunnen gevolgen hebben voor de reeds toegekende gemeentetoeslag.

Artikel 5 Berekening van de gemeentetoeslag

  • 1.

    De berekening van de gemeentetoeslag vindt plaats op basis van het volledig ingevuld formulier als bedoeld in artikel 3, lid 1.

  • 2.

    De gemeentetoeslag wordt verleend voor maximaal 2 dagdelen in de week, met een maximale gemiddelde dagdeellengte van 5,5 uur voor maximaal 40 weken per kalenderjaar.

  • 3.

    De kinderopvangorganisatie toetst het inkomen van de ouders of de verzorgers en berekent de hoogte van de gemeentetoeslag op basis van de tabel kinderopvangtoeslag van de Belastingdienst (www.toeslagen.nl). Hierbij wordt het maximale uurtarief voor kinderopvang zoals bepaald door vermelde dienst aangehouden.

  • 4.

    Als deze tabel als genoemd in het vorige lid voor het jaar waarvoor gemeentetoeslag moet worden berekend nog niet beschikbaar is, wordt de laatst uitgebrachte tabel gebruikt.

  • 5.

    De kinderopvangorganisatie brengt de gemeentetoeslag maandelijks in mindering op de factuur voor de ouders of de verzorgers.

Artikel 6 Aanvraag, toekenning en vaststelling

  • 1.

    De kinderopvangorganisatie registreert in een door de gemeente aangeleverd format de volgende gegevens:

    • a.

      de naam en het BSN-nummer van het kind;

    • b.

      de startdatum van de peuteropvang;

    • c.

      de einddatum van de peuteropvang;

    • d.

      het door de kinderopvangorganisatie gehanteerde uurtarief;

    • e.

      het gezamenlijk toetsingsinkomen van het gezin op basis van de inkomenscategorie van de tabel kinderopvangtoeslag van de Belastingdienst;

    • f.

      de hoogte van de ouderbijdrage op basis van de in artikel 5, lid 2 genoemde tabel;

    • g.

      de hoogte van de gemeentetoeslag.

  • 2.

    De kinderopvangorganisatie geeft uiterlijk 1 oktober van het voorafgaande kalenderjaar aan het college een inschatting van de benodigde gemeentetoeslag.

  • 3.

    De kinderopvangorganisatie stuurt uiterlijk 1 december van het voorafgaande kalenderjaar en uiterlijk 1 juni van het kalenderjaar een subsidieaanvraag naar het college voor respectievelijk de 1e helft van het opvolgende kalenderjaar en de 2e helft van het kalenderjaar. Gelijktijdig met de aanvraag voor de 2e helft van het kalenderjaar geeft de kinderopvangorganisatie inzage aan het college over de omvang waarin gebruik is gemaakt van de regeling in de 1e helft van het kalenderjaar.

  • 4.

    De subsidie die aan de kinderopvangorganisatie voor deze perioden wordt toegekend, wordt bij wijze van voorschot verstrekt.

  • 5.

    De subsidie voor de 2e helft van het kalenderjaar is toegekend, kan afwijken van de subsidie die voor de 1e helft van het kalenderjaar is verstrekt.

  • 6.

    Als de verstrekte subsidie voor de 1e of de 2e helft van het kalenderjaar niet toereikend is, vindt overleg plaats tussen het college en de kinderopvangorganisatie.

  • 7.

    Uiterlijk 1 mei na afloop van het kalenderjaar dient de kinderopvangorganisatie een verzoek tot vaststelling van de toegekende subsidie bij het college in, zulks met inachtneming van het bepaalde in artikel 8 van deze regeling. Aansluitend zal uiterlijk 1 juli de subsidie door het college worden vastgesteld met inachtneming van de verleende voorschotten.

  • 8.

    De kinderopvangorganisatie is gehouden bij de registratie als bedoeld in lid 1 van dit artikel het bepaalde in Wet bescherming persoonsgegevens in acht te nemen.

Artikel 7 Subsidieplafond

  • 1.

    Het subsidieplafond wordt voor 2019 vastgesteld op € 102.000,00.

  • 2.

    Over de subsidieplafonds voor 2020 e.v. jaren wordt de kinderopvangorganisatie jaarlijks uiterlijk 1 december schriftelijk geïnformeerd. Het bericht per vermeld tijdstip heeft telkens betrekking op de hoogte van het subsidieplafond voor het daarop volgende kalenderjaar.

Artikel 8 Verantwoording van de subsidie

  • 1.

    Op de verantwoording van de subsidie is het bepaalde in hoofdstuk 7 van de ASV van toepassing.

  • 2.

    Bij het opstellen van de subsidieverklaring als bedoeld in artikel 1, onder j, van deze regeling dient het Controleprotocol gemeentetoeslag voor peuteropvang 2019 te worden gevolgd.

Artikel 9 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van deze subsidie-/uitvoeringsregeling als de toepassing hiervan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

 

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 10  

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op de dag na bekendmaking.

  • 2.

    Gelijktijdig wordt de Subsidie-/uitvoeringsregeling gemeentetoeslag voor peuteropvang gemeente Goirle 2018 ingetrokken.

Artikel 11 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: 'Subsidie-/uitvoeringsregeling gemeentetoeslag voor peuteropvang Goirle 2019'.

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders in de vergadering van

27-08-2019.

Burgemeester, Mark van Stappershoef

Secretaris, Jolie Hasselman

Toelichting op 'Subsidie-/uitvoeringsregeling gemeentetoeslag voor peuteropvang gemeente Goirle 2019'

 

Artikel 2, lid 6

De inkomensverklaring kan gratis worden aangevraagd bij de Belastingdienst.

Onder een inkomensverklaring wordt verstaan een officiële verklaring van de Belastingdienst met inkomensgegevens over een bepaald belastingjaar. Zelfstandige ondernemers die in aanmerking komen voor de gemeentetoeslag kunnen in plaats van een inkomensverklaring een kopie sturen van de meest recente aanslag inkomstenbelasting van het betreffende belastingjaar. Dat kan een voorlopige of een definitieve aanslag zijn. Als deze inkomensverklaring sterk afwijkt van de huidige inkomsten, kan in overleg met de kinderopvangorganisatie worden besloten een recente inkomstenopgave in plaats van de hiervoor genoemde inkomensverklaring te gebruiken.

 

Artikel 4, lid 2, onder f

Indien de aanvrager en/of diens partner nà het indienen van de aanvraag als gevolg van een wijziging van het inkomen in een andere inkomenscategorie van de tabel als bedoeld in artikel 5, lid 3, terecht komt, moet een aanvraag tot herziening van de gemeentetoeslag worden gedaan op basis van de meest recente inkomensverklaring als bedoeld in artikel 2, lid 6. Als deze inkomensverklaring nog niet beschikbaar is, kan een aanvraag tot herziening worden aangevraagd op basis van de meest recente loongegevens.

 

Artikel 5, lid 2

Voor de toepassing van deze subsidie-/uitvoeringsregeling wordt aangenomen dat de peuters in de schoolvakanties geen gebruik maken van de peuteropvang. Daarom wordt voor een maximum van 40 weken per kalenderjaar een gemeentetoeslag toegekend en worden bij het bepalen van de hoogte van de gemeentetoeslag de schoolvakanties niet meegerekend. Natuurlijk staat het aanbieders vrij om in de schoolvakanties peuteropvang aan te bieden, zoals het ook de ouders vrij staat hiervan (geheel voor eigen rekening) gebruik te maken.

 

Artikel 8, lid 2

Bij de verantwoording van een verleende subsidie als bedoeld in artikel 20 van de ASV (€ 50.000,00 of hoger) dient een door de accountant opgestelde subsidieverklaring als bedoeld in lid 2, onder d, van vermeld artikel te worden verstrekt. Bij het opstellen van deze verklaring dient het bepaalde in het Controleprotocol gemeentetoeslag peuteropvang 2019 in acht te worden genomen. In dit protocol zijn nadere richtlijnen gegeven over het object, de reikwijdte en de intensiteit van de accountantscontrole.