Organisatie | Kampen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels budgetbeheer gemeente Kampen 2018 |
Citeertitel | Beleidsregels budgetbeheer gemeente Kampen 2018 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-09-2018 | nieuwe regeling | 11-09-2018 | 18ADV00314 |
1. Hulp bij betalingsproblemen
Inwoners die moeite hebben om hun financiën goed te regelen kunnen hulp van de gemeente krijgen. Eén van de mogelijkheden die de gemeente heeft is budgetbeheer. Daarover gaan deze beleidsregels. De beleidsregels zijn gebaseerd op de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. Als in deze beleidsregels wordt gesproken over inwoner, wordt daarmee ook de gehuwde of samenwonende partner bedoeld.
Budgetbeheer houdt in dat de gemeente de financiën beheert voor inwoners die dat zelf tijdelijk niet kunnen. Betalingen worden dan overgenomen door de gemeente. Bij budgetbeheer opent de gemeente een speciale rekening. De inkomsten komen op die rekening binnen. De gemeente zorgt ervoor, dat belangrijke uitgaven, zoals huur, gas, licht, water en verzekeringen, van die rekening worden gedaan. De gemeente maakt aan de inwoner regelmatig geld over voor het doen van boodschappen. Dat betaalt de gemeente ook van de nieuwe rekening. Budgetbeheer is op vrijwillige basis. De inwoner moet het zelf aanvragen bij de gemeente. Samen met de inwoner kijkt de gemeente of budgetbeheer zinvol en nodig is.
Doel van budgetbeheer is dat er rust, orde en stabiliteit ontstaat in de financiën van de inwoner. Samen met de inwoner worden afspraken gemaakt over inkomsten en uitgaven. De inwoner is in de eerste plaats zelf verantwoordelijk voor zijn financiële huishouding. Maar als hij er niet in slaagt op eigen kracht, met behulp van het sociaal netwerk of andere organisaties zijn financiën goed te regelen, dan kan de gemeente hulp geven. Dat sluit aan bij het ‘Kamper kompas’. De hulp van de gemeente is tijdelijk en is er altijd op gericht dat de inwoner op het punt komt dat hij zelf zijn financiën kan regelen.
De gemeente heeft verschillende mogelijkheden om hulp te geven. De mogelijkheden zijn als volgt:
Budgetbeheer: de gemeente opent een bankrekening waarop inkomsten van de inwoner binnenkomen en uitgaven worden gedaan (zie hoofdstuk 1). De gemeente kan budgetbeheer inzetten in combinatie met een betalingsregeling. Dat is een afspraak met schuldeisers over betaling van schulden. Doel van budgetbeheer is dat de inwoner zijn financiën weer zelf kan regelen.
De gemeente bepaalt per situatie welke hulp er nodig is en wordt gegeven. Dat is afhankelijk van:
Budgetbeheer is er voor inwoners van de gemeente Kampen. Het moet wel gaan om inwoners die:
4. Welke voorwaarden en verplichtingen zijn er voor hulp?
De inwoner kan zich voor ondersteuning bij zijn financiën melden bij het team budgetbeheer (budgetbeheer@kampen.nl). Zo’n melding kan ook worden gedaan via de balie Zorg en Inkomen van het stadhuis, via een ketenpartner zoals MEE of Financiën op koers, via een medewerker van het Centrum voor jeugd en Gezin (CJG) of via een andere ‘verkenner’, zoals een consulent Wmo. Als na het gesprek met de inwoner blijkt dat budgetbeheer nodig is, kan de inwoner schriftelijk een verzoek daarvoor indienen bij de gemeente. De gemeente heeft daarvoor een aanvraagformulier opgesteld.
Budgetbeheer heeft pas kans van slagen als er een stabiele situatie is bij de inwoner. Daarbij wordt niet alleen naar de financiën gekeken. De medewerker beoordeelt dit. Het gaat dan om de woon-, leef-, en inkomenssituatie van de inwoner. De inwoner moet maandelijks voldoende inkomsten hebben waarmee de noodzakelijke (vaste) uitgaven kunnen worden betaald.
De gemeente verwacht van de inwoner de medewerking en inzet die nodig zijn om budgetbeheer te laten slagen. De inwoner moet bijvoorbeeld instemmen met de overeenkomst budgetbeheer en deze ondertekenen, afspraken nakomen of loonstroken of bankafschriften laten zien, maar ook om bepaalde uitgaven stop te zetten, als dat nodig is. Als de inwoner onvoldoende meewerkt, kan de aanvraag worden afgewezen. Dat is bijvoorbeeld zo, als de gemeente onvoldoende zicht heeft op de financiële en persoonlijke situatie of als de gemeente onvoldoende zekerheid heeft dat budgetbeheer zal slagen.
Om budgetbeheer te laten slagen is het ook nodig dat de inwoner de volgende verzekeringen heeft afgesloten:
De inwoner is verplicht om zo snel mogelijk alle gegevens aan de gemeente te verstrekken die de gemeente nodig heeft voor het beoordelen van de aanvraag budgetbeheer. Het gaat om gegevens en bewijsstukken die de gemeente van de inwoner vraagt, maar ook om gegevens waarvan het de inwoner duidelijk moet zijn dat deze van belang zijn.
Deze inlichtingenverplichting geldt ook voor het uitvoeren van budgetbeheer na toekenning van de aanvraag. Het is voor budgetbeheer nodig dat de gemeente goed zicht heeft op de situatie van de inwoner, zijn mogelijkheden en eventuele beperkingen en de kans van slagen van budgetbeheer. De inwoner moet open zijn over zijn situatie en niets achterhouden dat van belang is.
Een aanvraag wordt in ieder geval afgewezen als de inwoner:
Voor een succesvol traject is het nodig, dat de inwoner zich houdt aan de voorwaarden en verplichtingen die hierboven zijn opgenomen. De gemeente kan het budgetbeheer beëindigen als de inwoner zich niet houdt aan de voorwaarden en verplichtingen uit de overeenkomst budgetbeheer. De gemeente beëindigt het budgetbeheer in ieder geval, als de inwoner:
5. Hoe pakt de gemeente budgetbeheer aan?
Nadat een medewerker samen met de inwoner zijn situatie in kaart heeft gebracht, stelt de medewerker een overeenkomst budgetbeheer en een budgetplan op. In de overeenkomst staan afspraken tussen gemeente en inwoner over het budgetbeheer. Een budgetplan is een plan hoe de inwoner zijn inkomsten en uitgaven kan regelen aan de hand van een begroting. Door een begroting te maken kunnen de uitgaven beter worden gepland. Als de inwoner instemt met het budgetplan wordt een nieuwe bankrekening geopend en zorgt de inwoner ervoor dat de inkomsten op die rekening gaan binnenkomen. De gemeente zorgt ervoor dat van die inkomsten de noodzakelijke uitgaven worden voldaan. De inwoner ontvangt van de gemeente regelmatig geld voor het doen van boodschappen. Het bedrag wordt na overleg met de inwoner vastgesteld.
Na de start van het budgetbeheer neemt de medewerker regelmatig contact op met de inwoner voor ondersteuning bij de financiële huishouding en om de ontwikkelingen te volgen (budgetcoaching). Met budgetcoaching leert iemand met behulp van een budgetcoach zijn/haar eigen financiën weer te beheren.
De gemeente streeft ernaar dat de inwoner na zes tot negen maanden weer financieel ‘op eigen benen’ kan staan en dat het budgetbeheer daarna dan beëindigd wordt. Budgetbeheer wordt daarom toegekend voor een periode van een jaar. De medewerker beoordeelt na negen maanden of budgetbeheer inderdaad beëindigd kan worden. Is het nodig dat het budgetbeheer wordt voortgezet, dan is dat mogelijk. De duur van het budgetbeheer wordt dan verlengd, in principe met één jaar. Die termijn kan nog eenmaal worden verlengd met opnieuw één jaar, als de situatie van de inwoner dat noodzakelijk maakt. Bij een verlenging kunnen de voorwaarden worden aangepast, als dat nodig is voor het bereiken van een financieel gezonde huishouding.
In hele bijzondere situaties kan budgetbeheer ook na het bereiken van de maximale termijn worden voortgezet. Het moet dan gaan om een inwoner die blijvend ondersteuning bij de financiën nodig heeft en waarbij beschermingsbewind geen goed alternatief vormt.
Gaat het om budgetbeheer naast een (minnelijke of wettelijke) schuldregeling of schuldbemiddeling, dan kan de duur van het budgetbeheer daarop worden aangepast. Uitgangspunt is dan, dat budgetbeheer voortduurt zolang de schuldregeling of schuldbemiddeling loopt.
Welke inkomsten betrekt de gemeente bij het budgetbeheer?
De gemeente betrekt alle middelen die de inwoner tot zijn beschikking heeft bij budgetbeheer. Het gaat dan om alle financiële middelen waarover de inwoner (en zijn kinderen tot 18 jaar) kan beschikken. Alle inkomsten worden naar de nieuwe bankrekening overgemaakt. Het gaat dan bijvoorbeeld om inkomsten uit arbeid, uitkeringen, alimentatie, inkomsten uit verhuur of kostgangers, heffingskortingen van de belastingdienst, voorlopige teruggaven inkomstenbelasting van de belastingdienst, etc.
Vermogen wordt ook bij budgetbeheer betrokken. Het gaat dan om bezittingen die uitgaan boven wat gebruikelijk is om te bezitten, zoals meubilair, witgoed etc. Ook niet van belang zijn de bezittingen die noodzakelijk zijn, zoals een aangepaste auto voor een inwoner met een handicap.
Als budgetbeheer wordt ingezet, brengt de medewerker de inwoner op de hoogte. Als er te weinig basis is voor budgetbeheer, stuurt de medewerker de inwoner een besluit. Dat gebeurt ook, als budgetbeheer tussentijds wordt beëindigd. In het besluit staat wat de reden is van de afwijzing of beëindiging.
Deze beleidsregels treden in werking op de dag na bekendmaking.
Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels budgetbeheer gemeente Kampen 2018