| | Tarief 2017 | Tarief 2018 |
TITEL 2 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER FYSIEKE LEEFOMGEVING / OMGEVINGSVERGUNNING | | |
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen | | |
2.1.1 | Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: | | |
2.1.1.1 | aanlegkosten: | | |
| het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen. | | |
2.1.1.2 | bouwkosten: | | |
| het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen. | | |
2.1.1.3 | Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. | | |
2.1.2 | In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. | | |
2.1.3 | In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. | | |
Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag | | |
2.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een concept-aanvraag: | | |
2.2.1 | om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is | € 65,00 | € 66,00 |
2.2.2 | tot het beoordelen van een conceptaanvraag om een omgevings-vergunning indien deze concept-aanvraag niet leidt tot een formele aanvraag: | | |
| - Indien de aanvraag past binnen het bestemmingsplan en de bouwkosten minder dan € 5.000,- bedragen of de concept-aanvraag is omgevingsvergunningvrij: | € 65,00 | € 66,00 |
| - Indien de concept-aanvraag strijdig is met het bestemmingsplan en/of de bouwkosten € 5.000,- of meer bedragen: | € 255,00 | € 259,00 |
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning | | |
2.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. | | |
2.3.1 | Bouwactiviteiten | | |
2.3.1A | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, en de bouwkosten minder bedragen dan of gelijk zijn aan € 5.000, bedraagt het tarief ongeacht de uitkomst: | | |
| indien de bouwkosten minder bedragen dan of gelijk zijn aan € 5.000: | € 65,00 | € 66,00 |
| vermeerderd met: | 2,10% | 2,10% |
| van de bouwkosten; | | |
2.3.1B | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, en de bouwkosten meer bedragen dan € 5.000, bedraagt het tarief ongeacht de uitkomst: | | |
| indien de bouwkosten meer bedragen dan € 5.000,- maar minder dan € 50.000,-: | € 255,00 | € 259,00 |
| vermeerderd met: | 3,06% | 3,06% |
| van de bouwkosten; | | |
| indien de bouwkosten meer bedragen dan of gelijk zijn aan € 50.000,- maar minder dan € 300.000,- bedragen: | € 1.785,00 | € 1.789,00 |
| vermeerderd met: | 3,01% | 3,01% |
| van de bouwkosten voor zover die het bedrag van € 50.000,- te boven gaan; | | |
| indien de bouwkosten meer bedragen dan of gelijk zijn aan € 300.000,- maar minder dan € 1.000.000,- bedragen: | € 9.310,00 | € 9.315,00 |
| vermeerderd met: | 1,90% | 1,90% |
| van de bouwkosten voor zover die het bedrag van € 300.000,- te boven gaan; | | |
| indien de bouwkosten meer dan € 1.000.000,- bedragen: | € 22.610,00 | € 22.614,00 |
| vermeerderd met: | 1,70% | 1,70% |
| van de bouwkosten voor zover die het bedrag van € 1.000.000,- te boven gaan; | | |
| Extra welstandstoets | | |
2.3.1.2 | Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1 en 2.2.2 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is: | € 37,50 | € 38,00 |
| Verplicht advies agrarische commissie | | |
2.3.1.3 | Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld: | € 37,50 | € 38,00 |
| Achteraf ingediende aanvraag | | |
2.3.1.4 | Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2.3.4, 2.3.5, 2.3.6 en 2.3.10 bedraagt het tarief, indien de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit, of voor het moment van vergunningverlening: | 0,50% | 0,50% |
| bovenop de in 2.3.1 genoemde percentages van de bouwkosten met een minimumbedrag van | € 347,00 | € 352,00 |
| Beoordeling aanvullende gegevens | | |
2.3.1.5 | Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2.3.4, 2.3.5 en 2.3.6 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen: | € 37,50 | € 38,00 |
| Start- en gereedmeldingsformulier | | |
2.3.1.6 | Bij het verlenen van een omgevingsvergunning wordt voor de extra werkzaamheden die nodig zijn voor het start- en gereedmeldingsformulier te verkrijgen het volgende in rekening gebracht: | | |
| - het startmeldingsformulier | € 78,00 | € 79,00 |
| - het gereedmeldingsformulier | € 78,00 | € 79,00 |
| Beoordeling bodemrapport | | |
2.3.1.7 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: | | |
2.3.1.7.1 | tot het verstrekken van een verklaring met betrekking tot de verwachting van de kwaliteit van de bodem (historisch bodemonderzoek) | € 76,00 | € 77,00 |
2.3.1.7.2 | tot het opstellen van een historisch bodemonderzoek inclusief de beoordeling van het daaruit voortvloeiende verkennend bodemonderzoek voor een locatie met een oppervlakte van: | | |
2.3.1.7.2.1 | - minder dan 5.000 m2 | € 296,00 | € 300,00 |
2.3.1.7.2.2 | - 5.000 tot en met 10.000 m2 | € 404,00 | € 410,00 |
2.3.1.7.2.3 | - 10.000 m2 en meer | € 404,00 | € 410,00 |
| vermeerderd met € 84,80 per hectare of een evenredig deel daarvan boven de 10.000 m2 | | |
2.3.1.7.3 | voor de beoordeling van een aanvullend bodemonderzoek, nadat reeds een advies is opgesteld voor een eerder onderzoek | € 219,00 | € 222,00 |
2.3.1.7.4 | tot het verkrijgen van een verklaring tot de kwaliteit van de bodem: | | |
2.3.1.7.4.1 | - voor particulieren | € 16,40 | € 16,65 |
2.3.1.7.4.1 | - voor bedrijven | € 63,00 | € 64,00 |
2.3.2 | Aanlegactiviteiten | | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 167,00 | € 169,50 |
2.3.3 | Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit | | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en ongeacht de uitkomst: | | |
2.3.3.1 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): | € 394,00 | € 400,00 |
2.3.3.2 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): | € 588,00 | € 597,00 |
2.3.3.3 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): | | |
| - voor de eerste beoordeling van de ingediende stukken | € 5.620,00 | € 5.704,00 |
| - voor de tweede beoordeling van de stukken | € 3.375,00 | € 3.425,00 |
| - voor iedere verdere beoordeling | € 1.700,00 | € 1.725,00 |
| | |
| | |
2.3.3.4 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): | € 588,00 | € 597,00 |
2.3.3.5 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): | | |
| - voor de eerste beoordeling van de ingediende stukken | € 5.620,00 | € 5.704,00 |
| - voor de tweede beoordeling van de stukken | € 3.375,00 | € 3.425,00 |
| - voor iedere verdere beoordeling | € 1.700,00 | € 1.725,00 |
2.3.3.6 | indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): | | |
| - voor de eerste beoordeling van de ingediende stukken | € 5.620,00 | € 5.704,00 |
| - voor de tweede beoordeling van de stukken | € 3.375,00 | € 3.425,00 |
| - voor iedere verdere beoordeling | € 1.700,00 | € 1.725,00 |
2.3.3.7 | indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): | | |
| - voor de eerste beoordeling van de ingediende stukken | € 5.620,00 | € 5.704,00 |
| - voor de tweede beoordeling van de stukken | € 3.375,00 | € 3.425,00 |
| - voor iedere verdere beoordeling | € 1.700,00 | € 1.725,00 |
2.3.3.8 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): | € 3.920,00 | € 3.978,00 |
2.3.4 | Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit | | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.4.1 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): | € 394,00 | € 400,00 |
2.3.4.2 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): | € 588,00 | € 597,00 |
2.3.4.3 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): | | |
| - voor de eerste beoordeling van de ingediende stukken | € 5.620,00 | € 5.704,00 |
| - voor de tweede beoordeling van de stukken | € 3.375,00 | € 3.425,00 |
| - voor iedere verdere beoordeling | € 1.700,00 | € 1.725,00 |
2.3.4.4 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking) | € 588,00 | € 597,00 |
2.3.4.5 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): | | |
| - voor de eerste beoordeling van de ingediende stukken | € 5.620,00 | € 5.704,00 |
| - voor de tweede beoordeling van de stukken | € 3.375,00 | € 3.425,00 |
| - voor iedere verdere beoordeling | € 1.700,00 | € 1.725,00 |
2.3.4.6 | indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): | | |
| - voor de eerste beoordeling van de ingediende stukken | € 5.620,00 | € 5.704,00 |
| - voor de tweede beoordeling van de stukken | € 3.375,00 | € 3.425,00 |
| - voor iedere verdere beoordeling | € 1.700,00 | € 1.725,00 |
2.3.4.7 | indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): | | |
| - voor de eerste beoordeling van de ingediende stukken | € 5.620,00 | € 5.704,00 |
| - voor de tweede beoordeling van de stukken | € 3.375,00 | € 3.425,00 |
| - voor iedere verdere beoordeling | € 1.700,00 | € 1.725,00 |
2.3.4.8 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): | € 3.920,00 | € 3.978,00 |
2.3.4.9 | vervallen | | |
2.3.4.10 | vervallen | | |
2.3.4.11 | indien sprake is van een persoonsgebonden omgevingsvergunning voor een bewoner, die onrechtmatig een pand bewoont in strijd met het bestemmingsplan als bedoeld in de wet ruimtelijke ordening | € 934,00 | € 948,00 |
2.3.5 | In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid | | |
2.3.5.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
| in het geval dat het een bouwwerk dat is opgericht c.q. als inrichting in werking treedt of dat gewijzigd is: | | |
| a. voor bouwwerken met een oppervlakte tot 100 m2 | € 342,00 | € 347,00 |
| b. voor bouwwerken met een oppervlakte van 101 m2 tot 500 m2 + voor het aantal vierkante meters waarmee 100 m2 worden overschreden, te vermeerderen met € 1,12 per m2 | € 342,00 | € 347,00 |
| c. voor bouwwerken met een oppervlakte van 501 m2 tot 2000 m2 + voor het aantal vierkante meters waarmee 500 m2 worden overschreden, te vermeerderen met € 0,39 per m2 | € 854,00 | € 866,00 |
| d. voor bouwwerken met een oppervlakte van 2001 m2 tot 5000 m2 + voor het aantal vierkante meters waarmee 2000 m2 worden overschreden, te vermeerderen met € 0,10 per m2 | € 1.531,00 | € 1.554,00 |
| e. voor bouwwerken met een oppervlakte van 5001 m2 en meer + voor het aantal vierkante meters waarmee 5000 m2 worden overschreden, te vermeerderen met € 0,02 per m2 | € 1.895,00 | € 1.923,00 |
2.3.6 | Activiteiten met betrekking tot monumenten | | |
2.3.6.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.6.1.1 | voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument: | € 226,00 | € 229,00 |
2.3.6.1.2 | voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: | € 226,00 | € 229,00 |
2.3.7 | Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht | | |
2.3.7.1 | vervallen | | |
2.3.7.1.1 | vervallen | | |
2.3.7.1.2 | vervallen | | |
2.3.7.2 | vervallen | | |
2.3.7.3 | Startmeldingsformulier | | |
| Bij het verlenen van een omgevingsvergunning met de activiteit slopen wordt voor de extra werkzaamheden die nodig zijn voor het startmeldingsformulier te verkrijgen het volgende in rekening gebracht: | € 78,00 | € 79,00 |
| Indien het formulier 5 dagen voor de start van de sloopactiviteiten is ingediend wordt het bedrag terugbetaald aan de aanvrager | | |
2.3.7.4 | Onverminderd het bepaalde in 2.3.6.1 worden de leges met betrekking tot een aanvraag omgevingsvergunning met de activiteit slopen verhoogd, indien het een aanvraag betreft waarbij de sloopactiviteit reeds gereed is c.q. waarmee reeds een aanvang is gemaakt. | € 588,00 | € 597,00 |
2.3.7.5 | Indien het een aanvraag betreft waarbij de sloopactiviteit reeds gereed is c.q. waarmee reeds een aanvang is gemaakt alvorens de betreffende sloopmelding bij het bevoegd gezag is ontvangen | | |
| - Indien de bouwkosten van het te slopen bouwwerk < € 5.000,- bedragen: | € 65,00 | € 66,00 |
| - Indien de bouwkosten van het te slopen bouwwerk > € 5.000,- bedragen: | € 394,00 | € 400,00 |
| Aanleggen of veranderen weg | | |
2.3.8 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:6 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 65,00 | € 66,00 |
| | | |
2.3.9 | Uitweg/inrit | | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:7 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 65,00 | € 66,00 |
2.3.10 | Kappen | | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 12,00 | € 12,20 |
2.3.11 | Opslag van roerende zaken | | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: | € 12,00 | € 12,20 |
2.3.11.1 | indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo: | € 12,00 | € 12,20 |
2.3.11.2 | indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo: | € 12,00 | € 12,20 |
2.3.12 | Natura 2000-projecten | | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | € 166,00 | € 168,50 |
2.3.13 | Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten) | | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | € 166,00 | € 168,50 |
2.3.14 | Andere activiteiten | | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: | | |
2.3.14.1 | behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 65,00 | € 66,00 |
2.3.14.2 | behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.14.2.1 | als het een gemeentelijke verordening betreft | € 65,00 | € 66,00 |
2.3.14.2.2 | als het een provinciale of waterschapsverordening betreft | € 65,00 | € 66,00 |
2.3.15 | Omgevingsvergunning in twee fasen | | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.15.1 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: 60% van het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in art. 2.3.1; | | |
2.3.15.2 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: 60% van het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in art. 2.3.1; | | |
2.3.16 | Beoordeling bodemrapport / archeologie | | |
| Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: | | |
2.3.16.1 | voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport: | € 1.700,00 | € 1.725,00 |
2.3.16.2 | voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport: | € 1.700,00 | € 1.725,00 |
2.3.17 | Advies | | |
| Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: | € 166,00 | € 168,50 |
2.3.18 | Verklaring van geen bedenkingen | | |
2.3.18.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: | | |
2.3.18.1.1 | indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: | € 385,00 | € 390,00 |
2.3.18.1.2 | indien Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het van toepassing zijnde tarief zoals opgenomen in paragraaf 2.6 van de vigerende Tarieventabel behorende bij de vigerende Legesverordening van de Provincie Limburg. | | |
2.3.18.1.3 | Indien een omgevingsvergunning, die voorziet in projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in of in de nabijheid van een Natura 2000-gebied, door de gemeente wordt geweigerd, als gevolg van het weigeren van een verklaring van geen bedenkingen met betrekking tot dit onderdeel door Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg, vindt restitutie door de gemeente aan de aanvrager plaats van 75% van de geheven leges van de aanvrager. | | |
2.3.18.1.4 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning, die voorziet in projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in of in de nabijheid van een Natura 2000-gebied, door de aanvrager wordt ingetrokken alvorens daarop door de gemeente is beschikt, vindt restitutie door de gemeente aan de aanvrager als volgt plaats: | | |
2.3.18.1.4.1 | indien het verzoek tot intrekking is gedaan binnen zes maanden na datum van ontvangst van de aanvraag bij de gemeente, vindt restitutie plaats door de gemeente aan de aanvrager van 50% van de geheven leges van de aanvrager. | | |
2.3.18.1.4.2 | indien het verzoek tot intrekking is gedaan zes maanden of langer na datum van ontvangst van de aanvraag bij de gemeente, vindt restitutie plaats door de gemeente aan de aanvrager van 25% van de geheven leges van de aanvrager. | | |
2.3.18.1.5 | Indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. | | |
2.3.18.1.5.1 | Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.5 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | | |
Hoofdstuk 4 Vermindering | | |
2.4.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3. | | |
2.4.2 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt: | | |
2.4.2.1 | bij 5 tot 10 activiteiten: | 5% | 5% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde leges; | | |
2.4.2.2 | bij 10 tot 15 activiteiten: | 10% | 10% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde leges; | | |
2.4.2.3 | bij 15 of meer activiteiten: | 12% | 12% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde leges. | | |
Hoofdstuk 5 Teruggaaf | | |
2.5.1 | Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten | | |
| Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: | | |
2.5.1.1 | indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen doch voor het verlenen ervan | 60% | 60% |
| van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; | | |
2.5.1.2 | indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken doch voor het verlenen van de vergunning, na het in behandeling nemen ervan | 40% | 40% |
| van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; | | |
2.5.2 | Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten | | |
| Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: | 0% | 0% |
| van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. | | |
2.5.3 | Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten | | |
2.5.3.1 | Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: | 0% | 0% |
| van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. | |
2.5.3.2 | Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. | | |
2.5.4 | Minimumbedrag voor teruggaaf | | |
| Een bedrag wordt niet teruggegeven als het bedrag lager is dan: | € 65,00 | € 66,00 |
2.5.5 | Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen | | |
| Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend. | | |
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning | | |
2.6 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het geheel of gedeeltelijk intrekken van een omgevings-vergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is: | € 65,00 | € 66,00 |
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning a.g.v. wijziging project | | |
2.7 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: | € 65,00 | € 66,00 |
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten | | |
2.8.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening (postzegel-bestemmingsplan) | | |
| - voor de eerste beoordeling van de ingediende stukken | € 5.620,00 | € 5.704,00 |
| - voor de tweede beoordeling van de stukken | € 3.375,00 | € 3.425,00 |
| - voor iedere verdere beoordeling | € 1.700,00 | € 1.725,00 |
2.8.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid van de Wet ruimtelijke ordening (wijzigingsplan): | € 3.920,00 | € 3.978,00 |
Hoofdstuk 9 Vervallen | | |
| | | |
Hoofdstuk 10 Vervallen | | |
| | | |
Hoofdstuk 11 In deze titel niet benoemde beschikking | | |
2.11 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking: | € 65,00 | € 66,00 |