Organisatie | Twenterand |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in Jongeren gemeente Twenterand |
Citeertitel | Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet Investeren in Jongeren |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-02-2009 | 15-02-2013 | Wijziging van artikelen 1, 2 en 14 ivm de WIJ | 02-02-2010 Gemeentecontact 11-2-2010 | - | |
19-02-2009 | Wijziging van artikelen 1, 2 en 14 ivm de WIJ | 02-02-2010 Gemeentecontact 11-2-2010 | - |
De raad van de gemeente Twenterand;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders
gelet op artikel 47 van de Wet werk en bijstand
gelet op artikel 12, eerste lid, onderdeel d, van de Wet Investeren in Jongeren
overwegende dat de gemeente bij verordening regels dient te stellen over de wijze waarop de personen die algemene bijstand ontvangen of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van deze wetten;
overwegende dat het voor de cliënten van het cluster Sociale Zaken en hun vertegenwoordigers mogelijk moet zijn om invloed uit te oefenen op het lokaal beleid;
vast te stellen: de “Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet Investeren in Jongeren, gemeente Twenterand”.
1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand en de Algemene wet bestuursrecht en de Wet Investeren in Jongeren. In deze verordening wordt onder de WWB mede verstaan de WIJ.
2. In deze verordening wordt verstaan onder:
a. de wet: de Wet werk en bijstand (Staatsblad 2003; 375)
en/of de Wet Investeren in Jongeren;
b. de gemeente: de gemeente Twenterand;
c. het college: het college van burgemeester en wethouders van de
d. belanghebbenden: personen en jongeren die een uitkering ingevolge de
wet ontvangen, alsmede personen die een
nabestaanden- of halfwezenuitkering op grond van
Anw ontvangen, niet uitkeringsgerechtigden, voor
wiens arbeidsinschakeling het college
verantwoordelijk is, en personen die
gesubsidieerde arbeid verrichten;
e. maatschappelijke organisaties: kerken, vakbonden en andere (belangen)
groeperingen die betrokken zijn bij het
Het doel van cliëntenparticipatie is dat belanghebbenden en vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties invloed moeten kunnen uitoefenen op het lokaal beleid op het terrein van sociale zaken. Ten behoeve van dit doel is een organisatie in het leven geroepen.
Deze zal opereren onder de naam: Cliëntenplatform WWB en WIJ gemeente Twenterand.
1. Het cliëntenplatform bestaat uit belanghebbenden en vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties.
2. Het maximaal aantal leden van het cliëntenplatform is 14.
3. Nieuwe leden van het cliëntenplatform worden door burgemeester en wethouders benoemd op voordracht van de leden van het cliëntenplatform.
4. Het cliëntenplatform is verantwoordelijk voor de werving en selectie van nieuwe leden.
5. De leden kiezen uit hun midden een voorzitter, een penningmeester en een secretaris.
6. Het lidmaatschap van het cliëntenplatform is onverenigbaar met het lidmaatschap van de gemeenteraad dan wel het college van burgemeester en wethouders.
Artikel 4 Beëindiging lidmaatschap
1. Het lidmaatschap eindigt indien:
a. het lid geen belanghebbende of vertegenwoordiger meer is van een maatschappelijke organisatie;
c. de zittingsduur als bedoeld in artikel 6 is verlopen;
2. In de gevallen zoals bedoeld in lid 1 sub a. en b., blijft het lid de functie vervullen totdat in de
vacature is voorzien, met een maximale termijn van zes maanden.
Artikel 5 Perdiodiciteit van de vergaderingen
1. Jaarlijks wordt door het cliëntenplatform een vergaderrooster opgesteld, waarbij rekening gehouden wordt met een minimale vergaderfrequentie van 1x per kwartaal.
2. Op verzoek van het cliëntenplatform dan wel de gemeente kan er tussentijds een vergadering plaatsvinden.
3. Minimaal 2x per jaar zal er een overleg met de gemeente worden belegd.
Artikel 6 Taken en bevoegdheden
1. Het cliëntenplatform brengt gevraagd en ongevraagd advies uit aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Twenterand, zowel aangaande het beleid als de uitvoering van de Wet werk en bijstand.
2. Burgemeester en wethouders vragen het cliëntenplatform in ieder geval om advies bij beleidsstukken aangaande de beleidsvorming, de vaststelling, de uitvoering en de evaluatie van de Wwb.
3. Het uitgebrachte advies wordt toegevoegd aan de gemeenteraad ter beschikking te stellen stukken.
4. Burgemeester en wethouders dragen er zorg voor dat aan het platform de nodige informatie wordt verstrekt ten behoeve van het naar behoren kunnen functioneren van het cliëntenplatform.
5. Vanuit het bureau Dienstverlening aan personen wordt het cliëntenplatform geïnformeerd over veranderingen en ontwikkelingen met betrekking tot regels, voorschriften en werkwijzen aangaande het cluster Sociale Zaken.
6. Er worden geen individuele zaken aan de orde gesteld, betreffende cliënten van het cluster Sociale Zaken.
Artikel 7 Advies aan het platform
Het hoofd van het bureau Dienstverlening aan personen fungeert als aanspreekpunt van het platform. Zij zal de vergaderingen regelmatig bezoeken. Zij bezoekt de vergaderingen in ieder geval indien het platform dit nodig oordeelt.
1. De zittingsduur van de leden van het platform is vier jaar, waarbij wordt aangesloten bij de zittingsduur van de gemeenteraad.
1. De agenda voor de vergadering wordt opgesteld in overleg tussen de voorzitter en secretaris.
2. Op verzoek van zowel belanghebbenden als van leden van het platform kunnen onderwerpen aan de agenda worden toegevoegd.
1. Ten behoeve van het cliëntenplatform wordt jaarlijks in de begroting een budget opgenomen.
2. De leden van het cliëntenplatform ontvangen geen vergoeding voor het bijwonen van de vergadering.
3. Ten behoeve van het periodieke overleg stelt de gemeente vergaderruimte en kopieerfaciliteiten beschikbaar ten behoeve van het naar behoren kunnen functioneren van het cliëntenplatform.
Vriezenveen, 2 februari 2010
De raad voornoemd,
de griffier, de voorzitter,
drs. R.J.M. Ros L.B. Kobes
De Wet investeren in jongeren en cliëntenparticipatie
Op 1 oktober 2009 treedt de Wet investeren in jongeren (WIJ) in werking. Doelstelling van deze wet is de duurzame arbeidsparticipatie in regulier werk van jongeren tot 27 jaar. Om dit te bereiken is in de wet een recht op een zgn. werkleeraanbod vastgelegd. Dit werkleerrecht berust op het uitgangspunt dat jongeren die goed geschoold zijn en over voldoende kwalificaties beschikken gemakkelijker aan het werk zullen komen en daardoor zelfstandig in hun levensonderhoud kunnen voorzien.
De WIJ verplicht gemeenten om te investeren in de arbeidsinschakeling van alle jongeren, ook bij een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Daartoe moeten gemeenten jongeren in beginsel een werkleeraanbod doen. Afgeleide van het werkleeraanbod is een inkomensvoorziening voor jongeren vanaf 18 jaar als de jongere onvoldoende inkomsten heeft. Deze inkomensvoorziening is alleen beschikbaar als het werkleeraanbod wegens in de persoon van de jongere gelegen of niet verwijtbare omstandigheden zijnerzijds geen optie is, dit aanbod onvoldoende inkomsten genereert of er nog geen werkleeraanbod kan worden gedaan. De samenhang tussen het werkleeraanbod enerzijds en de inkomensvoorziening anderzijds is een bepalend element in de WIJ.
De relatie tussen werken/leren en een uitkering is fundamenteel anders dan de WWB, waarbij het recht op bijstand vooropstaat met als afgeleide de plicht tot arbeidsparticipatie. Met de WIJ wordt een ‘paradigmawisseling’ beoogd: is het uitgangspunt in de WWB ‘een uitkering, mits’ in de WIJ is dit omgedraaid en geldt als uitgangpunt ‘geen uitkering, tenzij’.
Waar het college de opdracht heeft gekregen om de WIJ uit te voeren, is het de verantwoordelijkheid van de gemeenteraad om een vijftal verordeningen vast te stellen. De verordening cliëntenparticipatie is één van die verordeningen.
Verordening cliëntenparticipatie
Met een verordening cliëntenparticipatie WIJ wordt invulling gegeven aan de in artikel 12 WIJ gegeven opdracht om regels te stellen met betrekking tot de wijze waarop jongeren, of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de WIJ. Het behoort tot de gemeentelijke beleidsvrijheid om daarin eigen beleidskeuzes te maken. Van de zijde van de regering is op vragen vanuit de Tweede Kamer opgemerkt dat het voor de hand ligt om aansluiting te zoeken bij de bestaande vormen van cliëntenparticipatie in het kader van de WWB. Deze suggestie is overgenomen en wordt geformaliseerd door een wijziging van de verordening cliëntenparticipatie WWB. Deze krijgt daardoor niet alleen een andere inhoud maar ook een andere naam en zal voortaan als verordening cliëntenparticipatie WWB en WIJ door het leven gaan.
Door middel van de cliëntenparticipatie worden de jongeren of hun vertegenwoordigers betrokken bij de uitvoering van deze wet.
De Wet werk en bijstand schrijft in artikel 47 voor, dat de gemeenteraad bij verordening regels dient vast te stellen over de wijze waarop belanghebbenden of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de wet, en waarbij in ieder geval geregeld wordt de wijze waarop:
• periodiek overleg wordt gevoerd met belanghebbenden of hun vertegenwoordigers;
• belanghebbenden of hun vertegenwoordigers onderwerpen voor de agenda van dit overleg kunnen aanmelden;
• zij worden voorzien van de voor een adequate deelname aan het overleg benodigde informatie.
Sedert april 2002 wordt in de gemeente Twenterand reeds uitvoering gegeven aan cliëntenparticipatie.
Cliëntenparticipatie is vorm gegeven in een cliëntenplatform. Hiervoor is op 21 mei 2002 een reglement door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld. In het reglement zijn de samenstelling, taken, bevoegdheden en werkwijze van het platform vastgelegd.
Er is voor gekozen om begrippen die al zijn omschreven in de WWB of Awb niet afzonderlijk te definiëren in deze verordening. Dit voorkomt dat in geval van wijziging van betreffende definities in de WWB of Awb ook de verordening moet worden aangepast.
De begrippen die niet zijn omschreven in de WWB of Awb, of die verduidelijkt moeten worden, zijn in het tweede lid omschreven.
Dit artikel beschrijft de doelstelling van cliëntenparticipatie, nl. het invloed uitoefenen op het lokale beleid op het terrein van sociale zaken
Deze artikelen spreken voor zich.
Dit artikel regelt de taken en bevoegdheden van het cliëntenplatform.
Lid 1 benadrukt het gevraagde en ongevraagde advies aangaande het beleid op grond van de WWB, Ioaw/ Ioaz en het minimabeleid.
Het advies van het cliëntenplatform wordt toegevoegd aan de stukken die ter beschikking gesteld worden aan de gemeenteraad; dit betekent dat het advies wordt opgenomen in de adviesnota voor burgemeester en wethouders en het raadsvoorstel of dat het advies als bijlage bij voornoemde stukken wordt gevoegd.
Deze artikelen spreken voor zich.
Voor de juiste uitvoering van de verordening kan het noodzakelijk zijn dat nadere uitvoeringsregels worden vastgesteld. Dit artikel geeft het college de bevoegdheid om dergelijke regels vast te stellen.
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Deze verordening is op grond van artikel 8 van de Tijdelijke referendumwet referendabel. De datum van de inwerkingtreding van de verordening moet daarom, met in acht name van artikel 22 Tijdelijke referendumwet, op tenminste 6 weken na datum publicatie gesteld te worden.