Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ermelo

Toeslagenverordening WWB en WIJ

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieErmelo
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingToeslagenverordening WWB en WIJ
CiteertitelToeslagenverordening WWB en WIJ
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Regeling vervangt de Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2006

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 147 lid 1
  2. Wet werk en bijstand art. 8 lid 1, en 30
  3. Wet investeren in jongeren, art. 12 lid 1, en 35

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-2010Nieuwe regeling

02-06-2010

Ermelo's Weekblad

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Toeslagenverordening WWB en WIJ

Raadsbesluit

 

Nr. 10012219

 

 

 

De raad van de gemeente Ermelo;

 

gelezen het voorstel van het college van 20 april 2010, nr. 100111265

gelet op artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet, de artikelen 8, eerste lid, onderdeel c en 30 van de Wet werk en bijstand en de artikelen 12, eerste lid, onderdeel e en 35 van de Wet investeren in jongeren;

overwegende dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van bijstandsgerechtigden van 27 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar en het verstrekken van toeslagen en het verlagen van inkomensvoorzieningen van jongeren van 21 jaar of ouder doch jonger dan 27 jaar bij verordening te regelen;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen de

 

Toeslagenverordening WWB en WIJ

 

PARAGRAAF 1 - ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1
  • 1.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      Wwb: de Wet werk en bijstand;

    • b.

      WIJ: de Wet investeren in jongeren;

    • c.

      gehuwdennorm: de norm als bedoeld in artikel 21, onderdeel c van de Wwb en artikel 28, eerste lid onderdeeld van de WIJ;

    • d.

      woning: een woning, een woonwagen, een woonschip of een zomerhuisje;

    • e.

      medebewoning: de situatie waarin naast belanghebbende(n) één of meer anderen, niet zijnde:

      1. kinderen tot 21 jaar;

      2. kinderen van 21 jaar of ouder die studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000 ontvangen of een tegemoetkoming op grond van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten;

      3. een persoon die op basis van een huurcontract met een woningcorporatie of commerciële

      verhuurder een gedeelte van de woning bewoont;

      hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben;

    • f.

      medebewoner: derde, bedoeld als in de situatie van medebewoning;

    • g.

      woonkosten:

      1. indien een huurwoning wordt bewoond, de per maand geldende huurprijs, bedoeld in artikel 1,

      onderdeel d, van de Wet op de huurtoeslag;

      2. indien een eigen woning wordt bewoond, de tot een bedrag per maand omgerekende som van de

      verschuldigde hypotheekrente en de in verband met het in eigendom hebben van de woning te

      betalen zakelijke lasten en een naar omstandigheden vast te stellen bedrag voor onderhoud.

  • 2.

    Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wwb, de WIJ en de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2
  • 1.

    De bepalingen van deze verordening hebben uitsluitend betrekking op belanghebbenden van 21 tot 65 jaar.

  • 2.

    De bepalingen in hoofdstuk 2 tot en met 5 laten de toepassing artikel 18, eerste lid, van de Wwb en 17, eerste lid van de WIJ onverlet.

PARAGRAAF 2 - TOESLAGEN EN VERLAGINGEN BIJ HET KUNNEN DELEN VAN DE KOSTEN

Artikel 3 - Alleenstaanden en alleenstaande ouders

  • 1.

    De norm voor een alleenstaande of alleenstaande ouder als bedoeld in artikel 21, onderdeel a en b van de Wwb of artikel 26, onderdeel b en artikel 27, onderdeel b van de WIJ, in wiens woning geen medebewoner zijn hoofdverblijf heeft, wordt verhoogd met 20 procent van de gehuwdennorm.

  • 2.

    De norm voor een alleenstaande of alleenstaande ouder wordt verhoogd met 15 procent van de gehuwdennorm indien er sprake is van medebewoning.

Artikel 4 - Gehuwden

  • 1.

    De norm voor gehuwden zoals bedoeld in artikel 21, onder c. van de Wwb en artikel 28, eerste lid, onderdeel d en e, en tweede lid, onderdeel d en e van de WIJ, in wiens woning geen medebewoner zijn hoofdverblijf heeft, wordt niet verlaagd.

  • 2.

    De norm voor gehuwden zoals bedoeld in artikel 21 onderdeel c van de Wwb en artikel 28, eerste lid, onderdeel d en e, en tweede lid, onderdeel d en e van de WIJ, wordt met 5 procent verlaagd indien er sprake is van medebewoning.

Artikel 5 - Gehuwden van wie één onder de Wwb en de ander onder de WIJ valt

Geen toeslag als bedoeld in artikel 25 Wwb wordt verleend indien de ander een niet-rechthebbende partner is en een inkomensvoorziening op grond van de WIJ ontvangt.

PARAGRAAF 3 - VERLAGING ALS GEVOLG VAN DE WOONSITUATIE, SCHOOLVERLATER, 21-22 JARIGE LEEFTIJD

Artikel 6 - Verlaging woonsituatie

De verlaging bedoeld in artikel 27 van de Wwb en artikel 32 van de WIJ bedraagt:

  • a.

    15 procent van de gehuwdennorm indien een woning wordt bewoond waaraan voor belanghebbende geen woonkosten verbonden zijn;

  • b.

    10 procent van de gehuwdennorm indien geen woning bewoond wordt.

Artikel 7 - Verlaging schoolverlaters

De verlaging als bedoeld in artikel 28 van de Wwb en artikel 33 van de WIJ bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm gedurende zes maanden na het tijdstip van beëindiging scholing.

Artikel 8 - Verlaging toeslag alleenstaanden van 21 en 22 jaar

  • 1.

    De verlaging als bedoeld in artikel 29 van de Wwb en artikel 34 van de WIJ bedraagt:

    10 procent van de gehuwdennorm indien het een belanghebbende van 21 of 22 jaar betreft.

  • 2.

    In afwijking van lid 1 wordt de verlaging vastgesteld op de hoogte van de van de op grond van artikel 3 toegekende toeslag, indien deze toeslag minder bedraagt dan de verlaging waartoe toepassing van lid 1 zou leiden.

  • 3.

    Het vorige leden zijn niet van toepassing ten aanzien van een belanghebbende voor wie de verlaging schoolverlaters genoemd in artikel 7 van toepassing is.

PARAGRAAF 6 - SLOTBEPALINGEN

Artikel 9 - Anti-cumulatiebepaling

De toepassing van de artikelen 3 tot en met 8 geschiedt zodanig, dat de toepasselijke bijstandsnorm of inkomensvoorziening voor belanghebbende tenminste bedraagt:

35 procent van de gehuwdennorm voor een alleenstaande,

55 procent van de gehuwdennorm voor een alleenstaande ouder,

65 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden.

Artikel 10 - Uitvoering

De uitvoering van deze verordening berust bij het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 11 - Inwerkingtreding

  • 1.

    De Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2006 wordt ingetrokken op het moment van inwerkingtreding van deze verordening.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2010.

Artikel 12 - Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: Toeslagenverordening Wwb en WIJ.

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering

van 2 juni 2010

griffier, voorzitter,