Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Leiderdorp

Aanbestedingsbeleid van de deelnemers aan de gemeenschappelijke regeling Servicepunt71 Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest, Zoeterwoude en Servicepunt71

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLeiderdorp
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingAanbestedingsbeleid van de deelnemers aan de gemeenschappelijke regeling Servicepunt71 Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest, Zoeterwoude en Servicepunt71
CiteertitelAanbestedingsbeleid van de deelnemers aan de gemeenschappelijke regeling Servicepunt71 Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest, Zoeterwoude en Servicepunt71
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201701-01-2017Onbekend

20-12-2016

Gemeenteblad

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Aanbestedingsbeleid van de deelnemers aan de gemeenschappelijke regeling Servicepunt71 Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest, Zoeterwoude en Servicepunt71

 

 

Voorwoord

De gemeenten Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest en Zoeterwoude en Servicepunt71 kopen jaarlijks voor circa 220 miljoen euro in. Dit komt neer op ongeveer één derde van de gezamenlijke uitgaven van deze organisaties. Gezien het grote financiële en inhoudelijke belang dat hiermee gemoeid is, zijn uitgangspunten, ambities en kaders ontwikkeld op grond waarvan de aanbestedingen worden uitgevoerd. Deze zijn vastgelegd in dit Regionale Aanbestedingsbeleid voor de Leidse regio.

Het aanbestedingsbeleid biedt opdrachtgevers en leveranciers handvatten voor professionele samenwerking gedurende en na afronding van aanbestedingstrajecten. Het beleid wordt uitgevoerd door de opdrachtgevers binnen de vijf organisaties in nauwe samenwerking met de service-eenheid Inkoop van Servicepunt71.

Inkoop draagt ook bij aan een aantal specifieke doelstellingen van de gemeenten. Zo worden via aanbestedingen kostenbesparingen gerealiseerd en draagt contractmanagement bij aan kostenbeheersing. Daarnaast wordt via aanbestedingen het regionale MKB gestimuleerd, worden via Social Return voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt kansen gecreëerd en wordt een bijdrage geleverd aan duurzaamheid.

Inhoudsopgave

Voorwoord 1

  • 1.

    Visie 1

     

  • 2.

    Maatschappelijke uitgangspunten

  • 2.1

    Duurzaam inkopen

  • 2.2

    Sociale duurzaamheid

     

  • 3.

    Juridische uitgangspunten

  • 3.1

    Juridisch kader

  • 3.2

    Inkoopprocedures

  • 3.3

    Drempelbedragen

  • 3.4

    Afwijken

  • 3.5

    Inkoopvoorwaarden

     

  • 4.

    Economische uitgangspunten

  • 4.1

    Ambitie

  • 4.2

    Strategisch aanbesteden

  • 4.3

    Categoriemanagement

  • 4.4

    Vergroten van de contract compliance en de compliance zone

  • 4.5

    Aanbesteden op basis van beste prijs-kwaliteitsverhouding

  • 4.6

    Stimuleren lokale ondernemingen

  • 4.7

    Past Performance

     

  • 5.

    Organisatorische uitgangspunten

  • 5.1

    Integriteit

    5.1.1 Integriteitsborging Service-eenheid Inkoop 13

  • 5.1.2 Integriteit opdrachtgevers 13

  • 5.1.3 Integriteit opdrachtnemers 13

  • 5.2 Klachtenmeldpunt 13

     

BIJLAGE 1 – Klachtenafhandeling bij aanbesteden 14

1. Visie

Aanbesteden in de publieke sector is gebonden aan Europese en nationale wet- en regelgeving. Met het oog op de rechtmatigheid van de uitgaven is het van belang dat aanbestedingen conform deze regelgeving worden uitgevoerd (rechtmatigheid). Tevens geldt dat publieke middelen op een zodanige manier moeten worden uitgegeven, dat de belastingmiddelen van de burgers op een zo efficiënt mogelijke manier worden uitgegeven (doelmatigheid). Zowel doelmatigheid als rechtmatigheid zijn belangrijke uitgangspunten bij aanbestedingen in de Leidse regio.

Inkopen of aanbesteden vormt echter op geen doel op zichzelf. Centraal staan de taken en opgaven van de gemeenten (en Servicepunt71). Die opgaven zijn in algemene zin te omschrijven als het creëren of toevoegen van maatschappelijke waarden. Maatschappelijke waarden zijn zaken die voor de samenleving (de maatschappij) belangrijk zijn. Voorbeelden van maatschappelijke waarden zijn gezondheid, veiligheid, recreatie, cultuur, natuur, en welvaart. De overheid is voor het uitvoeren van haar taken en opgaven in veel gevallen afhankelijk van private partijen. Dat geldt zeker voor gemeenten. Zij hebben van oudsher al veel uitvoerende taken en dat is de afgelopen jaren als gevolg van decentralisaties alleen maar toegenomen.

De gemeenten in de Leidse regio zijn zich er van bewust dat private partijen (ondernemingen/leveranciers) in belangrijke mate bijdragen aan het creëren van maatschappelijke waarden. Zij besteden daarom veel aandacht en zorg aan het selecteren van (markt)partijen met wie zij de verantwoordelijkheid delen voor het vervullen van hun publieke taken. Bij aanbestedingen in de Leidse regio zijn het creëren van maatschappelijke waarden en het selecteren van partnerschap met marktpartijen belangrijke uitgangspunten bij aanbestedingen. Dat betekent dat bij iedere opdracht zo veel mogelijk wordt gekeken naar het te realiseren (maatschappelijk) effect, en niet uitsluitend naar de prijs en de regelgeving.

De vier gemeenten en Servicepunt71 hebben zich tot doel gesteld om kansen om gezamenlijk aan besteden zo veel mogelijk te benutten. In de afgelopen jaren zijn er op dit gebied al goede resultaten bereikt die hebben geleid tot raamovereenkomsten voor twee of meerdere gemeenten in de Leidse regio. Ook de komende jaren zal het streven naar gezamenlijk aanbesteden waar dat meerwaarde oplevert worden voortgezet. Gebleken is dat de meerwaarde van gezamenlijk aanbesteden het grootst is als de taken waar de aanbesteding voor wordt uitgevoerd ook zo veel mogelijk op een gelijksoortige manier worden uitgevoerd. Bij de generieke taken van de gemeenten liggen de meeste kansen. Voorbeelden van generieke taken zijn de aanleg en het onderhoud van wegen of rioleringen, het ophalen van huisvuil of de aanleg en het onderhoud van groenvoorzieningen. Bij aanbestedingen zal worden ingezet op het streven naar harmonisatie van de uitvoering van de gemeentelijke taken, zodat de kansen op en de effecten van het gezamenlijk aanbesteden zo optimaal mogelijk worden benut.

2. Maatschappelijke uitgangspunten

2.1 Duurzaam inkopen

Definitie

"Duurzaam inkopen is het rekening houden met maatschappelijke gevolgen in het inkoop- en aanbestedingsproces. Het gaat hierbij om de sociale, milieugerelateerde en economische gevolgen. Duurzaam inkopen heeft als doel om te voorzien in de behoeften van het heden zonder de mogelijkheden van toekomstige generaties om in hun behoeften te voorzien in gevaar te brengen”

Duurzaam inkopen is meer dan alleen het toepassen van criteria in het inkoop- of aanbestedingsproces, maar gaat ook om de keuzes in de primaire processen die worden vertaald naar de in te kopen werken, leveringen of diensten. Duurzaam inkopen begint bij het voorbereiden van een aanbestedingsprocedure en eindigt pas aan het einde van de looptijd van een (raam)overeenkomst.

 

Waarom

De gemeenten en Servicepunt71 willen door duurzaam in te kopen zelf het goede voorbeeld geven en de markt stimuleren om met duurzame en innovatieve oplossingen te komen. Duurzaam inkopen is een krachtig instrument waarmee de duurzaamheidsdoelstellingen van de gemeenten en Servicepunt71 kunnen worden bereikt.

Innovatie, een circulaire economie en kostenreductie zijn specifieke aandachtsgebieden binnen duurzaam inkopen. Innovatie is van groot belang voor economische groei en vooruitgang. Innovatieve oplossingen zijn vaak duurzamer.Een circulaire economie streven we na, omdat dit een economie is zonder verspilling (of onnodig degraderen) van grondstoffen en uitputting van de hulpbronnen van de aarde. Deze hulpbronnen moeten mee, zolang leven op aarde bestaat. Efficiënter omgaan met grondstoffen en producten betekent in veel gevallen ook efficiënter omgaan met financiële middelen.

Tenslotte kan door duurzaam in te kopen ook andere beleidsdoelstellingen zoals gezondheid, vitaliteit en veiligheid worden bevorderd.

 

Hoe geven de gemeenten en Servicepunt71 hier invulling aan

De gemeenten en Servicepunt71 hebben op het gebied van duurzaam inkopen onderstaande ambities:

De gemeenten en Servicepunt71 passen duurzaam inkopen toe bij alle aanbestedingen.

Naar deze ambitie wordt toegewerkt in drie fasen:

  • 1.

    Fase 1 (2016, na vaststelling aanbestedingsbeleid, en 2017): bij 100% van de Europese aanbestedingen en bij 50% van de meervoudig onderhandse en nationale aanbestedingen wordt duurzaam ingekocht.

  • 2.

    Fase 2 (2018 en 2019): bij 100% van de meervoudig onderhandse, nationale en Europese aanbestedingen wordt duurzaam ingekocht.

  • 3.

    Fase 3 ( 2020 en verder): bij 100% van alle aanbestedingen (inclusief enkelvoudig onderhandse aanbestedingen) wordt duurzaam ingekocht.

    De gemeenten en Servicepunt71 kopen in 2020 bij minimaal 10% van de aanbestedingen circulair in.

    De gemeenten en Servicepunt71 laten de principes van eerlijke handel onderdeel zijn van aanbestedingen.

De hiervoor genoemde ambities zijn procesgericht. Belangrijk daarbij is om te benadrukken dat een ambitie om bij alle aanbestedingen duurzaam in te kopen niet betekent dat alles dat wordt ingekocht volledig duurzaam is.

 

Werkwijze

De gemeenten en Servicepunt71 kopen op de volgende wijze duurzaam in:

  • 1.

    Voor productgroepen waarvoor landelijke duurzaamheidseisen beschikbaar zijn, zullen die eisen worden toegepast als minimumeisen.

  • 2.

    Duurzaamheid is onderdeel van de subgunningscriteria.

  • 3.

    Inkopers en andere betrokkenen zullen in alle fasen van een inkoopproces op zoek gaan naar kansen op duurzame, innovatieve oplossingen, zo mogelijk in samenspraak met het bedrijfsleven. Door het betrekken van de markt door middel van een marktconsultatie/marktverkenning/marktdialoog zal getoetst worden op welke manier duurzaamheid als minimumeis(en) en als subgunningscriterium kan worden uitgevraagd.

  • 4.

    In de prijsbeoordeling worden de levenscycluskosten (kosten voor de hele levensduur) meegerekend. Onder levenscycluskosten wordt verstaan kosten in verband met verwerving, gebruik, onderhoud en afvalverwerking en kosten toegerekend aan externe milieueffecten, mits de geldwaarde kan worden bepaald en gecontroleerd. De Total Cost of Ownership (TCO) benadering maakt financiële afwegingen mogelijk gedurende de levenscyclus van een product.

  • 5.

    De opdracht wordt functioneel gespecificeerd.

  • 6.

    In elk aanbestedingsdossier wordt een expliciete afweging en motivatie over de duurzaamheidaspecten opgenomen om inzicht te krijgen of en in welke mate de hiervoor genoemde ambities gehaald worden. Wanneer in een aanbesteding geen duurzaamheidsaspecten worden meegenomen, is die aanbesteding niet duurzaam.

 

Rolverdeling

De gemeenten zijn zelf verantwoordelijk voor het verstrekken van noodzakelijke informatie bij het opstellen van duurzaamheidsaspecten voor het deel van de aanbesteding waarvan zij zelf als opdrachtgever de inhoudelijke eisen en wensen opstelt. De inkoopadviseur betrokken bij de aanbesteding en de duurzaamheidscoördinatoren van de gemeenten hebben hierbij een begeleidende en adviserende rol.

 

Rapporteren

In de jaarrekening en begroting rapporteren de gemeenten over de concrete resultaten van duurzaam inkopen en de realisatie van de ambities ten aanzien van duurzaam inkopen zoals hierboven beschreven.

 

Specifieke aandachtsvelden

De gemeenten en Servicepunt71 hebben bij duurzaam inkopen specifieke aandacht voor de volgende onderwerpen:

 

Innovatie

Innovatiegericht inkopen is onderdeel van maatschappelijk verantwoord inkopen. Overheden kunnen marktpartijen door middel van een aanbesteding of inkoop stimuleren om met innovatieve oplossingen te komen. Dit kan door marktpartijen uit te nodigen tot het ontwikkelen en/of aanbieden van een innovatief product, dienst of werk of door als overheid zelf op zoek te gaan naar een innovatieve oplossing voor de behoefte.

Innovatie is belangrijk voor de groei van de economie. Er kunnen naast nieuwe producten of het marktrijp maken van producten, ook nieuwe bedrijven, markten en business modellen ontstaan.

 

Circulaire economie

Circulair inkopen betekent dat tijdens het inkoopproces wordt geborgd dat de producten die worden ingekocht aan het einde van hun levensduur of gebruiksfase weer opnieuw als product of materiaal worden ingezet met zoveel mogelijk waarde behoud (voorkomen van downcycling).

Een circulaire economie streven we na, omdat dit een economie is zonder verspilling (of onnodig degraderen) van grondstoffen en uitputting van de hulpbronnen van de aarde. Deze hulpbronnen moeten mee, zolang leven op aarde bestaat.

Om ervaring op te doen met circulair inkopen wordt gestart met producten waar al goede voorbeelden van te vinden zijn, zoals bedrijfskleding, meubilair en het toepassen van circulaire materialen in werken.

 

Kostenreductie

Duurzaam inkopen betekent in veel gevallen een kostenreductie op de langere termijn. Efficiënter omgaan met grondstoffen en producten betekent in veel gevallen ook efficiënter omgaan met financiële middelen. Als producten een langere levensduur hebben, wordt de behoefte aan 'nieuwe' producten minder. Door vaste gebruikskosten en de verantwoordelijkheid voor onderhoud bij de leverancier neer te leggen, heeft de leverancier een prikkel om een product te ontwerpen dat langdurig goed functioneert. Dat betekent voor de opdrachtgever geen onverwachte of dure onderhoudskosten. Waar mogelijk stellen de gemeenten en Servicepunt71 het gebruik van goederen en materialen boven het eigenaarschap.

Omdat bij duurzaam inkopen producten, diensten of werken worden ingekocht die een langere levensduur hebben, is het nodig om niet alleen de initiële aanschafprijs te beoordelen, maar de Total Cost of Use (TCU) of Total Cost of Ownership (TCO). Men rekent dan met de performance en de impact van het product of dienst gedurende de levensduur.

De gemeenten en Servicepunt71 nemen bij het toepassen van duurzaam inkopen het kostenaspect mee en zullen zoveel mogelijk naar Total Cost of Use of Total Cost of Ownership kijken in plaats naar de initiële aanschafprijs. Een aandachtspunt bij TCU of TCO is de integratie in de P&C cyclus.  

2.2 Sociale duurzaamheid

Definitie

Sociale duurzaamheid heeft betrekking op duurzame inzetbaarheid van mensen en met name de aspecten (arbeids-)participatie en betrokkenheid. Social Return betekent letterlijk: ‘iets teruggeven aan de samenleving’ en is net als duurzaam inkopen onderdeel van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO).

 

Waarom

De gemeenten en Servicepunt 71 vinden het belangrijk dat haar opdrachtnemers naast het uitvoeren van de opdracht ook een zichtbare en meetbare bijdrage leveren aan het verwezenlijken van sociaal maatschappelijke doelstellingen. Daarbij ligt het accent op het terrein van het creëren van werkgelegenheid voor en/of het geven van opleidingen aan de doelgroep social return (mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt).

De doelgroep social return bestaat uit bijstandsgerechtigden (per 1 januari 2015 de doelgroep van de Participatiewet), maar ook SW-werknemers, Wajonggerechtigden, voortijdig schoolverlaters (BBL tot en met leerniveau 2) en WW-ers die bijna de maximale WW-termijn hebben bereikt. Het doel van Social Return als instrument is ervoor te zorgen dat een investering door de gemeente, naast het ‘gewone’ rendement op de uitvraag ook een concreet ‘sociaal maatschappelijk rendement’ oplevert voor de burgers in de gemeenten.

 

Hoe geven de gemeenten en Servicepunt71 hier invulling aan

De gemeenten en Servicepunt71 verankeren de sociale duurzaamheid op mensen door sociale voorwaarden bij alle gemeentelijke aanbestedingen vanaf de € 200.000,- op te leggen. Bij “werken” wordt een standaard bestekbepaling Social Return opgenomen, bij andere aanbestedingen wordt de Social Return eis opgenomen in het Programma van Eisen (maatwerk). Vervolgens worden met opdrachtnemers bij gunning concrete afspraken gemaakt over het bieden van werkgelegenheid, leerwerkplekken en stageplekken voor mensen met een afstand de arbeidsmarkt en/of leerlingen. De projectorganisatie Social Return kan opdrachtnemers hierbij ondersteunen en adviseren in de uitvoering. Social Return biedt daarmee concrete mogelijkheden om mensen uit de doelgroep aan werk en/of een opleiding te helpen en draagt daarmee bij aan maatschappelijk verantwoord ondernemen.

 

Rolverdeling

De projectorganisatie Social Return heeft een adviserende en controlerende rol op het gebied van inzet van het instrument social return als contracteis. Bij dit advies wordt rekening gehouden met onder andere de situatie op de arbeidsmarkt, de verwachte opdrachtwaarde van de aanbesteding, het type werkzaamheden bij de opdrachtnemer, de beschikbaarheid van geschikte kandidaten en de ervaring die de gemeente en opdrachtnemers al hebben opgedaan met Social Return. De inkoopadviseur betrokken bij de aanbesteding en de projectorganisatie Social Return hebben hierbij een begeleidende en adviserende rol.

 

Ambitie

De gemeenten en Servicepunt71 zetten Social Return als contracteis in bij alle aanbestedingen van werken en diensten met een opdrachtwaarde vanaf € 200.000. Daarbij wordt door de projectorganisatie Social Return en opdrachtgever rekening gehouden met de wettelijke kaders (o.a “proportionaliteit” van de eis). Ook de situatie op de regionale arbeidsmarkt, de omvang en looptijd van de opdracht, het type werkzaamheden, de beschikbaarheid van geschikte kandidaten en de ervaring die de gemeente en opdrachtnemers al hebben opgedaan met Social Return kunnen van invloed zijn bij het toepasbaar verklaren van de Social Return contracteis.

Bij aanbestedingen van leveringen wordt Social Return als contracteis ingezet als de factor arbeid in de betreffende opdracht groter is dan € 250.000,- en aan bovenstaande criteria is voldaan.

3. Juridische uitgangspunten

3.1 Juridisch kader

Bij de uitvoering van het aanbesteden gelden de volgende wettelijke kaders:

  • 1.

    Het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VwEU) (‘Werkingsverdrag’) dat als belangrijkste doelstelling de totstandkoming van een gemeenschappelijke markt tussen de lidstaten van de Europese Unie heeft. Een gemeenschappelijke markt waarin vrij verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal kan plaatsvinden;

  • 2.

    De Europese aanbestedingsrichtlijnen: Richtlijn Klassieke overheid voor het gunnen van overheidsopdrachten (2014/24/EU), Richtlijn Water, energievoorziening, vervoer en post voor het gunnen van opdrachten door de aanbestedende diensten werkzaam in de sectoren water, energievoorziening, vervoer en post (2014/25/EU) en Richtlijn Concessies: over de gunning van concessies (2014/23/EU).

    De aanbestedingsrichtlijnen worden via de aangepaste Aanbestedingswet (de Aanbestedingswet 2012 zoals deze geldt op het moment van publicatie van de aanbesteding) in Nederland toegepast. Servicepunt71 zal bij de Europese aanbestedingsprocedure bijna uitsluitend te maken hebben met Richtlijn Klassieke overheid (2014/24/EU);

  • 3.

    De Aanbestedingswet;

  • 4.

    Het Aanbestedingsbesluit;

  • 5.

    De Gids Proportionaliteit;

  • 6.

    Bij de aanbesteding van opdrachten voor werken het Aanbestedingsreglement Werken (ARW 2016);

  • 7.

    De Richtsnoeren leveringen en diensten vormen mede de juridische basis van het beleid;

  • 8.

    Wet Naleving Europese regelgeving publieke entiteiten (NERpe);

  • 9.

    De Algemene wet bestuursrecht, waarin algemene regels van bestuursrecht zijn opgenomen zoals de algemene beginselen van behoorlijk bestuur;

  • 10.

    Het Burgerlijk Wetboek ten aanzien van het contractenrecht.

 

Overgangsrecht

Europese en nationale aanbestedingsprocedures gepubliceerd vóór de datum van inwerkingtreding van de gewijzigde Aanbestedingswet 2012 (1 juli 2016), worden volgens de Aanbestedingswet 2012 afgerond.

Procedures zonder aankondiging waarbij één of meer ondernemers zijn verzocht of benaderd om een inschrijving te doen vallen onder de Aanbestedingswet 2012 als deze procedures zijn gestart vóór de datum van inwerkingtreding van de gewijzigde Aanbestedingswet 2012.

Procedures zonder aankondiging gestart vóór de datum van inwerkingtreding van de gewijzigde Aanbestedingswet 2012 waarbij één of meer ondernemers zijn verzocht of benaderd om een inschrijving te doen, vallen onder de Aanbestedingswet 2012.

3.2 Inkoopprocedures

Hoe geven de gemeenten en Servicepunt71 hier invulling aan

De navolgende wijzen van aanbesteden worden de gemeenten en Servicepunt71 gehanteerd:

  • -

    enkelvoudig onderhandse offerteprocedure; dit is een aanbesteding met een offertetraject met één gegadigde. De gemeenten en Servicpunt71 zijn vrij in haar keuze wie zij wenst te contracteren met in achtneming van de Aanbestedingswet.

  • -

    meervoudig onderhandse offerteprocedure; dit is een aanbesteding waarvoor een beperkt aantal, maar tenminste drie en ten hoogste vijf gegadigden tot inschrijving wordt uitgenodigd.

  • -

    (Europese) openbare aanbestedingsprocedure; op deze aanbesteding kan een ieder inschrijven nadat deze bekend is gemaakt.

  • -

    (Europese) niet-openbare aanbestedingsprocedure; bij deze aanbesteding vindt een publicatie plaats waarna gegadigden zich kunnen aanmelden. Na selectie wordt een aantal van hen uitgenodigd een inschrijving te doen.

  • -

    Concessies; concessierichtlijn is van toepassing op het type opdrachten waarvoor reeds concessies worden gesloten.

  • -

    Sociale en anders specifieke diensten; procedure met een verlicht regime voor sociale en anders specifieke diensten genoemd in Bijlage XIV richtlijn 2014/24/EU met een opdrachtwaarde op of boven de drempel van € 750.000. Onder de drempel € 750.000 is de aanbestedende dienst vrij in diens keuze voor de procedure en ondernemer, zolang het deugdelijk kan worden gemotiveerd op basis van art. 1.4 Aw 2012.

     

Binnen de wet- en regelgeving komen naast eerder genoemde wijzen van aanbesteden ook andere aanbestedingsprocedures voor. De gemeenten en Servicepunt71 kunnen gebruik maken van deze procedures. Dit is altijd in overleg met de Service-eenheid Inkoop.

  • -

    Mededingingsprocedure met onderhandeling.

  • -

    Concurrentiegerichte dialoog.

  • -

    Innovatiepartnerschap.

     

Ambitie

De gemeenten en Servicepunt71 leven de relevante wet- en regelgeving na. De gemeenten en Servicepunt71 nemen de volgende algemene beginselen van het aanbestedingsrecht in acht:

Gelijke behandeling Gelijke omstandigheden worden niet verschillend behandeld, tenzij dat verschil objectief gerechtvaardigd is.

Non-discriminatie Discriminatie op grond van nationaliteit mag niet.

Transparantie De gevolgde procedure moet navolgbaar en controleerbaar zijn.

Proportionaliteit De gestelde eisen, voorwaarden en criteria aan de inschrijvers zijn in verhouding met het voorwerp van de opdracht. De beginselen van proportionaliteit worden toegepast bij de te stellen eisen, voorwaarden en criteria aan inschrijvers en inschrijvingen en met betrekking tot de contractvoorwaarden.

3.3 Drempelbedragen

De Europese Commissie stelt tweejaarlijks drempelbedragen vast voor opdrachten. Is de waarde van een opdracht ter hoogte van of hoger dan het vastgestelde drempelbedrag, dan zijn de Europese aanbestedingsrichtlijnen van toepassing . De gemeenten en Servicepunt71 hebben besloten op basis van de Gids Proportionaliteit de navolgende drempelbedragen vast te stellen bij aanbestedingen.

 

Drempelbedragen en type procedure per soort opdracht

 

Enkelvoudig

Onderhands

Meervoudig

Onderhands**

Nationaal Openbaar of Niet-Openbaar

Europees Openbaar of Niet-Openbaar

Werken

€ 0 - € 100.000*

tot € 1.500.000***

tot € 5.225.000

vanaf € 5.225.000

Levering

€ 0 - € 50.000

tot € 209.000

tot € 209.000

vanaf € 209.000

Diensten

€ 0 - € 50.000

tot € 209.000

tot € 209.000

vanaf € 209.000

* De bedragen zijn exclusief btw.

** Alle inkopen vanaf de meervoudige onderhandse offerte procedure worden qua proces begeleid door Servicepunt71 service-eenheid Inkoop.

*** Onder de Europese drempelbedragen voor leveringen en diensten en bij werken met een waarde onder € 1.500.000,- is het in beginsel toegestaan te kiezen uit de Nationale (niet-) openbare aanbestedingsprocedure en de meervoudige onderhandse offerteprocedure . Indien de opdracht een duidelijk grensoverschrijdend belang heeft, dan is er geen keuzemogelijkheid. De opdracht wordt dan vooraf aangekondigd op www.tenderned.nl en dus openbaar aanbesteed.

3.4 Afwijken

Het is niet toegestaan om van de Aanbestedingswet, noch van de Europese richtlijn af te wijken.

 

Volgens art. 4:84 Awb handelt een bestuursorgaan overeenkomstig de beleidsregel, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zouden hebben, die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig in verhouding zijn tot de beleidsregel te dienen doelen. Afwijken door de gemeenten en Servicepunt71 is enkel mogelijk na advies van de service-eenheden Inkoop en Juridische Zaken. Dat schriftelijke advies moet worden toegevoegd aan het voorstel te besluiten van het desbetreffende bestuursorgaan: het college van burgemeester en wethouders voor de gemeente(n) en het Bestuur voor Servicepunt71. Een afwijkingsverzoek is enkel voorafgaand aan de opdrachtverstrekking mogelijk.

3.5 Inkoopvoorwaarden

Bij het inkopen van diensten en leveringen worden de volgende inkoopwaarden van de gemeenten en Servicepunt71 van toepassing verklaard:

  • -

    Inkoopvoorwaarden Dienstverlening: zijn van toepassing op diensten, bijvoorbeeld schoonmaakdiensten;

  • -

    Inkoopvoorwaarden Leveringen: zijn van toepassing op leveringen, bijvoorbeeld de levering van vuilniswagens;

  • -

    Inkoopvoorwaarden IT: zijn van toepassing op IT opdrachten, zoals de aanschaf van een applicatie;

  • -

    Algemene Inkoopvoorwaarden Inhuur Flexkrachten

  • -

    Bij het inkopen van werken worden de Uniforme administratieve voorwaarden van toepassing verklaard.

4. Economische uitgangspunten

4.1 Ambitie

Voor de jaren 2016-2020 heeft Service-eenheid Inkoop de volgende ambities geformuleerd:

  • -

    Strategisch aanbesteden

  • -

    Categoriemanagement

  • -

    Vergroten van de contract compliance en de compliance zone

4.2 Strategisch aanbesteden

Wat is strategisch aanbesteden?

De service-eenheid Inkoop ziet gezamenlijk aanbesteden en integrale, project overstijgende aanpak op de lange(re) termijn als de drie belangrijkste componenten voor strategisch aanbesteden.

 

Waarom

De gemeenten en Servicepunt71 hechten belang aan een gemeenschappelijke werkwijze met meer gelijksoortige (inkoop)behoeften, waarbij de markt efficiënter wordt benaderd met een gezamenlijke strategie.

Project overstijgende aanpak zal leiden tot een uniforme werkwijze, langere termijn visie en efficiënter verloop de onderliggende projecten. Daarnaast zal het leiden tot voordeel van schaalgrootte, kwaliteit van de producten en diensten en uniform beheer.

Lange(re) termijn visie zal leiden tot betere, meer uniforme marktbenadering en efficiëntere doorloop van projecten.

 

Hoe geven de gemeenten en Servicepunt71 hier invulling aan

Om meer rendement uit gezamenlijke aanbestedingen te halen, zullen de gemeenten verder gaan samenwerken op hun primaire processen. Daar waar mogelijk zullen de gemeenten en Servicepunt71 de samenwerking op gelijksoortige primaire processen intensiveren en harmoniseren.

De prioriteiten binnen strategisch aanbesteden zijn en blijven kwaliteit, betrouwbaarheid, innovatief vermogen, functionele vraagspecificatie en meer resultaatgericht denken.

4.3 Categoriemanagement

Definitie

Categoriemanagement is een strategische benadering om de verschillende productgroepen optimaal in te kopen, contracten goed te benutten en de gecombineerde behoeften van de gemeenten efficiënt en effectief op de markt te zetten. Dit stelt categorie managers in staat zich te richten op en uitvoering te geven aan diepgaande marktanalyse om hun aankoopbeleid volledig te benutten ten behoeve van de gehele organisatie

 

Waarom

De gemeenten en Servicepunt71 vinden het belangrijk dat er gebruik gemaakt wordt van de kennis en de kracht van de regio en van de markt. Door de kennis optimaal te benutten wordt de markt effectiever benaderd.

Categoriemanagement ondersteunt de rechtmatigheid, door bundeling binnen inkoopcategorieën (één uniforme strategie en aanbesteding ten opzichte van vele losse opdrachten en aanbestedingen), specialisatie en ontwikkeling van een regio brede visie.

 

Voordelen voor de gemeenten en Servicepunt71:

  • -

    Goederen en diensten worden op tijd geleverd tegen de juiste kwaliteit en een realistische prijs.

  • -

    Categoriemanagers kunnen zich specialiseren. Daardoor bouwen de gemeenten en Servicepunt71 een grotere kennis van de markt op en wordt hun expertise verder ontwikkeld. Dit betekent dat de gemeenten en Servicepunt71 beter kunnen profiteren van de laatste ontwikkelingen in de markt.

  • -

    Sterkere inkooppositie. Bundeling van de vraag versterkt de positie van de gemeenten en Servicepunt71.

  • -

    Minder kosten voor de gemeenten en Servicepunt71. Gezamenlijk inkopen bespaart geld.

  • -

    Minder kosten en administratie voor leveranciers. Namens de gemeenten en Servicepunt71 is er nog maar 1 aanspreekpunt voor een leverancier.

  • -

    Categoriemanagement zorgt voor de ontwikkeling van een regio brede visie op de hele levenscyclus van een product en/of dienst. Hierdoor kunnen de gemeenten en Servicepunt71 meer aandacht besteden aan de impact van haar inkoopbeleid op milieu, maatschappij, en economie.

     

Hoe geven de gemeenten en Servicepunt71 hier invulling aan

Om de samenwerking tussen de gemeenten op het gebied van strategisch inkopen van de verschillende productgroepen te ondersteunen gaat de service-eenheid Inkoop categoriemanagement inrichten. De drie belangrijke pijlers van categoriemanagement zijn:

  • -

    strategisch inkopen van product- en dienstenpakketten

  • -

    samenwerken

  • -

    specialiseren

Categoriemanagement betekent dat de gemeenten niet alleen voor zichzelf bepaalde producten of diensten

inkopen, maar gecoördineerd per productgroep of categorie voor alle gemeenten. Het gaat hierbij om goederen,

diensten of werken die in alle vier de gemeenten regelmatig worden ingekocht, zoals bijvoorbeeld uitzendkrachten, groenonderhoud, drukwerk, energie, rioolbeheer en onderhoud kunstwerken.

4.4 Vergroten van de contract compliance en de compliance zone

Definities

1.Contract compliance

Geeft de mate aan waarin leveranciers leveren en factureren volgens gemaakte contractafspraken.

 

2.Compliance zone

De compliance zone is de overlap tussen hetgeen benodigd is (de behoefte), hetgeen gecontracteerd is (de contractafspraken) en hetgeen geleverd is (de daadwerkelijke levering). In financiële zin is dit de overlap tussen hetgeen gebudgetteerd is, hetgeen gecontracteerd is en hetgeen gefactureerd is.

 

Waarom

De gemeenten en Servicepunt71 vinden het belangrijk dat de contract compliance zo groot mogelijk is. Hoe beter de behoefte, de gemaakte contractafspraken en de daadwerkelijk levering (en facturatie) op elkaar aansluiten hoe meer de opdrachtgever krijgt en betaalt wat hij nodig heeft.

 

Hoe geven de gemeenten en Servicepunt71 hier invulling aan

Met behulp van contractmanagement (inclusief contractregistratie en –beheer) wordt gestuurd op het vergroten van de contract compliance.

Ook stuurt contractmanagement actief op het vergroten van de compliance zone, wat in de afbeelding wordt weergegeven in de richting van de pijlen, in zowel kwalitatief als kwantitatief opzicht (zie de afbeelding hieronder).

4.5 Aanbesteden op basis van beste prijs-kwaliteitsverhouding

Om de indirecte kosten, kwaliteit en (sociale)duurzaamheid bij de beoordeling te betrekken, besteden de gemeenten en Servicepunt71 aan volgens het principe van de Economisch Meest Voordelige Inschrijving (EMVI). Dit principe kent drie gunningscriteria:

  • 1.

    Beste prijs-kwaliteitsverhouding;

  • 2.

    Laagste kosten op basis van kosteneffectiviteit;

  • 3.

    Laagste prijs.

Uitgangspunt bij aanbestedingen is het gunningscriterium beste prijs-kwaliteitsverhouding. Toepassing van de andere gunningscriteria dient altijd gemotiveerd te worden.

4.6 Stimuleren lokale ondernemingen

Wat zijn lokale ondernemingen

Onder een lokale of regionale ondernemer wordt verstaan een bedrijf gevestigd binnen de regio van de gemeenten Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest of Zoeterwoude in het geografische (postcode)gebied van de gemeenten.

 

Waarom

De gemeenten en Servicepunt71 hechten belang aan stimulering van de lokale economie in de regio. Zij willen de kans voor lokale ondernemingen op een overheidsopdracht vergroten.

 

Hoe geven de gemeenten en Servicepunt71 hier invulling aan

Indien er op basis van objectieve geschiktheidscriteria, die per aanbesteding in overleg met de Opdrachtgever worden opgesteld, een lokale onderneming voldoet zal de gemeenten en/of Servicepunt71 bij de meervoudige onderhandse procedure minimaal één lokale of regionale ondernemer uitnodigen.

4.7 Past Performance

Definitie

Past Performance is een systematiek met de uitdrukkelijke ambitie om zowel het opdrachtgeverschap als hetopdrachtnemerschap verder te professionaliseren. Het is de bedoeling om de selectie van opdrachtnemers te objectiveren. Past Performance omvat het meten op welke wijze aan de contractuele verplichtingen wordt voldaan tijdens de uitvoering van de opdracht. Daarbij ligt de focus op houding, gedrag en samenwerking

 

Waarom

Binnen de gemeenten loopt een pilot met Past Performance en kent twee doelen:

  • 1.

    Het verbeteren van de samenwerking tussen opdrachtgevers en opdrachtnemer, hetgeen leidt tot betere kwaliteit op het werk, niet verrast worden met claims en meerwerk, en het terugdringen van faalkosten.

  • 2.

    Het gebruiken van de gegevens uit prestatiemeten bij nieuwe onderhandse selectieprocedures om de meest geschikte partijen een grotere kans te geven op een nieuwe opdracht.

     

Hoe geven de gemeenten en Servicepunt71 hier invulling aan

Positieve beoordelingen binnen Past Performance zullen worden ingezet als motivering voor de selectie van partijen die worden uitgenodigd bij enkelvoudige en meervoudig onderhandse aanbestedingsprocedures, indien deze partijen voldoen aan de gestelde eisen.

5. Organisatorische uitgangspunten

5.1 Integriteit

Definitie

Integriteit staat voor zorgvuldig, uitlegbaar en standvastig handelen. Zorgvuldig betekent dat medewerkers steeds opnieuw kritisch en systematisch reflecteren op hun kernverantwoordelijkheden en zich voortdurend vragen stellen. Uitlegbaar betekent dat medewerkers kunnen aangeven hoe hun handelen past bij hun kernverantwoordelijkheden en kerntaken, bij de kernwaarden regels, richtlijnen, wetten en andere bindende voorschriften van hun organisatie. Standvastig betekent dat medewerkers hun rug recht houden bij weerstanden en verleidingen.

 

Waarom

Bij de gemeenten en Servicepunt71 staat de bestuurlijke en ambtelijke integriteit voorop. Zij streven naar en nemen maatregelen om integer te handelen en alleen integere ondernemers te contracteren.

 

Hoe geven de gemeenten en Servicepunt71 hier invulling aan

5.1.1 Integriteitsborging Service-eenheid Inkoop

Servicepunt71 houdt zich aan de vastgestelde gedragscodes. Zij handelen zakelijk en objectief.

Om de integriteit van deelnemers aan het aanbestedingsproces te waarborgen, bestaat er een functiescheiding tussen verscheidene rollen. Inkoopadviseurs nemen geen deel aan het beoordelingsteam van door hen begeleide aanbestedingsprocedures.

Inkoop werkt volgens het vier-ogenprincipe en heeft de rollen, taken en verantwoordelijkheden vastgelegd.

5.1.2 Integriteit opdrachtgevers

De gemeenten en Servicepunt71 willen de bestuurlijke en ambtelijke integriteit borgen.

Service-eenheid Inkoop zal gemeenten en Servicepunt71 actief onderzoeken, signaleren, toetsen en adviseren gedurende het gehele aanbestedingstraject.

5.1.3 Integriteit opdrachtnemers

De gemeenten en Servicepunt71 willen alleen zaken doen met integere ondernemers, die zich niet bezighouden met criminele of illegale praktijken. De gewijzigde Aanbestedingswet 2012 schrijft hier in voor dat wij de potentiële opdrachtnemers bij elke meervoudige of (Europese) (niet-)openbare aanbestedingsprocedure een Uniform Europees Aanbestedingsdocument vragen te overleggen en de bewijsstukken hiertoe opvragen bij de (voorlopige) gunning.

Service-eenheid Inkoop zal bij een indicatie van mogelijke schending van de integriteit een onderzoek in het kader van de Wet Bibob laten uitvoeren. Service-eenheid Inkoop zal actief onderzoekend, signalerend en toetsend adviseren gedurende het gehele aanbestedingstraject.

5.2 Klachtenmeldpunt

Voor klachten in aanbestedingsprocedures hebben de gemeenten en Servicepunt71 een klachtenmeldpunt. In de aanbestedingsstukken is een paragraaf opgenomen. Hierin wordt vermeld waar en op welke wijze een klacht kan worden ingediend. De gemeenten en Servicepunt71 hanteren bij klachten over aanbestedingen de regeling klachtenafhandeling bij aanbesteden (zie bijlage 1).

 

 

Bijlage 1 Klachtnafhandeling bij aanbesteden

De regeling klachtafhandeling bij aanbesteden is onderverdeeld in drie hoofdstukken, namelijk: begripsbepalingen en algemene bepalingen, behandeling van de klacht en afdoening van de klacht.

 

Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen en algemene bepalingen

1.1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

 

  • a.

    klacht: een schriftelijke uiting van ontevredenheid met een corrigerend of afwijzend karakter over een specifieke aanbesteding;

  • b.

    klager: degene die de uiting van ontevredenheid doet;

  • c.

    aanbestedende dienst: Servicepunt71 en/of de deelnemers van de gemeenschappelijke regeling;

  • d.

    klachtenmeldpunt: de aangewezen ambtenaren belast met het behandelen van de klacht, de registratie van de voortgang en het resultaat van de klachtenbehandeling en met het adviseren ten aanzien van de afhandeling van de klacht;

  • e.

    Commissie van Aanbestedingsexperts: de Commissie van Aanbestedingsexperts die als onafhankelijke externe commissie onderzoek verricht naar de feiten, die aanleiding gaven tot de klacht, aan het bestuur rapporteert over zijn bevindingen en een behoorlijkheidsoordeel geeft over de gedraging, eventueel voorzien van aanbevelingen.

1.2 Wie kan een klacht indienen?

Alleen ondernemers die belang hebben bij de verwerving van de specifieke overheidsopdracht kunnen een klacht indienen zoals geïnteresseerde ondernemers, (potentiële) inschrijvers en gegadigden, onderaannemers van (potentiële) inschrijvers en gegadigden, brancheorganisaties en branchegerelateerde adviescentra van

ondernemers. Onderaannemers kunnen een klacht indienen voor zover niet wordt geklaagd over de relatie hoofdaannemer - onderaannemer.

1.3 Het klaagschrift

  • 1.

    Een klacht kan alleen schriftelijk en/of digitaal worden ingediend.

  • 2.

    Een klaagschrift is ondertekend en bevat ten minste:

    • a.

      de naam en het adres van de indiener;

    • b.

      de dagtekening;

    • c.

      de aanduiding van de aanbesteding;

    • d.

      uiteraard de klacht zelf;

    • e.

      hoe de klacht verholpen kan worden (mogelijke oplossingen).

  • 3.

    De schriftelijk en/of digitaal ingediende klacht dient in het Nederlands te zijn opgesteld. In het geval dat de klachtbrief niet in het Nederlands is opgesteld, dient de klager zelf te

zorgen voor een vertaling.

 

Hoofdstuk 2 Behandeling van de klacht

2.1 IndieningEen klacht wordt schriftelijk en/of digitaal ingediend bij het klachtenmeldpunt.

2.2 Ontvangstbevestiging 1. De ontvangst van de klacht wordt per omgaande door het klachtenmeldpunt schriftelijk aan de klager bevestigd. 2. De ontvangstbevestiging bevat een bevestiging dat de klager kiest voor de afhandeling van zijn klacht via de regeling klachtafhandeling bij aanbesteden. 3. De ontvangstbevestiging bevat daarnaast de mogelijkheid dat als de klager wenst dat de klachtenprocedure in de zin van titel 9.1 van de Awb (Klachtenverordening van een deelnemer) wordt toegepast, de klager dat direct laat weten aan het klachtenmeldpunt.

2.3 Weigeringsgronden1. Een klacht hoeft niet in behandeling genomen te worden indien: a. Het klaagschrift niet voldoet aan de vereisten in artikel 1.3 en nadat een hersteltermijn van zeven dagen is verstreken;2. De verplichting tot behandeling van de klacht bestaat niet als het belang van de klager ontbreekt.3. Van het niet in behandeling nemen wordt de klager zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen tien dagen, schriftelijk en onder vermelding van de reden door het klachtenmeldpunt, op de hoogte gesteld.

2.4 Het verrichten van onderzoek1. Het klachtenmeldpunt stelt terstond een onderzoek in, zet dat onderzoek voortvarend voort en houdt daarbij rekening met de planning van de aanbestedingsprocedure.2. Het meldpunt onderzoekt eventueel aan de hand van door de klager en aanbestedende dienst aanvullend verstrekte gegevens of de klacht terecht is.3. Binnen een week nadat de klacht is ontvangen, wordt de klager door het klachtenmeldpunt schriftelijk of telefonisch in de gelegenheid gesteld te worden gehoord.4. Het horen geschiedt door het klachtenmeldpunt. Van het horen wordt een kort verslaggemaakt.

 

Hoofdstuk 3 Afdoening van de klacht

3.1 Afdoening1. Wanneer de aanbestedende dienst na het onderzoek door het klachtenmeldpunt tot de conclusie komt dat de klacht terecht of gedeeltelijk terecht is en de aanbestedende dienst corrigerende en/of preventieve maatregelen treft, dan deelt de aanbestedende dienst dit zo spoedig mogelijk schriftelijk mee aan de ondernemer. Ook de andere (potentiële) inschrijvers/ gegadigden worden op de hoogte gesteld.2. Wanneer de aanbestedende dienst na het onderzoek tot de conclusie komt dat de klacht niet terecht is, dan wijst hij de klacht gemotiveerd af en bericht hij de ondernemer.3. Het klachtenmeldpunt kan op verzoek van de ondernemer of de aanbestedende dienst voorstellen dat de klacht, voordat daarop door de aanbestedende dienst wordt beslist, voor bemiddeling of advies wordt voorgelegd aan de Commissie van Aanbestedingsexperts.4. Als de aanbestedende dienst aan de ondernemer heeft laten weten hoe hij de klacht schriftelijk adresseert, of als de aanbestedende dienst nalaat om binnen een redelijke termijn op de klacht te reageren, dan kan een klager de klacht aan de Commissie van Aanbestedingsexperts voorleggen.