Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Schouwen-Duiveland

Nadere regels voor de gemeentelijke begraafplaatsen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSchouwen-Duiveland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere regels voor de gemeentelijke begraafplaatsen
CiteertitelNadere regels begraafplaatsen
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Schouwen-Duiveland 2005, art. 12 en 21

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-04-2005Nieuwe regeling

22-02-2005

Ons Eiland, 03-03-2005

22-02-2005/

Tekst van de regeling

Intitulé

NADERE REGELS VOOR DE GEMEENTELIJKE BEGRAAFPLAATSEN

Burgemeester en wethouders van Schouwen-Duiveland;

gezien het voorstel van de afdeling Openbare Werken van 16 februari 2005, registratienummer ;

gelet op de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Schouwen-Duiveland 2005 op grond waarvan in de artikelen 12 en 21 de mogelijkheid is gegeven nadere regels te stellen;

besluiten :

vast te stellen de volgende:

NADERE REGELS VOOR DE GEMEENTELIJKE BEGRAAFPLAATSEN.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1.

    De in artikel 1 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen 2005 genoemde begripsomschrijvingen zijn ook voor deze nadere regels van toepassing.

  • 2.

    Waar in deze nadere regels sprake is van de Beheersverordening, wordt daarmee bedoeld de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen 2005.

Artikel 2 Indeling en uitgifte graven op de begraafplaatsen

2.1 Dubbele graven

  • 1.

    De algemene dubbele graven zijn graven, uitgegeven voor de tijd van het lopende kalenderjaar en de volgende 14 jaren, bestemd voor het boven elkaar begraven van ten hoogste twee lijken.

  • 2.

    De eigen dubbele graven zijn graven, uitgegeven voor de tijd van het lopende kalenderjaar en de volgende 29 jaren, bestemd voor het boven of naast elkaar begraven van ten hoogste twee lijken. In de eigen dubbele graven waarin één lijk is begraven, kan in het andere graf één asbus met of zonder urn geplaatst worden. Het eerder plaatsen van de asbus is niet mogelijk.

2.2 Enkele graven

  • 1.

    De algemene enkele graven zijn graven, uitgegeven voor de tijd van het lopende kalenderjaar en de volgende 14 jaren, bestemd voor het begraven van één lijk.

  • 2.

    De eigen enkele graven zijn graven, uitgegeven voor de tijd van het lopende kalenderjaar en de volgende 29 jaren, bestemd voor het begraven van één lijk.

Artikel 3 De bezorging van as

  • 1.

    De eigen urnenplaatsen zijn urnenplaatsen boven of onder de grond, uitgegeven voor de tijd van het lopende kalenderjaar en de volgende 29 jaren, bestemd voor het bijzetten van ten hoogste twee asbussen met of zonder urnen.

  • 2.

    De eigen urnennissen zijn urnennissen, uitgegeven voor de tijd van het lopende kalenderjaar en de volgende 29 jaren, bestemd voor het bijzetten van ten hoogste zes asbussen met of zonder urnen.

Artikel 4 Verbod bijzetting

Het bijzetten van asbussen op een graf of graven, alsmede het bijzetten van asbussen in een algemeen graf of algemene graven, is niet toegestaan.

Artikel 5 Afmeting der graven en urnenplaatsen

  • 1.

    De afmeting van de graven bedraagt 2.20 m. x 1.20 m.

  • 2.

    De afmeting van de urnenplaatsen bedraagt 1.00 m. x 1.00 m.

  • 3.

    De afmeting van de kindergraven bedraagt maximaal 2.20 m. x 1.20 m.

Artikel 6 Aanvraag vergunning

  • 1.

    Bij de schriftelijke aanvraag voor vergunning tot het hebben van een grafbedekking behoort een werktekening te worden ingediend.

  • 2.

    Op deze werktekening dienen tenminste voor te komen:

    • a.

      een boven-, voor- en zijaanzicht met alle hoogte-, breedte-, dikte- en lengtematen;

    • b.

      de soort, kleur en bewerking van het te gebruiken materiaal;

     

    • c.

      de vermelding of de letters e.d. ingehakt, opgehakt of van metaal zijn;

    • d.

      de woordindeling van het opschrift en de plaats van de figuratie(s);

       

    • e.

      de soort van het materiaal van de fundering en de wijze van bevestiging van het gedenkteken daarop.

Artikel 7 Grafbedekking

  • 1.

    Voor de gedenktekens mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt, zoals natuursteen, corrosiebestendig metaal, keramiek, duurzame kunststoffen of een verduurzaamde houtsoort.

  • 2.

    De fundatie van gedenktekens moet zodanig zijn, dat verzakken, scheeftrekken of omvallen ervan voorkomen wordt. Onder de fundatie dient op iedere hoek een ondersteuning te worden aangebracht in de vorm van een perkoenpaal van 160 x 12 cm.

  • 3.

    Het grafnummer moet duidelijk en deugdelijk worden aangebracht rechts onderaan de achterzijde van het gedenkteken.

  • 4.

    De lengte en de breedte van het gedenkteken mogen die van het graf niet overschrijden en de hoogte mag maximaal 1.00 m bedragen.

  • 5.

    De lengte en de breedte van het gedenkteken op een dubbel algemeen graf boven elkaar mogen maximaal 0.80 m. x 1.00 m. bedragen. Gedenkstenen op deze graven mogen alleen liggend geplaatst worden.

  • 6.

    De onderdelen moeten vast aan het gedenkteken zijn verbonden.

  • 7.

    Alleen kruidachtige beplanting mag worden aangebracht, na overleg met de beheerder.

Artikel 8 Grafbeplanting en dergelijke

  • 1.

    De kruidachtige gewassen die op de graven worden geplant mogen bij volle wasdom de voor het graf beschikbare oppervlakte niet overschrijden of moeten door besnoeiing binnen de oppervlakte worden gehouden.

  • 2.

    Op een graf, bij een urnennis of urnenplaats kunnen potplanten en bloemen in vazen worden geplaatst. Het is toegestaan op een graf, bij een urnennis of urnenplaats losse bloemen te leggen.

  • 3.

    Niet blijvende en vaste beplanting op een graf die in een verwaarloosde staat verkeren of begraving in een naastliggend graf ernstig verhinderen, kunnen door de beheerder worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding. Losse bloemen, planten, kransen en dergelijke kunnen, wanneer zij verwelkt zijn, door de beheerder worden verwijderd.

Artikel 9 Vervallen van het recht

Onverlet het bepaalde in de artikelen 14, 15, 16, 18 en 19 van de Beheersverordening

kunnen burgemeester en wethouders het recht bedoeld in deze artikelen vervallen verklaren wanneer ter bekoming van dat recht onjuiste inlichtingen zijn verstrekt.

Artikel 10 Afwijken

Burgemeester en wethouders kunnen, indien daar gewichtige redenen voor zijn, afwijken van deze nadere regels.

Artikel 11 Slotbepaling

  • 1.

    Deze nadere regels treden in werking 6 weken na de dag van bekendmaking.

  • 2.

    Zij kunnen worden aangehaald als: Nadere regelsbegraafplaatsen.

Zierikzee, 22 februari 2005

Burgemeester en wethouders van Schouwen-Duiveland

de secretaris, de burgemeester,