Organisatie | Opsterland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Opsterland 2017 |
Citeertitel | Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Opsterland 2017 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vervangen door de Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Opsterland 2018Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Opsterland 2018.
De 'Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Opsterland 2016' van 30 november 2015 wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2017, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor 1 januari 2017 hebben voorgedaan.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2017 | 01-01-2018 | nieuwe regeling | 21-11-2016 Gemeenteblad, 2017, nr. 47552, 24-3-2017 | 2016-35570 |
Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Opsterland 2017
De raad van de gemeente Opsterland;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 8 november 2016;
gelet op artikel 229 van de Gemeentewet, en artikel 15:33 Wet milieubeheer;
besluit vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Opsterland 2017
Hoofdstuk I Algemene bepalingen
Krachtens deze verordening worden geheven:
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting bedoeld in hoofdstuk 1.3 en 1.4 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
In afwijking van het eerste lid worden de leges geheven door een mondelinge kennisgeving en kan betaling ook niet-giraal geschieden in het geval van de tarieven van hoofdstuk 1.3 (tarieven milieustraat) van de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het heffingstijdvak aanvangt, is de belasting bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het heffingstijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien het perceel na het begin van het heffingstijdvak niet langer door meer dan één persoon wordt gebruikt, wordt ambtshalve vermindering verleend voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar na de wijziging van het aantal personen nog volle kalendermaanden overblijven.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel worden betaald in één of meerdere termijnen, met een maximum van drie termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
In afwijking van het eerste lid geldt zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatisch incasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in acht gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
De machtiging voor automatische incasso zoals genoemd in het tweede lid, wordt geacht niet te zijn verleend indien gedurende de looptijd van de automatische incasso twee termijnen worden gestorneerd, ofwel indien de incassomachtiging door de belastingschuldige of rekeninghouder wordt ingetrokken. De termijnen genoemd in het eerste lid worden in dat geval direct van toepassing.
Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
1. De rechten bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
2. Indien zich ten aanzien van eenzelfde belastingplichtige meerdere belastbare feiten voordoen, kunnen de rechten ter zake daarvan worden geheven door middel van één gedagtekende schriftelijke kennisgeving.
Artikel 15 Ontstaan van de belastingschuld
De rechten als bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de reinigingsrechten, die op grond van hoofdstuk 2 van de tarieventabel worden opgelegd, worden betaald op het moment van het uitreiken van de kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan, binnen dertig dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het voorgaande lid gestelde termijnen.
Bij de invordering van de reinigingsrechten kan kwijtschelding worden verleend.
Wanneer sprake is van een medische indicatie kan, na overlegging van een medische verklaring van een arts, een bedrag van € 45,00 worden vrijgesteld voor het tarief genoemd in artikel 1 van hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel.
De heffingsambtenaar kan de bepalingen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover strikte toepassing van die bepalingen zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard ten nadele van de belastingplichtige.
Artikel 20 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de afvalstoffenheffing en de reinigingsrechten.
Artikel 21 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als de “Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Opsterland 2017”.
Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 21 november 2016.
behorende bij de “Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Opsterland 2017”.
De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze is verschuldigd.
Hoofdstuk 1 Maatstaven en tarieven afvalstoffenheffing
Hoofdstuk 1.1 Maatstaven en jaarlijks tarieven afvalstoffenheffing (vast gedeelte)
Indien het aanbod van huishoudelijk afval niet overeenkomstig hoofdstuk 1.2 op basis van het volume-frequentiesysteem individueel wordt geregistreerd en geheven, dan wel indien op andere wijze dan door middel van minicontainers restafval en/of GFT-afval ter inzameling aan de inzameldienst wordt aangeboden, wordt de belasting als bedoeld in het eerste lid verhoogd met de hierna genoemde bedragen, ongeacht het werkelijk vuilaanbod en ongeacht het aantal aanbiedingen, per perceel per heffingstijdvak indien het perceel op 1 januari van het heffingstijdvak of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij de aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door:
2.2. twee en meer personen € 70,40
Hoofdstuk 1.2 Maatstaven en tarieven afvalstoffenheffing voor de lediging van (mini)containers en gebruik verzamelcontainers (variabel gedeelte)
Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1.1 bedraagt de belasting per aanbieding van huishoudelijk afval in daartoe bestemde en ingerichte verzamelcontainers € 1,10
Hoofdstuk 1.3 Tarieven Milieustraat
Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1.1 en 1.2 van de tarieventabel gelden voor het achterlaten van de in de onderstaande tabel genoemde categorieën van afval op een daartoe door burgemeester en wethouders aangewezen plaats, bestemd en ingericht voor de inzameling van herbruikbaar en niet-herbruikbaar (huishoudelijk) afval (brengdepot), de daarachter vermelde tarieven (brengtarieven of slagboomtarieven).
* Voor het aanbieden van zwarte grond geldt een limiet van maximaal 1 m3
1.3.1 Tarieven voor particulieren
Voor gemengde vrachten geldt het tarief voor grof huishoudelijk afval.
Huishoudelijk restafval en groente- en fruitafval worden niet geaccepteerd (deze horen in de sortibak en in de biobak).
Deze tarieven gelden voor afval dat te groot is om in een afvalcontainer af te voeren.
*) per melding mag niet meer dan 2m3 aangeboden worden
**) afgedankte elektrische en elektronische apparaten
Hoofdstuk 1.4 Overige tarieven
1.4.1 Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1 is voor het aanbrengen van een slot op een minicontainer een bedrag verschuldigd van € 45,00 per slot.
1.4.2 Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1 is voor een extra container éénmalig een bedrag verschuldigd van € 60,00.
Hoofdstuk 2 Maatstaven en tarieven reinigingsrechten
Voor het achterlaten van de in de onderstaande tabel genoemde categorieën van afval op een daartoe door burgemeester en wethouders aangewezen plaats, gelden de daarachter vermelde tarieven:
Aldus samen met de “Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Opsterland 2017” vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 november 2016.