Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Alblasserdam

Beleidsregels realisatie publieke oplaadpunten voor elektrische voertuigen door martkpartijen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAlblasserdam
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels realisatie publieke oplaadpunten voor elektrische voertuigen door martkpartijen
CiteertitelBeleidsregels realisatie publieke oplaadpunten voor elektrische voertuigen door marktpartijen
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wegenverkeerstwet 1994, artikel 2 lid 1, 2 en 3 onder a
  2. Wegenverkeerstwet 1994, artikel 18 lid 1 onder d

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

11-10-201614-06-2016Onbekend

14-06-2016

Gemeenteblad

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels realisatie publieke oplaadpunten voor elektrische voertuigen door martkpartijen

 

 

 

Beleidsregels realisatie publieke oplaadpunten voor elektrische voertuigen door marktpartijen

 

Gemeente Alblasserdam

 

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alblasserdam,

Gelet op het bepaalde artikel 160 van de Gemeentewet en het bepaalde in artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

Overwegende dat

  • ·

    Elektrisch rijden in opkomst is en er behoefte is aan publieke oplaadinfrastructuur voor elektrische auto’s;

  • ·

    Het wenselijk is kaders te stellen onder welke omstandigheden er wordt meegewerkt aan oplaadpunten voor elektrisch rijden;

 

B E S L U I T:

 

Vast te stellen de volgende:

 

Beleidsregels realisatie publieke oplaadpunten voor elektrische voertuigen door marktpartijen.

 

Juridisch kader

Wegenverkeerswet 1994 artikel 2 lid 1, 2 en 3 onder a

Wegenverkeerswet 1994 artikel 18 lid 1 onder d

Artikel 1

Begripsbepalingen

In de beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    Elektrische motorvoertuigen: alle voertuigen die op de openbare weg mogen rijden, geheel of gedeeltelijk op elektriciteit kunnen rijden en voorzien zijn van een stekker om op te laden, met uitzondering van fietsen en snor-/bromfietsen. Een motorvoertuig als bedoeld in artikel 1 lid 1 onderdeel c van de Wegeverkeerswet 1994 dat bij de RDW staat geregistreerd;

  • b.

    Oplaadpunt: het geheel van oplaadpalen en/of andere oplaadinfrastructuur, aansluitingen op het elektriciteitsnet en andere voorzieningen in de openbare ruimte op of aan de weg bestemd voor het opladen van elektrische voertuigen, zoals bijbehorende parkeerplaatsen, verkeersborden en markeringen;

  • c.

    Oplaadpaal: een oplaadobject in de vorm van een paal met twee aansluitingen voor het gelijktijdig opladen van elektrische voertuigen;

  • d.

    Aanvrager: exploitant van een publiek oplaadpunt die aan de gemeente toestemming vraagt om een publiek oplaadpunt te plaatsen in openbaar gebied.

  • e.

    Beheerder: exploitant van een publiek oplaadpunt die van de gemeente toestemming heeft gekregen om een publiek oplaadpunt te plaatsen in openbaar gebied en met wie een bruikleenovereenkomst is afgesloten;

  • f.

    Gebruiker:

    • 1.

      Een bedrijf en/of organisatie dat/die gevestigd is in de gemeente Alblasserdam en eigenaar en/of bezitter is van één of meerdere elektrische voertuigen of één of meerdere werknemers in dienst heeft die beschikt/beschikken over een elektrische voertuig;

    • 2.

      Een particulier die eigenaar en/of bezitter is van een elektrisch voertuig en woonachtig en/of werkzaam is in de gemeente Alblasserdam;

  • g.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alblasserdam;

Artikel 2

Aanvraag vergunning en verkeersbesluit

Een aanvraag voor een vergunning voor het plaatsen van een of meerdere oplaadpunten op of aan de openbare weg en het verzoek tot het nemen van een verkeersbesluit waarbij twee parkeerplaatsen per oplaadpunt worden aangewezen voor het opladen van elektrische voertuigen kan alleen worden ingediend door de aanbieder van oplaadpunten.

Artikel 3

Aanvraag locatie oplaadpunt

Een aanvraag voor een voorgestelde locatie voor het plaatsen van een oplaadpunt bevat een foto en afmeting van de oplaadpaal en een foto en topografische tekening van de betreffende locatie waarop de exacte plek van het gewenste oplaadpunt en de aan te wijzen parkeerplaatsen zijn aangegeven.

Artikel 4

Behoeftebepaling oplaadpunt

De aanvrager toont aan dat op de aangevraagde locatie daadwerkelijk behoefte bestaat bij gebruikers aan een oplaadpunt op of aan de openbare weg en dat de aangevraagde locatie de meest optimale locatie is in relatie tot de gebruikers. Het college verleent geen medewerking aan het realiseren van het gevraagde oplaadpunt wanneer potentiële gebruikers mogelijkheden hebben om hun elektrische voertuig(en) op eigen terrein te (laten) parkeren en op te laden.

Artikel 5

Definitieve locatie oplaadpunt

Het college bepaalt de definitieve locatie van het oplaadpunt en de aan te wijzen parkeerplaatsen. Het college toets hierbij aan de volgende criteria:

  • a.

    De geschiktheid van een locatie van het oplaadpunt, met bij voorkeur een centrale plek in de woonwijk en/of woonbuurt; en indien vastgesteld door het college, een kaart waarop potentiële toekomstige locaties staan aangegeven waar oplaadpalen geplaatst kunnen worden;

  • b.

    Het woon- en/of werkadres van de potentiële gebruiker(s) moet op logische afstand zijn van de aangevraagde locatie voor een oplaadpunt;

  • c.

    De behoefte aan een oplaadpunt van andere gebruikers binnen de woonwijk en/of woonbuurt van de aangevraagde locatie;

  • d.

    Zijn er al bestaande oplaadpunten aanwezig op of aan de weg binnen de woonwijk en/of woonbuurt, is gebruik daarvan of clustering daarmee mogelijk;

  • e.

    Is de betreffende grond in eigendom van de gemeente;

  • f.

    Is de locatie van het oplaadpunt voldoende vindbaar en zichtbaar;

  • g.

    Is het aannemelijk dat de locatie door meerdere gebruikers gedeeld kan worden (dit om te voorkomen dat er ‘privéparkeerplaatsen’ gecreëerd worden);

  • h.

    Kan het oplaadpunt worden voorzien van twee aansluitingen en kunnen hierbij twee parkeerplaatsen worden bediend; en wordt het oplaadpunt inclusief de bijbehorende parkeervakken vormgegeven conform de bestaande oplaadpunten in Alblasserdam;

  • i.

    Is de locatie gelegen op een parkeergelegenheid van enige omvang en laat de parkeerdruk dit toe; eventueel onderbouwen met parkeerdrukmeting;

  • j.

    Betreft het bestaande parkeervakken;

  • k.

    Blijft de doorgang voor andere verkeer (auto, fiets, voetganger, rolstoel, etc) gewaarborgd;

  • l.

    Zijn er geen belemmeringen ten aanzien van ander straatmeubilair of (openbaar) groen;

  • m.

    Past het oplaadpunt, waaronder de oplaadpaal, in het straatbeeld. De oplaadpaal is niet hoger dan 1,80 meter en heeft RAL-kleur 9007. De oplaadpaal mag niet worden gebruikt door reclamedoeleinden;

  • n.

    de oplaadpunt moet voldoen aan de elektrotechnische eisen die zijn gesteld voor veiligheid in de NEN 1010, NEN 3140 en aan APV (art 2.10A en 2.19).

  • o.

    Is sprake van geplande reconstructie of andere infrastructurele ontwikkelingen, past de aanvraag bij de nieuwe situatie en kan de realisatie hiervan worden gekoppeld aan de planning van de reconstructie of andere infrastructurele ontwikkeling?

In beginsel worden op de door het college aangewezen locaties één oplaadpunt per locaties toegepast, inclusief twee parkeerplaatsen die aangewezen worden voor het opladen van elektrische voertuigen. Indien het gebruik van het oplaadpunt dit toelaat kan het college besluiten ook meerdere oplaadpunten toestaan.

De aanvrager toont aan de hand van het aantal uren dat het oplaadpunt effectief in gebruik is geweest en/of aan de hand van nieuwe verzoeken van potentiële gebruikers aan dat er behoefte bestaat aan een extra oplaadpunt in de woonwijk.

Artikel 6

Volgorde besluitvorming: beoordeling aanvraag, verkeersbesluit, beheerovereenkomst.

De aanvraag wordt beoordeeld op de gestelde criteria en op de behoeftebepaling en de meest optimale locatie. Indien ingestemd wordt met de aanvraag dan neemt de gemeente een verkeersbesluit voor het aanwijzen van parkeergelegenheid uitsluitend voor het opladen van elektrische voertuigen. Voor dit besluit worden de normaal geldende procedurevoorschriften gehanteerd.

Nadat het verkeersbesluit onherroepelijk is, wordt een beheerovereenkomst afgesloten met de beheerder van het aanbrengen van een publiek oplaadpunt op gemeentegrond.

Artikel 7

Plaatsing en beheer oplaadpunt

De aanvrager van de vergunning voor het plaatsen van een oplaadpunt is tevens de beheerder hiervan. De beheerder is verantwoordelijk voor realisatie, beheer, onderhoud en exploitatie van het oplaadpunt en neemt alle kosten hiervoor voor zijn rekening. De kosten ter bescherming van het oplaadpunt inclusief de oplaadpaal en of andere oplaadinfrastructuur (hekjes, biggenruggen e.d.) zijn ook voor rekening van de beheerder.

Artikel 8

Inrichting en beheer parkeerplaatsen

De gemeente zorgt voor het nemen en publiceren van het verkeersbesluit. Zodra dit onherroepelijk is, kan de beheerder het oplaadpunt plaatsen. De gemeente zorgt voor de inrichting van de parkeerplaatsen en de verkeersborden. De kosten hiervoor zijn voor rekening van de beheerder van het oplaadpunt.

Artikel 9

Bereikbaarheid

De beheerder van het oplaadpunt is 24 uur per dag en 7 dagen per week bereikbaar voor gebruikers, hulpdiensten en gemeenten in het geval van vragen, storingen en calamiteiten. De telefoonnummers van de storingsdienst en de helpdesk zijn vermeld op de oplaadpaal en/of op andere oplaadinfrastructuur.

Artikel 10

Openbaarheid oplaadpunt

Het oplaadpunt is 24 uur per dag en 7 dagen per week openbaar toegankelijk, in die zin dat deze voor iedereen te gebruiken is voor het opladen van zijn of haar elektrische voertuig. De beheerder zorgt voor zoveel mogelijk actuele informatie richting gebruikers over de aanwezigheid en beschikbaarheid van het oplaadpunt, via algemeen beschikbare kanalen zoals deze gebruikelijk zijn in de markt voor openbare laaddiensten.

Artikel 11

Interoperabiliteit

Het oplaadpunt is inter-operabel conform de landelijk en internationale afspraken, waaronder de uitwisselbaarheid van laadpassen en het gebruik van standaard-stekkers.

Artikel 12

Groene stroom

Om te bewerkstelligen dat elektrische voertuigen ook aan de bron geen CO2-uitstoot veroorzaken, mag de beheerder van het oplaadpunt alleen gegarandeerd groene stroom (laten) leveren.

Artikel 13

Veiligheid

Het oplaadpunt voldoet aan alle daaraan gestelde (nationale en internationale) veiligheidseisen.

Artikel 14

Aansprakelijkheid

De beheerder is aansprakelijk voor alle schade die door het gebruik van het oplaadpunt of anderszins aan derden wordt veroorzaakt. De gemeente Alblasserdam is op geen enkele manier aansprakelijk voor eventuele schade die door het oplaadpunt is veroorzaakt. De beheerder vrijwaart hiervoor de gemeente.

Artikel 15

Betaald parkeren / vergunninghouders / parkeerschijfzone

In gebieden waar betaald parkeren of vergunninghoudersparkeren (in de toekomst) wordt ingevoerd of waar de maximale parkeerduur (parkeerschijfzone) of enige andere restrictie geldt, geldt deze restrictie onverminderd ook voor de parkeerplaatsen voor het opladen van een elektrische voertuig.

Artikel 16

Handhaving

Het college ziet toe op het juiste gebruik van de aangewezen parkeerplaatsen en kan indien nodig handhavend optreden. Het juiste gebruik is: als een elektrisch voertuig met de kabel aangesloten is op de oplaadpaal. Daarnaast wordt ook gehandhaafd op het fiscaal regime, parkeervergunning, parkeerschijfzone en andere restricties die voor de parkeerplaatsen gelden.

Artikel 17

Intrekken/wijzigen van vergunning en verkeersbesluit

Indien de beheerder van het oplaadpunt zich niet houdt aan de voorschriften verbonden aan de beheerovereenkomst dan kan het college de overeenkomst intrekken. Het college kan in dat geval ook het verkeersbesluit, waarbij de parkeerplaatsen voor het opladen van elektrische voertuigen zijn aangewezen, intrekken.

Het college kan de beheerovereenkomst en/of het verkeersbesluit tevens intrekken, wanneer in de praktijk niet of nauwelijks gebruik wordt gemaakt van het oplaadpunt.

In deze gevallen heeft de beheerder het recht en de plicht het oplaadpunt binnen een door het college aan te geven termijn te verwijderen. De hiermee samenhangende kosten zijn voor de rekening van de beheerder.

Het college kan de vergunning ook wijzigen of intrekken indien een wegreconstructie plaatsvindt als gevolg waarvan de aangewezen parkeerplaatsen zullen verdwijnen. In dat geval zal de gemeente samen met de beheerder bezien of een tijdelijke alternatieve locatie voor het oplaadpunt inclusief de bijbehorende parkeerplaatsen in de directe nabijheid mogelijk is. Kosten hiervoor zijn voor rekening van de gemeente, wanneer de wegreconstructie plaatsvindt binnen vijf jaar na afgifte van de vergunning. De kosten zijn voor rekening van de beheerder wanneer de wegreconstructie later dan vijf jaar na afgifte van de vergunning plaatsvindt.

Artikel 18

Informatie over gebruik oplaadinfrastructuur

De beheerder van een oplaadpunt geeft op verzoek van het college inzicht in het feitelijke gebruik hiervan.

Artikel 19

Bijzondere omstandigheden

Het college beseft dat de ontwikkelingen op het gebied van elektrisch rijden en laadinfrastructuur nieuw en nog volop in ontwikkeling zijn. Met deze beleidsregels wil het college duidelijkheid verschaffen over de voorwaarden, criteria en condities die van toepassing zijn op het realiseren van oplaadpunten in de gemeente. In specifieke, bijzondere of onvoorziene omstandigheden kan het college besluiten van deze beleidsregels af te wijken.

Artikel 20

Aantal oplaadpalen

Er wordt medewerking verleend voor de plaatsing van maximaal 25 oplaadpalen in de openbare ruimte in Alblasserdam. Na het bereiken van dit aantal zal aan de hand van een evaluatie beoordeeld worden of uitbreiding van het aantal binnen het beleidskader wenselijk is.

Artikel 21

Beheerovereenkomst

Alvorens het oplaadpunt in gebruik wordt genomen, dient er een beheerovereenkomst te zijn ondertekend tussen de gemeente en de betreffende aanvrager.

Artikel 22

Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de beleidsregel, indien toepassing hiervan leidt tot onredelijkheid en onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 23

Inwerkingtreding

De "Beleidsregels realisatie publieke oplaadpunten voor elektrische voertuigen door marktpartijen" treden in werking op de dag na bekendmaking hiervan.

Artikel 24

Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als "Beleidsregels realisatie publieke oplaadpunten voor elektrische voertuigen door marktpartijen".

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van 14 juni 2016.

 

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris, de burgemeester,