Organisatie | Zwartewaterland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats(en) voor de gemeente Zwartewaterland 2016 |
Citeertitel | Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats(en) voor de gemeente Zwartewaterland 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
22-12-2015 | Na wijziging nieuw vastgestelde regeling | 17-12-2015 | Onbekend |
Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats(en) voor de gemeente Zwartewaterland 2016
Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Hoofdstuk 2. Openstelling begraafplaatsen
Herdenkingsbijeenkomsten, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtigheden op de begraafplaatsen kunnen slechts plaatsvinden nadat deze ten minste zes werkdagen tevoren zijn gemeld aan de beheerder. Datum en uur van de plechtigheid en de wijze waarop deze zal plaatsvinden worden in overleg met de aanvrager door de beheerder vastgesteld.
Hoofdstuk 3. Voorschriften voor lijkbezorging
Artikel 7. Kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van het graf
Degene die wil doen begraven, as wil doen bijzetten of as wil doen verstrooien, geeft daarvan uiterlijk 36 uur voorafgaande aan die waarop de begraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, schriftelijk kennis aan de beheerder. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven moet de kennisgeving aan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan.
Het openen van een graf ter begraving of voor het bezorgen van as, en het daarna sluiten van een graf, alsmede het bedienen van de hulpmiddelen mag uitsluitend geschieden door het personeel van de begraafplaatsen op aanwijzingen en onder toezicht van de beheerder. De nabestaanden kunnen deze werkzaamheden onder toezicht van de beheerder geheel of gedeeltelijk zelf verrichten indien zij hun wens daartoe uiterlijk om 12.00 uur van de voorafgaande werkdag mondeling of schriftelijk aan de beheerder hebben kenbaar gemaakt. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Zij dienen bij deze werkzaamheden de aanwijzingen van de beheerder op te volgen.
Artikel 8. Gebouwen en muziekinstallatie
De geluidsinstallatie van de gemeente staat voor iedere plechtigheid gedurende een per keer vooraf te bepalen tijdsduur ter beschikking van de aanvrager.
Artikel 9. Over te leggen stukken
Indien de begraving of de bezorging van as in een particulier graf of in een particulier kindergraf zal plaatsvinden, dient een machtiging daartoe aan de beheerder te worden overgelegd ondertekend door de rechthebbende. Indien de rechthebbende is overleden en hij in het graf moet worden begraven dan wel de asbus met diens resten in het graf moet worden bijgezet, dient daaraan voorafgaand een verzoek tot overschrijving van de grafrechten als bedoeld in artikel 17, tweede lid, te worden gedaan.
Begraving of bijzetting in een particulier graf of een particulier kindergraf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijke minimum grafrusttermijn afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgifte-termijn met een zodanige periode dat de alsdan resterende uitgiftetermijn ten minste gelijk is aan de wettelijke minimum grafrusttermijn. De verlenging dient te worden aangevraagd door de rechthebbende.
Hoofdstuk 4. Indeling en uitgifte van graven
Artikel 11. Indeling graven en asbezorging
Het college bepaalt bij nader vast te stellen regels hoeveel lijken en hoeveel asbussen met of zonder urnen er kunnen worden bijgezet in de particuliere graven en in de particuliere kindergraven en hoeveel verstrooiingen van as er op de particuliere graven en op de particuliere kindergraven kunnen plaatshebben en het college bepaalt hoeveel urnen op een particulier graf of een particulier kindergraf mogen worden geplaatst. Het college bepaalt tevens de afmetingen en de uitgifteduur van de particuliere graven, van de particuliere kindergraven en van de particuliere urnengraven. De uitgifteduur kan niet korter zijn dan de minimumtermijn vastgesteld in de Wet op de lijkbezorging.
Artikel 13. Volgorde van uitgifte
De particuliere graven, de particuliere urnengraven en particuliere kindergraven worden, onverminderd het gebruik van een graf als bedoeld in artikel 1, onder k, slechts voor directe begraving en in volgorde van ligging uitgegeven.
Het college kan bij nader vast te stellen regels de algemene en particuliere graven onderverdelen in categorieën. Het college bepaalt voor de verschillende categorieën de situering en oppervlakte.
Artikel 15. Termijnen particuliere graven
Het college verleent, voorzover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats zulks toelaat, op een daartoe bij hen schriftelijk in te dienen aanvraag, voor de tijd van veertig jaar of voor onbepaalde tijd het recht op een particulier graf, op een particulier kindergraf, of op een particulier urnengraf of een urnennis. De termijn begint te lopen op de datum waarop het particuliere graf is uitgegeven.
Het college kan aan de rechthebbende op een particulier graf een vergunning verlenen tot het op een daartoe aangewezen gedeelte van de begraafplaats doen aanbrengen van een grafkelder overeenkomstig de door het college te stellen voorwaarden.
Artikel 17. Overschrijving van verleende rechten
Het recht op een particulier graf of een particulier kindergraf kan op aanvraag van de rechthebbende worden overgeschreven ten name van de echtgenoot, geregistreerde partner of levenspartner dan wel een bloedverwant of aanverwant tot en met de derde graad. Overschrijving op verzoek van de rechthebbende ten name van een ander dan de vorengenoemde personen of een rechtspersoon is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.
Na het overlijden van de rechthebbende kan het particuliere graf of het particuliere kindergraf worden overgeschreven op naam van de echtgenoot, geregistreerde partner of levenspartner dan wel een bloed- of aanverwant tot en met de derde graad, mits de aanvraag hiertoe wordt gedaan binnen zes maanden na het overlijden van de rechthebbende. Overschrijving ten name van een ander dan de in de vorige zin bedoelde personen of een rechtspersoon is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan. Indien de overleden rechthebbende in het graf dient te worden begraven, of indien de asbus met zijn resten in het graf dient te worden bijgezet, dient het verzoek tot overschrijving daaraan voorafgaand te worden gedaan.
Artikel 18. Afstand doen van graven
Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het recht op het particuliere graf. Van de ontvangst van zodanige verklaring doet het college schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.
Artikel 20. Onderhoud door de gemeente
Het college voorziet in het onderhoud van de paden, het groenonderhoud en het schoonhouden van de begraafplaatsen. Onderhoud, schoonmaak en herstel van grafbeplantingen en gedenktekens vindt niet door of namens de gemeente plaats.
Artikel 21. Onderhoud door rechthebbende of gebruiker
Indien de rechthebbende of de gebruiker naar het oordeel van het college nalaat de grafbedekking behoorlijk te onderhouden of te herstellen, kan het college de hiervoor in aanmerking komende voorwerpen of zo nodig de gehele grafbedekking doen verwijderen. Het verwijderde blijft gedurende dertien weken ter beschikking van de rechthebbende of de gebruiker en vervalt daarna aan de gemeente, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.
De verwijdering vindt niet plaats dan nadat het college de rechthebbende of de gebruiker door middel van een verklaring schriftelijk op de hoogte heeft gesteld van de toestand van de grafbedekking. Wanneer het adres van de rechthebbende of de gebruiker niet bekend is maakt het college de verklaring bij de ingang van de begraafplaats op het mededelingenbord bekend. Bij het graf wordt een verwijzing naar de mededeling aangebracht.
Het college kan de rechthebbende of de gebruiker per aanschrijving verplichten een beschadiging aan de grafbedekking te herstellen binnen de door het college gestelde termijn indien de beschadiging zodanig is dat deze naar het oordeel van het college het uiterlijk aanzien van de begraafplaats schaadt of indien de beschadiging van de grafbedekking gevaar op levert voor derden.
Artikel 22. Niet-blijvende grafbedekking
Niet-blijvende beplanting op een graf die in een verwaarloosde staat verkeert kan door de beheerder worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding. Losse bloemen, planten, kransen en dergelijke kunnen, wanneer zij verwelkt zijn, door de beheerder worden verwijderd.
Linten, siervazen en dergelijke voorwerpen worden gedurende 13 weken ter beschikking gehouden van de rechthebbende of wanneer het een algemeen graf betreft, van de belanghebbende indien deze daartoe te voren een aanvraag heeft ingediend bij de beheerder.
Hoofdstuk 6. Ruiming van graven, urnengraven en urnennissen
Artikel 24. Ruiming, bezorging van overblijfselen en as
Nabestaanden van een overledene die begraven is in een particulier graf of in een algemeen graf kunnen gedurende de in het eerste lid bedoelde termijn bij de beheerder een aanvraag indienen om bij ruiming de menselijke resten, indien mogelijk, bijeen te doen brengen voor crematie of voor herbegraving elders. Nabestaanden van een overledene waarvan een asbus al of niet met een urn is bijgezet in een algemeen graf kunnen bij de beheerder een aanvraag indienen om deze ter beschikking te houden voor herbegraving of verstrooiing elders.
Rechthebbenden van een particulier graf dat voor de datum van het in werking treden van deze verordening is uitgegeven en waarvoor destijds het recht op het schudden van het graf niet is uitgesloten, behouden dit recht en kunnen dit particulier graf laten schudden; in dat geval vindt ruiming van het graf plaats door het zorgvuldig bijeen brengen van alle beenderen in een beenderenkist, die onder de bodem van het graf ingegraven wordt.
Het college kan in bijzondere gevallen, ten gunste van de rechthebbende of gebruiker, één of meer bepalingen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing daarvan, gelet op de belangen die deze regeling beoogt te beschermen, kennelijk zal leiden tot onbillijkheden van zwaarwegende aard.
Artikel 28. Intrekking oude regeling
De verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraaf-plaatsen, vastgesteld op 14 november 2013 wordt ingetrokken.
Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.
Hij die handelt in strijd met de artikelen 3, lid 3, en 4, lid 3, wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.
Deze verordening treedt in werking op de achtste dag na de datum van publicatie van deze verordening.