Organisatie | Terschelling |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Gedragscode bestuurlijke integriteit Gemeente Terschelling |
Citeertitel | Bestuurlijke gedragscode |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Bestuurlijke gedragscode |
Geen
Gemeentewet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-11-2015 | 28-10-2011 | Onbekend | 25-10-2011 de Terschellinger | 2011/65 |
GEDRAGSCODE BESTUURLIJKE INTEGRITEIT
DEEL I Kernbegrippen van bestuurlijke integriteit
Leden van de gemeenteraad, de wethouders en de burgemeester stellen bij hun handelen de kwaliteit van het openbaar bestuur centraal. Integriteit van het openbaar bestuur is daarvoor een belangrijke voorwaarde. De belangen van de gemeente en in het verlengde daarvan die van de burgers, zijn het primaire richtsnoer.
Bestuurlijke integriteit houdt in dat de verantwoordelijkheid die met de functie samenhangt wordt aanvaard en dat er de bereidheid is om daarover verantwoording af te leggen. Verantwoording wordt intern afgelegd aan collega-politieke ambtsdragers, maar ook extern aan organisaties en burgers voor wie politieke ambtsdragers hun functie vervullen.
Een aantal kernbegrippen is daarbij leidend en plaatst bestuurlijke integriteit in een breder perspectief:
Het handelen van een politieke ambtsdrager is altijd en volledig gericht op het belang van de gemeente en op de organisaties en burgers die daar onderdeel van uit maken.
Het handelen van een politieke ambtsdrager heeft een herkenbaar verband met de functie die hij vervult in het bestuur.
Het handelen van een politieke ambtsdrager wordt gekenmerkt door onpartijdigheid, dat wil zeggen dat geen vermenging optreedt met oneigenlijke belangen en dat ook iedere schijn van een dergelijke vermenging wordt vermeden.
Het handelen van een politieke ambtsdrager is transparant, opdat optimale verantwoording mogelijk is en de controlerende organen volledig inzicht hebben in het handelen van de politieke ambtsdrager en zijn beweegredenen daarbij.
Op een politieke ambtsdrager moet men kunnen rekenen. Die houdt zich aan zijn afspraken. Kennis en informatie waarover hij uit hoofde van zijn functie beschikt, wendt hij aan voor het doel waarvoor die zijn gegeven.
Het handelen van een politieke ambtsdrager is zodanig dat alle organisaties en burgers op gelijke wijze en met respect worden bejegend en dat belangen van partijen op correcte wijze worden afgewogen.
Deze kernbegrippen zijn de toetssteen voor de nu volgende gedragsafspraken.
Deel II Gedragscode bestuurlijke integriteit Gemeente Terschelling.
2 Belangenverstrengeling en nevenfuncties
3 Een oud-politieke ambtsdrager wordt het eerste jaar na de beëindiging van zijn ambtstermijn uitgesloten van het tegen beloning verrichten van werkzaamheden voor de gemeente. Uitzonderingen hierop zijn ambtenaren, werkzaam voor een school voor openbaar onderwijs of één van de gemeentelijke musea.
1 Een politieke ambtsdrager accepteert geen geschenken, faciliteiten of diensten indien zijn onafhankelijke positie hierdoor kan worden beïnvloed. In onderhandelingssituaties weigert hij door betrokken relaties aangeboden geschenken of andere voordelen.
4.2Geschenken en giften die een politieke ambtsdrager uit hoofde van zijn functie ontvangt, worden gemeld en geregistreerd en zijn eigendom van de gemeente. Er wordt een gemeentelijke bestemming voor gezocht.
5 Bestuurlijke uitgaven, onkostenvergoedingen, buitenlandse reizen en voorzieningen
11 Een politieke ambtsdrager die het voornemen heeft uit hoofde van zijn functie een buitenlandse dienstreis te maken of is uitgenodigd voor een buitenlandse reis of werkbezoek op kosten van derden, heeft toestemming nodig van het bestuursorgaan waarvan hij deel uitmaakt. Uitnodigingen voor dienstreizen, werkbezoeken en dergelijke op kosten van derden worden altijd besproken in de gemeenteraad of het college en onder meer getoetst op het risico van belangenverstrengeling. Het gemeentelijk belang van de reis is doorslaggevend voor de besluitvorming. De gemeenteraad wordt van een collegebesluit hieromtrent op de hoogte gesteld.
14 Het ten laste van de gemeente meereizen van de partner van een politieke ambtsdrager op een dienstreis is uitsluitend toegestaan wanneer dit gebeurt op uitnodiging van de ontvangende partij en het belang van de gemeente daarmee gediend is. Het meereizen van de partner wordt bij de besluitvorming van de gemeenteraad of het college betrokken.
de geldende regelingen. Uitgaven worden vergoed voor zover zij redelijk en verantwoord worden
Vastgesteld door de gemeenteraad van Terschelling op 25 oktober 2011,
Toelichting per artikel bij Gedragscode bestuurlijke integriteit Gemeente Terschelling.
De code is van toepassing gemaakt op zowel raadsleden, wethouders als de burgemeester. Daarmee wordt in één handeling aan drie artikelen van de Gemeentewet voldaan.
De burgemeester is vanwege zijn onafhankelijke positie de meest aangewezen persoon om als eerste aanspreekpunt te fungeren. Indien de burgemeester ten aanzien van zichzelf met vragen rond integriteit zit kan hij dit uiteraard met de raad of het college bespreken. Een andere mogelijkheid is het houden van ruggespraak met de Commissaris der Koningin of diens kabinetschef.
Bij lid 3 gaat het om het voorkomen van belangenverstrengeling. Dit betreft ook het voorkomen van de schijn van belang. Voor raadsleden en wethouders wordt in de gemeentewet (resp. art. 13, lid 3, sub c en art. 36b, lid 3 sub c) al een uitzondering gemaakt voor ambtenaren die werkzaam zijn aan een school voor openbaar onderwijs. In deze verordening is die uitzondering met het oog op de locale situatie uitgebreid.
Lid 5 noemt het onthouden van deelname aan de besluitvorming bij familie- of vriendschapsbetrekkingen of anderszins persoonlijke betrekkingen. Dit is een aanvulling op artikel 28 van de Gemeentewet en het afleggen van de eed of belofte.
Artikel 28 zegt dat er niet gestemd mag worden over aangelegenheden die een politieke ambtsdrager rechtstreeks of middellijk (lees: alle terzake doende intensieve relaties) aangaan of waarbij hij als vertegenwoordiger betrokken is.
De ambtseed of –belofte (artikelen 14, 41a en 65 van de Gemeentewet) betreft het rechtstreeks noch middellijk aannemen van enig geschenk of belofte.
De gedragscode is dus iets uitgebreider dan de wettelijke bepalingen. Enerzijds worden de familie- en vriendschapsbetrekkingen bij naam genoemd en anderzijds is de formulering onthouden van deelname aan de besluitvorming (lees: niet deelnemen aan de beraadslaging, het debat) ruimer gesteld. Teneinde de schijn te voorkomen verdient het aanbeveling dat de politieke ambtsdrager de vergadering verlaat.
Het voert in het kader van deze toelichting te ver om voorbeelden uit de jurisprudentie aan te halen. In voorkomende gevallen verdient het aanbeveling deze er tijdig op na te slaan.
Artikel 12 van de Gemeentewet regelt dat leden van de raad openbaar moeten maken welke andere functies dan het raadslidmaatschap zij vervullen. Bij de aanvang van de vierjarige raadsperiode is deze opgave gedaan. Artikel 12 is (via artikel 41b, lid 3 resp. artikel 67, lid 3 van de Gemeentewet) van overeenkomstige toepassing op de wethouders en de burgemeester. Zij dienen ook hun voornemen tot het aanvaarden van een dergelijke functie aan de raad te melden.
In de praktijk dragen de griffier (voor leden van de raad) en de gemeentesecretaris (voor de leden van het college) zorg voor het verzamelen en ter inzage leggen van de opgaven.
De verantwoordelijkheid voor het opgeven van tussentijdse wijzigingen ligt uiteraard geheel bij de politieke ambtsdrager zelf. Griffier of gemeentesecretaris kan hierbij een attenderende rol vervullen.
In artikel 2, lid 1, van deze gedragscode is opgenomen dat een politieke ambtsdrager ook opgave doet van zijn financiële belangen in ondernemingen en organisaties. Deze opgave kan gecombineerd worden met de opgave van de nevenfuncties.
Het (niet) aannemen van geschenken en giften om iets te doen of te laten is geregeld in de ambtseed of –belofte. De gedragscode geeft aan dat geschenken en giften die buiten deze formulering vallen moeten worden gemeld en geregistreerd. Het melden kan geschieden bij de griffier (voor raadsleden) en de gemeentesecretaris (voor collegeleden), die de schenking of gift vervolgens registreert op een daartoe aangelegde lijst. Deze lijst is openbaar.
Uiteraard kan in bijzondere gevallen ook melding gedaan worden in de vergadering van de raad of het college.
Het bedrag van € 50,00 is een gangbaar bedrag. Periodiek zal bezien moeten worden in hoeverre dit bedrag bijstelling nodig heeft.
Dit artikel noemt in lid 4 een door de raad of het college vastgestelde administratieve procedure. Het is praktisch hiervoor één procedure vast te stellen. In verband met het afsluiten van het boekjaar dient de slotdeclaratie per 31 december uiterlijk op 15 januari te zijn ingediend.
Lid 10 zegt dat zakelijk gebruik van apparatuur in bruikleen binnen de normen van de integriteit valt.
De leden 11 t/m 17 spreken in grote lijnen voor zich. Er is gekozen voor inhoudelijke en financiële verslaglegging aan het eigen orgaan, de gemeenteraad of het college. De vorm is vrij gelaten. Sommige gemeenten vermelden buitenlandse reizen in hun jaarverslagen.