Organisatie | Harlingen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Sociaal Statuut gemeente Harlingen 2015-2017 |
Citeertitel | Sociaal Statuut gemeente Harlingen 2015-2017 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervang het Sociaal Statuut Gemeente Harlingen 2007-2011.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-03-2015 | Onbekend | 10-03-2015 | Onbekend |
Het college van burgemeester en wethouders van Harlingen:
Overwegende dat met het oog op de aanstaande organisatiewijzigingen gemeente Harlingen een nieuw sociaal statuut behoeft;
de Wet op de ondernemingsraden (WOR);
het Sociaal Statuut gemeente Harlingen 2015 - 2017 vast te stellen.
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In dit Sociaal Statuut wordt verstaan onder:
de ambtenaar in de zin van de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling en uitwerkingsovereenkomst, alsmede de werknemer met wie de werkgever een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht heeft afgesloten;
een belangrijke inkrimping of wijziging van de werkzaamheden van de gemeente (of een onderdeel daarvan) of een belangrijke wijziging van de laatst vastgestelde organisatiestructuur van de gemeente (of een onderdeel daarvan), die niet van tijdelijke aard is en die personele gevolgen met zich meebrengt;
organisatiewijziging die het gevolg is van de verzelfstandiging van een deel van de organisatie tot een nieuwe (privaatrechtelijke) rechtspersoon of de overdracht van een deel van de organisatie aan een derde (privaatrechtelijke) partij;
e. publiekrechtelijke taakoverheveling:
organisatiewijziging die het gevolg is van een taakoverheveling van een deel van de organisatie naar een ander publiekrechtelijk orgaan;
gevolgen voor de functie of de rechtspositie van de betrokken ambtenaren;
het voor de ambtenaar geldende bedrag van de aan de ambtenaar toegekende schaal als bedoeld in artikel 3:1 van de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling en uitwerkingsovereenkomst;
de opeenvolgende salarisperiodieken tot en met het hoogste bedrag van de functieschaal van de ambtenaar en eventueel schriftelijk vastgelegde extra individuele salarisafspraken;
het salaris, vermeerderd met het bedrag van de aan de ambtenaar toegekende emolumenten en toelagen, met inbegrip van de functioneringstoelage en de waarnemingstoelage - niet zijnde onkosten vergoedingen;
de toelage waarmee het salaris wordt vermeerderd ingevolge de Regeling Bezoldiging;
Het takenpakket dat bestaat uit het geheel van de opgedragen werkzaamheden, dat de medewerker volgens zijn functiebeschrijving en op grond van tussen werkgever en de medewerker gemaakte afspraken verricht.
een functie die gelijk of nagenoeg gelijk is aan de functie die de ambtenaar voor de organisatiewijziging vervulde;
een functie van gelijkwaardig werk- en denkniveau, die de ambtenaar redelijkerwijs in verband met zijn persoonlijkheid, omstandigheden en de voor hem bestaande vooruitzichten kan worden opgedragen. Onder persoonlijke omstandigheden en vooruitzichten wordt onder meer worden verstaan interesse, capaciteiten, ervaring, leeftijd, opleiding, en salaris. Een passende functie is doorgaans van hetzelfde functieniveau als de oude functie, maar kan ook van een hoger niveau of maximaal twee niveaus lager zijn dan de oude functie als een functie van 1 niveau lager niet beschikbaar is;
een functie die geen passende functie is, maar die door de werkgever wordt aangeboden en die de medewerker bereid is te vervullen.
de ondernemingsraad zoals bedoeld in artikel 2 van de Wet op de ondernemingsraden;
de geplaatste of (potentieel) te plaatsen medewerker, die op basis van vrijwilligheid de status van boventallig verklaarde medewerker krijgt, met het doel om een (potentieel) boventallig verklaarde medewerker alsnog te kunnen plaatsen.
nadere afspraken, gebaseerd op en aanvullend op dit Sociaal Statuut, met betrekking tot de personele gevolgen van een organisatiewijziging.
Artikel 1:3 Bevoegdheid tot het nemen van het besluit tot organisatiewijziging
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het nemen van besluiten over de wijziging van de ambtelijke organisatie.
Artikel 1:4 Bevoegdheid tot het nemen van besluiten betreffende individuele ambtenaren
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het nemen van besluiten over wijziging van de aanstelling, overplaatsing en ontslag van ambtenaren, tenzij bij of krachtens wet of raadsbesluit anders is bepaald.
Hoofdstuk 2 Procedurele bepalingen
Indien de werkgever voornemens is om over de wenselijkheid van de organisatiewijziging extern advies te vragen, wordt de ondernemingsraad om advies gevraagd over het verstrekken en formuleren van de adviesopdracht, conform artikel 25 van de Wet op de ondernemingsraden.
Artikel 2:3 Overleg over de personele gevolgen en maatregelen
Voordat een definitief besluit wordt genomen ten aanzien van de organisatiewijziging, wordt overleg in het georganiseerd overleg gevoerd over de regels als bedoeld in artikel 12:1:5, tweede lid, onder a en b van de UWO (het zgn. stappenplan), alsmede over de personele gevolgen het besluit en de naar aanleiding daarvan te nemen maatregelen.
Als het georganiseerd overleg van mening is dat de organisatiewijziging, privatisering of privaatrechtelijke taakoverheveling zodanig ingrijpende personele gevolgen met zich meebrengt dat hierover aanvullende afspraken moeten worden gemaakt, wordt door de werkgever een sociaal plan opgesteld. Over dit sociaal plan moet in het georganiseerd overleg overeenstemming worden bereikt.
Artikel 2:4 Advies ondernemingsraad over organisatiewijziging
Voordat een definitief besluit wordt genomen ten aanzien van de organisatiewijziging, wordt de ondernemingsraad schriftelijk om advies gevraagd, conform artikel 25 van de Wet op de ondernemingsraden.
Artikel 2:5 Taakverdeling tussen ondernemingsraad en georganiseerd overleg
Ten aanzien van de medezeggenschap van ambtenaren en vakcentrales geldt het algemene uitgangspunt dat onderwerpen die gedurende het proces van organisatiewijziging aan bod komen, primair door één orgaan worden behandeld.
Artikel 2:6: Kennisgeving en uitvoering besluit
Als in het besluit wordt afgeweken van het advies van de ondernemingsraad, zal deze afwijking duidelijk worden gemotiveerd. De uitvoering van het besluit tot organisatiewijziging wordt in dit geval uitgesteld tot op zijn vroegst een maand nadat de ondernemingsraad van het besluit in kennis is gesteld, conform artikel 25, zesde lid, van de Wet op de ondernemingsraden.
Hoofdstuk 3 Algemene uitgangspunten voor sociaal beleid bij interne organisatiewijziging
Artikel 3:1 Werkingssfeer hoofdstuk
Dit hoofdstuk is uitsluitend van toepassing op interne organisatiewijzigingen, niet zijnde privatiseringen en publiekrechtelijke taakoverhevelingen.
Artikel 3:2 Werkgelegenheid bij interne organisatiewijziging
Er zullen geen gedwongen ontslagen plaatsvinden als gevolg van organisatieveranderingen tenzij er sprake is van situaties als verwoord in de artikelen 3:7 en 3:8, tweede lid, van dit Sociaal Statuut. De werkgever zal zich tot het uiterste inspannen om te voorkomen dat de bij de organisatiewijziging betrokken ambtenaren onvrijwillig werkloos raken.
Artikel 3:5 Belangstellingsregistratie
Voor aanvang van de herplaatsingsprocedure wordt een overzicht gemaakt van alle nieuwe of gewijzigde functies in de organisatie. Dit overzicht bevat naast een korte functiebeschrijving, de vereisten, de omvang en de salarisindicatie. Dit overzicht wordt voor aanvang van de herplaatsingsprocedure aan de medewerkers ter kennis gebracht.
Artikel 3:6 Maatregelen ter voorkoming / vermindering van boventalligheid
Remplaçantenregeling; Ambtenaren die geplaatst zijn - of zullen gaan worden - in de formatie van de nieuwe organisatie, kunnen die plaats opgeven en zich beschikbaar stellen voor de status van boventallig verklaarde medewerker. Het gevolg daarvan is dat in diens plaats een boventallig verklaarde medewerker in de nieuwe organisatie kan worden geplaatst. Het college beslist of de aanvraag wordt gehonoreerd.
Reductie aanstellingsomvang: Ambtenaren kunnen een verzoek indienen om hun aanstellingsomvang terug te brengen, om zodoende formatie beschikbaar te stellen voor het plaatsen van boventallig verklaarde collega’s. Voor zover een verantwoorde bedrijfsvoering dat toelaat, worden dergelijke verzoeken gehonoreerd.
Artikel 3:7 Geen passende of geschikte functie
Indien de ambtenaar na de plaatsingsprocedure boventallig wordt verklaard is hoofdstuk 6 van dit Sociaal Statuut van toepassing.
Artikel 3:8 Verplichting ambtenaar
Wanneer de ambtenaar, na herhaald en zorgvuldig overleg, weigert een aangeboden passende functie te aanvaarden, niet meewerkt aan zijn/haar re-integratie, kan het college van burgemeester en wethouders overgaan tot ontslag. Daarbij kan het college van burgemeester en wethouders besluiten tot verval van het wachtgeld of de aanvullende en na-wettelijke uitkering.
De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie, behoudt in deze functie het salaris en het salarisperspectief, zoals die voor hem golden in de oorspronkelijke functie.
Artikel 3:10 Functie gebonden toelagen
De afbouw van deze compensatie kent het volgende verloop:
In afwijking van het gestelde in de vorige leden behouden ambtenaren van 60 jaar en ouder, die herplaatst worden, het recht op hun functie gebonden toelage gedurende de verdere diensttijd bij de gemeente Harlingen, voor zover zij deze toelage op het moment van herplaatsing tenminste gedurende 10 aaneensluitende jaren voorafgaand hebben genoten.
Artikel 3:11 Persoonsgebonden toelagen
De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie, behoudt recht op zijn persoonsgebonden toelagen tenzij aan deze andere functie een hogere functieschaal is verbonden.
Artikel 3:13 Aanvullende opleidingsfaciliteiten
De werkgever onderzoekt of het nodig is de ambtenaar, die is overgeplaatst naar een passende of geschikte functie binnen de gemeentelijke organisatie, bij of om te scholen voor het vervullen van zijn nieuwe functie. De kosten van de scholing zijn voor rekening van de gemeente.
Hoofdstuk 4 Herplaatsingsprocedure
Artikel 4:1 Herplaatsingscommissie
Bij organisatiewijzigingen roepen het college van burgemeester en wethouders een herplaatsingscommissie in het leven, die het college van burgemeesters en wethouders adviseert over de te nemen herplaatsingsbesluiten, tenzij na overleg met en instemming van het GO wordt besloten hiervan af te zien. Danwel op een andere manier hierin te voorzien, bijvoorbeeld door instelling van een interne plaatsingscommissie en onafhankelijke bedenkingencommissie.
Artikel 4:4 Herplaatsingsbesluiten
Het college van burgemeester en wethouders neemt het besluit tot herplaatsing van de betrokken ambtenaar. De ambtenaar wordt zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte gesteld van dit besluit. In de motivering van het besluit wordt ingegaan op eventuele bedenkingen die door de ambtenaar zijn ingediend.
Hoofdstuk 5 Privatisering en taakoverheveling
Artikel 5:1 Werkingssfeer hoofdstuk
Dit hoofdstuk is uitsluitend van toepassing op privatiseringen en publiekrechtelijke taakoverhevelingen.
Er zullen geen gedwongen ontslagen plaatsvinden als gevolg van organisatieveranderingen, tenzij er sprake is van situaties als verwoord in de artikel 5:3 van dit Sociaal Statuut. De werkgever zal zich tot het uiterste inspannen om te voorkomen dat de bij de organisatiewijziging betrokken ambtenaren onvrijwillig werkloos raken.
De werkgever treedt met de betrokken privaatrechtelijke of publiekrechtelijke instantie in overleg over de overname van de ambtenaren van het desbetreffende organisatieonderdeel. Gemaakte afspraken worden schriftelijk vastgelegd. Uitgangspunt is dat de aan de taken gekoppelde ambtenaren mee gaan naar de nieuwe organisatie.
Voordat de werkgever een besluit neemt over de overgang van een ambtenaar naar de betrokken privaatrechtelijke of publiekrechtelijke instantie, biedt hij de betrokkene de gelegenheid om zijn belangstelling kenbaar te maken voor passende en/of geschikte functies die op dat moment vacant zijn of op korte termijn vacant worden in de gemeentelijke organisatie.
Artikel 5:3 Geen passende of geschikte functie
Indien de werkgever er niet in slaagt de ambtenaar onder te brengen bij de nieuwe werkgever dan wel te plaatsen in een passende of geschikte functie binnen de gemeentelijke organisatie, wordt de ambtenaar door het college boventallig verklaard en is hoofdstuk 6 van dit Sociaal Statuut van toepassing.
Als het georganiseerd overleg van mening is dat de privatisering of taakoverheveling zodanig ingrijpende personele gevolgen met zich meebrengt dat hierover aanvullende afspraken moeten worden gemaakt, wordt door de werkgever een sociaal plan opgesteld.
Dit plan regelt de overplaatsingsprocedure (inclusief de ontslag- en aanstellingsprocedure van het over te plaatsen personeel) en bevat rechtspositionele bepalingen. Over dit sociaal plan moet overeenstemming worden bereikt in het georganiseerd overleg.
Artikel 5:5 Rechtspositievergelijking
Indien de betrokken ambtenaren overgaan naar een privaatrechtelijke of een andere publiekrechtelijke werkgever waarvoor een afwijkende rechtspositieregeling of CAO geldt, maakt de werkgever een vergelijking tussen de arbeidsvoorwaardenpakketten die van toepassing zijn op de gemeentelijke werkgever en de nieuwe werkgever.
Indien uit de vergelijking blijkt dat het totaalpakket van arbeidsvoorwaarden (bestaande uit in ieder geval salaris, uitkeringen en toelagen, (pre)pensioen, vakantierechten, ziektekostenregeling en werkloosheidsuitkering) bij de nieuwe werkgever minder is dan het totaalpakket bij de gemeentelijke werkgever, worden in het sociaal plan nadere afspraken gemaakt over afbouw, behoud of compensatie van aanspraken.
Hoofdstuk 6 Van werk naar werk
Artikel 6.1 Doorlopen vwnw-traject
Op boventallig verklaarde ambtenaren zijn de artikelen in paragraaf 5 van hoofdstuk 10d van de gemeentelijke rechtspositieregeling van toepassing. Vanaf het moment waarop het besluit tot boventalligverklaring in werking is getreden, hebben boventallig verklaarde ambtenaren recht op het doorlopen van het daarin geregelde ‘van werk naar werk’-traject.
Het vwnw-traject is gericht op het zo spoedig mogelijk herplaatsen van de ambtenaar in een passende of geschikte functie primair binnen of zo nodig buiten de organisatie, of op het realiseren van een andere maatwerkoplossing. Herplaatsing geschiedt op basis van geschiktheid van de medewerker voor de functie.
Artikel 6.3 Onderbreken vwnw-traject
Wanneer een boventallig verklaarde ambtenaar voor bepaalde tijd kan worden geplaatst in een passende of geschikte functie, maar het gebruikmaken van die mogelijkheid met zich meebrengt dat er geen of onvoldoende uitvoering kan worden gegeven aan de vwnw-overeenkomst, kan in goed overleg met de ambtenaar worden besloten om het (resterende deel van het) vwnw-traject op te schorten.
Hoofdstuk 8 Mobiliteit bevorderende maatregelen
Dit hoofdstuk is van toepassing op de ambtenaar die niet (direct) herplaatsbaar is en boventallig is verklaard door het college. Met deze ambtenaar wordt een Van werk naar werk-contract opgesteld.
Naast de voorzieningen die worden genoemd in artikel 10d:16 van de gemeentelijke rechtspositieregeling stelt de werkgever op grond van artikel 17:7 van die regeling een pakket van maatregelen en faciliteiten ter beschikking die de werking en het realiseren van de doelstelling van dit Sociaal Statuut ondersteunen.
Artikel 8.2 Faciliteiten voor de opbouw van een eigen zaak.
De boventallige medewerker, die een eigen zaak of bedrijf wil opzetten, kan bij ontslag op eigen verzoek in aanmerking komen voor toekenning van één jaar extra bezoldiging. De aanvraag hiervoor dient vergezeld te gaan van een ondernemingsplan. Dit plan kan ter toetsing worden voorgelegd aan externe deskundigen.
Na 31 december 2017 wordt dit Sociaal Statuut telkens met een jaar verlengd tenzij het tenminste één maand van te voren wordt opgezegd hetzij door de werkgever hetzij door werknemersdelegatie van het GO. In dit geval blijft het oude Sociaal Statuut van kracht tot inwerkingtreding van het nieuw Sociaal Statuut.