Organisatie | Opsterland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening tegenprestatie Opsterland 2015 |
Citeertitel | Verordening tegenprestatie Opsterland 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze verordening treedt in werking met terugwerkende kracht per 01-01-2015.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-02-2015 | 01-01-2015 | nieuwe regeling | 12-01-2015 Gemeenteblad, 2015, nr. 11416, 09-02-2015 | 2014-47779 |
Verordening tegenprestatie Opsterland 2015
De raad van de Gemeente Opsterland,
Gelezen het verslag van het overleg met het CUMO van 7 augustus 2014;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 16 december 2014,
Gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet, artikel 35, eerste lid, onderdeel d, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers en
artikel 35, eerste lid, onderdeel d, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen.
- de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen de gemeenteraad opdracht geven om bij verordening regels te stellen in verband met het opdragen van een tegenprestatie
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Opsterland;
b. mantelzorg: langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende door personen uit diens directe omgeving, waarbij zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar wordt overstegen;
c. IOAW: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte werkloze werknemers;
d. IOAZ: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen.
Hoofdstuk 2. Tegenprestatie naar vermogen
Artikel 2. Opdragen en inhoud van de tegenprestatie
1. Het college draagt op grond van de artikelen 9, eerste lid, onderdeel c, van de Participatiewet, 37, eerste lid, onderdeel f, van de IOAW en artikel 37, eerste lid, onderdeel f, van de IOAZ een tegenprestatie naar vermogen op.
2. De tegenprestatie naar vermogen bestaat uit onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden met een additioneel karakter, die:
a. niet zijn gericht op toeleiding tot de arbeidsmarkt;
b. niet zijn bedoeld zijn als re-integratie-instrument;
c. worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid, een re-integratie- of participatietraject;
Artikel 3. Duur en omvang van een tegenprestatie
De tegenprestatie wordt opgedragen voor maximaal 26 uur per twaalf maanden.
Artikel 4. Belanghebbende voldoet al aan tegenprestatie
1. Een belanghebbende voldoet aan zijn tegenprestatie, als hij aantoonbaar actief is als vrijwilliger of zich inzet voor maatschappelijk nuttige activiteiten.
2. Een belanghebbende voldoet aan zijn tegenprestatie, als hij aantoonbaar actief mantelzorg verricht, voor zover deze mantelzorg naar het oordeel van het college redelijkerwijs noodzakelijk is.
3. Een belanghebbende voldoet aan zijn tegenprestatie, als hij aantoonbaar deelneemt aan een opleiding Nederlandse taal en rekenen gericht op alfabetisering (Nederlandse taal 1F) of de opleiding Nederlandse taal en rekenen gericht op het ingangsniveau van de beroepsopleidingen (Nederlandse taal 2F).
1. Het college kan, wanneer het toepassen van bepalingen uit deze verordening in de individuele situatie tot onbillijkheden van overwegende aard leidt, afwijken van deze verordening.
2. In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.