Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Opsterland

Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Opsterland 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOpsterland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Opsterland 2015
CiteertitelBeleidsregels handhaving Wkkp Opsterland 2015
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling is vervangen door de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang Opsterland 2018.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, art. 1.61, lid 1, art. 1. 65, lid 1, 1.66, art. 1.72, lid 1, art. 2.19, lid 1, 2.23, lid 1, 2.24, art. 2.28 lid 1
  2. Algemene wet bestuursrecht, art. 4:81

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201501-01-2018nieuwe regeling

25-11-2014

Gemeenteblad, 2014, nr. 76757, 18-12-2014

2014-30036

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Opsterland 2015

Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Opsterland 2015

 

Burgemeester en wethouders van Opsterland

Gelet op artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht;

Gelet op de artikelen 1.61, eerste lid, 1.65, eerste lid, 1.66 en 1.72, eerste lid Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;

Gelet op de artikelen 2.19, eerste lid, 2.23, eerste lid, 2.24 en 2.28, eerste lid, Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen,

besluit vast te stellen de

Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Opsterland 2015

 

Hoofdstuk 1 Algemeen

 

Artikel 1 Toepassing

Deze beleidsregels zijn van toepassing op de handhaving naar aanleiding van overtreding van de bij of krachtens de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gestelde regelgeving.

 

Artikel 2 Vormen van sanctioneren

Bij het uitvoeren van het handhavingsbeleid heeft het college de volgende mogelijkheden:

  • a.

    herstelsanctie;

  • b.

    bestraffende sanctie.

     

    Artikel 3 Kwaliteitseisen

  • 1.

    De kwaliteitseisen, waar aan voldaan moet worden, staan genoemd in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en alle aanverwante regelgeving. Ze worden tevens expliciet in het door de toezichthouder opgestelde rapport genoemd.

  • 2.

    In deze Beleidsregels handhaving kinderopvang en peuterspeelzalen Opsterland 2015 wordt uitgegaan van deze kwaliteitseisen.

  • 3.

    In het afwegingsoverzicht dat als bijlage aan deze beleidsregels is toegevoegd worden voor de prioritering en de hoogte van de bestuurlijke boete per domein de kwaliteitseisen geclusterd weergegeven.

     

    Hoofdstuk 2 Herstellend traject

     

    Artikel 4 Herstelsancties

  • 1.

    Indien gebleken is dat een houder van een kindercentrum, een gastouderbureau, voorziening voor gastouderopvang of een peuterspeelzaal niet voldoet aan één of meer kwaliteitseisen van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en alle daaruit voortvloeiende regelgeving, start het college in beginsel een herstellend traject. Dit traject is gericht op beëindiging van de overtreding(-en) en voorkoming van herhaling van de overtreding(-en).

  • 2.

    Bij het uitvoeren van het herstellend traject hanteert het college de volgende stappen:

    • a.

      stap 1: aanwijzing

    • b.

      stap 2: last onder dwangsom/last onder bestuursdwang,

    • c.

      stap 3: exploitatieverbod

    • d.

      stap 4: verwijdering uit het landelijk register kinderopvang of het register peuterspeelzalen.

  • 3.

    Indien de overtreding hiertoe aanleiding geeft, kan het college besluiten om een bepaalde stap of bepaalde stappen van het herstellende traject over te slaan dan wel meerdere keren toe te passen.

  • 4.

    De duur van de hersteltermijn is afhankelijk van de prioriteit die is toegekend aan de kwaliteitseis zoals afgeleid kan worden uit het afwegingsoverzicht dat als bijlage is opgenomen.

  • 5.

    Bij het opleggen van een aanwijzing gelden de volgende hersteltermijnen:

    • a.

      prioriteit hoog: maximaal 1 maand

    • b.

      prioriteit gemiddeld: maximaal 3 maanden

    • c.

      prioriteit laag: maximaal 6 maanden

       

      Artikel 5

      Indien niet (langer) wordt voldaan aan de definities van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen voor wat betreft de te registreren voorzieningen (dagopvang, buitenschoolse opvang, gastouderbureau, voorziening voor gastouderopvang of peuterspeelzaal) zal de registratie worden verwijderd uit het register kinderopvang danwel peuterspeelzaalwerk.

       

      Hoofdstuk 3 Bestraffend traject

       

      Artikel 6

      Dit hoofdstuk is niet van toepassing op gesubsidieerde peuterspeelzalen.

       

      Artikel 7 Gebruik bevoegdheid opleggen bestuurlijke boete

    • 1.

      Het college kan een bestuurlijke boete opleggen bij overtredingen met de prioriteit ‘hoog’ zoals opgenomen in het afwegingsoverzicht in de bijlage, maar doet dat altijd indien er sprake is van

  • a.

    recidive

  • b.

    verwijtbaarheid

  • c.

    onwelwillendheid.

    • 2.

      Het college kan een bestuurlijke boete opleggen bij overtredingen met een prioriteit ‘laag’ of gemiddeld’ en bij overtredingen van een norm zoals genoemd onder ‘overige overtredingen’ zoals opgenomen in het afwegingsoverzicht in de bijlage.

       

      Artikel 8 Hoogte bestuurlijke boete

  • 1.

    Bij de berekening van de bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1.72, eerste lid en artikel 2.28, eerste lid, van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, wordt voor alle overtredingen het boetebedrag dat is neergelegd in het afwegingsoverzicht als uitgangspunt gehanteerd.

  • 2.

    In afwijking van het vorige lid, geldt voor voorzieningen voor gastouderopvang als uitgangspunt dat het boetebedrag zoals neergelegd in het afwegingsoverzicht met 0,5 kan worden vermenigvuldigd.

     

    Artikel 9 Recidive

    Bij de vaststelling van de boete wordt uitgegaan van:

  • a.

    1,5 maal het onder artikel 8 bepaalde boetebedrag indien een door een bestuurlijke boete te handhaven overtreding plaatsvindt binnen een periode van twee jaar nadat een eerdere overtreding van dezelfde wettelijke norm heeft plaatsgevonden;

  • b.

    2 maal het onder artikel 8 bepaalde boetebedrag indien er sprake is van een derde of volgende overtreding van dezelfde wettelijke norm binnen een periode van twee jaar nadat de daaraan voorafgaande overtreding zich heeft voorgedaan.

     

    Artikel 10 Matiging

    • 1.

      Het college kan besluiten om de bestuurlijke boete te matigen, indien de belanghebbende aannemelijk maakt dat op grond van

      • -

        de ernst van de overtreding,

      • -

        de mate van verwijtbaarheid,

      • -

        de omstandigheden waaronder de overtreding is begaan of

      • -

        de omstandigheden waarin de overtreder verkeert,

        boeteoplegging volgens deze Beleidsregels handhaving onevenredig is.

  • 2.

    Van een situatie als bedoeld in het vorige lid kan in beginsel slechts sprake zijn, indien sprake is van bijzondere omstandigheden waarin bij de vaststelling van deze Beleidsregels niet is voorzien.

     

    Artikel 11 Samenloop

    De totale bij boetebeschikking op te leggen boete bestaat, ingeval er sprake is van meerdere overtredingen, uit de som van de per overtreding berekende boetebedragen.

     

    Artikel 12 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze beleidsregels worden aangehaald als “Beleidsregels handhaving Wkkp Opsterland 2015”.

  • 2.

    Deze beleidsregels treden, onder gelijktijdige intrekking van de beleidsnotitie "Toezicht en handhaving wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gemeente Opsterland 2012", in werking op 1 januari 2015.

     

    Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van 25 november 2014.

     

     

    De gemeentesecretaris, De burgemeester,

     

     

     

    Koen van Veen Ellen van Selm