Organisatie | Ridderkerk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening algemene begraafplaatsen Ridderkerk 2013 |
Citeertitel | Verordening algemene begraafplaatsen Ridderkerk 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | algemeen |
De verordening algemene begraafplaatsen Ridderkerk 2011 vervalt.
Er is overgangsrecht van toepassing (artikel 33).
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-12-2013 | 06-07-2016 | Nieuwe regeling | 28-11-2013 Gemeentejournaal 12-06-2013 | Gemeentestukken 2013-314 |
De raad van de gemeente Ridderkerk;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 15 oktober 2013; nr. 2013-314;
overwegende dat het gewenst is om regels vast te stellen voor het gebruik en beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen;
gelet op artikel 35 van de Wet op de lijkbezorging en artikel 149 van de Gemeentewet;
HOOFDSTUK 1 Inleidende bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
de begraafplaatsen Vredehof en Rusthof.
Eigen graven zijn onder te verdelen in:
1. eigen graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk persoon of de Gemeente Ridderkerk het uitsluitend recht is verleend tot:
het doen begraven en begraven houden van lijken;
het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
een plaats waarvoor aan een natuurlijk persoon of de Gemeente Ridderkerk het uitsluitend recht is verleend tot:
het doen begraven en begraven houden van lijken van foetussen.
een graf, waarvoor aan een natuurlijk persoon of de Gemeente Ridderkerk het uitsluitend recht is verleend tot:
het doen begraven en begraven houden van lijken van kinderen tot 12 jaar.
een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk persoon of de Gemeente Ridderkerk het uitsluitend recht is verleend tot:
het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
een nis in de urnenmuur waarvoor aan een natuurlijk persoon of de Gemeente Ridderkerk het uitsluitend recht is verleend tot:
het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen.
Algemene graven zijn onder te verdelen in:
een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken.
een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken van kinderen.
een voorwerp ter berging van één of meerdere asbussen.
een bus ter berging van as van een overledene.
een plaats waarop as wordt verstrooid.
gedenkteken, grafbeplanting en voorwerpen op een graf of gedenkplaats.
een plaats ingericht om overledenen te gedenken.
de ambtenaar die belast is met de dagelijkse leiding en het beheer van de begraafplaats of degene die hem vervangt.
een natuurlijk of rechtspersoon aan wie het uitsluitend recht op een eigen graf is verleend.
k.Uitsluitend recht op een graf:
het recht dat wordt verleend aan een rechthebbende van een eigen graf voor het doen begraven en begraven houden van lijken, het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen en het doen verstrooien van as.
de bij een algemeen graf in de administratie geregistreerde contactpersoon.
een gemetselde of betonnen grafruimte bestemd voor het begraven (bijzetten) van ten hoogste twee (enkelvoudige grafkelder) of ten hoogste vier (dubbele grafkelder) stoffelijke overschotten.
n.Verlof tot begraven of bezorging van as:
het schriftelijk verlof tot begraven of bezorging van as wordt na overlegging van een verklaring van overlijden uitgegeven door de ambtenaar van de burgerlijke stand.
het verzamelen van de stoffelijke overschotten en herbegraven in hetzelfde graf.
een raamwerk rond de grafopening die het zicht op het gedolven graf tijdens de plechtigheid onttrekt.
het opgraven en verzamelen van stoffelijke overschotten na het verlopen van de graftermijn en/of het vervallen van het uitsluitend recht op een eigen graf.
het opgraven van specifieke lijken of stoffelijke overschotten op verzoek van de rechthebbende, belanghebbende of naar aanleiding van een gerechtelijk bevel.
Een eigen graf waarvan de gemeente rechthebbende is geworden.
een elektronisch dan wel schriftelijk formulier, dat verplicht moet worden ingevuld voor de aanvraag van een begrafenis of een bezorging van as.
HOOFDSTUK 3 Voorschriften voor lijkbezorging
Artikel 6 Kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten graf
Het openen van een graf ter begraving of voor het bezorgen van as, en het daarna sluiten van een graf, alsmede het bedienen van de hulpmiddelen mag uitsluitend geschieden door het personeel van de begraafplaats op aanwijzingen en onder toezicht van de beheerder.
De nabestaanden kunnen op eigen risico deze werkzaamheden onder toezicht van de beheerder geheel of gedeeltelijk zelf verrichten indien zij hun wens daartoe hebben kenbaar gemaakt via het aanvraagformulier. Zij dienen bij deze werkzaamheden de aanwijzingen van de beheerder op te volgen.
De door de aanvrager bepaalde keuze tot begraven in een graf is onherroepelijk nadat de begraving heeft plaats gehad. Gedurende de wettelijke grafrusttermijn is een opgraving wettelijk niet toegestaan, tenzij de burgemeester, gehoord de inspecteur van Milieuhygiëne, en geadviseerd door de beheerder dit toestaat.
Artikel 8 Over te leggen stukken
Begraving of bijzetting in een eigen graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijke minimum grafrusttermijn afloopt (binnen 10 jaar), kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn met een periode van tien jaar of twintig jaar, of op verzoek omzetten naar een uitsluitend recht voor onbepaalde tijd. De wijze van verlenging dient kenbaar te worden gemaakt door de rechthebbende of, indien deze is overleden, door de nieuwe rechthebbende volgens artikel 18. Gedurende een periode van één jaar na de datum van begraven kan deze periode door de rechthebbende worden gewijzigd.
HOOFDSTUK 4 Indeling en uitgifte der graven
Artikel 11 Indeling eigen graven
Burgemeester en wethouders bepalen bij nader vast te stellen regels hoeveel lijken en hoeveel asbussen met of zonder urnen er kunnen worden bijgezet in de eigen graven en hoeveel verstrooiingen van as er op of in de eigen graven kunnen plaatshebben. Zij bepalen tevens de afmetingen van de eigen graven.
Burgemeester en wethouders kunnen aan de rechthebbende op een eigen graf vergunning verlenen tot het daarin voor eigen rekening doen aanbrengen van een grafkelder overeenkomstig de door hen te stellen voorwaarden.
Artikel 16 Gedeeltes specifieke doelgroepen
Burgemeester en wethouders kunnen bij nader vast te stellen regels gedeeltes op de begraafplaats bestemmen voor specifieke doelgroepen.
Burgemeester en wethouders verlenen, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats zulks toelaat, op een daartoe bij hen in te dienen verzoek via het aanvraagformulier, voor de tijd van twintig jaar het recht op een eigen graf, eigen urnengraf of eigen urnennis. De termijn begint te lopen op 1 januari volgend op de datum waarop het eigen graf is uitgegeven. Gedurende een periode van één jaar na de datum van begraven kan deze termijn door de rechthebbende worden omgezet in een uitsluitend recht voor onbepaalde tijd.
Het in het eerste lid van dit artikel bedoelde recht wordt op aanvraag van de rechthebbende door burgemeester en wethouders verlengd met een termijn van tien of twintig jaren per keer. Graven zoals bedoeld in artikel 1.b.1. (eigen graf/grafkelder) kunnen worden omgezet in een uitsluitend recht voor onbepaalde tijd. De aanvraag voor verlenging of omzetting naar onbepaalde tijd dient vóór het verstrijken van de lopende termijn te worden ingediend, maar niet eerder dan twee jaar voor het verstrijken van de lopende termijn en mits de aanvraag niet strijdig is met een voorgenomen sluiting van de begraafplaats.
De rechthebbende, wiens adres bij de houder van de begraafplaats bekend is, wordt een jaar voor het verlopen van de in lid 1 bedoelde termijn per brief aan deze bepaling herinnerd en krijgt vervolgens de gelegenheid verlenging van de termijn aan te vragen. Indien zulks niet geschiedt vervalt het graf aan de gemeente en kan de grafbedekking worden verwijderd en het graf worden geruimd.
Wanneer na de mededeling zoals genoemd in artikel 25 lid 2 niet binnen een periode van maximaal 5 jaar in het onderhoud van het graf wordt voorzien, vervalt het recht op het graf aan de gemeente. Wanneer na deze 5 jaar het recht op het graf nog geen tien jaar is gevestigd, blijft de bekendmaking in stand totdat deze periode van 10 jaar is vestreken. Na deze periode vervalt het recht op het graf aan de gemeente.
Bij overschrijving van het recht voor onbepaalde tijd op naam van de Gemeente Ridderkerk, teneinde het onderhoud door de gemeente te laten uitvoeren, zoals bedoeld in artikel 27 lid 2 wordt diegene die verzocht heeft het graf over te laten schrijven op naam van de Gemeente Ridderkerk aangemerkt als belanghebbende van het graf. In deze gevallen heeft de in de begraafplaatsadministratie geregistreerde belanghebbende dezelfde rechten als een rechthebbende, zoals bedoeld in artikel 17.2.Door belanghebbende veroorzaakte schade aan de grafbedekking zal worden verhaald op de belanghebbende.
Artikel 18 Overschrijving van verleende rechten
Het recht op een eigen graf kan op aanvraag van de rechthebbende worden overgeschreven ten name van de meerderjarige echtgenoot of levenspartner dan wel een bloedverwant of aanverwant tot en met de derde graad van zowel de rechthebbende als een der in het graf begraven overledenen. Overschrijving op verzoek van de rechthebbende ten name van een ander dan de vorengenoemde personen is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.
Na het overlijden van de rechthebbende kan het eigen graf worden overgeschreven op naam van de meerderjarige echtgenoot of levenspartner dan wel een bloed- of aanverwant tot en met de derde graad van zowel de rechthebbende als een der in het graf begraven overledenen, mits de aanvraag hiertoe wordt gedaan binnen zes maanden na het overlijden van de rechthebbende. Overschrijving ten name van een ander dan de in de vorige zin bedoelde personen is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.
Indien na het overlijden van de rechthebbende de aanvraag tot overschrijving aan burgemeester en wethouders niet wordt gedaan binnen de in het tweede lid van dit artikel gestelde termijn, zijn burgemeester en wethouders bevoegd het recht op het eigen graf te doen vervallen en daarmee ook het recht tot het hebben van een grafbedekking.
Artikel 25 Verwijdering grafbedekking in andere situaties
Indien de rechthebbende nalaat het gedenkteken behoorlijk te onderhouden of te herstellen zodat het naar oordeel van de beheerder het uiterlijk aanzien van de begraafplaats schaadt of als de grafbeplanting en eventueel aanwezige voorwerpen niet voldoen aan de door burgemeester en wethouders nader vast te stellen regels volgens artikel 21 lid 2 en artikel 22 lid 1, kunnen burgemeester en wethouders de hiervoor in aanmerking komende delen van de grafbedekking of zonodig de gehele grafbedekking doen verwijderen.
De verwijdering vindt niet plaats dan nadat de rechthebbende/belanghebbende per brief is geïnformeerd over de toestand van de grafbedekking en is verzocht deze te herstellen. De oproeping geschiedt door mededeling op het mededelingenbord op de begraafplaats als het adres van de rechthebbende niet bekend is. Bij het graf wordt een verwijzing naar de mededeling aangebracht.
Niet-blijvende beplantingen (seizoensgebonden beplantingen) op een graf die in een verwaarloosde staat verkeren kunnen door de beheerder zonder voorafgaande kennisgeving worden verwijderd. Dit geldt tevens voor losse bloemen, planten, kransen en dergelijke die zijn verwelkt. In beide gevallen kan geen aanspraak worden gemaakt op een schadevergoeding.
Artikel 26 Verplichtingen en risico’s
De rechthebbende van een eigen graf is verplicht de grafbedekking goed te onderhouden. Onder dit onderhoud wordt begrepen het herstellen of vernieuwen van het gedenkteken, het verven van opschriften en het bijkleuren of schilderen van stenen en hekwerken en ornamenten, alsmede het onderhouden van de grafbeplanting die door de rechthebbende zelf is geplant en het onderhoud van het door de rechthebbende aangebrachte grind.
De grafbedekking, urn(en) en /of andere voorwerpen worden geacht voor rekening en risico van de rechthebbende of de belanghebbende te zijn aangebracht / neergezet op het algemene of eigen graf. Schade als gevolg van brand, vorst, storm, wateroverlast, bliksem, ontploffing, molest, vandalisme en andere van buiten komende oorzaken of eventuele gevolgschade voor derden, is voor rekening van de rechthebbende / belanghebbende.
Artikel 27 Onderhoud door de gemeente
Burgemeester en wethouders kunnen voorzien in het onderhoud van de graven bedoeld in artikel 17, lid 2. Ook kan worden voorzien in het onderhoud van de graven, uitgegeven voor bepaalde tijd, welke zijn omgezet voor het verstrijken van de lopende termijn naar een uitsluitend recht voor onbepaalde tijd, zoals bedoeld in artikel 17 lid 5 of van graven waarvan na begraving of bijzetting de termijn binnen 10 jaar afloopt en op verzoek worden omgezet naar onbepaalde tijd, zoals bedoeld in artikel 8 lid 3. Dit onderhoud geschiedt slechts op verzoek van de rechthebbende en onder gelijktijdige overschrijving van het uitsluitend recht op naam van de Gemeente Ridderkerk.
HOOFDSTUK 6 Ruiming van graven, urnengraven en urnennissen
Artikel 28 Ruiming, bezorging van overblijfselen en as
De belanghebbende van een overledene die begraven is in een algemeen graf kan gedurende de in het eerste lid bedoelde termijn bij de beheerder een aanvraag indienen om bij ruiming de overblijfselen, indien mogelijk, te doen opgraven voor herbegraving elders. Herbegraving op de gemeentelijke begraafplaatsen kan uitsluitend plaatsvinden in een eigen graf.
Artikel 29 Schudden van eigen graven
De rechthebbende op een eigen graf kan bij de beheerder een aanvraag indienen om de overblijfselen te doen verzamelen om deze weder in dezelfde grafruimte te doen plaatsen (schudden). Dit is alleen mogelijk na de wettelijke grafrusttermijn van 10 jaar. Na het schudden is er, afhankelijk van de lokale situatie, weer ruimte om één of twee overledenen te begraven. Het schudden van een eigen kinder- of foetusgraf is niet mogelijk
De voor onbepaalde tijd uitgegeven graven worden geacht te zijn verleend volgens de bepalingen van deze verordening. Het recht om in deze grafruimte te doen begraven tot aan het tijdstip dat de begraafplaats of het gedeelte van de begraafplaats waar deze graven gelegen zijn gesloten wordt verklaard, blijft gehandhaafd. Het recht om in deze grafruimte te doen begraven kan wel vervallen indien het beschrevene in artikel 17 lid 5, artikel 18 lid 3 of artikel 19 lid 1 zich voor doet.
In uitzondering op lid 1 en 2 geldt artikel 26 lid 1 van deze verordening niet voor de graven die zijn uitgegeven voor het inwerkingtreden van deze verordening. Voor deze graven gelden de regels met betrekking tot onderhoud zoals beschreven in de geldende verordening uit de tijd van de verlening van het uitsluitend recht tot begraven of bijzetten van as voor het betreffende graf.
Overtreding van het in de artikelen 2 en 3 verbodene wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechtelijke uitspraak.