Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Harlingen

Verordening Programmaraad Castel Friesland

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHarlingen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Programmaraad Castel Friesland
CiteertitelVerordening Programmaraad CasTel
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art.149
  2. Mediawet
  3. Wet op de telecommunicatie

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

06-07-199801-01-2014Onbekend.

11-06-1998

Harlinger Courant 24-6-1998

fysiek

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Programmaraad Castel Friesland

Raad: 12 juni 1998

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

DE RAAD DER GEMEENTE HARLlNGEN;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 2 juni 1998;

 

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, de Mediawet, alsmede de Wet op de telecommunicatievoorzieningen;

 

b e s l u i t:

 

vast te stellen de volgende

Verordening Programmaraad Castel Friesland.

 

Begripsbepalingen.

Artikel 1.  

 

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de gemeenteraad: de gezamenlijke gemeenteraden van de gemeenten in het machtigings-gebied van nv Castel in het verzorgingsgebied regio Friesland;

  • b.

    verzorgingsgebied regio Friesland: het gebied omvattende de gemeenten in de provincie Friesland;

  • c.

    abonnee: de natuurlijke of rechtspersoon op wiens verzoek door de directie een overeen-komst is aangegaan tot levering van signalen via de CAI;

  • d.

    basispakket: het pakket bestaande uit 15 televisie- en 25 radioprogramma's als bedoeld in artikel 82k van de Mediawet;

  • e.

    CAI: het geheel van de ontvangstinrichting, het kabelnet, de aansluitingen en alle daarmee verband houdende apparatuur en overige toebehoren van de machtiginghouder , welke in het machtigingsgebied eigendom zijn van nv CasTel, waarmee de signalen kunnen worden ontvangen en doorgegeven aan abonnees;

  • f.

    directie: de directie van de naamloze vennootschap CasTel, gevestigd te Groningen;

  • g.

    machtiginghouder: degene op wiens naam de CAI-machtiging is gesteld;

  • h.

    h. machtigingsgebied: het totale gebied binnen het verzorgingsgebied regio Friesland van nv CasTel, waarvoor een machtiging is of machtigingen zijn verleend als bedoeld in de artikelen 21 en 22 van de Wet op de telecommunicatievoorzieningen.

Instelling programmaraad.

Artikel 2.  

Er is een programmaraad genaamd Programmaraad CasTel Friesland.

 

Taak programmaraad.

Artikel 3.  

De programmaraad heeft tot taak het adviseren van de directie inzake de samenstelling van het basispakket.

 

Samenstelling en benoeming leden programmaraad.

Artikel 4.  

  • 1.

    De programmaraad bestaat uit tien leden;

  • 2.

    De leden worden benoemd door de gemeenteraad op voordracht van het bestuur van de Vereniging van Friese Gemeenten;

  • 3.

    De programmaraad wijst uit haar midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter aan.

  • 4.

    Tot lid van de programmaraad is uitsluitend benoembaar, degene die voldoet aan de navolgende vereisten:

    • a.

      de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt;

    • b.

      woonachtig is in het verzorgingsgebied regio Friesland;

    • c.

      abonnee is of behoort tot het huishouden van een abonnee in het verzorgingsgebied regio Friesland;

    • d.

      diegene, die geen lid is van een gemeenteraad.

       

Zittingsperiode.

Artikel 5.  

  • 1.

    De zittingsperiode van de leden is gelijk aan de zittingsperiode van de gemeenteraad, voor het eerst de zittingsperiode van de gemeenteraad van 1998 - 2002;

  • 2.

    Na die periode benoemt de gemeenteraad een nieuwe programmaraad, waarbij de leden van de oude raad voor herbenoeming in aanmerking komen;

  • 3.

    Bij een tussentijdse vacature eindigt de zittingsperiode van het lid, dat in die vacature is benoemd tegelijk met de algemene zittingsperiode als bedoeld onder lid 1;

  • 4.

    De werving, selectie en benoeming van de nieuwe leden van de programmaraad vindt plaats overeenkomstig de handelwijze omschreven in artikel 7.

Einde lidmaatschap.

Artikel 6.  

Het lidmaatschap van de programmaraad eindigt buiten het geval van afloop van de zittingsperiode door:

  • a.

    overlijden van het lid;

  • b.

    opzegging van het lidmaatschap door het lid;

  • c.

    het niet meer woonachtig zijn in het verzorgingsgebied regio Friesland;

  • d.

    het opzeggen van het abonnement op de CAI door het lid dan wel het niet meer behoren tot een huishouden als bedoeld in artikel 4, lid 4, sub c;

  • e.

    het aanvaarden van een benoeming als lid van een gemeenteraad.

     

Vervulling vacatures.

Artikel 7.  

  • 1.

    De voorzitter van de programmaraad doet melding van een vacature aan de directie;

  • 2.

    Het bestuur van de Vereniging van Friese Gemeenten brengt ter vervulling in de vacature een gemotiveerde voordracht uit aan de gemeenteraad;

  • 3.

    De vervulling van de vacature vindt in beginsel uiterlijk binnen 12 weken na het ontstaan daarvan plaats.

     

Verboden handelen.

Artikel 8.  

De leden van de programmaraad mogen middellijk noch onmiddellijk deelnemen aan leveringen, verrichten van diensten, betalingen - met uitzondering van het betalen van abonnementsgelden - of aannemingen ten behoeve van de CAI in het machtigingsgebied.

 

Financiële bepalingen voor het functioneren van de programmaraad.

Artikel 9.  

De volgende kosten komen voor rekening van de directie:

  • a.

    de kosten van de vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen door de leden als bedoeld in artikel 19;

  • b.

    de kosten voortvloeiende uit het door de directie ter beschikking stellen van een secretaris;

  • c.

    de kosten verbonden aan het ter beschikking stellen door de directie van vergaderruimte;

  • d.

    de overige vergaderkosten, te weten die welke voortvloeien uit het vermenigvuldigen en verzenden aan de leden van de vergaderstukken, alsmede de kosten verbonden aan de aankondiging van de vergaderingen in de pers.

     

Bepalingen omtrent de vergaderingen.

Orde der vergadering.

Artikel 10.  

De voorzitter is belast met de orde der vergadering.

 

Vergaderfrequentie.

Artikel 11  

  • 1.

    De programmaraad vergadert tenminste eenmaal per jaar en maximaal drie maal per jaar;

  • 2.

    Vergaderingen worden voorts gehouden:

    • a.

      op verzoek van de directie;

    • b.

      wanneer de voorzitter dat nodig oordeelt;

    • c.

      wanneer dit door minimaal 2 leden aan de voorzitter schriftelijk en onder opgaaf van redenen wordt verzocht;

  • 3.

    Vergaderingen als bedoeld in lid 2 worden binnen twee weken na het ontstaan van deze omstandigheid uitgeschreven.

     

Openbaarheid.

Artikel 12.  

De vergaderingen van de programmaraad zijn openbaar, tenzij de bepalingen omtrent een besloten vergadering van toepassing zijn.

 

Vergaderquorum en besluitvorming.

Artikel 13.  

  • 1.

    De programmaraad mag niet beraadslagen en besluiten omtrent een uit te brengen advies indien niet tenminste 5 leden aanwezig zijn;

  • a.

    2, Besluiten omtrent een uit te brengen advies worden genomen bij meerderheid van stemmen; bij staken van de stemmen beslist de voorzitter;

  • 2.

    Adviezen worden schriftelijk gegeven en bevatten het standpunt van de meerderheid bedoeld in het vorige lid;

  • 3.

    Indien de minderheid dat verlangt, wordt haar standpunt ook in het advies vermeld;

  • 4.

    Indien het vereiste aantal leden niet aanwezig is, kan de voorzitter een nieuwe vergadering beleggen, echter niet eerder dan twee dagen na de vergadering waarvoor het quorum niet aanwezig was;

  • 5.

    In die tweede vergadering geldt niet het bepaalde in lid 1, voor zover het agendapunten betreft, die voor de eerste vergadering waren geagendeerd;

  • 6.

    Besluitvorming kan in spoedeisende gevallen, ter beoordeling van de voorzitter, ook buiten vergadering geschieden, mits de meerderheid van de leden schriftelijk heeft verklaard met het voorstel in te stemmen.

     

Oproeping, agendering, verslaglegging en communicatie.

Artikel 14.  

  • 1.

    De oproeping voor de vergadering geschiedt door of namens de voorzitter onder opgave van de te behandelen onderwerpen;

  • 2.

    De termijn van oproeping bedraagt tenminste tien dagen;

  • 3.

    Indien naar het oordeel van de voorzitter of de directie sprake is van een spoedeisende zaak kan van deze termijn worden afgeweken;

  • 4.

    In de vergadering worden geen zaken behandeld, welke niet in de oproeping zijn vermeld; deze bepaling is niet van toepassing bij spoedeisende zaken en naar het oordeel van de programmaraad, zaken van eenvoudige aard;

  • 5.

    De secretaris draagt zorg voor de openbare kennisgeving van datum, tijdstip en plaats van de vergadering alsmede de te behandelen onderwerpen door middel van lokale en/of regionale media;

  • 6.

    De secretaris draagt tevens zorg voor het tegen kostprijs aan iedere belangstellende beschik-baar stellen van de agenda met bijbehorende stukken;

  • 7.

    De secretaris draagt zorg voor een zakelijke verslaglegging van de vergadering; dit verslag wordt in een volgende vergadering ter goedkeuring en vaststelling angeboden;

  • 8.

    De secretaris draagt zorg voor de toezending van de adviezen aan de directie;

  • 9.

    De secretaris, dan wel diegene die door hem daartoe is aangewezen, draagt zorg voor het zo spoedig mogelijk na de vergadering opstellen en verzenden van een persbericht alsmede het actief verstrekken van informatie aan de media en andere derden, waarin mededeling wordt gedaan van de uitgebrachte adviezen, alsmede de overwegingen die tot dat advies hebben geleid.

     

Bijwonen vergaderingen door de directie.

Artikel 15.  

  • 1.

    Het lid van de directie, dat in het bijzonder verantwoordelijk is voor de samenstelling van het basispakket woont de vergaderingen van de programmaraad bij en heeft daarin een adviserende stem;

  • 2.

    Hij kan zich laten vervangen of laten ondersteunen door een ander lid van de directie dan wel een door de directie aangewezen vervanger.

     

Spreekrecht toehoorders.

Artikel 16.  

  • 1.

    De voorzitter stelt toehoorders die daartoe uiterlijk bij de aanvang van de vergadering de wens te kennen hebben gegeven direct na de aanvang van de vergadering dan wel direct voorafgaand aan de behandeling van het desbetreffende onderwerp in de gelegenheid het woord te voeren;

  • 2.

    De voorzitter bepaalt in overleg met de programmaraad de voor de toehoorders totaal beschikbare spreektijd, de volgorde van de sprekers en de per spreker maximaal toegestane spreektijd.

     

Besloten vergadering.

Artikel 17.  

  • 1.

    De deuren worden gesloten indien de voorzitter het nodig oordeelt of tenminste 2 van de aanwezige leden daarom verzoeken;

  • 2.

    De programmaraad beslist vervolgens of met gesloten deuren zal worden vergaderd;

  • 3.

    Van een vergadering met gesloten deuren wordt een afzonderlijk verslag gemaakt, dat niet openbaar wordt gemaakt, tenzij de programmaraad anders beslist;

  • 4.

    In een besloten vergadering kan niet worden besloten over het uitbrengen van een advies omtrent het basispakket.

     

Geheimhouding.

Artikel 18.  

  • 1.

    De programmaraad kan in een besloten vergadering, op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, omtrent het in die vergadering met gesloten deuren behandelde en omtrent de inhoud van de stukken die aan de commissie worden overlegd, geheimhouding opleggen;

  • 2.

    Geheimhouding omtrent het in een besloten vergadering behandelde wordt tijdens die vergadering opgelegd. De geheimhouding wordt door hen die bij de behandeling aanwezig waren en allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat de programmaraad haar opheft;

  • 3.

    Op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, kan de geheimhouding eveneens worden opgelegd door de voorzitter van de programmaraad, al of niet op verzoek van de directie, ten aanzien van stukken die hij aan de programmaraad overlegt. Daarvan wordt op de stukken melding gemaakt. De geheimhouding wordt in acht genomen totdat de voorzitter haar opheft.

     

Vergoeding bijwonen vergaderingen.

Artikel 19.  

  • 1.

    De leden van de programmaraad ontvangen voor het bijwonen van de vergaderingen van de raad een presentiegeld;

  • 2.

    De hoogte van dit presentiegeld komt overeen met de vergoeding, die leden van provinciale commissies, niet zijnde statenleden, in Friesland ontvangen;

  • 3.

    De vergoeding wordt geïndexeerd overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 2 en 13 van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden en jaarlijks door het Ministerie van Binnenlandse Zaken gepubliceerd.

     

Slotbepalingen.

Artikel 20.  

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Programmaraad CasTel Friesland "

  • 2.

    Zij treedt in werking met ingang van de dag volgend op die van haar bekendmaking.

     

     

     

     

    Vastgesteld door de raad in zijn

    vergadering van 12 juni 1998

     

     

     

    , de voorzitter.

     

     

     

    , de raadsgriffier.