| Organisatie | Samenwerking Kempengemeenten |
|---|---|
| Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
| Officiële naam regeling | Regeling tegemoetkoming reiskosten woon-werkverkeer Kempengemeenten |
| Citeertitel | Regeling tegemoetkoming reiskosten woon-werkverkeer Kempengemeenten |
| Vastgesteld door | dagelijks bestuur |
| Onderwerp | bestuur en recht |
| Eigen onderwerp |
Naamswijziging organisatie
UWO
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 01-01-2010 | art. | 19-11-2010 Onbekend | . |
Regeling tegemoetkoming reiskosten woon-werkverkeer
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
De tegemoetkoming voor het reizen tussen de woning en de werkplek bedraagt € 0,10 per kilometer met dien verstande dat de eerste 15 kilometer enkele reis niet worden vergoed. Het bedrag van € 0,10 wordt eens per vijf jaar aangepast op basis van het consumentenprijsindexcijfer (CPI). Het bedrag wordt op de gebruikelijke wijze afgerond op hele eurocenten.
De vergoeding wordt betaald per maand en is afhankelijk van het aantal dagen dat gereisd wordt per week tussen woning en werkplek en wordt gerelateerd aan het maximaal aantal door de belastingdienst bepaalde werkdagen per jaar voor het toekennen van een vaste onbelaste vergoeding voor werknemers met een vaste arbeidsplaats.
In afwijking van het bepaalde in lid 1 wordt de tegemoetkoming voor medewerkers die als gevolg van plaatsing in een samenwerkingsverband van de gemeenten, verder moeten gaan reizen tussen woning en werkplek, bepaald op het bedrag dat belastingvrij mag worden vergoed voor deze extra te rijden kilometers ongeacht de in lid 1 genoemde ondergrens.
In afwijking van het gestelde in de leden 1 en 3 is de tegemoetkoming voor overwerk in alle gevallen gelijk aan de vergoeding zoals deze is bepaald in de Reisregeling Binnenland.
Indien de medewerker, die een tegemoetkoming als bedoeld in dit artikel ontvangt voor het reizen tussen woning en werkplek, verder weg gaat wonen, dan blijft de tegemoetkoming gelijk. Gaat de medewerker, die een tegemoetkoming ontvangt voor het reizen tussen woning en werkplek, dichterbij wonen, dan wordt de tegemoetkoming al naargelang de nieuwe afstand tussen woning en werkplek verlaagd of ingetrokken.
De afstand tussen woning en werkplek wordt bepaald aan de hand van een door het afdelingshoofd Personeel en Organisatie vast te stellen berekeningsprogramma.
Uitgangspunt voor de berekening is de volgens het vastgestelde berekeningsprogramma kortst berekende route.
De medewerker kan, in afwijking van lid 2, verzoeken om toepassing van een andere route. Hij dient daarbij aannemelijk te maken dat dit een meer gebruikelijke route is.
In gevallen van afwezigheid vindt korting of stopzetting van de tegemoetkoming plaats overeenkomstig de regels van de belastingdienst.
Het afdelingshoofd Personeel en Organisatie is belast met de uitvoering van deze regeling.
In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan het afdelingshoofd Personeel en Organisatie een bijzondere voorziening treffen.
Deze regeling kan aangehaald worden als “Regeling tegemoetkoming reiskosten woon-werkverkeer” en treedt in werking op de dag na de bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2010.
Tegelijk met de inwerkingtreding van deze regeling komen alle andere regelingen en besluiten op het gebied van vergoeding of tegemoetkoming van reiskosten woon-werkverkeer te vervallen. Het betreft de “Regeling woon-werkverkeer ISD de Kempen” zoals laatstelijk vastgesteld door burgemeester en wethouders van Bladel, Eersel, Oirschot en Reusel-De Mierden bij besluit van respectievelijk 2 juni 2009, 8 juni 2009, 9 juni 2009 en 8 juni 2009 alsmede het onderdeel “Tijdelijke regeling vergoeding extra kilometers woon-/werkverkeer” in het Sociaal Plan medewerkers P&O de Kempen (per 1 juli 2009) zoals vastgesteld door burgemeester en wethouders van Bladel, Eersel, Oirschot en Reusel-De Mierden bij besluit van respectievelijk 30 juni 2009, 7 juli 2009, 7 juli 2009 en 7 juli 2009.
De medewerkers die geplaatst zijn in het samenwerkingsverband Intergemeentelijke Sociale Dienst de Kempen en die op grond van die plaatsing een vergoeding ontvangen, onverkort het gestelde in lid 2, krijgen een eenmalig afkoopbedrag. Dit bedrag is € 100,00 indien op grond van de eerdere regeling de meerafstand woon-werk minder was dan 10 kilometer, € 200,00 indien de meerafstand 10 kilometer of meer bedroeg maar minder dan 20 kilometer, € 300,00 indien de meerstand 20 kilometer of meer bedroeg. In het geval sprake is van toe te passen loonheffing, komt deze voor rekening van werkgever.
In afwijking van het gestelde in lid 2 blijven de medewerkers die een vergoeding hebben die hoger ligt dan de vergoeding waarop recht bestaat op grond van deze regeling en waarvan de einddatum ligt na 1 januari 2010, die oorspronkelijke vergoeding houden tot de overeengekomen einddatum is bereikt. Het voorgaande is niet van toepassing als de oorspronkelijke vergoeding is toegekend onder voorbehoud van intrekking bij het van toepassing worden van een nieuwe regeling.
Algemene en artikelsgewijze toelichting
Deze regeling is onderdeel van de in het kader van de samenwerking tussen Kempengemeenten geharmoniseerde arbeidsvoorwaardenregelingen. Deze regeling past in de opvatting van deze gemeenten om een aantrekkelijk werkgever te zijn.
Hoofdregel is dat de afstand tussen woning en werk voor de eerste 15 kilometer niet wordt vergoed. Voor de kilometers daarboven wordt een tegemoetkoming verleend van € 0,10 per kilometer. Is sprake van plaatsing in een samenwerkingsverband als gevolg van de samenwerking tussen de Kempengemeenten, dan geldt een vergoeding die gelijk is aan het bedrag dat belastingvrij mag worden vergoed (bij het vaststellen van de regeling is dit bedrag € 0,19) over alle meerkilometers. Deze laatste tegemoetkoming geldt dus niet voor medewerkers die bij indiensttreding meteen in een samenwerkingsverband worden geplaatst.
Jan woont in A en werkt in B. De afstand is 17 kilometer enkele reis. Hij ontvangt een tegemoetkoming van 2 kilometer (17-15) x 2 (retour) x € 0,10.Jan wordt geplaatst bij een samenwerkingsverband in plaats C. De afstand van thuis (A) is 22 kilometer. De meerafstand ten opzichte van zijn oorspronkelijke werkplaats (B) is 5 kilometer. Hij ontvangt dan een tegemoetkoming van 5 kilometer x 2 (retour) x € 0,19 + 2 kilometer (17-15) x 2 (retour) x € 0,10.Ria woont in D en werkt in E. De afstand is 12 kilometer enkele reis. Zij ontvangt geen tegemoetkoming.Ria wordt geplaatst bij een samenwerkingsverband in plaats C. De afstand van thuis (D) is 19 kilometer. Zij ontvangt dan een tegemoetkoming van 7 kilometer (19-12) x € 0,19 x 2 (retour).
De tegemoetkoming wordt berekend op jaarbasis en uitbetaald per maand. Voor aantal werkbare dagen per jaar geldt de normering zoals die door de belastingdienst wordt vastgesteld. Daarin is rekening gehouden met verlof- en feestdagen.
Uitgangspunt is dat een medewerker 1 x per dag heen en weer reist. Degenen die dus rond het middaguur thuis gaat eten, heeft geen recht op een tegemoetkoming voor die “extra” kilometers. In het geval een medewerker extra moet komen voor overwerk (bijvoorbeeld ’s avonds of in het weekend), dan wordt dit beschouwd als een dienstreis en is de vergoeding overeenkomstig de normale vergoeding voor dienstreizen van toepassing.
In lid 5 tenslotte is geregeld dat, indien bij verhuizing, een grotere afstand woning-werk ontstaat, geen recht bestaat op een hogere tegemoetkoming. Is bij verhuizing sprake van een kleinere afstand woning-werk, dan wordt de vergoeding wel naar beneden bijgesteld.
Voor deze regeling hoeven geen verzoeken te worden ingediend. Indien de medewerker in aanmerking komt, wordt de tegemoetkoming verstrekt. Het hoofd van de afdeling P&O is belast met de uitvoering. Om de eenheid van uitvoering te bevorderen, neemt hij bijvoorbeeld de beslissing om af te wijken van de kortste route (artikel 3, lid 3).
Alle voormalige regelingen en besluiten die hetzelfde onderwerp betreffen, worden ingetrokken. Voor de ISD- en P&O-medewerkers bestond een tijdelijke regeling. Omdat deze voor de ISD-medewerkers al vanaf 2007 bestond en met een hogere tegemoetkoming, is bij wijze van overgang een afkoopregeling getroffen. Voor de P&O-medewerkers wordt die niet noodzakelijk gevonden omdat die tegemoetkoming slechts een half jaar betreft. Met een aantal medewerkers is bij hun indienstneming een tijdelijke regeling getroffen. Voorzover die regeling een hogere vergoeding kent, loopt deze gewoon door tot de afgesproken einddatum is bereikt. Is afgesproken dat de vergoeding stopt bij het realiseren van een algemeen geldende regeling woon-werkverkeer, dan wordt die vergoeding dus stopgezet per 1 januari 2010 en vervangen door een tegemoetkoming op basis van deze nieuwe regeling.