Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Samenwerking Kempengemeenten

Regeling ontwikkelen, functioneren en beoordelen Kempengemeenten 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSamenwerking Kempengemeenten
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingRegeling ontwikkelen, functioneren en beoordelen Kempengemeenten 2012
CiteertitelRegeling ontwikkelen, functioneren en beoordelen Kempengemeenten 2012
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp
Externe bijlagenSystematiek van de gesprekscyclus Competenties Kempengemeenten Competenties per functieprofiel Competenties Bladel en Oirschot Overzicht competenties

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Naamswijziging organisatie

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

CAR/UWO, Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Bezoldigingsregeling Kempengemeenten

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2012art.

27-12-2011

Onbekend

.

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling ontwikkelen, functioneren en beoordelen Kempengemeenten 2012

 

 

Ontwikkelen, functioneren en beoordelen

Regeling ontwikkelen, functioneren en beoordelen

  • Start- en voortgangsformulier

  • Beoordelingsformulier

  • Hoofdstuk I Begripsbepalingen

    • Artikel 1 Begripsomschrijving

  • Hoofdstuk II Functioneren en ontwikkelen

    • Paragraaf 1 Functioneren

      • Artikel 1.1 Startgesprek

      • Artikel 1.2 Frequentie

    • Paragraaf 2 Voortgang

      • Artikel 2.1 Voortgangsgesprek

      • Artikel 2.2 Frequentie

    • Paragraaf 3 Ontwikkelen

      • Artikel 3 Persoonlijk ontwikkelingsplan

  • Hoofdstuk III Beoordelen

    • Artikel 4 Beoordeling

    • Artikel 5 Beoordelingstijdvak

    • Artikel 6 Vaststelling beoordelingsformulier

    • Artikel 7 Rechtspositionele consequenties

    • Artikel 8 Bezwaar tegen personeelsbeoordeling

  • Hoofdstuk IV Algemene bepalingen

    • Artikel 9

    • Artikel 10 Voorbereiding

    • Artikel 11 Gespreksformulier

    • Artikel 12 Archivering

    • Artikel 13 Inzien van formulieren

    • Artikel 14 Vernietiging

  • Hoofdstuk V Overgangs- en slotbepalingen

    • Artikel 15 Onvoorziene gevallen

    • Artikel 16 Inwerkingtreding

  • Bijlagen

    • Bijlage I Systematiek van de gesprekscyclus

    • Bijlage II Competenties Kempengemeenten

    • Bijlage III Competenties per functieprofiel

    • Bijlage IV Competenties Bladel en Oirschot

    • Bijlage V Overzicht competenties

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a

    medewerker: de ambtenaar in de zin van artikel 1:1, 1e lid onder a van de CAR/UWO;

  • b

    leidinggevende: de hiërarchisch leidinggevende van de medewerker;

  • c

    college: de respectievelijke colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten, Bladel, Eersel, Oirschot en Reusel-De Mierden alsmede het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam Samenwerking Kempengemeenten (SK), danwel het door hen bij mandaat aangewezen orgaan of de functionaris;

  • d

    functie: het geheel van werkzaamheden waarmee de ambtenaar gedurende het beoordelingstijdvak feitelijk was belast zoals opgenomen in de taakomschrijving en het functieprofiel van het Kempenfunctieboek;

  • e

    informant: de teamcoördinator of medewerker die op grond van zijn positie aanvullende informatie verstrekt;

  • f

    raadsman: een externe adviseur;

  • g

    bijlagen:bijlage 1: systematiek van de gesprekscyclus en/of bijlage 2: Kempencompetenties en/of bijlage 3: competenties per functiefamilie en/of bijlage 4: gemeente-eigen competentie en/of bijlage 5: overzicht competenties;

  • h

    gespreksformulier: modelformulier waarop gemaakte afspraken van het start- en voortgangsgesprek worden vastgelegd;

  • i

    beoordelingsformulier: modelformulier waarop de beoordeling wordt vastgelegd;

  • j

    bezwarencommissie: de commissie voor bezwaarschriften Personele Aangelegenheden Kempengemeenten.

Het startgesprek is een tweerichtingengesprek tussen de medewerker en de leidinggevende. Het gesprek heeft enerzijds betrekking op het functioneren van de medewerker, de omstandigheden waaronder en het verbeteren daarvan en anderzijds op de ontwikkelingsmogelijkheden en ambities van de medewerker binnen de context van de organisatie. In het startgesprek worden tevens de taken voor het lopende kalenderjaar besproken alsmede de daarvoor gewenste en eventueel te ontwikkelen competenties.

Het doel van het startgesprek is:

  • a

    bevorderen optimaal functioneren van de medewerker, dit betekent dat eventuele knelpunten opgespoord en opgelost moeten worden;

  • b

    het maken van een inventarisatie van de ontwikkelingsmogelijkheden van de medewerker op de middellange en lange termijn;

  • c

    het inspireren van de medewerker tot het nadenken over de te verrichten prestaties en over de daaraan gekoppelde geschiktheid en groeimogelijkheden;

  • d

    het bereiken van overeenstemming tussen de zelfinschatting van de medewerker en de opvatting van de leidinggevende;

  • e

    het maken van werkafspraken (persoonlijk werkplan), gebaseerd op het afdelingsplan, voor het lopende jaar.

In het eerste kwartaal van elk kalenderjaar vindt een startgesprek plaats tussen de medewerker en zijn leidinggevende.

Een startgesprek kan verder op elk moment plaatsvinden, wanneer de leidinggevende en/of medewerker dit noodzakelijk achten.

Het startgesprek vindt in ieder geval plaats binnen 3 maanden:

  • a

    na indiensttreding;

  • b

    na aanvaarding van een andere functie;

  • c

    na een ingrijpende verandering van de functie.

Een voortgangsgesprek heeft als doel het functioneren van de medewerker en de onderlinge samenwerking tussen leidinggevende en medewerker tussentijds te monitoren.

De afspraken gemaakt in het startgesprek worden geëvalueerd en indien nodig bijgesteld.

Het voortgangsgesprek is optioneel voor alle medewerkers, maar is verplicht in de volgende gevallen:

  • a

    Bij nieuwe medewerkers

  • b

    Op verzoek van de leidinggevende

  • c

    Op verzoek van de medewerker

  • d

    Bij een overstap naar een andere functie.

Het persoonlijk ontwikkelingsplan als bedoeld in hoofdstuk 17 van de CAR/UWO maakt onderdeel uit van het start- en voortgangsgesprek.

De beoordeling van een medewerker betreft de wijze waarop de medewerker zijn taken heeft vervuld gedurende het beoordelingstijdvak.

Het functioneren van de medewerker staat centraal. Er is geen participatie van de medewerker bij het tot stand komen van het beoordelingsresultaat.

De beoordeling vindt plaats door de leidinggevende.

De beoordeling geschiedt op basis van de criteria zoals opgenomen in de bijlagen bij deze regeling.

De leidinggevende bepaalt een datum en tijdstip, in het laatste kwartaal van elk kalenderjaar, waarop het beoordelingsgesprek zal plaatsvinden.

De beoordeling gebeurt met inachtneming van de gestelde eisen van het functieprofiel uit het Kempenfunctieboek, de in het startgesprek gemaakte taakafspraken en competenties.

De periode waarover de beoordeling wordt opgemaakt omvat een kalenderjaar.

In afwijking van het vorige lid vindt een beoordeling plaats over een kortere periode in de volgende gevallen:

  • a

    In geval van omzetting van een tijdelijke naar een vaste aanstelling;

  • b

    bij bevordering van aanloopschaal naar functieschaal;

  • c

    bij andere rechtspositionele consequenties.

Uiterlijk 2 weken na de beoordeling wordt het beoordelingsformulier door de beoordelaar definitief ingevuld en aan de ambtenaar uitgereikt.

Nadat het beoordelingsformulier is ingevuld, wordt dit door de leidinggevende ondertekend en door de ambtenaar getekend voor gezien.

Aan de medewerker wordt een kopie van het beoordelingsformulier uitgereikt.

Indien aan een beoordeling rechtspositionele consequenties verbonden zijn, wordt de medewerker hiervan separaat in kennis gesteld.

In afwijking van het vorige lid wordt een periodieke verhoging als bedoeld in artikel 5 van de Bezoldigingsregeling Kempengemeenten 2012 alleen vermeld op het beoordelingsformulier.

Indien de medewerker zich niet kan verenigen met de vastgestelde personeelsbeoordeling als bedoeld in artikel 6 kan hij bezwaar aantekenen bij het college.

De bezwaarschriften worden voor advies voorgelegd aan de daartoe ingestelde bezwarencommissie.

Het college neemt op grond van het advies van de bezwarencommissie, een gemotiveerde beslissing op het bezwaarschrift.

De medewerker wordt door het college schriftelijk geïnformeerd over het genomen besluit.

De gesprekken als bedoeld in deze regeling vinden plaats op basis van de bij deze regeling horende bijlagen.

De leidinggevende kan voorafgaand aan een start- en voortgangsgesprek of beoordeling inlichtingen inwinnen bij de informant.

Op verzoek van de medewerker en/of de leidinggevende kan een P&O adviseur, informant of raadsman bij het gesprek aanwezig zijn.

Het start- en voortgangsgesprek worden vastgelegd op hetzelfde, door de afdelingsmanager P&O de Kempen vast te stellen, formulier.

Het formulier van het start- en voortgangsgesprek wordt binnen twee weken nadat het gesprek heeft plaatsgevonden door de leidinggevende volledig ingevuld en door de leidinggevende en de medewerker voor akkoord getekend. In onderling overleg kan bepaald worden dat de medewerker het formulier invult.

Aan de medewerker wordt een kopie van het formulier uitgereikt.

De formulieren van het start- en voortgangsgesprek en het beoordelingsformulier worden, na ondertekening, opgenomen in het persoonsdossier van de medewerker.

Het inzien van de formulieren mag uitsluitend gebeuren door betreffende medewerker zelf, zijn leidinggevende, de algemeen directeur/gemeentesecretaris, het college en de medewerkers van P&O- De Kempen.

De formulieren als bedoeld in artikel 12 worden vernietigd conform de regels in het vrijstellingsbesluit wet bescherming persoonsgegevens.

In bijzondere gevallen kan het college van de bepalingen in deze regeling afwijken.

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, neemt het college, de belanghebbenden gehoord, een beslissing c.q. treft een voorziening.

Deze regeling wordt aangehaald als: “Regeling ontwikkelen, functioneren, en beoordelen Kempengemeenten 2012”.

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2012.

Op de in het tweede lid genoemde datum vervallen de volgende regelingen: Regeling personeelsbeoordeling en Reglement ontwikkelingsgesprekken Bladel, respectievelijk vastgesteld door burgemeester en wethouders van Bladel op 7 november 2002 en 30 december 2002; Regeling personeelsbeoordeling medewerkers gemeente Eersel 2007 en Regeling functioneringsgesprekken medewerkers gemeente Eersel, respectievelijk vastgesteld door burgemeester en wethouders van Eersel op 24 april 2007 en op 4 januari 2005. Regeling Functionerings- en loopbaangesprekken 2001, vastgesteld door burgemeester en wethouders van Reusel-De Mierden op 5 juni 2001. Regeling functioneringsgesprekken samenwerking Kempengemeenten, vastgesteld door het Dagelijks Bestuur van het openbaar lichaam Samenwerking Kempengemeenten op 15 juli 2010. Alle andere regelingen of bepalingen betrekking hebbende op onderwerpen zoals opgenomen in deze regeling maar hiervoor niet genoemd, worden eveneens geacht te zijn vervallen.

Systematiek van de gesprekscyclus

Competenties Kempengemeenten

Competenties per functieprofiel

Competenties Bladel en Oirschot

Overzicht competenties

Vastgesteld december 2011