Organisatie | Oirschot |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Reclameheffing Gemeente Oirschot 2013 |
Citeertitel | Verordening Reclameheffing Oirschot 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Verordening Reclameheffing Gemeente Oirschot 2013 |
Deze regeling is vervangen door de Verordening op de heffing en de invordering van een reclameheffing 2014.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2014 | 01-01-2014 | intrekking | 17-12-2013 Elektronisch Gemeenteblad, 23-12-2013 | DSS | |
17-01-2013 | 01-01-2013 | 01-01-2014 | Nieuwe regeling | 23-10-2012 Elektronisch gemeenteblad, officiële bekendmakingen, 16-01-2013 | RHS |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
a. reclameobject: een openbare aankondiging in letters, symbolen of kleuren, of een combinatie daarvan, zichtbaar
b. bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke op de plaats van
bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij directe of indirecte steun vindt in of op de grond;
c. onroerende zaak: de onroerende zaak, bedoeld in hoofdstuk III van de Wet waardering onroerende zaken;
Deze verordening is van toepassing binnen het gebied van de gemeente Oirschot zoals aangegeven op de bij deze verordening behorende kaart.
Onder de titel ‘reclameheffing’ wordt binnen het gebied als bedoeld in artikel 2 een directe reclamebelasting geheven ter zake van openbare aankondigingen zichtbaar vanaf de openbare weg.
De reclameheffing wordt geheven van de gebruiker van de onroerende zaak, waarop en waarbij één of meer reclameobjecten worden aangetroffen.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
Indien met betrekking tot een onroerende zaak geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van die onroerende zaak bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is de reclameheffing verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde reclameheffing als er in dat jaar, na het tijdstip van de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, wordt de aanslag op verzoek van belastingplichtige verminderd met zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde reclameheffing als er in dat jaar, na het tijdstip van de beëindiging van de belastingplicht, nog volle
De reclameheffing wordt niet geheven voor openbare aankondigingen:
a. die korter dan 13 weken aanwezig zijn;
b. waarvoor op grond van een privaatrechtelijke overeenkomst betaling aan de gemeente moet geschieden onder-
scheidenlijk een vergoeding aan de gemeente verschuldigd is;
c. die als algemene bewegwijzering waarmee een algemeen belang wordt gediend, kunnen worden aangemerkt;
d. die door de gemeente of in opdracht van de gemeente is geplaatst of aangebracht, indien en voor zover de open-
bare aankondiging geschiedt ter uitvoering van de publieke taak;
e. die door (semi-)overheden of culturele, maatschappelijke of daarmee gelijk te stellen lichamen met ideële doel-
stellingen zijn aangebracht en betrekking hebben op activiteiten die uitsluitend een cultureel, maatschappelijk,
charitatief of ideëel belang dienen;
f. aangebracht door of namens winkeliersverenigingen of centrummanagement, waarbij het reclameobject uit-
vlag, banier of zuil met de naam van de winkeliersvereniging of het centrummanagement;
g. aangebracht op bouwterreinen, voor zover deze opschriften rechtstreeks betrekking hebben op de op dat ter-
rein in uitvoering zijnde bouwwerkzaamheden;
h. die door politieke partijen zijn aangebracht en die een ideëel belang dienen;
i. die onderdeel uitmaken van voor de verkoop of verhuur bestemde artikelen en producten in een etalage of in
j. bestemd voor de verkoop of verhuur van onroerende zaken, indien deze aanwezig zijn in de onmiddellijke na-
bijheid van de te verkopen of te verhuren zaak;
k. aangebracht op scholen, zorginstellingen, ziekenhuizen, kerken en moskeeën, en die betrekking hebben op de