Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Lelystad

Financiële verordening 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLelystad
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingFinanciële verordening 2012
CiteertitelFinanciële verordening 2012 gemeente Lelystad
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Financiële verordening gemeente Lelystad.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

23-08-201219-12-2019nieuwe regeling

10-07-2012

Flevopost, 15-08-2012

B11-20215

Tekst van de regeling

Intitulé

Financiële verordening 2012

 

 

Vast te stellen de navolgende VERORDENING op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Lelystad (“Financiële verordening 2012”), onder gelijktijdige intrekking van de “Financiële verordening gemeente Lelystad” raadsbesluit van 13 november 2003 (no. 2708).

Titel 1 Algemeen

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    BBV: het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten.

  • b.

    Afdeling: organisatorische eenheid binnen de gemeentelijke organisatie.

  • c.

    Administratie: het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, het functioneren en het beheersen van (onderdelen van) de organisatie van de gemeente Lelystad en ten behoeve van de verantwoording die daarover moet worden afgelegd.

  • d.

    Financiële administratie: het onderdeel van de administratie dat omvat het systematisch maken en verwerken van aantekeningen betreffende de financiële gegevens van (onderdelen van) de organisatie van de gemeente Lelystad.

  • e.

    Administratieve organisatie: het stelsel van organisatorische maatregelen gericht op het tot stand brengen en het in stand houden van de goede werking van de bestuurlijke en ambtelijke informatieverzorging ten behoeve van de verantwoordelijke leiding.

  • f.

    Interne controle: interne controle is het geheel van maatregelen, ondernomen door het management en het personeel met het oog op het verschaffen van redelijke zekerheid omtrent een doeltreffende, doelmatige en rechtmatige uitvoering van de begroting.

  • g.

    Financieel beheer: het uitoefenen van bestuur over en toezicht op het beheer van financiële middelen

  • h.

    Rechtmatigheid: het in overeenstemming zijn met geldende wet- en regelgeving, waaronder gemeentelijke verordeningen, raadsbesluiten en collegebesluiten.

  • i.

    Effect: Gevolg in de maatschappij van wat de gemeente doet of maakt.

  • j.

    Prestatie: Uitkomst van wat de gemeente doelt of maakt.

  • k.

    Doeltreffendheid: de mate waarin de gemeente erin slaagt met de geleverde prestaties de beoogde maatschappelijke effecten te bereiken.

  • l.

    Effectindicator: een kenmerk dat wordt gemeten, om aan te tonen dat een beoogd maatschappelijk effect is gerealiseerd.

  • m.

    Doelmatigheid: het realiseren van vooraf vastgestelde prestaties met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen.

  • n.

    Prestatie-indicator: kenmerk dat wordt gemeten, om aan te tonen dat een door gemeente beoogde relatie tussen prestatie en effect is gerealiseerd.

  • o.

    Integrale kostprijs: de integrale kostprijs is de som van de vaste en variabele kosten die aan het product zijn verbonden.

Artikel 2 Beleidsvoornemens met financiële gevolgen

Beleidsvoornemens en andere voorstellen met financiële gevolgen, anders dan voorstellen tot vaststelling en wijziging van de begroting, bevatten een afzonderlijk onderdeel waarin voor de desbetreffende begrotingsjaren afzonderlijk wordt ingegaan op de nagestreefde doelen, de te behalen resultaten en de financiële gevolgen.

Titel 2 Begroting en verantwoording

Subtitel 1 Kaders

Artikel 3 Programma-indeling

De raad stelt in ieder geval bij de aanvang van de nieuwe raadsperiode een programma-indeling voor de komende raadsperiode vast.

Artikel 4 Inrichting van programma’s

  • 1.

    Programma’s worden onderverdeeld in subprogramma’s

  • 2.

    Per subprogramma worden de maatschappelijke ontwikkelingen beschreven die voor het realiseren van de programmadoelen van belang zijn.

  • 3.

    Per subprogramma worden opgenomen een overzicht van effectindicatoren, een overzicht van prestatie-indicatoren en een overzicht van lasten en baten.

Artikel 5 Autorisatie

  • 1.

    Het overzicht van lasten en baten in de begroting bevat de lasten en baten per subprogramma.

  • 2.

    De raad autoriseert met het vaststellen van de begroting de budgetten per subprogramma.

  • 3.

    Alle jaarlijks in de novembervergadering van de raad genomen besluiten over de begroting voor het komende jaar zijn uiterlijk 1 januari volgend op die vergadering in de begroting verwerkt en zo nodig in de vorm van een begrotingswijziging door de raad vastgesteld.

  • 4.

    De door de raad vastgestelde begroting zoals die geldt op 1 januari van het begrotingsjaar is de basis van de verantwoording in het kader van de jaarstukken.

  • 5.

    Tussen budgetten van een subprogramma zijn verschuivingen zonder door de raad vastgestelde begrotingswijziging toegestaan, mits daarmee het totaal van het desbetreffende subprogramma niet wordt overschreden en mits dit niet ten koste gaat van te leveren prestaties.

  • 6.

    In de uiteenzetting van de financiële positie wordt een overzicht van investeringen gegeven.

  • 7.

    In een bijlage bij de begroting wordt een meerjarig investeringsplan opgenomen.

  • 8.

    De ramingen van de investeringsuitgaven worden jaarlijks geactualiseerd.

  • 9.

    Met het vaststellen van de uiteenzetting van de financiële positie autoriseert de raad de geraamde investeringen.

  • 10.

    De raad kan in het overzicht bedoeld in lid 6 investeringen aanwijzen waarvoor het college door middel van een afzonderlijk voorstel autorisatie dient te vragen aan de raad.

  • 11.

    In het overzicht van algemene dekkingsmiddelen wordt voor de begroting in zijn geheel een bedrag voor onvoorzien opgenomen.

Artikel 6 Producten

  • 1.

    Bij iedere begroting en bij de jaarstukken wordt ter informatie een overzicht gegeven van de toedeling van de producten uit de productraming aan de programma’s.

  • 2.

    De programma-indeling en de onderverdeling van de programma’s in de producten staat voor de raadsperiode vast, tenzij er dringende redenen zijn tot wijzigen. Wijzigingen worden bij de begroting expliciet vermeld.

Artikel 7 Paragraaf lokale heffingen

  • 1.

    De paragraaf lokale heffingen bevat tenminste:

    • a.

      de samenstelling van het pakket aan gemeentelijke belastingen en heffingen;

    • b.

      de kostendekkendheid van de heffingen;

Artikel 8 Paragraaf onderhoud kapitaalgoederen

  • 1.

    De paragraaf betreffende het onderhoud van kapitaalgoederen bevat, in aanvulling op het BBV: straatmeubilair.

  • 2.

    Naast de wettelijk voorgeschreven informatie bevat de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen informatie over bestaand en te verwachten achterstallig onderhoud, alsmede over naar aanleiding daarvan getroffen en te treffen maatregelen.

Artikel 9 Paragraaf bedrijfsvoering

  • 1.

    In de paragraaf bedrijfsvoering wordt een overzicht van prestatie-indicatoren opgenomen, die van belang zijn met het oog op een doelmatige en doeltreffende uitvoering van de programma’s.

  • 2.

    De paragraaf bedrijfsvoering bevat naast de wettelijk voorgeschreven informatie in ieder geval:

    • a.

      Een overzicht de totale apparaatskosten, onderverdeeld naar directe en indirecte kosten, waarin deze laatste kosten worden onderverdeeld naar aspecten van bedrijfsvoering.

    • b.

      Een overzicht van de personeelskosten, voorzien van een toelichting waarin wordt aangegeven hoe de doelmatigheid van de inzet van personele middelen wordt bevorderd.

    • c.

      Een overzicht van de kosten van inhuur van derden, voorzien van een toelichting op de aard en de omvang daarvan.

Artikel 10 Paragraaf grondbeleid

  • 1.

    De paragraaf grondbeleid bevat naast de wettelijk voorgeschreven informatie in ieder geval:

    • a.

      Informatie over voornemens inzake grondverwerving.

    • b.

      Een overzicht van de te ontwikkelen en in ontwikkeling te nemen exploitaties, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen actief en faciliterend beleid.

Artikel 11 Kadernota

  • 1.

    Met inachtneming van het vergaderschema van de raad biedt het college aan de raad jaarlijks uiterlijk voor de behandeling in de meivergadering de kadernota aan.

  • 2.

    De kadernota bevat de kaders voor het volgende begrotingsjaar en de drie opvolgende jaren.

  • 3.

    In de kadernota worden betrokken de bevindingen uit de jaarstukken, bedoeld in artikel 20.

  • 4.

    De raad stelt de kadernota uiterlijk 30 juni vast.

Artikel 12 Vaststelling begroting

De raad stelt de programmabegroting voor het volgende begrotingsjaar uiterlijk 14 november vast.

Subtitel 2 Beleidslijnen met betrekking tot beheer

Artikel 13 Grondbeleid

  • 1.

    Het college biedt tenminste eenmaal in de vier jaar een nota grondbeleid aan, die in ieder geval behandelt:

    • a.

      de relatie met de programma’s van de begroting;

    • b.

      de strategische visie van het toekomstig grondbeleid van de gemeente;

    • c.

      te ontwikkelen en in ontwikkeling genomen projecten;

    • d.

      de voorraadverwerving en uitgifte van gronden;

    • e.

      de uitgifte van gronden in erfpacht en de bijstelling van erfpachtvergoedingen.

  • 2.

    Alle grondexploitaties worden ten minste eens per jaar geactualiseerd.

  • 3.

    Verliezen op grondexploitaties worden berekend over de gehele looptijd van deze exploitaties en worden genomen zodra ze bekend of voorzienbaar zijn.

  • 4.

    Winsten op grondexploitaties worden berekend over de gehele looptijd van deze exploitaties en worden genomen nadat ze zijn gerealiseerd.

Artikel 14 Meerjarenraming onderhoud kapitaalgoederen

  • 1.

    Het college biedt de raad jaarlijks een meerjarenprogramma groot onderhoud openbare ruimte aan.

  • 2.

    Het college biedt de raad jaarlijks voorafgaand aan de begrotingsbehandeling een nota integraal huisvestingsplan aan.

  • 3.

    De nota integraal huisvestingsplan bevat de voorstellen voor het te plegen onderhoud en de bijbehorende kosten aan de gemeentelijke onderwijsgebouwen, alsmede de normkostensystematiek en het meerjarig budgettair beslag.

  • 4.

    Het college biedt de raad eens in de vier jaar een nota onderhoud gemeentelijke gebouwen aan.

  • 5.

    De nota onderhoud gebouwen bevat de voorstellen voor het te plegen onderhoud en de bijbehorende kosten aan de gemeentelijke gebouwen, alsmede de normkostensystematiek en het meerjarig budgettair beslag

Subtitel 3 Uitvoering

Artikel 15 Intern beheer

  • 1.

    Het college stelt regels, die waarborgen dat de uitvoering van de begroting rechtmatig, doelmatig en doeltreffend verloopt.

  • 2.

    Het college draagt er ten aanzien van de begroting zorg voor dat:

    • a.

      de lasten en baten, door middel van kostentoerekening, eenduidig zijn toegewezen aan de programma’s;

    • b.

      de lasten van de subprogramma’s en kredieten voor investeringen passen binnen de kaders zoals geautoriseerd zijn bij de vaststelling van de begroting;

    • c.

      de lasten van de producten niet dusdanig worden overschreden dat de realisatie van andere producten binnen hetzelfde subprogramma onder druk komt te staan.

  • 3.

    Het college draagt er zorg voor dat de lasten per subprogramma niet worden overschreden en dat de in het subprogramma opgenomen prestaties en effecten worden gerealiseerd.

  • 4.

    Indien door onvoorziene omstandigheden de beheersmaatregelen niet afdoende zijn om binnen de in lid 2 en 3 gestelde kaders te blijven, wordt de raad hierover geïnformeerd waarbij de consequenties voor de budgetten in beeld worden gebracht.

Artikel 16 Wijziging van de begroting

  • 1.

    Begrotingswijzigingen worden ten minste aan de raad voorgelegd indien sprake is van afwijkingen zoals bedoeld in artikel 15 lid 4.

  • 2.

    Technische begrotingswijzigingen behoeven geen voorafgaande goedkeuring van de raad.

  • 3.

    Onder technische begrotingswijzigingen worden verstaan:

    • a.

      Budgettair neutrale verschuivingen tussen producten binnen een subprogramma.

    • b.

      Wijzigingen van lasten en baten binnen een product, mits het saldo van de wijziging budgettair neutraal is.

  • 4.

    Technische begrotingswijzigingen worden bij de jaarrekening geautoriseerd.

Artikel 17 Doorschuifbudgetten

  • 1.

    Reguliere budgetten komen niet in aanmerking voor doorschuiven.

  • 2.

    Het door te schuiven budget:

    • a.

      is incidenteel van aard.

    • b.

      mag het totaal toegekende budget waartoe initieel is besloten, niet overschrijden.

    • c.

      is voorzien van een inhoudelijke toelichting van de reden van vertraging en de noodzaak van doorschuiven van de prestaties naar een volgend jaar.

    • d.

      mag niet meer dan 2 jaar worden doorgeschoven, tenzij er sprake is van een juridisch bindende verplichting.

  • 3.

    Herverdeling tussen jaarschijven van incidentele budgetten die gekoppeld zijn aan een prestatie verspreid over meerdere begrotingsjaren wordt behandeld als technische begrotingswijziging conform artikel 16.2 en 16.4.

Artikel 18 Administratieve organisatie en interne controle

  • 1.

    Het college draagt de zorg voor:

    • a.

      een eenduidige indeling van de gemeentelijke organisatie en een eenduidig toewijzing van de gemeentelijke taken aan afdelingen;

    • b.

      een adequate scheiding van taken, functies, bevoegdheden, verantwoordelijkheden, zodat aan eisen van interne controle wordt voldaan en de betrouwbaarheid van verstrekte informatie is gewaarborgd;

    • c.

      de verlening van mandaten en volmachten voor het aangaan van verplichtingen ten laste van de toegekende budgetten en investeringskredieten;

    • d.

      afspraken met de afdelingen over te leveren prestaties en de daarvoor beschikbare middelen, als mede over de daaraan verbonden voortgangsrapportage ;

    • e.

      regels inzake de verlening van décharge het door afdelingen gevoerde beheer.

  • 2.

    Het college draagt ten behoeve van het getrouwe beeld en de rechtmatigheid van de jaarrekening zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de beheershandelingen.

  • 3.

    Het college biedt de raad ten minste elke vier jaar een nota aan inzake de bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van de regelingen.

  • 4.

    Het college draagt zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van een aantal bedrijfsonderdelen op juistheid, volledigheid en tijdigheid van de bestuurlijke informatievoorziening, op rechtmatigheid van beheershandelingen en op misbruik en oneigenlijk gebruik van de gemeentelijke regelingen.

  • 5.

    Het college zorgt op basis van de resultaten van de toets bedoeld in lid 4 indien nodig voor een plan van verbetering.

  • 6.

    De resultaten van de toets bedoeld in lid 4 en het plan van verbetering bedoeld in lid 5 worden ter kennisgeving aan de raad aangeboden.

  • 7.

    Het college draagt zorg voor het verzamelen en vastleggen van gegevens over geleverde inspanningen, alsmede gerealiseerde prestaties en maatschappelijke effecten, opdat de doelmatigheid van het beheer en doeltreffendheid van het beleid zoals vastgesteld door de raad, kunnen worden getoetst.

Subtitel 4 Rapportage en verantwoording

Artikel 19 Tussentijdse rapportage

  • 1.

    Over de voortgang van het lopende begrotingsjaar wordt ten minste 1 tussentijdse rapportage op hoofdlijnen aan de raad aangeboden.

  • 2.

    Tussentijdse rapportages worden ter informatie aan de raad aangeboden.

  • 3.

    De aanbieding van de tussenrapportage over het eerste deel van het begrotingsjaar vindt plaats met inachtneming van het vergaderschema van de raad, en wel op een zodanig moment dat de raad indien zij dat wenst de eventuele aan de tussenrapportage verbonden voorstellen voor het zomerreces besluitvormend kan behandelen.

  • 4.

    De indeling van de tussentijdse rapportages sluit aan op de programmastructuur.

Artikel 20 Jaarstukken

Het college biedt de raad jaarlijks gelijktijdig met de kadernota als bedoeld in artikel 11 de jaarstukken over het voorafgaande jaar aan, alsmede de accountantsverklaring en het verslag van bevindingen van de accountant die daarop betrekking hebben.

Titel 3 Financiële positie

Subtitel 1 Kaders

Artikel 21 Waardering en afschrijving vaste activa

  • 1.

    Het college draagt zorg voor het opstellen en naleven van regels met betrekking tot de waardering en afschrijving van vaste activa.

  • 2.

    Het college draagt zorg voor het tenminste een maal per vier jaar herzien van deze regels.

  • 3.

    Het college doet in de paragraaf kapitaalgoederen verslag van het gevoerde beleid ten aanzien van de waardering en afschrijving van vaste activa.

Artikel 22 Reserves en voorzieningen

  • 1.

    Het college biedt de raad één keer in de vier jaar een nota Reserves en voorzieningen aan.

  • 2.

    De nota behandelt tenminste:

    • a.

      de vorming en besteding van reserves;

    • b.

      de vorming en besteding van voorzieningen;

    • c.

      de toerekening en verwerking van rente over de reserves en de voorzieningen;

    • d.

      het risicomanagement;

    • e.

      het verloop het weerstandsvermogen in de afgelopen vier jaren ;

    • f.

      de gewenste weerstandscapaciteit in de komende vier jaren.

Artikel 23 Kostprijsberekening

  • 1.

    Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van producten en diensten van de gemeente Lelystad waarvoor de kostendekkendheid van de opbrengsten moet worden vastgesteld wordt een systeem van integrale kostprijs gehanteerd.

  • 2.

    Bij de bepaling van de integrale kostprijs als bedoeld in het eerste lid, worden betrokken:

    • a.

      de bijdragen aan de reserves;

    • b.

      de onttrekkingen van reserves, en

    • c.

      bij leges en retributies tevens de compensabele BTW als bedoeld in artikel 229b Gemeentewet.

Artikel 24 Financiering

  • 1.

    Het college draagt zorg voor de uitvoering van de financiering conform het Treasurystatuut.

  • 2.

    Het college doet in de paragraaf financiering verslag van het gevoerde beleid ten aanzien van de financieringsfunctie.

Titel 4 Financiële organisatie en administratie

Artikel 25 Administratie

  • 1.

    De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij in ieder geval dienstbaar is aan:

    • a.

      het sturen en het beheersen van activiteiten en processen in de gemeente als geheel en in de afdelingen;

    • b.

      het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang van activa met economisch nut, activa met maatschappelijk nut, voorraden, vorderingen en schulden en ander activa en passiva;

    • c.

      het verschaffen van informatie aan de budgethouders;

    • d.

      het maken van kostencalculaties;

    • e.

      het bevorderen van de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur;

    • f.

      het afleggen van verantwoording over de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur

    • g.

      de controle van de registratie van gegevens als zodanig en van de daaraan ontleende informatie.

Artikel 26 Financiële administratie

  • 1.

    Het college draagt er zorg voor dat:

    • a.

      de inrichting en de werking van de financiële administratie voldoet aan het BBV en andere relevante wet- en regelgeving;

    • b.

      de vereiste informatie verstrekt wordt aan het rijk, de provincie en de Europese Unie, alsmede aan andere instellingen die specifieke verantwoordingsverplichtingen opleggen aan gemeenten.

Artikel 27 Aanbesteding en inkoop

  • 1.

    Het college draagt zorg voor de interne regels voor de inkoop en aanbesteding van werken en diensten en legt deze vast.

  • 2.

    De regels bedoeld in lid 1 waarborgen dat wordt gehandeld in overeenstemming met de regels ter zake van landelijke en Europese regelgeving.

Artikel 28 Subsidieverstrekking en garantstellingen

  • 1.

    Het college draagt zorg voor de interne regels voor de toekenning van steunverlening aan ondernemingen en subsidies en legt deze vast.

  • 2.

    De regels bedoeld in lid 1 waarborgen dat wordt gehandeld in overeenstemming met de regels ter zake van landelijke en Europese regelgeving en de subsidieverordening van de gemeente Lelystad.

Titel 5 Slotbepalingen

Artikel 29 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking per …………………………

  • 2.

    Bij de inwerkingtreding van deze verordening vervalt de “Financiële verordening gemeente Lelystad” raadsbesluit van 13 november 2003 (no. 2708).

Artikel 30 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald onder de naam “Financiële verordening 2012 gemeente Lelystad”.

Lelystad, 10 juli 2012.

De raad van de gemeente Lelystad,

de griffier, de voorzitter,