Organisatie | Oirschot |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2012 |
Citeertitel | Verordening toeristenbelasting 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Financiën en economie |
De regeling is vervangen door de Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2013.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2013 | 01-01-2013 | intrekking | 18-12-2012 Elektronisch Gemeenteblad, 02-01-2013 | DDS | |
05-01-2012 | 01-01-2013 | Nieuwe verordening | 20-12-2011 | DSS |
Onder de naam 'toeristenbelasting' wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente.
Degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in lid 1 brengt geen toeristenbelasting in rekening en draagt ook geen toeristenbelasting af ten aanzien van personen die ingeschreven zijn in de GBA van de gemeente Oirschot (eigen inwoners). Als onverhoopt wel toeristenbelasting in rekening is gebracht kan degene die (onterecht) betaald heeft de belasting terugvorderen bij de recreatiehouder. De gemeente Oirschot is hierin geen partij.
van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt als bedoeld in artikel 1 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.
Artikel 4 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten.
Artikel 5 Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing
Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder:
a. kampeermiddel: tent, tentwagen, kampeerauto, caravan dan wel enig
ander onderkomenof ander voertuig of gewezen voertuig of een gedeelte
daarvan, voorzover geen bouwwerk zijnde waarvoor een omgevingsver-
gunning voor een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid,
onderdeel a, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is vereist; een
en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele
blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden ge-
bruikt voor recreatief nachtverblijf.
b. kampeerterrein: terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en
volgens die inrichting bestemd, om daarop gelegenheid te geven tot
het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen geheel of na-
genoeg geheel ten behoeve van recreatief nachtverblijf.
c. vaste standplaats: een terrein of terreingedeelte dat deel uitmaakt van
een kampeerterrein en dat ter beschikking wordt gesteld voor de plaatsing
van eenzelfde kampeermiddel gedurende een seizoen of een jaar.
d. volgtijdige standplaats: een terrein of terreingedeelte dat deel uitmaakt
van een kampeer terrein en dat ter beschikking wordt gesteld voor de volg-
tijdige plaatsing van verschillende kampeermiddelen.
e. woning: een huis, een naar aard en inrichting vergelijkbare ander onder-
komen of een deel van een huis of een vergelijkbaar onderkomen.
f. particulier: een natuurlijk persoon die buiten de uitoefening van een
bedrijf of beroep gelegenheid biedt tot verblijf.
g. particulier verhuurde woning: een woning die door een particulier ter
beschikking wordt gesteld voor het houden van verblijf met overnachting
Een belastingaanslag wordt niet opgelegd als het aantal overnachtingen, waartoe gelegenheid wordt of is gegeven, tijdens het belastingjaar minder dan tien is geweest.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven voor de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.
De 'Verordening toeristenbelasting 2011' van 21 december 2010 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.