Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Oss

A-01 Algemene bepalingen CAR 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOss
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingA-01 Algemene bepalingen CAR 2012
CiteertitelA-01 Algemene bepalingen CAR
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Oss Actuel 29-08-2012

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

30-08-2012Onbekend

07-08-2012

Onbekend

GMPO

Tekst van de regeling

Intitulé

A-01 Algemene bepalingen CAR 2012

 

 

1 ALGEMENE BEPALINGEN

Begripomschrijvingen

Artikel 1:1

1 Voor de toepassing van deze regeling en het Ambtenarenreglement wordt verstaan onder:

a ambtenaar: hij die door of vanwege de gemeente is aangesteld om in openbare dienst werkzaam te zijn alsmede hij met wie een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is aangegaan;

b betrekking: het geheel van werkzaamheden dat door de ambtenaar is te verrichten;

c pensioenwet: de Algemene burgerlijke pensioenwet zoals die gold tot en met 31 december 1995;

d pensioen: een pensioen in de zin van het pensioenreglement van de Stichting

Pensioenfonds ABP;

e arbeidsduur: de vooraf vastgestelde omvang van het aantal uren in een bepaalde periode gedurende welke door de ambtenaar arbeid moet worden verricht;

f arbeidsduur per dag: de arbeidsduur zoals die voor de ambtenaar voor een bepaalde dag is vastgesteld;

g formele arbeidsduur per week: de arbeidsduur volgens de aanstelling;

h feitelijke arbeidsduur per week: de arbeidsduur zoals die voor de ambtenaar voor een bepaalde week is vastgesteld;

i seniorenarbeidsduur: de voor een ambtenaar, die in aanmerking komt voor het bepaalde in hoofdstuk 5 geldende arbeidsduur per week, die gelijk is aan de arbeidsduur volgens de aanstelling;

j arbeidsduur per jaar: de naar jaarbasis herleidde formele arbeidsduur per week, gecorrigeerd voor feestdagen;

k volledige betrekking: een betrekking waarbij de arbeidsduur per jaar ten hoogste 1836 uur bedraagt en de formele arbeidsduur per week 36 uur bedraagt;

l overwerk: werkzaamheden door de ambtenaar in dienstopdracht verricht buiten de feitelijke arbeidsduur per week;

m werkdag: een dag waarop de ambtenaar arbeid moet verrichten;

n werktijd: de periode tussen vastgestelde tijdstippen gedurende welke door de ambtenaar arbeid moet worden verricht;

o uurloon: 1/156 gedeelte van het - zo nodig naar een volledige betrekking herberekende - salaris van de ambtenaar per maand;

p Zvw: de Zorgverzekeringswet

q CAR: Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector gemeenten;

r UWO: Uitwerkingsovereenkomst;

s functioneringstoelage: een toelage die aan de ambtenaar wordt toegekend op grond van buitengewone bekwaamheid, geschiktheid en ijver;

t waarnemingstoelage: een vergoeding die wordt toegekend aan de ambtenaar die ingevolge hem daartoe door of namens het college verstrekte opdracht volledig een andere betrekking waarneemt, indien voor die betrekking een hogere schaal geldt dan voor de eigen betrekking;

u LOGA: Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden.

v WAO: de wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering;

w arbeidsongeschikt: arbeidsongeschikt in de zin van artikel 18, eerste lid van de WAO;

x WAO-uitkering: een uitkering op grond van de WAO;

y WIA: Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen;

z IVA: Regeling inkomensvoorziening volledig arbeidsongeschikten;

aa IVA-uitkering: de uitkering bij volledige en duurzame arbeidsongeschiktheid op grond van de WIA;

bb WGA: Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten;

cc WGA-uitkering: de werkhervattingsuitkering gedeeltelijk arbeidsgeschikten op grond van de WIA;

dd WAJONG: Wet arbeidsongeschiktsheidsvoorziening voor jong gehandicapten;

ee WAZ: Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen;

ff Waz: Wet arbeid en zorg

gg SUWI: de wet Structuur Uitvoeringsorganisatie Werk en Inkomen;

hh Uitvoeringsinstelling: een uitvoeringsinstelling als bedoeld in artikel 39, derde lid, van de Organisatiewet sociale verzekeringen 1997.

ii pensioenreglement: het pensioenreglement van de Stichting Pensioenfonds ABP;

jj WPA: de Wet privatisering ABP.

kk FPU-regeling: regeling flexibel pensioen en uittreden, bedoeld in artikel 2 van de Centrale Vut-overeenkomst overheids- en onderwijspersoneel;

ll FPU-reglement basis- en aanvullende uitkering: het reglement zoals bedoeld in artikel 6, tweede lid, van de Centrale Vut-overeenkomst overheids- en onderwijspersoneel

mm Deeltijdbetrekking: een betrekking waarbij de arbeidsduur per jaar minder bedraagt dan 1836 uur en de formele arbeidsduur per week minder dan 36 uur bedraagt.

nn ZW: de Ziektewet

oo ZW-uitkering: ziekengeld of uitkering krachtens de ZW

pp UWV: het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen, als bedoeld in hoofdstuk 5 van de wet SUWI

2 Tot de openbare dienst van de gemeente behoren alle diensten en bedrijven door de gemeente beheerd.

Geen ambtenaar

Artikel 1:2

1 Voor de toepassing van deze regeling en de uitwerkingsovereenkomst wordt niet als ambtenaar beschouwd:

ahij die anders dan bij wijze van beroep werkzaam is bij de gemeentelijke brandweer;

bhet onderwijzend personeel bij een inrichting van openbaar onderwijs;

chet onderwijsondersteunend personeel bij een inrichting van openbaar onderwijs, indien zij belanghebbenden zijn in de zin van het Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel;

dde (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand als zodanig;

e de onbezoldigd gemeenteambtenaar als genoemd in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, c, d en e van de Gemeentewet;

fde directeur van de RDW Dienst Wegverkeer die tevens is benoemd tot onbezoldigd ambtenaar der gemeentelijke belastingen;

g de onbezoldigd gemeenteambtenaar die toezichthouder is zonder opsporingsbevoegdheid;

h de onbezoldigd gemeenteambtenaar die toezichthouder is met opsporingsbevoegdheid;

ide ambtenaar als bedoeld in artikel 1.1, onder medewerker”, van de sector-cao

Ambulancezorg.

2 Voor toepassing van onderdeel g of h van het eerste lid is, afhankelijk van de lokale bevoegdheidsverdeling tussen het georganiseerd overleg en de ondernemingsraad, overeenstemming vereist in het georganiseerd overleg of instemming vereist van de ondernemingsraad.

Artikel 1:2:1

1 Op de ambtenaar met wie een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is aangegaan zijn artikel 3:3, 3:3:1, 7:24a, 7:25, 7:25a, 7:25b, en de hoofdstukken 17 en 18 niet van toepassing.

2 Op de ambtenaar die is aangesteld hoofdzakelijk ten behoeve van een wetenschappelijke of praktische opleiding of vorming zijn de hoofdstukken 3, 7, 10d, 11a en 17 niet van toepassing

3 Op de ambtenaar die is aangesteld als vakantiekracht zijn de hoofdstukken 3, 10d en 17 niet van toepassing.

4 Op de ambtenaar die is aangesteld voor het verrichten van werkzaamheden in het kader van een door de overheid getroffen regeling, die het karakter draagt door een tijdelijke tewerkstelling de opneming in het arbeidsproces te bevorderen van personen, die behoren tot één of meer bepaalde groepen van werklozen, zijn de hoofdstukken 3, 10d en 11a niet van toepassing.

Leerwerkbaan

Artikel 1:2:2

1 Het college kan een werkzoekende een leerwerkbaan aanbieden.

2 Als werkzoekende bedoeld in dit artikel wordt aangemerkt hij die tussen de 16 en 25

jaar oud is en minimaal 3 maanden geregistreerd staat als werkzoekend bij het CWI.

3 De leerwerkbaan start met een periode van minimaal drie en ten hoogste zes

maanden, waarin de werkzoekende door middel van een werkstage op een door het

college aangewezen plaats werkervaring kan opdoen. De werkzoekende wordt in deze

periode niet beschouwd als ambtenaar.

4 Het college draagt tijdens de werkstage zorg voor adequate begeleiding van de

werkzoekende.

5 Indien de periode bedoeld in het derde lid succesvol verlopen is kan het college de

werkzoekende aansluitend in tijdelijke dienst aanstellen voor een periode van ten

hoogste anderhalf jaar.

6 De werkzoekende die in tijdelijke dienst is aangesteld wordt bezoldigd

overeenkomstig schaal 1.

7 Gedurende de tijdelijke aanstelling zorgt het college voor adequate begeleiding van de

werkzoekende en vindt zo nodig scholing plaats op kosten van de gemeente.

8 Op de werkzoekende met een tijdelijke aanstelling is de CAR-UWO van toepassing,

met uitzondering van de hoofdstukken 3, 10d, 11a en 17.

Instapplan

Artikel 1:2:3

1 Het college kan een werkzoekende via het aanbieden van een instapplan de

mogelijkheid geven om werkervaring te verkrijgen.

2 Als werkzoekende bedoeld in dit artikel wordt aangemerkt hij die tussen de 16 en 25

jaar oud is en minimaal 3 maanden geregistreerd staat als werkzoekend bij het CWI.

3 In het kader van het instapplan biedt het college de werkzoekende een tijdelijke

aanstelling aan voor ten hoogste een half jaar.

Toepassing

Artikel 1:3

1 De bepalingen van deze regeling en het Ambtenarenreglement vinden ten aanzien van ambtenaren, omtrent wier rechtstoestand bij of krachtens de wet regelen zijn gesteld, slechts toepassing, voor zover bij of krachtens de wet die rechtstoestand niet is geregeld.

2 Bij besluit van het college kan de toepasselijkheid van deze regeling en het ambtenarenreglement of van delen daarvan op ambtenaren of groepen ambtenaren om bijzondere redenen worden uitgesloten. Het voornemen een besluit te nemen, bedoeld in de eerste volzin, wordt - met redenen omkleed - gemeld bij het secretariaat van het LOGA. Deze melding kan voor LOGA-partijen aanleiding zijn te besluiten tot een verdere handelwijze.

3 Het college kan bijlage IV van toepassing verklaren op de ambtenaar behorend tot het onderwijzend personeel in de Kunstzinnige vorming, als bedoeld in artikel 1 onder punt d van deze bijlage.

Over de invoering van bijlage IV dient overeenstemming te bestaan in de commissie voor Georganiseerd Overleg.

Artikel 1:3a

Voor de toepassing van deze regeling ten aanzien van de griffier en de op de griffie werkzame ambtenaren is de raad bevoegd.

Artikel 1:3:1

Het college kan bijlage V van toepassing verklaren op de ambtenaar behorend tot het onderwijzend personeel in de Kunstzinnige vorming, als bedoeld in artikel 1 onder

punt d van bijlage IV van de CAR.

Over de invoering van bijlage V dient overeenstemming te bestaan in de commissie voor Georganiseerd Overleg.

Voorschriften en instructies

Artikel 1:4:1

Met inachtneming van het bepaalde in deze regeling kan het college, indien zulks naar het oordeel van het college nodig of wenselijk is:

a bijzondere voorschriften vaststellen ter uitvoering van de bepalingen van deze regeling, alsmede ten behoeve van het functioneren van de dienst;

b instructies vaststellen ten aanzien van betrekkingen en bij de vervulling daarvan te volgen werkwijzen.

Uitreiking van CAR en AR

Artikel 1:4:2

1 Op verzoek ontvangt de ambtenaar kosteloos een exemplaar van deze regeling, van de wijzigingen daarvan en van alle andere regelingen welke ter uitvoering van artikel 125 van de Ambtenarenwet zijn of worden getroffen.

2 Op verzoek ontvangen eveneens kosteloos een exemplaar van de in het vorige lid bedoelde stukken:

a de centrales van overheidspersoneel welke zijn toegelaten tot het LOGA met het College voor Arbeidszaken van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten;

b de organisaties die blijkens hun statuten de belangen van gemeenteambtenaren behartigen en aangesloten zijn bij de onder a aangeduide centrales;

c de afdelingen van de organisaties, bedoeld onder b;

d ieder ander die daarvoor naar het oordeel van het collegein aanmerking komt.

Artikel 1:4:3

1 Op verzoek ontvangt de ambtenaar kosteloos een exemplaar van de voor hem geldende schriftelijke regels, welke zijn vastgesteld ter uitwerking of uitvoering van de bepalingen van deze regeling of welke hij bij de vervulling van zijn betrekking heeft na te leven, tenzij de bedoelde regels op een voor hem gemakkelijk toegankelijke plaats ter inzage liggen.

2 Wanneer de ambtenaar niet schriftelijk vastgestelde regels als bedoeld in het eerste lid heeft na te leven, worden deze behoorlijk te zijner kennis gebracht.

Voordragen van belangen

Artikel 1:4:4

De ambtenaar heeft het recht zijn belangen rechtstreeks bij het hoofd van dienst en bij het tot aanstelling bevoegd bestuursorgaan voor te dragen.

Artikel 1:5

Bij de berekening van uren onder meer bij het bepalen van de omvang van de betrekking, worden deze tot op twee decimalen afgerond. Om tot een decimaal te komen wordt de gangbare afbreekregel gehanteerd.

Vrijstelling

Artikel 1:6

1 In een nadere regeling kan worden bepaald dat in bijzondere gevallen voor nader te bepalen hogere functies een tijdelijke aanstelling kan worden verleend in afwijking van artikel 2:4, alsmede dat voor bedoelde functies kan worden afgeweken van de salaristabel en/of van het bepaalde in de hoofdstukken 8 en 10d. In de commissie voor georganiseerd overleg moet overeenstemming zijn bereikt over de criteria voor de aanwijzing van deze functies en over de functies zelf.

Ingeval geen commissie voor georganiseerd overleg is ingesteld, wordt de procedure ingevolge bijlage III van deze regeling gevoerd bij het opstellen van evengenoemde criteria en bij het bepalen van de functies, waarbij het overeenstemmingsvereiste van toepassing is.

2. De in het vorige lid bedoelde regeling kan overeenkomstig van toepassing worden verklaard op ambtenaren in tijdelijke dienst die projecten of functies van tijdelijke aard uitoefenen waarbij de te bereiken resultaten in een bepaalde tijdsperiode tevoren kunnen worden vastgesteld en de betrokken ambtenaar in verregaande mate zelfstandig verantwoordelijkheid draagt voor de inrichting van de werkzaamheden.