Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Vlieland

Afvalstoffenverordening gemeente Vlieland 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVlieland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingAfvalstoffenverordening gemeente Vlieland 2012
CiteertitelAfvalstoffenverordening Vlieland 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet milieubeheer, art. 10.23 lid 1
  2. Gemeentewet, art. 149
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

14-03-2012Onbekend

27-02-2012

Uit het Kastje 2012, 3 maart 2012

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

De raad van de gemeente Vlieland;

 

gelet op artikel 10.23, eerste lid van de Wet milieubeheer en artikel 149 van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de:

afvalstoffenverordening gemeente Vlieland 2012

§ 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1.

    In deze verordening wordt verstaan dan wel mede verstaan:

    • a.

      wet: Wet milieubeheer (hierna te noemen Wm);

    • b.

      inzamelen: de activiteiten gericht op het ophalen of innemen van

      afvalstoffen, die binnen de gemeente ter inzameling worden aangeboden en

      het feitelijk ophalen en innemen daarvan;

    • c.

      ter inzameling aanbieden: de wijze van overdragen van afvalstoffen aan een

      inzamelende persoon of instantie, inclusief het achterlaten van afvalstoffen

      in daartoe door of vanwege de inzamelende persoon of instantie geplaatste

      inzamelmiddelen of –voorzieningen of op een daartoe aangewezen plaats;

    • d.

      inzamelmiddel: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd hulp- of

      bewaarmiddel, bijvoorbeeld een huisvuilzak, minicontainer of kca-box, ten

      behoeve van één huishouden;

    • e.

      inzamelvoorziening: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd(e)

      bewaarmiddel of –plaats, bijvoorbeeld een verzamelcontainer, wijkcontainer

      of brengdepot, ten behoeve van meerdere huishoudens;

    • f.

      inzameldienst: de krachtens artikel 2, eerste lid, aangewezen inzameldienst,

      belast met de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen;

    • g.

      andere inzamelaars: de krachtens artikel 2, tweede lid, aangewezen

      personen en instanties, belast met het afzonderlijk inzamelen van

      categorieën huishoudelijke afvalstoffen;

    • h.

      gebruiker van en perceel: degene, die in de gemeente feitelijk gebruik

      maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21

      en 10.22 van de Wm een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke

      afvalstoffen geldt;

    • i.

      straatafval: huishoudelijke afvalstoffen van zeer beperkte omvang en

      gewicht, zoals proppen, papier, sigarettenpeuken, kauwgom, plastic

      bekertjes en blikjes, verpakkingsmateriaal, etenswaren, niet zijnde klein

      chemisch afval, ontstaan buiten een perceel;

    • j.

      wegen: de wegen, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b van de

      Wegenverkeerswet 1994;

    • k.

      motorrijtuigen: alle voertuigen, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder c

      van de Wegenverkeerswet 1994.

§ 2 INZAMELING VAN HUISHOUDELIJKE AFVALSTOFFEN

Artikel 2 Aanwijzing inzameldienst en andere inzamelaars

  • 1.

    Het college wijst de inzameldienst aan, die belast is met het inzamelen van

    huishoudelijke afvalstoffen.

  • 2.

    Naast de inzameldienst kan het college andere inzamelaars aanwijzen, die

    belast zijn met het afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijke

    afvalstoffen.

  • 3.

    Het college kan aan het inzamelen van huishoudelijk afvalstoffen

    voorschriften en beperkingen verbinden in het belang van de bescherming

    van het milieu.

Artikel 3 Afzonderlijke inzameling

  • 1.

    Door de inzameldienst of andere inzamelaars worden de volgende

    categorieën huishoudelijke afvalstoffen afzonderlijk ingezameld:

    • a.

      huishoudelijk restafval, te weten restafval en groente-, fruit- en

      tuinafval;

    • b.

      klein chemisch afval;

    • c.

      glas;

    • d.

      oud papier en karton

    • e.

      textiel;

    • f.

      elektrische en elektronische apparatuur;

    • g.

      bouw- en sloopafval;

    • h.

      grof tuinafval;

    • i.

      asbest en asbesthoudend afval;

    • j.

      grof huishoudelijk afval;

    • k.

      autobanden;

    • l.

      metaal en oud ijzer;

    • m.

      schoon puin;

    • n.

      A- en B-hout;

    • o.

      grond;

    • p.

      dakleer;

    • q.

      vlakglas;

    • r.

      grond.

  • 2.

    Het college kan een omschrijving vaststellen van de categorieën

    huishoudelijke afvalstoffen, als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 4 Inzamelmiddelen en –voorzieningen

  • 1.

    De inzameling kan plaatsvinden via:

    • a.

      een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel;

    • b.

      een inzamelvoorziening voor de gebruikers van een aantal percelen;

    • c.

      een inzamelvoorziening op wijkniveau;

    • d.

      een brengdepot op lokaal niveau.

  • 2.

    Het college kan aanwijzen via welk al dan niet van gemeentewege verstrekt

    inzamelmiddel of via welke inzamelvoorziening de inzameling van een

    bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen ten behoeve van de

    gebruiker van een perceel plaatsvindt.

Artikel 5 Frequentie van inzamelen

  • 1.

    Huishoudelijk restafval wordt tenminste een maal per twee weken bij elk

    perceel ingezameld.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid wordt huishoudelijk restafval in het

    zomerhuizengebied Duinkersoord en De Ankerplaats nabij elk perceel via

    een gezamenlijke inzamelvoorziening ingezameld.

  • 3.

    Het college kan de frequentie van inzameling vaststellen van de overige

    categorieën huishoudelijke afvalstoffen, die afzonderlijk in aangewezen

    delen van de gemeente bij elk perceel worden ingezameld.

  • 4.

    Het college kan afwijken van de frequentie van inzameling, indien de

    inzamelwijze voor bepaalde categorieën of in bepaalde gebieden wijzigt.

Artikel 6 Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens

aanwijzing

  • 1.

    Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen.

  • 2.

    Het verbod geldt niet voor de inzameldienst of andere inzamelaars.

  • 3.

    Het verbod geldt niet voor personen of instanties, die in het kader van

    producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of

    ministeriële regeling een inzamelplicht hebben gekregen voor categorieën

    van huishoudelijke afvalstoffen.

§ 3 TER INZAMELING AANBIEDEN VAN HUISHOUDELIJKE

AFVALSTOFFEN

Artikel 7 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke

afvalstoffen aan anderen

Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan een ander dan de inzameldienst, andere inzamelaars of de personen of instanties, die in het kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling een inzamelplicht hebben gekregen voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 8 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden

  • 1.

    Het is verboden om de categorieën huishoudelijke afvalstoffen, zoals

    bepaald in artikel 3, eerste lid, anders dan afzonderlijk ter inzameling aan te

    bieden.

  • 2.

    Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen aan te bieden aan anderen dan

    de krachtens artikel 2 aangewezen inzameldienst en andere inzamelaars.

  • 3.

    Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor de bij nadere regels aan

    te wijzen categorieën van personen.

  • 4.

    Het in het tweede lid gestelde verbod geldt niet voor het aanbieden van

    categorieën huishoudelijke afvalstoffen aan personen of instanties, die in

    het kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van

    bestuur of ministeriële regeling een inzamelplicht hebben gekregen voor die

    categorieën huishoudelijke afvalstoffen.

  • 5.

    Het is verboden ongeadresseerd reclamedrukwerk te bezorgen of te laten

    bezorgen bij een woning of bedrijf, indien de bewoner ervan of de gebruiker

    ervan duidelijk kenbaar heeft gemaakt (op een door het college

    vastgestelde wijze) geen prijs te stellen op het ontvangen van

    ongeadresseerd reclamedrukwerk.

Artikel 9 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

  • 1.

    Het is de gebruiker van een perceel, voor wie krachtens artikel 4, tweede lid

    een inzamelmiddel of inzamelvoorziening is aangewezen, verboden de

    huishoudelijke afvalstoffen anders aan te bieden dan via het betreffende

    inzamelmiddel of de betreffende inzamelvoorziening of het betreffende

    brengdepot.

  • 2.

    Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via een

    inzamelmiddel of inzamelvoorziening aan te bieden, dan de categorie,

    waarvoor dit inzamelmiddel of deze inzamelvoorziening krachtens artikel 4,

    tweede lid is bestemd.

  • 3.

    Het college kan regels stellen omtrent het gebruik van een van

    gemeentewege verstrekt inzamelmiddel en milieupas.

  • 4.

    Het college kan regels stellen omtrent de plaats en wijze, waarop

    huishoudelijke afvalstoffen moeten worden aangeboden.

  • 5.

    Het college kan categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanwijzen, die

    zonder inzamelmiddel ter inzameling kunnen worden aangeboden.

  • 6.

    Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze ter inzameling

    aan te bieden dan krachtens dit artikel is bepaald.

Artikel 10 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden

  • 1.

    Het college stelt de dagen tijden vast, waarop categorieën huishoudelijke

    afvalstoffen ter inzameling kunnen worden aangeboden.

  • 2.

    Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere dagen en tijden ter

    inzameling aan te bieden dan krachtens het eerste lid is bepaald.

Artikel 11 Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van

huishoudelijke afvalstoffen

In afwijking van hetgeen in deze paragraaf is bepaald, kan het college regels stellen omtrent het in bijzondere gevallen ter inzameling aan bieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst of andere inzamelaars.

§ 4 INZAMELING VAN BEDRIJFSAFVALSTOFFEN

Artikel 12 Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst

Het college kan categorieën bedrijfsafvalstoffen aanwijzen, die door de inzameldienst worden ingezameld.

Artikel 13 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de

Inzameldienst

  • 1.

    Het is verboden bedrijfsafvalstoffen aan te bieden aan de inzameldienst.

  • 2.

    Het verbod geldt niet voor de krachtens artikel 12 aangewezen categorieën

    bedrijfsafvalstoffen, voor zover degene, die gebruik maakt van de

    inzameling door de inzameldienst, voldoet aan de daarmee ontstane

    belastingplicht op grond van de geldende verordening reinigingsrechten.

  • 3.

    Het college kan regels stellen omtrent de dagen, tijden, wijzen en plaatsen,

    waarop de krachtens artikel 12 aangewezen bedrijfsafvalstoffen aan de

    inzameldienst ter inzameling kunnen worden aangeboden.

  • 4.

    Het is verboden de krachtens artikel 12 aangewezen bedrijfsafvalstoffen ter

    inzameling aan te bieden in strijd met deze regels.

Artikel 14 Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan

een ander dan de inzameldienst

  • 1.

    Het college kan regels stellen voor het ter inzameling aanbieden van

    bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst.

  • 2.

    Het is verboden bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden in strijd

    met deze regels.

§ 5 ZWERAFVAL

Artikel 15 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging

  • 1.

    Het is verboden buiten een daarvoor door het college bestemde plaats en

    buiten een inrichting in de zin van de Wm een afvalstof, stof of voorwerp op

    of in de bodem te brengen, te storten, te houden, achter te laten of

    anderszins te plaatsen op een wijze, die aanleiding kan geven tot hinder of

    nadelige beïnvloeding van het milieu.

  • 2.

    Het college kan van het verbod ontheffing verlenen.

  • 3.

    Het verbod is niet van toepassing op:

    • a.

      het overeenkomstig deze verordening ter inzameling aanbieden van

      huishoudelijke afvalstoffen of bedrijfsafvalstoffen;

    • b.

      het thuis composteren van groente-, fruit- en tuinafval;

    • c.

      voor zover de (afval)stoffen tijdelijk op de weg geraken of worden gebracht als onvermijdelijk gevolg van het laden, lossen of vervoeren van (afval)stoffen dan wel het verrichten van andere werkzaamheden op of aan de weg.

  • 4.

    Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor zover de Wet

    bodembescherming of het Besluit bodemkwaliteit voorziet in de beoogde

    bescherming van het milieu.

Artikel 16 Achterlaten van straatafval

  • 1.

    Het is verboden straatafval in de openbare ruimte achter te laten zonder

    gebruik te maken van de van gemeentewege of anderszins geplaatste of

    voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen.

  • 2.

    Het is verboden om andere afvalstoffen dan straatafval achter te laten in

    daartoe van gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven

    bakken, manden of soortgelijke voorwerpen.

Artikel 17 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande

afvalstoffen

  • 1.

    Het is behoudens voor de medewerkers van de inzameldienst dan wel

    andere inzamelaars verboden afvalstoffen, die ter inzameling gereed staan,

    te doorzoeken en te verspreiden.

  • 2.

    Het is verboden tegen afvalstoffen of inzamelmiddelen, die ter inzameling

    gereed staan, te stoten, te schoppen, deze omver te werpen of deze

    anderszins te behandelen, waardoor er zwerfafval ontstaat.

Artikel 18 Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en

drinkwaren

De houder of beheerder van een inrichting, waar eet- of drinkwaren worden verkocht, die ter plaatse kunnen worden genuttigd, is verplicht:

  • a.

    een afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp in of nabij de inrichting op een

    duidelijk zichtbare plaats aanwezig te hebben, waarin het publiek afval kan

    achterlaten;

  • b.

    zorg te dragen, dat deze afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp van een

    zodanige constructie is, dat het afval daarin deugdelijk geborgen blijft en dat

    die afvalbak, -mand of voorwerp steeds tijdig wordt geledigd;

  • c.

    zorg te dragen, dat dagelijks, uiterlijk een uur na sluiting van de inrichting,

    doch in ieder geval terstond op eerste aanzegging van een ambtenaar,

    belast met het toezicht op de naleving van dit artikel, in de nabijheid van de

    inrichting achtergebleven afval, voor zover kennelijk uit of van die inrichting

    afkomstig, wordt opgeruimd.

Artikel 19 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander

promotiemateriaal

Degene, die in de openbare ruimte reclamebiljetten of dergelijke of ander promotiemateriaal onder het publiek verspreidt, is verplicht deze of de verpakking daarvan terstond op te ruimen of te laten opruimen, indien deze in de omgeving van de plaats van uitreiking op de weg of een andere voor het publiek toegankelijke plaats door het publiek worden weggeworpen.

Artikel 20 Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige

werkzaamheden

  • 1.

    Het is verboden (afval)stoffen of voorwerpen zodanig te laden, te

    lossen of te vervoeren dan wel andere werkzaamheden te verrichten, dat de

    weg wordt verontreinigd of het milieu nadelig kan worden beïnvloed.

  • 2.

    Indien bij het laden, lossen of vervoeren van (afval)stoffen of voorwerpen

    dan wel het verrichten van andere werkzaamheden de weg wordt

    verontreinigd of het milieu nadelig wordt beïnvloed, is degene, die

    genoemde werkzaamheden verricht alsmede diens opdrachtgever verplicht

    deze weg te reinigen of te laten reinigen:

    • a.

      terstond na het ontstaan van de verontreiniging, indien de verontreiniging gevaar voor de veiligheid van het verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;

    • b.

      terstond na beëindiging van de werkzaamheden, indien de verontreiniging geen gevaar voor de veiligheid van het verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;

    • c.

      indien de werkzaamheden langer dan een dag duren, elke dag terstond na beëindiging van de werkzaamheden.

§ 6 OVERIGE ONDERWERPEN DIE DE VERORDENING AANGAAN

Artikel 21 Verbod opslag van afvalstoffen

  • 1.

    Het is verboden afvalstoffen op voor het publiek zichtbare plaats in de open

    lucht en buiten een inrichting in de zin van de Wm op te slaan of

    opgeslagen te hebben.

  • 2.

    Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde

    verbod.

  • 3.

    Het verbod is niet van toepassing op het overdragen of ter inzameling

    aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst, andere

    inzamelaars of de personen of instanties, die in het kader van

    producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of

    ministeriële regeling een inzamelplicht hebben voor categorieën van

    huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 22 Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden

Het is de eigenaar of kentekenhouder verboden zich te ontdoen van een autowrak, dat afkomstig is van een huishouden, anders dan door afgifte aan inrichtingen, genoemd in artikel 6 van het Besluit Beheer Autowrakken.

§ 7 SLOTBEPALINGEN

Artikel 23 Strafbepaling

Een gedraging in strijd met de volgende artikelen is een strafbaar feit in de zin van artikel 1a, onder 3º van de Wet op de economische delicten:

Artikel Onderwerp

Artikel 6 Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens aanwijzing

Artikel 7 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke

afvalstoffen aan anderen

Artikel 8 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke

afvalstoffen door anderen dan de gebruikers van percelen

Artikel 9 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden

Artikel 10 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

Artikel 11 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden

Artikel 14 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de

inzameldienst

Artikel 15 Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een

ander dan de inzameldienst

Artikel 16 Voorkomen van diffuse milieuverontreinining

Artikel 17 Achterlaten van straatafval

Artikel 18 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande

afvalstoffen

Artikel 19 Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en

drinkwaren

Artikel 20 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal

Artikel 21 Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige

werkzaamheden

Artikel 22 Verbod opslag van afvalstoffen

Artikel 23 Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden

Artikel 24 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de krachtens artikel 5.10, derde lid van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht aangewezen ambtenaren.

Artikel 25 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de dag na die, waarop zij is

    bekendgemaakt.

  • 2.

    De afvalstoffenverordening voor de gemeente Vlieland, zoals vastgesteld op

    28 april 1997, wordt ingetrokken.

Artikel 26 Overgangsbepaling

  • 1.

    Vergunningen en ontheffingen, die zijn verleend krachtens de verordening,

    zoals bedoeld in artikel 25, tweede lid van deze verordening, blijven – indien

    en voor zover het gebod of verbod, waarop deze vergunningen en

    ontheffingen betrekking hebben, ook vervat is in deze verordening en voor

    zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken – nog gedurende een jaar

    na de inwerkingtreding van deze verordening van kracht en worden

    beschouwd als een aanwijzing, zoals bedoeld in artikel 2 van deze

    verordening dan wel een ontheffing als bedoeld in deze verordening.

  • 2.

    Voorschriften en beperkingen, die zijn opgelegd krachtens de verordening,

    zoals bedoeld in artikel 25, tweede lid van deze verordening, blijven – indien

    en voor zover de bepalingen ingevolge welke deze voorschriften en

    beperkingen zijn opgelegd ook zijn vervat in deze verordening en voor zover

    zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken – nog gedurende een jaar na de

    inwerkingtreding van deze verordening van kracht.

  • 3.

    Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een

    aanvraag om een vergunning op grond van de verordening, zoals bedoeld

    in artikel 25, tweede lid, is ingediend en voor het tijdstip van

    inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag is beslist,

    wordt deze aanvraag beschouwd als een aanvraag tot aanwijzing, zoals

    bedoeld in artikel 2 van deze verordening.

  • 4.

    Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een

    aanvraag om een ontheffing op grond van de verordening, zoals bedoeld in

    artikel 25, tweede lid, is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding

    van deze verordening nog niet op die aanvraag is beslist, wordt deze

    aanvraag beschouwd als een aanvraag tot ontheffing, zoals bedoeld in deze

    verordening.

  • 5.

    Op een aanhangig beroep of bezwaarschrift, betreffende een vergunning of

    ontheffing, zoals bedoeld in het eerste lid, dan wel een voorschrift

    of beperking, zoals bedoeld in het tweede lid, dat voor of na het tijdstip,

    zoals bedoeld in artikel 25, eerste lid van deze verordening, is ingekomen

    binnen de voordien geldende beroeps- of bezwaartermijn, wordt beslist met

    toepassing van de verordening, zoals bedoeld in artikel 25, tweede lid van

    deze verordening.

  • 6.

    De intrekking van de verordening, zoals bedoeld in artikel 25, tweede lid van

    deze verordening, heeft geen gevolgen voor de geldigheid van op basis van

    die verordening genomen nadere regels en aanwijzingsbesluiten, indien en

    voor zover de rechtsgrond, waarop de aanwijzingsbesluiten zijn gebaseerd

    ook vervat is in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen

    of ingetrokken.

Artikel 27 Citeerbepaling

Deze verordening wordt aangehaald als: Afvalstoffenverordening gemeente Vlieland 2012.

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Vlieland op 27 februari 2012.

De burgemeester, de griffier,