Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Lelystad

VERORDENING op de heffing en invordering van marktgelden in 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLelystad
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVERORDENING op de heffing en invordering van marktgelden in 2012
CiteertitelVerordening marktgelden Lelystad 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening vervangt de Verordening marktgelden Lelystad 2011 van 14 december 2010.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 226

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201201-01-2013nieuwe regeling

20-12-2011

Flevopost, 28-12-2011

Nr. B11-17189

Tekst van de regeling

Intitulé

De raad van de gemeente Lelystad,

op voorstel van het college van de gemeente Lelystad d.d. 22 november 2011;

gelet op artikel 226 van de Gemeentewet;

B E S L U I T:

vast te stellen de navolgende

VERORDENING op de heffing en invordering

van marktgelden in 2012

(Verordening marktgelden Lelystad 2012).

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    standplaats : de op en voor de duur van een markt door het bevoegd gezag aangewezen ruimte voor het uitoefenen van de markthandel;

  • b.

    vaste standplaats : een standplaats die tot wederopzegging beschikbaar wordt gesteld;

  • c.

    losse standplaats : een standplaats die per marktdag beschikbaar wordt gesteld;

  • d.

    standplaatshouder : ieder aan wie door het college van de gemeente Lelystad of de marktmeester is toegestaan om gedurende een markt een standplaats te bezetten;

  • e.

    marktdag : de dag waarop de markt gehouden wordt, waarbij de voor de markt bestemde dagen afzonderlijk beschouwd worden;

  • f.

    weekmarkten : de markten die in de regel wekelijks op dinsdag en zaterdag worden gehouden in respectievelijk het “Lelycentre” en de “Gordiaan”;

  • g.

    tuinmarkt : de door hem ingestelde en in de regel in april van een jaar te houden jaarmarkt voor de verkoop van tuinartikelen;

  • h.

    een kwartaal : een kalenderkwartaal;

  • i.

    een halfjaar : een kalenderhalfjaar;

  • j.

    een jaar : een kalenderjaar.

    Artikel 2 Aard van de heffing

    Onder de naam van marktgeld wordt voor het innemen van een standplaats op een markt een recht geheven.

Artikel 3 Belastingplicht

Het marktgeld wordt geheven van degene die één of meer standplaatsen op een markt inneemt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

1.Het marktgeld voor het innemen van een standplaats op een weekmarkt wordt geheven over

de frontbreedte van de standplaats; deze frontbreedte wordt uitgedrukt in strekkende meters (m).

2.Het marktgeld voor het innemen van een standplaats op een jaarmarkt wordt geheven over het aantal vierkante meters (m2 ) dat de standplaats beslaat.

Artikel 5 Standplaatstarieven

  • 1.

    Het marktgeld bedraagt voor het innemen van een standplaats op de dinsdagmarkt per marktdag of gedeelte daarvan € 1,70 per strekkende meter met een minimum van € 6,80.

  • 2.

    Het marktgeld bedraagt voor het innemen van een vaste standplaats op de dinsdagmarkt per marktdag of gedeelte daarvan gedurende een tijdvak van:

    • a.

      een kwartaal: € 17,85 per strekkende meter ,met een minimum van € 71,40;

    • b.

      een halfjaar: € 34,55 per strekkende meter, met een minimum van € 138,20;

    • c.

      een jaar: € 67,60 per strekkende meter, met een minimum van € 270,40.

  • 3.

    Het marktgeld bedraagt voor het innemen van een standplaats op de zaterdagmarkt per marktdag of gedeelte daarvan € 2,85 per strekkende meter met een minimum van € 11,40.

  • 4.

    Het marktgeld bedraagt voor het innemen van een vaste standplaats op de zaterdagmarkt per marktdag of gedeelte daarvan gedurende een tijdvak van:

    • a.

      een kwartaal: € 31,25 per strekkende meter, met een minimum van € 125,00;

    • b.

      een halfjaar: € 60,15 per strekkende meter, met een minimum van € 240,60;

    • c.

      een jaar: €116,90 per strekkende meter, met een minimum van € 467,60.

  • 5.

    Het marktgeld bedraagt voor het innemen van een standplaats op de tuinmarkt per marktdag of gedeelte daarvan € 2,10 per vierkante meter.

Artikel 6 Heffingstijdvak voor vaste standplaatshouders

  • 1.

    Het marktgeld van de vaste standplaatshouders op de weekmarkten wordt geheven over een heffingstijdvak van een kwartaal, een halfjaar of een jaar en naar de daarbij in het tweede en vierde lid van artikel 5 vermelde tarieven.

  • 2.

    De keuze van het heffingstijdvak berust bij de belastingplichtige, die deze keuze ten minste drie weken voor de aanvang van het door hem gewenste heffingstijdvak schriftelijk aan de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar moet mededelen.

  • 3.

    In het geval de mededeling bedoeld in het tweede lid van dit artikel niet of niet tijdig wordt gedaan, wordt het marktgeld over een heffingstijdvak van een kwartaal geheven.

  • 4.

    Een eerder gekozen heffingstijdvak kan door de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet bedoelde ambtenaar op aanvraag van de belastingplichtige worden gewijzigd, mits de belastingplichtige dit drie weken vóór de aanvang van het nieuwe heffingstijdvak schriftelijk aanvraagt.

  • 5.

    Indien de belastingplicht van een vaste standplaatshouder in de loop van het heffingstijdvak aanvangt, wordt in afwijking van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel het marktgeld geheven naar de tarieven als vermeld in het eerste en derde lid van artikel 5.

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld

  • 1.

    Het marktgeld vermeld in het eerste, derde en vijfde lid van artikel 5 is verschuldigd op het tijdstip waarop de standplaats wordt ingenomen.

  • 2.

    Het marktgeld vermeld in het tweede lid en vierde lid van artikel 5 is verschuldigd bij de aanvang van een heffingstijdvak.

Artikel 8 Wijze van heffen

  • 1.

    Het marktgeld vermeld in het eerste, derde en vijfde lid van artikel 5 wordt geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.

  • 2.

    Het marktgeld vermeld in het tweede en vierde lid van artikel 5 wordt geheven bij wege van aanslag.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet het marktgeld vermeld in het eerste, derde en vijfde lid van artikel 5 worden betaald ingeval de kennisgeving:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving.

  • 2.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen in het marktgeld vermeld in het tweede en vierde lid van artikel 5 worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 3.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het in de vorige leden van dit artikel gestelde termijnen.

Artikel 10 Ontheffing

Indien de belastingplicht van een vaste standplaatshouder in de loop van een heffingstijdvak eindigt, wordt ontheffing verleend van het voor dat tijdvak berekende marktgeld naar rato van het aantal marktdagen dat na het tijdstip van beëindiging van de belastingplicht in dat tijdvak overblijft en het totaal aantal marktdagen in dat tijdvak.

Artikel 11 Nadere regels door het college van de gemeente Lelystad

Het college van de gemeente Lelystad kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en de invordering van de marktgelden.

Artikel 12 Kwijtschelding

Bij de invordering van de marktgelden wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 13 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel

  • 1.

    De “Verordening marktgelden Lelystad 2011” van 14 december 2010 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2012.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening marktgelden Lelystad 2012”.

Lelystad, 20 december 2011

De raad van de gemeente Lelystad,

de griffier, de voorzitter,