Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Kampen

Regeling briefadres gemeente Kampen 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieKampen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRegeling briefadres gemeente Kampen 2011
CiteertitelRegeling briefadres gemeente Kampen 2011
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpautomatisering en informatisering

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens, art. 49
  2. Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens, art. 65 t/m 70

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

27-08-2011Nieuwe regeling

12-07-2011

Gemeenteblad, 2011, 33

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling briefadres gemeente Kampen 2011

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen,

gelet op de artikelen 49 en 65 tot en met 70 van de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens,

overwegende dat het noodzakelijk is om een beleidsregel vast te stellen met betrekking tot de aangifte van een briefadres om het oneigenlijk gebruik van het briefadres tegen te gaan;

besluit vast te stellen:

Regeling briefadres gemeente Kampen 2011

Artikel 1 Begrippen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    briefadres: adres waar voor betrokkene bestemde geschriften in ontvangst worden genomen en waar, indien daartoe grond bestaat, zorg wordt gedragen dat geschriften of inlichtingen daarover, betrokkene bereiken;

  • b.

    briefadresgever: de ingezetene in de basisadministratie bij wie het briefadres wordt gehouden;

  • c.

    gezinshuishouden:

    • twee personen die volgens de gemeentelijke basisadministratie een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan of gehuwd zijn, met of zonder kind(eren);

    • twee personen die door het overleggen van een door een notaris opgemaakt samenlevingscontract hebben aangetoond, dat zij een gemeenschappelijke huishouding voeren, met of zonder kind(eren);

    • twee of meer personen die ten genoegen van burgemeester en wethouders hebben aangetoond, dat zij een gemeenschappelijke huishouding (willen) voeren.

    • een alleenstaande ouder met kind(eren).

Artikel 2 Redenen briefadres

Redenen voor de aangifte van een briefadres zijn:

  • 1.

    het ontbreken van een woonadres vanwege:

    • a.

      dak- of thuisloosheid;

    • b.

      korte overbrugging tussen twee woonadressen (minder dan zes maanden);

    • c.

      de uitoefening van een ambulant beroep;

    • d.

      kort verblijf in het buitenland: korter dan twee derden van een jaar;

    • e.

      korter dan 2 jaar verblijf in het buitenland en varend op een schip dat de thuishaven in Nederland heeft;

  • 2.

    verblijf in een instelling voor mannen- of vrouwenopvang (blijf-van-mijn-lijf-huizen);

  • 3.

    verblijf in een instelling als bedoeld in artikel 67 lid 3 en 4 van de Wet GBA.

Artikel 3 Algemene voorwaarden

  • 1.

    Bij de opgave van redenen als bedoeld in artikel 2, kan om benodigde stukken worden gevraagd.

  • 2.

    Voor het houden van een briefadres gaat een onderzoek vooraf, als de reden voor het briefadres één van de redenen is zoals genoemd in artikel 2, eerste lid.

  • 3.

    Een onderzoek als bedoeld in het tweede lid bestaat uit een uitnodiging aan betrokkene om zijn verzoek in persoon toe te lichten, het invullen van een vragenlijst en het overleggen van bewijsstukken.

Artikel 4 Bijzondere voorwaarden
  • 1.

    De aangifte wordt gedaan in de gemeente waar het briefadres zich bevindt.

  • 2.

    De aanvrager is verplicht om bij de aangifte tot briefadres alle benodigde stukken te overleggen.

  • 3.

    Onder benodigde stukken als bedoeld in het tweede lid wordt in ieder geval verstaan:

    • a.

      een geldig identiteitsbewijs;

    • b.

      de schriftelijke verklaring van de aanvrager inhoudende de reden voor de aangifte alsmede de te verwachten periode dat het briefadres noodzakelijk is;

    • c.

      een kopie van een geldig identiteitsbewijs en een schriftelijke verklaring van instemming van degene bij wie het briefadres wordt gehouden;

    • d.

      een ingevulde en ondertekende vragenlijst briefadres, als het briefadres gevraagd wordt op grond van artikel 2, eerste lid, sub a t/m e.

  • 4.

    De briefadresgever die als ingezetene in de GBA ingeschreven staat, kan maximaal aan twee gezinshuishoudens of twee alleenstaanden een briefadres geven.

Artikel 5 Onvolledige aangifte
  • 1.

    De aanvraag is volledig indien alle benodigde gegevens zijn ingeleverd.

  • 2.

    Als één of meer gegevens ontbreken, dan wordt de aanvrager in de gelegenheid gesteld binnen veertien dagen het verzuim te herstellen en de aangifte alsnog aan te vullen.

  • 3.

    Indien de aanvraag niet binnen de, in het vorige lid bepaalde termijn kan worden aangevuld, dan kan, op verzoek van de aanvrager, de termijn eenmalig verlengd worden met veertien dagen.

  • 4.

    De aanvraag wordt niet behandeld indien niet voldaan wordt aan de vereisten vermeld in de leden twee en drie van dit artikel.

Artikel 6 Weigeringsgronden

Het is niet mogelijk om ingeschreven te worden met een briefadres, indien:

  • a.

    de aanvrager een woonadres heeft;

  • b.

    de aanvrager verklaart op diverse adressen te verblijven;

  • c.

    uit nader onderzoek, zoals bedoeld in artikel 3, tweede lid, blijkt dat aanvrager geen recht heeft op een briefadres;

  • d.

    de aanvrager niet varend is op een schip dat zijn thuishaven in Nederland heeft en langer dan acht maanden gedurende één jaar in het buitenland verblijft;

  • e.

    de aanvrager varend is op een schip dat zijn thuishaven in Nederland heeft en langer dan twee jaar in het buitenland verblijft;

  • f.

    de aangifte een eerste inschrijving in de basisadministratie betreft, komende vanuit het buitenland;

  • g.

    het briefadres een adres betreft waarop geen personen staan ingeschreven;

  • h.

    de categorie verblijfplaats van de briefadresgever in onderzoek staat;

  • i.

    de briefadresgever vreemdeling is en geen rechtmatig verblijf heeft in Nederland als bedoeld in artikel 8 van de Vreemdelingenwet 2000;

  • j.

    het briefadres een adres betreft waarop reeds aan twee alleenstaanden of twee gezinshuishoudens een briefadres is verleend;

  • k.

    het briefadres geen bestaand adres in de GBA betreft.

Artikel 7 Termijn briefadres
  • 1.

    Een briefadres wordt verstrekt voor de duur van zes maanden, met uitzondering van een briefadres op grond van artikel 2, eerste lid, sub a, c, e en de leden 2 en 3.

  • 2.

    In uitzonderingsgevallen is voor het houden van een briefadres een eenmalige verlenging mogelijk voor de duur van zes maanden.

  • 3.

    Voor het verstrijken van de termijn bedoeld in de leden 1 en 2 wordt onderzocht of betrokkene inmiddels een woonadres heeft gekregen.

  • 4.

    Het bepaalde in het derde lid is ook van toepassing indien betrokkene in gebreke is gebleven met het doen van aangifte van verhuizing naar een woonadres.

Artike 8 Overgangsperiode

Voor briefadressen die zijn toegekend vóór de inwerkingtreding van deze beleidsregels wordt een overgangsperiode van maximaal zes maanden gehanteerd. Daarna wordt een eventueel verzoek om verlenging getoetst aan deze beleidsregels.

Artikel 9 Hardheidsclausule

Als vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van het bepaalde in deze regeling zou leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard, kan worden afgeweken van het bepaalde in deze regeling.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na de dagtekening van het gemeenteblad waarin zij wordt gepubliceerd.

Artikel 11 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling briefadres gemeente Kampen 2011.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 12 juli 2011.  

De secretaris, De burgemeester,      

J.F. Goedegebure drs. mr. B. Koelewijn

Toelichting behorende bij Regeling briefadres gemeente Kampen 2011

 

Toelichting artikel 2, lid 1, sub a:

Personen die niet beschikken over een woonadres en gebruik maken van de maatschappelijke opvang (passantenverblijven en dag- en nachtopvang) kunnen met een briefadres ingeschreven worden bij één van de opvanginstellingen.

 

Toelichting artikel 2, lid 1, subb:

Hierbij valt te denken aan twee echtgenoten die gaan scheiden, maar op één adres wonen. Wanneer de één op het huidige adres blijft wonen, heeft de ander (tijdelijk) geen vast woonadres. Deze laatste persoon kan ingeschreven worden op een briefadres.

Een ander voorbeeld is als een persoon een nieuwe woning heeft gekocht en de oude woning heeft verkocht. De nieuwe woning moet echter nog opgeleverd worden terwijl de oude woning al overgedragen is aan de nieuwe eigenaar.

 

Toelichting artikel 2, lid 1, sub c:

Personen die vallen onder de categorie ‘ambulant beroep’ zoals binnenvaartschippers die (met hun gezin) aan boord van een schip wonen en kermismedewerkers die (met hun gezin) met de kermisattractie meereizen.

 

Toelichting artikel 2, lid 1, sub d:

Als iemand naar het buitenland vertrekt, wordt gekeken voor welke periode iemand naar het buitenland gaat. Iemand krijgt een briefadres, wanneer hij/zij voor een kortere periode dan 8 maanden gedurende een jaar naar het buitenland gaat.

Op grond van artikel 68 Wet GBA kan iemand die voor een periode van meer dan 8 maanden naar het buitenland vertrekt niet als ingezetene ingeschreven blijven in de GBA.

In de GBA wordt dan opgenomen dat hij/zij vertrokken is naar het buitenland. In dit geval is de burger verplicht om aangifte te doen van zijn vertrek naar het buitenland. Op grond van de aangifte wordt de bijhouding van zijn persoonslijst in de GBA opgeschort vanwege emigratie.

 

Toelichting artikel 2, lid 1, sub e:

Artikel 58 van het Besluit GBA is een uitzondering op het gestelde in artikel 2, lid 1, sub a van deze regeling. Als een inwoner gaat varen aan boord van een schip dat in Nederland de thuishaven heeft en is er bij vertrek de redelijke verwachting dat hij niet langer dan twee jaar buiten Nederland zal verblijven, dan hoeft hij geen aangifte van vertrek te doen. Een voorwaarde is wel dat hij/zij gedurende het verblijf buiten Nederland beschikt over een adres in Nederland.

  

Toelichting artikel 2, lid 2

Degene die zijn woonadres heeft in een instelling, kan in afwijking van artikel 65, lid 1 en artikel 66, lid 1 van de Wet GBA, in plaats van inschrijving op zijn woonadres een briefadres kiezen. Op grond van artikel 67, lid 3 Wet GBA zijn dit instellingen voor gezondheidszorg, instellingen op het gebied van kinderbescherming en penitentiaire instellingen. In artikel 32 t/m 34 van de Regeling GBA is aangegeven voor welke instellingen een briefadres gekozen kan worden.

Het college van B&W is eveneens bevoegd, op grond van artikel 67, lid 4 Wet GBA, instellingen op het terrein van maatschappelijke opvang aan te wijzen.

 

Toelichting artikel 2, lid 3:

Bij circulaire van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 17 mei 2005 is geregeld dat personen die verblijven in een opvanghuis voor mannen en vrouwen met een briefadres ingeschreven worden op het kantooradres van de desbetreffende instelling. Op die manier wordt het feitelijke woonadres van betrokkenen adequaat beschermd tegen ongewenste kennisneming door onbevoegden.

 

Toelichting artikel 3, lid 1

Ingevolgeartikel 70 van de Wet GBA is de aanvrager verplicht inlichtingen te verstrekken aan het gemeentebestuur en documenten te overleggen indien de bijhouding van de basisadministratie dat verlangt.

 

Toelichting artikel 3, lid 2 en 3:

De aanvrager zal aannemelijk moeten maken dat hij geen woonadres heeft. De aanvrager doet dit aan de hand van inlichtingen en stukken. Ten eerste dient de aanvrager aan de hand van een vragenlijst gemotiveerd en schriftelijk aan te geven wat de reden is van de aanvraag briefadres. Ten tweede dient hij de benodigde stukken over te leggen (zie artikel 4 lid 3 van deze regeling). Hierbij dient rekening te worden gehouden met de weigeringsgronden als bedoeld in artikel 6. De aanvrager zal ondermeer een toestemmingsverklaring moeten overleggen van de reeds ingeschreven bewoner op het woonadres, waarbij geen sprake mag zijn dat de categorie verblijfplaats van de briefadresgever in onderzoek staat.

 

Toelichting artikel 4, lid 1:

Een briefadres kan, in aanvulling op wat de wet regelt, worden gekozen binnen elke gemeente in Nederland. Het is niet verplicht om een briefadres te kiezen in de gemeente waar voor het laatst een woonadres werd gehouden. De aangifte wordt altijd gedaan in de gemeente waar het briefadres zich bevindt.

  

Toelichting artikel 4, lid 2 en 3:

Bij de aangifte dient een schriftelijke verklaring van instemming te worden gevoegd van degene bij wie het briefadres wordt gehouden op grond van artikel 70 lid 2 van de Wet GBA.

In de schriftelijke verklaring van aangifte dienen de redenen van het briefadres en de te verwachten duur (maximaal 6 maanden) te worden opgenomen. De aanvrager dient tevens een (kopie van een) geldig identiteitsbewijs zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht van zichzelf als van degene bij wie het briefadres wordt gehouden te overleggen.

 

Toelichting artikel 5:

Ontbreekt bij de aangifte tot briefadres één of meer van de benodigde stukken, dan wordt de aangifte behandeld als een onvolledige aangifte. De aanvrager wordt schriftelijk in de gelegenheid gesteld binnen veertien dagen na verzending van het verzoek het verzuim te herstellen en de aangifte alsnog aan te vullen met de ontbrekende stukken. De aanvrager kan echter in reactie daarop het verzoek doen de termijn om de aangifte aan te vullen eenmalig te verlengen met veertien dagen.

 

Wanneer de aanvrager niet binnen veertien dagen zijn/haar aangifte aanvult of uitstel aanvraagt, wordt een brief verstuurd waarin vermeld wordt dat de aangifte briefadres buiten behandeling wordt gesteld wegens het ontbreken van de gevraagde documenten.

 

Toelichting artikel 6:

Het betreft hier een (niet-limitatieve) opsomming van weigeringsgronden voor de aanvraag briefadres.

Met sub j wordt  bedoeld dat een briefadres alleen verleend kan worden op een woonadres waar nog geen of slechts één briefadres is geregistreerd. Hierbij geldt een briefadres verleend aan een gezinshuishouden als één briefadres. Dit betekent dat er maximaal twee alleenstaanden of twee gezinshuishoudens een briefadres kunnen hebben op één adres.

 

Toelichting artikel 7, lid 1 en lid 2:

Om het tijdelijke karakter te bevestigen is besloten om een briefadres voor een periode van zes maanden te verlenen met de mogelijkheid tot éénmalige verlenging met nogmaals zes maanden. Na het verloop van deze periode, moet de burger worden ingeschreven op een woonadres waar hij feitelijk verblijft.

Hierop zijn een aantal uitzonderingen. Deze uitzonderingen hebben te maken met de feitelijke onmogelijkheid van de burger om een woonadres te hebben. Hierbij valt te denken aan schippers. Zolang deze schippers varen kunnen zij kiezen voor een briefadres. Het recht op het briefadres wordt voor deze categorie om de vijf jaar getoetst.

 

 

Toelichting artikel 7, lid 3 en lid 4:

Ieder half jaar wordt gekeken of de aanvrager inmiddels een woonadres heeft. Dit gebeurt ook wanneer de aanvrager nog niet heeft aangegeven dat hij inmiddels beschikt over een woonadres. Middels een brief wordt betrokkene verzocht aan te geven of hij al een woonadres heeft, dan wel of hij nog steeds een briefadres heeft. Naar aanleiding van de reactie van betrokkene wordt bepaald of betrokkene ingeschreven wordt op een woonadres of op het briefadres ingeschreven blijft.

 

Toelichting artikel 8:

De briefadressen die nu in de GBA zijn opgenomen zijn geregistreerd op basis van de regelgeving in de Wet GBA. De wet zelf biedt niet de beperking van briefadressen in tijd en/of aantal. Onverkorte toepassing van de nieuwe beleidsregels houdt in dat veel bestaande briefadressen per direct moeten worden  beëindigd. Een overgangsperiode is reëel.

 

Toelichting artikel 9:

In uitzonderingsgevallen kan het gerechtvaardigd zijn om af te wijken van deze regeling, bijvoorbeeld in het geval van de eenmalige verlenging zoals vastgelegd in artikel 7 lid 2 van de regeling.