Organisatie | Harlingen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | verordening instellen werkgeverscommissie |
Citeertitel | Verordening werkgeverscommissie c.a. 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-02-2010 | Onbekend | 17-02-2010 Onbekend | - |
VERORDENING INSTELLING WERKGEVERSCOMMISSIE, tevens MANDAAT- en VOLMACHTBESLUIT GRIFFIE 2010.
De raad van de gemeente Harlingen,
gelezen het voorstel van de werkgeversdelegatie ex artikel 7 van het Reglement van Orde 2008 d.d. 3
gelet op artikel 83, eerste lid, de artikelen 107 tot en met 107e, artikel 156 van de Gemeentewet,
afdeling 10.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 7 van het Reglement van Orde voor de
1. Een werkgeverscommissie in te stellen;
2. Aan de onder 1 genoemde commissie de bevoegdheden te delegeren die rechtstreeks voortvloeien
uit de Ambtenarenwet, de op deze wet gebaseerde en door de raad vastgestelde rechtspositionele
voorschriften, artikel 7 van het Reglement van Orde 2008 en de artikelen 107 tot en met 107e
Gemeentewet1, met uitzondering van de bevoegdheden als bedoeld in artikel 107, 107a, tweede
lid, 107d, eerste lid en 107 e, eerste lid van de Gemeentewet2;
3. De raadsleden W. de Groot, W. van den Brand en G. Boskma te benoemen tot voorzitter
respectievelijk lid van de werkgeverscommissie voor de duur van de zittingsperiode van de raad;3
4. Als plaatsvervangende leden aan te wijzen de volgende raadsleden: 4
5. Vast te stellen de navolgende ‘Verordening werkgeverscommissie Harlingen'.
Het lidmaatschap van de werkgeverscommissie eindigt:
a. op eigen verzoek; het lid doet daarvan schriftelijk mededeling gaan de raad; het ontslag gaat in
als de opvolger door de raad is benoemd;
b. indien het lid aftreedt als lid van de raad;
c. indien de raad van oordeel is dat het lid niet langer geschikt is de functie van lid van de
De voorzitter draagt in ieder geval zorg voor:
a. het tijdig en periodiek bijeenroepen van de werkgeverscommissie;
b. het leiden van de vergaderingen;
c. het doen naleven van deze verordening;
d. het ondertekenen van de stukken en de besluiten die van deze commissie uitgaan, alsmede het
zorg dragen voor de uitvoering van de besluiten van de werkgeverscommissie,
e. het fungeren als schakel tussen de werkgeverscommissie en de griffier als
eerstverantwoordelijke voor de personele en organisatorische zaken van de griffie.
Toelichting verordening werkgeverscommissie
De gemeente is de werkgever van de ambtenaren die werkzaam zijn bij deze rechtspersoon. Raad en
college vullen dit werkgeverschap in. De raad is daarbij het bevoegd gezag van de griffie en het
college voor zijn organisatie. Gelet op de publieke taken, de grootte en de samenstelling van de raad
ligt het voor de hand dat hij voor de feitelijke invulling van het werkgeverschap een commissie instelt
waaraan hij deze taak delegeert. Gelet op artikel 83 en artikel 156, eerste lid van de Gemeentewet ligt
de instelling van een bestuurscommissie het meest voor de hand. Daarin voorziet deze verordening.
De delegatie ziet alleen op het nemen van personele besluiten. Het vaststellen van
rechtspositieregelingen leent zich uit de aard van de bevoegdheid niet voor delegatie en is derhalve
Artikel 1. Taken en bevoegdheden werkgeverscommissie
In artikel 1 wordt verwoord dat de werkgeverscommissie alle bij het werkgeverschap horende taken en
bevoegdheden vervult. Naast het nemen van personele besluiten, buigt deze commissie zich
bijvoorbeeld ook over het te voeren HRM-beleid, integriteitsbeleid (o.a. gedragscode, ambtseed,
vertrouwenspersoon) en bereidt zij de voorstellen aan de raad voor die voortvloeien uit het
werkgeverschap. Andere voorbeelden die horen tot de werkgeverstaak zijn het voeren van overleg met
de griffier over de voortgang van de werkzaamheden van de griffie, het voeren van functionerings- en
beoordelingsgesprekken met de griffier en het doen van voorstellen over de inrichting van de griffie.
Artikel 2. Samenstelling werkgeverscommissie
Uit artikel 83 van de Gemeentewet vloeit voort dat de burgemeester (en de wethouders) geen lid
kunnen zijn van de werkgeverscommissie. Dit is volledig in de lijn met het feit dat de raad het
bevoegde gezag is van de griffie. De burgemeester is hiervan geen lid. Overigens is de burgemeester
wel lid van het college en stuurt hij dus rechtstreeks de secretaris aan, maar niet de griffier. De griffier
is niet aan hem ondergeschikt.
De burgemeester is echter wel technisch voorzitter van de raad en zal in die hoedanigheid vaak een
beroep doen op de griffier. In dat kader kan het zinvol zijn om de burgemeester in voorkomende
gevallen uit te nodigen in de vergaderingen van de werkgeverscommissie als informant.
Gelet op de taken van de voorzitter van de werkgeverscommissie is het goed om voor de invulling van
dit voorzitterschap een voorzittersprofiel op te stellen, waardoor de raad kan oordelen of de beoogde
voorzitter aan dit profiel voldoet. Ook is het wellicht van belang om als raad aan de voorzitter (en de
leden) van de werkgeverscommissie scholing aan te bieden op het specifieke terrein waarop deze
Artikel 4. Ondersteuning van de commissie
De ondersteuning waarover in dit artikel wordt gesproken kan worden geregeld door middel van het
aangaan van dienstverleningsovereenkomsten van de griffier met het college, de secretaris of een
afdelingshoofd. Voor het kunnen aangaan van deze overeenkomsten is het wel noodzakelijk dat het
college zijn bevoegdheid tot het aangaan van privaatrechtelijke rechtshandeling aan de griffier
mandateert. Mandaat aan een niet-ondergeschikte is door de wetgever mogelijk gemaakt in artikel
10:4 van de Algemene wet bestuursrecht. Daarnaast moet de burgemeester aan de griffier de volmacht
geven om overeenkomsten te kunnen ondertekenen.
Artikelen 5 en 6: Besluitvorming en Verslaglegging
De inhoud van deze artikelen spreekt voor zich.
Artikel 7. Beslotenheid van vergaderingen
Wanneer in vergaderingen van de werkgeverscommissie personele aangelegenheden aan bod komen
en hetgeen hier wordt besproken niet bedoeld is om aan derden kenbaar te maken, ligt het voor de
hand dat hierover in beslotenheid wordt vergaderd. De agenda, de stukken en de besluitenlijst zijn in
beginsel wel openbaar, tenzij de werkgeverscommissie beslist dat op grond van een belang, genoemd
in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, hierop of een deel ervan geheimhouding moet
worden gelegd. De werkgeverscommissie is op grond van artikel 7, tweede lid van deze verordening
en in lijn met artikel 86 van de Gemeentewet, bevoegd de geheimhouding op te heffen.
Vanzelfsprekend kunnen raadsleden wel inzage krijgen in de stukken etc., aangezien de raad het
oorspronkelijk bevoegde orgaan is.
De inhoud van dit artikel spreekt voor zich.
De raad heeft sinds de dualisering van het gemeentebestuur een eigen secretaris gekregen, de griffier.
Daarnaast heeft de raad ook vaak een griffie ingericht om hem, zijn organen en de griffier te
ondersteunen. Daardoor heeft de raad er formeel een taak bij gekregen, de invulling van het
werkgeverschap. Het is van belang dat de raad inzicht krijgt en houdt wat hieronder moet worden
verstaan. De verantwoording door de werkgeverscommissie van haar werkzaamheden en bevindingen
kan hieraan bijdragen. Ook uit het oogpunt dat het de raad is die de arbeidsvoorwaardenregelingen
vaststelt, waarop de werkgeverscommissie de personele besluiten baseert, is een belangrijk argument
om deze verantwoording te regelen.
Artikelen 10, 11, 12 en 13: Werkwijze, Onvoorziene omstandigheden, Inwerkingtreding en