Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Capelle aan den IJssel

Gemeenschappelijke regeling volwasseneneducatie Rijnmond 2010-2014

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieCapelle aan den IJssel
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingGemeenschappelijke regeling volwasseneneducatie Rijnmond 2010-2014
CiteertitelGemeenschappelijke regeling volwasseneneducatie Rijnmond 2010-2014
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpbestuur en recht

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De raad heeft op 21 maart 2011 goedkeuring verleend aan het college om in te stemmen met de wijzigingen en verlenging van deze regeling.

Aan deze regeling is terugwerkende kracht verleend met ingang van 1 januari 2011.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet gemeenschappelijke regelingen, art. 1
  2. Wet educatie en beroepsonderwijs
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-09-201101-01-2015art. 19; de bepalingen m.b.t. tot het algemeen en dagelijks bestuur zijn vervallen.

08-02-2011

IJssel- en Lekstreek van 21-09-2011

187081

Tekst van de regeling

Intitulé

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING VOLWASSENENEDUCATIE RIJNMOND 2011-2014

 

 

HOOFDSTUK 1 – ALGEMEEN

Artikel 1 – Begripsbepalingen

In deze gemeenschappelijke regeling en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    de regeling: deze gemeenschappelijke regeling;

  • b.

    het lichaam: het openbaar lichaam, bedoeld in artikel 2 van de regeling;

  • c.

    deelnemende gemeente: aan de regeling deelnemende gemeente te weten: Rotterdam, Schiedam, Vlaardingen, Maassluis, Brielle, Westvoorne, Hellevoetsluis, Bernisse, Spijkenisse, Albrandswaard, Barendrecht, Ridderkerk, Capelle aan den IJssel, Krimpen aan den IJssel,Lansingerland, Dirksland, Middelharnis, Oostflakkee en Goedereede;

  • d.

    rijksbijdrage educatie: rijksbijdrage educatie als bedoeld in de Wet educatie en beroepsonderwijs;

  • e.

    WEB: Wet educatie en beroepsonderwijs;

  • f.

    VAVO: voortgezet algemeen volwassenen onderwijs;

  • g.

    VMBO-tl: Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs- theoretische leerweg;

  • h.

    HAVO: hoger algemeen voortgezet onderwijs;

  • i.

    VWO: voorbereidend wetenschappelijk onderwijs;

  • j.

    RMC: regionaal meld- en coördinatiefunctie;

  • k.

    OLIVER: openbaar lichaam volwasseneneducatie rijnmond;

  • l.

    ROC: regionale opleiding centrum;

  • m.

    ROVER: Regio Overleg Volwasseneneducatie Rijnmond.

Artikel 2 – Openbaar lichaam

  • 1.

    Er is een openbaar lichaam volwasseneneducatie rijnmond, genaamd OLIVER.

  • 2.

    OLIVER is gevestigd te Rotterdam.

  • 3.

    De regeling wordt getroffen ter behartiging van de gemeenschappelijke belangen in het kader van de Wet educatie en beroepsonderwijs waaronder een gezamenlijke inzet van een deel van de rijksbijdrage educatie.

  • 4.

    Het OLIVER wordt op ambtelijk niveau door het ROVER ondersteund. Het ROVER draagt zorg voor de voorbereidingen voor het OLIVER.

Artikel 3 – Duur gemeenschappelijke regeling en financiële verplichtingen

  • 1.

    De regeling wordt aangegaan voor een periode van vier jaar. Nade eerste twee jaar vindt op 31 december 2012 een herijkingsmoment plaats. De continuering van de regeling na deze twee jaar hangt af van het genomen besluit in het OLIVER.

  • 2.

    Met ingang van deze gemeenschappelijke regeling hebben de leden de financiële verplichting om zorg de dragen voor de bekostiging van de schooljaren: 2011-2012 en 2012-2013.

  • 3.

    Voorafgaand aan het herijkingsmoment bedoeld in het eerste lid, geven partijen aan of deelneming aan de gemeenschappelijke regeling gecontinueerd wordt. Indien de deelneming beëindigd wordt zal in overleg tussen OLIVER en de betreffende gemeente de wijze en afhandeling van de beëindiging geregeld worden.

  • 4.

    Indien besloten wordt de gezamenlijke inkoop na schooljaar 2012-2013 te continueren, gaan de deelnemende leden financiële verplichtingen aan voor de bekostiging voor de schooljaren 2013-2014 en 2014-2015.

HOOFDSTUK 2 – HET BESTUUR

Artikel 4 – Bestuursorganen

Het bestuur van het lichaam bestaat uit het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter.

 

§ 2.1 Algemeen bestuur

 

Artikel 5 – Het algemeen bestuur

  • 1.

    Het algemeen bestuur bestaat uit één lid per deelnemende gemeente.

  • 2.

    De raad van elk der deelnemende gemeenten wijst een lid van het college van de betreffende gemeente aan als lid.

  • 3.

    Een lid van het algemeen bestuur kan bij afwezigheid worden vervangen door een door het betreffende college uit zijn midden aangewezen lid.

  • 4.

    Het lidmaatschap van het algemeen bestuur eindigt van rechtswege zodra men ophoudt lid te zijn van het college van de betreffende gemeente.

  • 5.

    De leden van het algemeen bestuur kunnen te allen tijde ontslag nemen. Van dit ontslag stellen zij de voorzitter van het algemeen bestuur alsmede de voorzitter van de gemeenteraad die hen heeft aangewezen, op de hoogte.

  • 6.

    Het aanwijzen van een bestuurslid vindt zo spoedig mogelijk plaats.

 

Artikel 6 – Werkwijze algemeen bestuur

  • 1.

    Het algemeen bestuur vergadert ten minste tweemaal per jaar en voorts zo dikwijls de voorzitter of het dagelijks bestuur dit nodig acht, of indien tenminste een vijfde van het aantal ingevolge de regeling zitting hebbende leden van het algemeen bestuur dit, onder opgaaf van redenen, schriftelijk verzoekt.

  • 2.

    Indien om de vergadering is verzocht door het vereiste aantal leden, wordt zij binnen veertien dagen gehouden.

  • 3.

    De vergaderingen van het algemeen bestuur worden in het openbaar gehouden.

  • 4.

    De vergaderingen kunnen in beslotenheid gehouden worden, wanneer ten minste een vijfde van de aanwezige leden daarom verzoekt of de voorzitter het nodig oordeelt. Het algemeen bestuur beslist vervolgens of achter gesloten deuren zal worden vergaderd.

  • 5.

    Op het houden en de orde van de vergaderingen van het algemeen bestuur zijn de bepalingen van de Gemeentewet mede van toepassing voor zover de Wet gemeenschappelijke regelingen niet afwijkt.

  • 6.

    In een besloten vergadering kan niet worden beraadslaagd en niet besloten over de wijziging en opheffing van de regeling en het toetreden tot, dan wel het uittreden uit de regeling.

  • 7.

    Een besluit wordt door het algemeen bestuur genomen bij meerderheid van stemmen. Indien een lid van het algemeen bestuur afwezig is bij het OLIVER, en niet ter vergadering wordt vervangen als bedoeld in artikel 5, derde lid, en zijn stem wil laten gelden, dan dient deze schriftelijk te laten weten wat de inhoud van zijn stem is. Deze stem wordt dan meegenomen in de bepaling van het besluit.

  • 8.

    Het algemeen bestuur stelt voor zijn vergaderingen een reglement van orde vast.

Artikel 7 – Informatie en verantwoording algemeen bestuur

  • 1.

    Het algemeen bestuur geeft aan de raden van de deelnemende gemeenten ongevraagd alle inlichtingen die voor een juiste beoordeling van het door het bestuur gevoerde en te voeren beleid nodig zijn.

  • 2.

    Het algemeen bestuur geeft aan de raden van de deelnemers alle inlichtingen die door een of meer leden van die raden worden gevraagd.

  • 3.

    Het reglement van orde voor de vergaderingen van het algemeen bestuur regelt de wijze waarop de in de vorige leden bedoelde inlichtingen worden verstrekt.

  • 4.

    De raad die een lid in het algemeen bestuur heeft aangewezen, kan dit lid ontslaan, indien hij het vertrouwen van deze raad niet meer bezit. Artikel 49 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

 

 

§ 2.2 Dagelijks bestuur

 

Artikel 8 – Samenstelling dagelijks bestuur

  • 1.

    Het dagelijks bestuur bestaat uit de voorzitter en vier andere door het algemeen bestuur uit zijn midden aan te wijzen leden.

  • 2.

    Het dagelijks bestuur wijst uit zijn midden een plaatsvervangend voorzitter aan.

  • 3.

    De aanwijzing van de leden van het dagelijks bestuur vindt plaats door het algemeen bestuur in zijn eerste vergadering.

  • 4.

    De leden van het dagelijks bestuur treden af met ingang van het moment waarop zij ophouden lid te zijn van het algemeen bestuur.

  • 5.

    Een lid van het dagelijks bestuur kan, in geval van langdurige afwezigheid, tijdelijk worden vervangen door een door het algemeen bestuur uit zijn midden aan te wijzen lid.

  • 6.

    Een lid van het dagelijks bestuur kan te allen tijde ontslag nemen. Hij doet daarvan schriftelijk mededeling aan het algemeen bestuur. Een lid dat ontslag heeft genomen, blijft niettemin zijn betrekking waarnemen totdat zijn opvolger die heeft aanvaard.

  • 7.

    Het algemeen bestuur kan één of meer leden van het dagelijks bestuur ontslag verlenen, indien deze(n) het vertrouwen van het algemeen bestuur niet meer bezit(ten). Artikel 49 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

 

Artikel 9 – Werkwijze dagelijks bestuur

  • 1.

    Het dagelijks bestuur vergadert zo dikwijls als de voorzitter dit nodig oordeelt of indien ten minste twee leden van het dagelijks bestuur dit verzoeken.

  • 2.

    Ieder lid van het dagelijks bestuur heeft in de vergadering één stem.

  • 3.

    Besluiten worden bij meerderheid van stemmen genomen. Bij het staken van de stemmen beslist de voorzitter.

  • 4.

    Het dagelijks bestuur stelt voor zijn vergaderingen een reglement van orde vast, dat aan het algemeen bestuur wordt medegedeeld.

 

Artikel 10 – Informatie en verantwoording dagelijks bestuur

  • 1.

    De leden van het dagelijks bestuur geven ongevraagd aan het algemeen bestuur alle informatie die voor een juiste beoordeling van het door het dagelijks bestuur gevoerde en te voeren bestuur nodig is.

  • 2.

    De leden van het dagelijks bestuur geven, tezamen dan wel afzonderlijk, aan het algemeen bestuur, wanneer dit bestuur of een of meer leden daarvan hierom verzoekt, alle gevraagde inlichtingen.

  • 3.

    De leden van het dagelijks bestuur zijn, tezamen dan wel afzonderlijk, aan het algemeen bestuur, verantwoording verschuldigd voor het door hen gevoerde bestuur.

  • 4.

    Het dagelijks bestuur geeft aan de raden van de deelnemende gemeenten ongevraagd alle inlichtingen die voor een juiste beoordeling van het door het bestuur gevoerde en te voeren beleid nodig zijn.

  • 5.

    Het dagelijks bestuur geeft aan de raden van de deelnemende gemeenten alle inlichtingen die door een of meer leden van die raden worden gevraagd.

 

§ 2.3 Voorzitter

 

Artikel 11 – De voorzitter

  • 1.

    Het algemeen bestuur wijst in zijn eerste vergadering uit zijn midden een voorzitter aan.

  • 2.

    Het algemeen bestuur kan de voorzitter ontslag verlenen, indien deze het vertrouwen van het algemeen bestuur niet meer bezit.

  • 3.

    Indien de voorzitter tussentijds ophoudt lid te zijn van het algemeen bestuur, houdt hij tevens op voorzitter te zijn.

 

§ 2.4 Secretaris

 

Artikel 12 – De secretaris

  • 1.

    Het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter worden bijgestaan door een secretaris. De secretaris is een medewerker van dezelfde gemeente als de voorzitter.

  • 2.

    De secretaris is in de vergaderingen van het algemeen en dagelijks bestuur aanwezig.

  • 3.

    De stukken die van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur uitgaan, worden door de secretaris mede ondertekend.

  • 4.

    Het dagelijks bestuur regelt de plaatsvervanging van de secretaris.

HOOFDSTUK 3 – TAKEN EN BEVOEGDHEDEN

Artikel 13 – Taken en bevoegdheden algemeen bestuur

  • 1.

    Het algemeen bestuur stelt met eenparigheid van stemmen de bijdrage van de deelnemende gemeenten vast.

  • 2.

    Bij de besluitvorming, genoemd in het eerste lid, wordt in elk geval rekening gehouden met:

    • a.

      relevante ontwikkelingen die betrekking hebben op de WEB en andere verwante wetgeving;

    • b.

      uitgangspunten van de VAVO;

    • c.

      ingediende offertes van educatieve instellingen voor VMBO, HAVO en VWO en cursussen van beroeps- en hoger onderwijs voor hoog opgeleide allochtonen die niet inburgeringsplichtig zijn in het kader van de Wet inburgering;

    • d.

      af te sluiten overeenkomsten tussen OLIVER en de instellingen die educatieve activiteiten uitvoeren in het kader van de WEB;

    • e.

      de ontwikkelingen en resultaten op het gebied van de RMC.

  • 3.

    Het algemeen bestuur neemt het besluit tot het aangaan van overeenkomsten met instellingen voor activiteiten in het kader van de WEB. In de overeenkomsten worden de bedragen genoemd welke aan de instellingen worden toegekend voor de door hun geleverde producten.

  • 4.

    Onverminderd het eerste tot en met het derde lid, is het algemeen bestuur bevoegd besluiten te nemen die voor de uitvoering van deze regeling nodig zijn en die niet aan de andere organen van OLIVER zijn toegekend.

 

Artikel 14 – Taken en bevoegdheden dagelijks bestuur

Tot de taken van het dagelijks bestuur behoren:

  • a.

    de voorbereiding van al hetgeen in de vergadering van het algemeen bestuur ter beraadslaging en beslissing moet worden gebracht;

  • b.

    het uitvoeren van de besluiten van het algemeen bestuur;

  • c.

    het voorbereiden van de overeenkomsten, bedoeld in artikel 13, derde lid;

  • d.

    het voorstaan van de belangen van het lichaam bij andere overheden, instellingen, diensten of personen, waarmee contact voor het lichaam belang is;

  • e.

    het voorstel voor de inzet van de WEB middelen aan het VAVO, zoals in artikel 13 lid 1 is aangegeven, en de bijdrage per gemeente aan gemeente Rotterdam, zoals in artikel 17 lid 1 is aangegeven.

  • f.

    de ontvangen verklaring van de accountantscontrole, jaarverslag en andere stukken ten behoeve voor de afrekening van de opleidingen van het VAVO worden doorgestuurd naar het algemeen bestuur. Er wordt tevens een voorstel gedaan voor de afrekening van de ingekochte opleidingen van het VAVO.

  • g.

    het nemen van alle conservatoire maatregelen, zowel in als buiten rechte, en het doen van alles wat nodig is ter voorkoming van verjaring en verlies van recht of bezit;

  • h.

    het doen van beroep op ambtelijke bijstand van één of meer deelnemende gemeenten;

  • i.

    het houden van toezicht op alles wat het lichaam aangaat;

  • j.

    het uitoefenen van aan het algemeen bestuur toekomende bevoegdheden, indien het algemeen bestuur daartoe besluit;

  • k.

    het dagelijks bestuur is in ieder geval bevoegd tot:

1° privaatrechtelijke rechtshandelingen van het lichaam te besluiten; 2° te besluiten rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratief beroepsprocedures namens het lichaam of het bestuur te voeren, of handelingen ter voorbereiding daarop te verrichten, tenzij het algemeen bestuur, voor zover het haar aangaat, in voorkomende gevallen anders beslist.

 

Artikel 15 – Taken en bevoegdheden voorzitter

  • 1.

    De voorzitter is belast met de leiding van de vergaderingen van het algemeen bestuur of dagelijks bestuur.

  • 2.

    De voorzitter ondertekent de stukken die van het algemeen bestuur of dagelijks bestuur uitgaan.

  • 3.

    De voorzitter vertegenwoordigt het lichaam in en buiten rechte.

 

HOOFDSTUK 4 – EXTERN KLACHTRECHT

Artikel 16 – Aanwijzing Ombudsman

De ombudsman van de gemeente Rotterdam is bevoegd tot behandeling van verzoekschriften als bedoeld in artikel 9:18, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht.

 

HOOFDSTUK 5 - FINANCIËN EN ARCHIEF

Artikel 17 – Kostenverdeling

  • 1.

    De kosten van het lichaam over enig jaar, anders dan de kosten genoemd in artikel 13, zoals bijvoorbeeld het organiseren en coördineren van het OLIVER, faciliteren van het OLIVER, worden gedragen door de deelnemende gemeenten naar verhouding van het aantal inwoners per 1 januari van het betreffende jaar.

  • 2.

    De deelnemende gemeenten zullen er steeds zorg voor dragen dat het lichaam te allen tijde over voldoende middelen beschikt om aan zijn verplichtingen jegens derden te voldoen. Over de omvang van de inzet van de middelen per gemeente worden per geval afspraken gemaakt.

  • 3.

    Indien aan het algemeen bestuur van het lichaam blijkt dat een deelnemende gemeente weigert deze uitgaven op de begroting te zetten, doet het algemeen bestuur onverwijld aan Gedeputeerde Staten het verzoek over het gaan tot toepassing van de artikelen 194 en 195 van de Gemeentewet.

Artikel 18 – Dienstverlening

  • 1.

    Voor het opstellen van de begroting en de rekening, alsmede het voeren van de financiële administratie wordt, tenzij het algemeen bestuur anders bepaalt, gebruik gemaakt van faciliteiten die door gemeente Rotterdam ter beschikking worden gesteld. Gemeente Rotterdam brengt de kosten daarvan in rekening bij het OLIVER.

  • 2.

    In afwijking van artikel 35 Wet gemeenschappelijke regelingen bedraagt de termijn om de ontwerpbegroting naar de raden te sturen 8 weken.

 

Artikel 19 – Archief

  • 1.

    Het dagelijks bestuur draagt zorg voor de archiefbescheiden van de in deze regeling genoemde bestuursorganen.

  • 2.

    De ambtelijk secretaris is belast met de bewaring en het beheer van de archiefbescheiden voor zover deze archiefbescheiden niet zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats van Rotterdam.

  • 3.

    De archivaris van Rotterdam oefent toezicht uit op het in het tweede lid genoemde beheer.

  • 4.

    Voor de blijvende bewaring van de op grond van de Archiefwet 1995 over te brengen archiefbescheiden van de in deze regeling genoemde bestuursorganen is aangewezen de archiefbewaarplaats van Rotterdam.

  • 5.

    De in het vierde lid genoemde archiefbescheiden worden beheerd door de archivaris van Rotterdam.

 

HOOFDSTUK 6 – SLOTBEPALINGEN

Artikel 20 – Inwerkingtreding en duur

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2011.

  • 2.

    De besturen van de deelnemende gemeenten dragen op de gebruikelijke wijze zorg voor de bekendmaking van de regeling.

  • 3.

    De regeling vervalt op 1 januari 2015 of zoveel eerder als de colleges van burgemeester en wethouders van alle deelnemende gemeenten besluiten.

  • 4.

    Zoals in artikel 3 is aangegeven vindt op uiterlijk 31 december 2012 een herijkingsmoment plaats met betrekking tot de continuering van de regeling.

  • 5.

    Het algemeen bestuur stelt geruime tijd voor de beoogde ontbinding van het lichaam een liquidatieplan op, gehoord de raden van de deelnemende gemeenten. Het liquidatieplan bevat een regeling voor de verdeling van de rechten en verplichtingen van het lichaam over de deelnemende gemeenten en een regeling voor de bewaring van de archiefbescheiden.

  • 6.

    Het lichaam blijft na zijn ontbinding voortbestaan voor zover dit voor de vereffening van zijn vermogen nodig is.

Artikel 21 – Slotbepaling

  • 1.

    De leden van het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur, de voorzitter en de secretaris die in functie zijn op het moment van inwerkingtreding van deze regeling, worden geacht te zijn aangewezen op grond van deze regeling voor zover ze afkomstig zijn uit de deelnemende gemeenten.

  • 2.

    Deze regeling kan worden aangehaald als Gemeenschappelijke regeling volwasseneneducatie Rijnmond 2011-2014.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 8 februari 2011

De secretaris, De burgemeester,