Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Veenendaal

Verordening inzake speelautomatenhallen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Veenendaal
Officiële naam regelingVerordening inzake speelautomatenhallen
CiteertitelVerordening speelautomatenhal Veenendaal
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerpopenbare orde en veiligheid

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet op de kansspelen, titel Va
  2. Speelautomatenbesluit
  3. Gemeentetwet
  4. Algemene wet bestuursrecht
  5. Dienstenwet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-02-201219-04-2017diverse artikelen

02-02-2012

Veenendaalse Krant, 2012-02-15

2011, 2011.00077-2g
15-10-198707-11-2016nieuwe regeling

01-10-1987

Onbekend

1987, 87.006713

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening inzake speelautomatenhallen

De raad van de gemeente Veenendaal;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 september l987, nummer 87.006713

gelet op:

titel Va van de Wet op de kansspelen, het Speelautomatenbesluit, alsmede artikel 149 van de Gemeentewet;

Besluit:

vast te stellen de volgende Verordening inzake speelautomatenhallen;

Hoofdstuk 1 Algemeen

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

a.de wet: de Wet op de kansspelen;
b.Speelautomatenbesluit: KB van 23mei 2000, Stb. 224, houdende regels ter uitvoering van titel Va van de wet, zoals gewijzigd bij besluit van 14 september 2001, Stb. 2001, 415;
c.college: college van burgemeester en wethouders;
d.speelautomaat: een toestel ingericht voor de beoefening door één of enkele spelers van een spel, dat bestaat uit een mechanisch, electrisch of electronisch proces, waarbij het spelresultaat kan leiden tot de middellijke of onmiddellijke uitkering van prijzen of premies, daaronder begrepen het recht om gratis verder te spelen;
e.behendigheidsautomaat: een speelautomaat waarvan: 1.het spelresultaat uitsluitend kan leiden tot een verlengde speelduur of het recht op gratis spellen, en 2.het proces, ook nadat het in werking is gesteld, door de speler kan worden beïnvloed en het geheel of vrijwel geheel van zijn inzicht en behendigheid bij het gebruik van de daartoe geboden middelen afhangt of en in welke mate de speelduur verlengd of het recht op gratis spellen verkregen wordt;
f.kansspelautomaat: een speelautomaat die geen behendigheids-automaat is;
g.speelautomatenhal: een inrichting, bestemd om het publiek gelegenheid te geven een spel door middel van speelautomaten te beoefenen, als bedoeld in artikel 30c, eerste lid, onder c, van de wet;
h.exploitant: de natuurlijke persoon of personen of rechtspersonen die de speelautomatenhal exploiteert;
i.beheerder: de natuurlijke persoon of personen die de onmiddellijke feitelijke leiding uitoefent of uitoefenen in een speelautomatenhal;
j.weg:bedoeld in de Wegenverkeerswet '94, alsmede kampeerplaatsen en de aan de wegen of paden liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen;
k.lidstaat: lidstaat van de Europese Unie of van de Europese Economische Ruimte.

Hoofdstuk 2 Verbodsbepaling en vergunningplicht

Artikel 2

  • 1. Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een speelautomatenhal te vestigen of te exploiteren;

  • 2. De burgemeester kan uitsluitend voor maximaal 1 speelautomatenhal een vergunning verlenen voor het deel van de gemeente dat op de bij deze verordening behorende en als zodanig gewaarmerkte kaart in rood is aangegeven.

Artikel 3

De exploitant dient de vergunning aan te vragen onder overlegging van:

  • a.

    een nauwkeurige beschrijving van de inrichting waarbij is opgenomen de oppervlakte daarvan, alsmede een plattegrond waarin is aangegeven op welke plaats in de speelautomatenhal en in welk aantal kansspel- en/of behendigheidsautomaten worden opgesteld;

  • b.

    [vervallen];

  • c.

    een verklaring waaruit blijkt dat hij gerechtigd is over de ruimte te beschikken;

  • d.

    een verklaring omtrent het gedrag als bedoeld in artikel 28 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens dan wel een hiermee gelijk te stellen verklaring uit een andere lidstaat:

    • -

      van de ondernemer dan wel, indien de ondernemer een rechtspersoon is, van degene(n) die de onderneming krachtens de (eventueel bij te voegen) statuten vertegenwoordigt(en) en

    • -

      van de beheerder.

Artikel 4

  • 1. De burgemeester beslist binnen twaalf weken na de datum waarop hij de aanvraag met bijbehorende bescheiden heeft ontvangen. De beslissing kan eenmaal voor ten hoogste drie maanden worden verdaagd.

  • 2. Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing.

Artikel 5 [vervallen]

Artikel 5

  • 1. De vergunning is persoonsgebonden;

  • 2. In de vergunning wordt de naam van de beheerder vermeld;

  • 3. Aan de vergunning worden voorschriften en beperkingen verbonden. Deze hebben in elk geval betrekking op:

    • a.

      de opening- en sluitingstijden van de speelautomatenhal;

    • b.

      het toezicht in de speelautomatenhal;

    • c.

      het aantal en type speelautomaten dat mag worden opgesteld;

    • d.

      de exploitatie van de hal.

Artikel 6

  • 1. De vergunning wordt geweigerd, indien:

    • a.

      het maximaal aantal af te geven vergunningen voor speelautomatenhallen is verleend;

    • b.

      de speelautomatenhal niet uitsluitend rechtstreeks vanaf de weg voor het publiek toegankelijk is;

    • c.

      de beheerder(s) de leeftijd van 25 jaar nog niet heeft (hebben) bereikt;

    • d.

      de exploitant of de beheerder(s) onder curatele staat (staan) of bewind is ingesteld over één of meer aan hen toebehorende goederen, als bedoeld in Boek 1, titel 19, van het Burgerlijk Wetboek;

    • e.

      door de aanwezigheid van de speelautomatenhal naar het oordeel van de burgemeester de leef- en woonsituatie in de naaste omgeving of het karakter van de winkelstraat/ winkelbuurt op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed;

    • f.

      de exploitatie of vestiging van de speelautomatenhal strijd oplevert met het geldende bestemmingsplan, dan wel een stadsvernieuwingsplan c.q. leefmilieu-verordening in de zin van de Wet op de stads- en dorpsvernieuwing;

  • 2. De burgemeester kan ontheffing verlenen van het leeftijdsvereiste, gesteld in het vorige lid, onder c.

Artikel 7

  • 1. Indien een overeenkomstig artikel 6, tweede lid, in de vergunning vermelde beheerder de hoedanigheid van beheerder heeft verloren, dient de exploitant onder overlegging van de in artikel 3, onder c, genoemde bescheiden een nieuwe vergunning aan te vragen binnen twee weken nadat in artikel 3 bedoelde verklaring omtrent het gedrag aan hem is verzonden;

  • 2. De vergunning vervalt indien de beslissing op een aanvrage voor een nieuwe vergunning voor het vestigen dan wel exploiteren van een speelautomatenhal in hetzelfde pand onherroepelijk is geworden dan wel indien geen aanvrage is ingediend binnen vierentwintig weken na het verlies van de hoedandigheid als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 8

De burgemeester kan de vergunning intrekken:

  • a.

    indien blijkt dat de vergunning ten gevolge van een onjuiste of onvolledige opgave is verleend;

  • b.

    indien de omstandigheden of inzichten op grond waarvan de vergunning is afgegeven zodanig zijn gewijzigd dat een situatie is ontstaan als bedoeld in artikel 6, onder e;

  • c.

    indien gehandeld wordt in strijd met aan de vergunning verbonden voorschriften en beperkingen;

  • d.

    indien de exploitatie van een speelautomatenhal voor een periode van langer dan zes maanden wordt onderbroken.

  • 2.

    [vervallen]

Artikel 9

  • 1. Indien een exploitant komt te overlijden dient, indien voortzetting van de exploitatie wordt beoogd, binnen twaalf weken een nieuwe vergunning te worden aangevraagd;

  • 2. In alle andere gevallen van wisseling van exploitant dient binnen vier weken na overname van de speelautomatenhal een nieuwe vergunning te worden aangevraagd;

  • 3. Zolang op een tijdig ingediende aanvrage niet is beslist is voortzetting van de exploitatie toegestaan, met inachtneming van de voorschriften en beperkingen, verbonden aan de van rechtswege vervallen vergunning.

Hoofdstuk 3 Overige bepalingen

Artikel 10

Overtreding van artikel 2 van deze verordening en van de krachtens dit artikel gegeven voorschriften wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van de tweede categorie.

Artikel 11

Met het toezicht op de naleving van het bij deze verordening bepaalde zijn belast bij besluit van het college aan te wijzen personen, ieder voor zover het feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.

Artikel 12

Indien de zorg voor de naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde dit vereist, is het artikel 5:15 Awb met betrekking tot het betreden van plaatsen van overeenkomstige toepassing.

Hoofdstuk 4 Slotbepalingen

Artikel 13

  • 1. Vergunningen die voor de inwerkingtreding van deze verordening zijn verleend voor het exploiteren van een speelautomatenhal blijven van kracht totdat op een aanvrage, ingevolge artikel 2 van deze verordening, is beslist;

  • 2. De bestaande vergunning vervalt, indien geen aanvrage is ingediend binnen vierentwintig weken na de inwerkingtreding van deze verordening;

  • 3. De burgemeester kan bij de verlening van de vergunning als in artikel 2 van deze verordening bedoeld, voor een periode van maximaal vierentwintig weken ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 7, eerste lid, onder b, van deze verordening.

Artikel 14

Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening speelautomatenhal Veenendaal'.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 1 oktober 1987.

de secretaris,

de voorzitter,