Organisatie | Opsterland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Wachtlijstbeheer Wet sociale werkvoorziening Opsterland 2009 |
Citeertitel | Verordening Wachtlijstbeheer Wet sociale werkvoorziening Opsterland 2009 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Wet sociale werkvoorziening, art. 12, lid 2
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-2009 | 01-01-2015 | Nieuwe regeling | 02-02-2009 Woudklank, 05-02-2009 | Onbekend |
Verordening Wachtlijstbeheer Wet sociale werkvoorziening Opsterland 2009
De Raad van de gemeente Opsterland;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 januari 2009;
Gelet op artikel 12, tweede lid, van de Wet sociale werkvoorziening;
Overwegende dat de raad bij verordening nadere regels kan stellen met betrekking tot het wachtlijstbeheer,
Besluit vast te stellen de volgende verordening:
Verordening Wachtlijstbeheer Wet sociale werkvoorziening Opsterland 2009
Het college kan in bijzondere gevallen van het bovenstaande afwijken indien toepassing hiervan leidt tot strijdigheid met redelijkheid en billijkheid.
Voor de beoordeling van een goede uitwerking van deze verordening vindt een jaar na invoering een evaluatie plaats.
Artikel 6 Citeertitel en inwerkingtreding
Zij treedt in werking met ingang van 1 april 2009.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Opsterland van 2 februari 2009.
Ieke Zwart Francisca Ravestein.
Toelichting verordening Wachtlijstbeheer Sociale Werkvoorziening Opsterland 2009
Op 1 januari 2008 is de nieuwe Wet sociale Werkvoorzieningschap (WSW) in werking getreden. De WSW geïndiceerde cliënt staat centraal in de uitvoering van de nieuwe WSW. De geïndiceerde staat centraal vanaf het moment dat de indicatie heeft plaatsgevonden. Het wettelijke kader voor het beheer van de wachtlijst wordt gevormd door de betreffende artikelen in de Wet sociale werkvoorziening (Wsw), het Besluit uitvoering sociale werkvoorziening en begeleid werken (Buswbw) en de Regeling uitvoering sociale werkvoorziening en begeleid werken (Ruswbw). Daarnaast zijn de artikelen over het financieel verdeelmodel van belang voor de beslissing ten aanzien van wachtlijstbeheer. De wetgever onderstreept het belang van het wachtlijstbeheer door het onderwerp van het uitvoeringsbesluit over te hevelen naar de wettekst. De rode draad in artikel 12 is dat gemeenten meer mogelijkheden krijgen de wachtlijst te gaan beheren. De wet wijst het beheer expliciet toe aan het college.
De Wet omschrijft de wachtlijst als een overzicht van ingezetenen die geïndiceerd zijn. Geen Wsw dienstbetrekking hebben en beschikbaar zijn een dergelijke dienstbetrekking te aanvaarden. De volgorde waarin dienstverbanden worden aangeboden wordt bepaald door de volgorde van plaatsing op de wachtlijst. Gemeenten hebben de mogelijkheid uitzonderingen te maken op de algemene regel, mits zij deze vastleggen in een verordening. Het vaststellen van deze verordening is een bevoegdheid van de gemeenteraad. Het wachtlijstbeheer door het college geeft als voordeel dat vanuit de verantwoordelijkheid voor verschillende beleidsterreinen op het terrein van de sociale zekerheid efficiënt gewerkt kan worden met een efficiënte inzet van middelen. Door Wwb gerechtigden met voorrang te plaatsen komen WWB gelden vrij en kunnen re-integratieactiviteiten achterwege blijven. Een nadeel kan zijn dat benadeelde personen een civiele vordering kunnen indienen vanwege onrechtmatige daad. Voorrang voor de één betekent langer wachten voor de ander.
De artikelsgewijs toelichting is beperkt tot die artikelen die ook daadwerkelijk toelichting behoeven. Artikelen of onderdelen van artikelen die geen vragen oproepen worden hierna daarom niet nader toegelicht.
Dit artikel omschrijft de voor de verordening van belang zijnde begrippen
Artikel 2 Prioritaire groepen.
Beheersing van de wachtlijst kent vele aspecten en is slecht in beperkte mate beïnvloedbaar. Factoren die hierbij van invloed zijn betreffen:
De opname capaciteit, het volume. Het beschikbare budget voor de uitvoering van de SW. De samenstelling van de formatie bestaande uit begeleid werken, detacheringen en beschut buiten/binnen en de parttime dienstverbanden hebben invloed op het aantal, dat binnen de formatie van de WSW een plaats kunnen krijgen.
De uitstroom van de WSW komt grotendeels tot stand via natuurlijk verloop (vut, pensioen, overlijden e.d.) en is daarmee nauwelijks beïnvloedbaar. Vanuit de moderniseringsgedachte van binnen naar buiten en waar mogelijk regulier werk. De uitdaging is om de SW medewerker te ontwikkelen tot uitstroom naar regulier werk.
Hier hoort bij een mensontwikkelbedrijf, waarin niet de productie voorop staat maar het perspectief van de medewerker centraal staat.
Vanuit sociale en financiële doelen kan de gemeenten doelgroepen aanwijzen om met voorrang geplaatst te worden in een dienstbetrekking met toepassing van WSW middelen. Gedacht kan worden aan jongeren, Wajongers en WWB gerechtigden met een WSW indicatie of andere groepen aan te wijzen door de gemeente.
Het is voor jongeren (wsw geïndiceerden) van belang dat zij zo spoedig mogelijk in het arbeidsproces worden opgenomen omdat ze ondanks een beperking op jonge leeftijd beter bepaalde vaardigheden kunnen aanleren dan op oudere leeftijd. Geïndiceerde Wwb gerechtigden vallen al onder de financiële verantwoordelijkheid van de gemeente.
Snelle plaatsing op een voor de geïndiceerde persoon passende werkplek levert financiële voordelen op in het kader van de WWB.
Vervolgens kan de gemeente met voorrang plaatsen die personen die een voorbereiding traject binnen de SW omgeving hebben gevolg en in principe klaar zijn voor een dienstbetrekking met geheel of gedeeltelijke SW-financiering.
Plaatsen met voorrang kan echter niet ongelimiteerd. Het zou namelijk kunnen beteken dat iemand die niet valt onder het doelgroepenbeleid van de gemeente niet in aanmerking komt voor plaatsing in WSW verband. Dit is strijdig zijn met de beginselen van de wet.
Om te voorkomen dat iemand, niet behorende tot één van de gemeentelijke doelgroepen, niet tijdig geplaatst wordt mag de maximale wachttijd 24 maanden duren.
Een periode van 24 maanden is ongeveer gelijk aan de huidige gemiddelde wachttijd.
De persoon van de wachtlijst moet wel in staat worden geacht de capaciteiten en mogelijkheden te beschikken om de aanwezige dienstbetrekking te vervullen.
De bevoegdheid van het college m.b.t. het wachtlijstbeheer vloeit voort uit de wet.