Organisatie | Zeeland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Verordening werkgeverscommissie |
Citeertitel | Verordening werkgeverscommissie provinciale staten van Zeeland |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Bestuur |
Geen.
N.v.t.
N.v.t.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-07-2011 | 24-06-2011 | Nieuwe regeling | 24-06-2011 Provinciaal Blad, 2011, 20 | SGR-07 |
De staten van de provincie Zeeland maken bekend dat zij in hun vergadering van 24 juni 2011 hebben besloten:
aan de onder I genoemde werkgeverscommissie de bevoegdheden te delegeren, die rechtstreeks voortvloeien uit de Ambtenarenwet, de op deze wet gebaseerde en door de staten vastgestelde rechtspositionele voorschriften en de bevoegdheden, die voortvloeien uit de artikelen 104 tot en met 104e met uitzondering van artikel 104, 104a lid 2, 104d lid 1 en 104e lid 1 van de Provinciewet.
De werkgeverscommissie bepaalt wie haar terzijde staat en het secretariaat vervult.
Van elke vergadering wordt een besluitenlijst gemaakt. De besluitenlijst wordt in de eerstvolgende vergadering van de werkgeverscommissie vastgesteld.
De werkgeverscommissie vergadert tenminste tweemaal per jaar en voorts zo vaak als de voorzitter of één van de leden dat nodig achten.
De werkgeverscommissie brengt jaarlijks verslag uit van haar werkzaamheden.
De staten zijn en blijven na de instelling van de werkgeverscommissie ten aanzien van de griffier en de medewerkers van de griffie hoogst orgaan en bevoegd gezag. Dit blijkt onder meer uit het handhaven van de bevoegdheid van de staten inzake de benoeming, schorsing en het ontslag van de griffier en van de regelgevende functie. Met de vaststelling van de Verordening en de benoeming van de leden van de werkgeverscommissie wordt beoogd een handzaam instrument voor de vervulling van het werkgeverschap te scheppen.
In artikel 1 wordt verwoord dat de commissie alle bij het werkgeverschap behorende taken en bevoegdheden vervult. Naast het nemen van personele besluiten zal de commissie zich moeten buigen over onder andere het HRM-beleid, integriteit en de voorbereiding van voorstellen aan de staten, die voortvloeien uit het werkgeverschap. Voorts zal de commissie met de griffier overleggen over de werkzaamheden van de griffie en het voeren van functionerings- en beoordelingsgesprekken.
De commissie kent een voorzitter en twee leden. De commissie vervult geen politieke functie, reden waarom met een commissie van beperkte omvang moet kunnen worden volstaan. Artikel 81 van de Provinciewet bepaalt dat de commissaris en leden van gs geen lid van een bestuurscommissie kunnen zijn. Wel werkt de commissaris als voorzitter van de staten nauw samen met de griffier. Om die reden is in lid 3 ruimte gemaakt voor het toelaten van adviseurs. Uiteraard behoeft de toelating als adviseur niet beperkt te blijven tot de commissaris, te denken valt ook aan de toelating van vaste of incidentele adviseurs uit het gs-apparaat, die bij voorbeeld deskundig zijn op het gebied van personeelsbeleid of automatisering.
Uiteraard behoeft de commissie secretariële ondersteuning. De werkgeverscommissie bepaalt aan wie deze taak wordt toebedeeld.
Het ligt voor de hand dat een commissie, waarin over personele zaken en over personen wordt vergaderd, in beslotenheid bijeenkomt. Op de geheimhouding zijn de bepalingen van de Provinciewet inzake geheimhouding van toepassing. Een en ander betekent dat weliswaar in beslotenheid kan worden vergaderd, voor de leden van PS, niet zijnde leden van de commissie, dient op grond van artikel 80 van de Provinciewet een voorziening te worden getroffen, zodat zij zich van de gang van zaken in de commissie op de hoogte kunnen stellen.