Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Opsterland

Verordening overlegprocedure onderwijshuisvesting Opsterland 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOpsterland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening overlegprocedure onderwijshuisvesting Opsterland 2011
CiteertitelVerordening overlegprocedure onderwijshuisvesting Opsterland 2011
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerponderwijs
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Regeling vervangt de Verordening Overleg Lokaal Onderwijsbeleid, vastgesteld op 1 december 1997 en gewijzigd op 4 oktober 1999.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet op het primair onderwijs (WPO), art. 102
  2. Wet op de Expertise Centra (WEC), art. 100
  3. Wet op het voortgezet onderwijs (WVO), art. 76m
  4. Gemeentewet, art. 147.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-2011nieuwe regeling

06-06-2011

Woudklank, 30-06-2011

Geen

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening overlegprocedure onderwijshuisvesting Opsterland 2011

 

 

De raad van de gemeente Opsterland,

 

gelezen het advies van burgemeester en wethouders van de gemeente Opsterland van 12 april 2011;

 

gelet op het bepaalde in artikel 102, vijfde lid van de Wet op het primair onderwijs (WPO), artikel 100, vijfde lid van de Wet op de Expertise Centra (WEC) en artikel 76m, vijfde lid van de Wet op het voortgezet onderwijs (WVO);

 

overwegende dat ingevolge voornoemde onderwijswetten is voorgeschreven dat een procedure moet worden vastgesteld voor het voeren van op overeenstemming gericht overleg met de schoolbesturen voorafgaande aan de vaststelling of wijziging van de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs Opsterland,

 

besluit vast te stellen de:

 

Verordening overlegprocedure onderwijshuisvesting Opsterland 2011

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze procedure wordt verstaan onder:

  • a.

    advies: het advies van de Onderwijsraad als bedoeld in artikel 102, zesde lid WPO, artikel 100, zesde lid WEC en artikel 76m, zesde lid WVO;

  • b.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Opsterland;

  • c.

    overleg: het op overeenstemming gericht overleg als bedoeld in artikel 102, vijfde lid van de WPO, artikel 100, vijfde lid van de WEC en artikel 76m, vijfde lid van de WVO tussen burgemeester en wethouders en de schoolbesturen;

  • d.

    overlegprocedure: de overlegprocedure onderwijshuisvesting Opsterland 2011;

  • e.

    de raad: de raad van de gemeente Opsterland;

  • f.

    schoolbestuur: het bevoegd gezag als bedoeld in artikel 102, vijfde lid van de WPO, artikel 100, vijfde lid van de WEC en artikel 76m, vijfde lid van de WVO van een volgens de WPO, de WVO en de WEC bekostigde openbare of bijzondere school;

  • g.

    verordening: de vast te stellen of te wijzigen Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs Opsterland als bedoeld in artikel 76, eerste lid van de WPO, artikel 84, eerste lid van de WEC en artikel 76m, eerste lid van de WVO;

     

Artikel 2 Uitnodiging

  • 1.

    Voordat het college een voorstel aan de raad doet over de vaststelling of wijziging van de verordening, wordt de voorgenomen inhoud van dit voorstel met een toelichting daarop toegezonden aan alle schoolbesturen.

  • 2.

    In de uitnodiging voor het overleg worden de plaats, de datum en het tijdstip aangegeven. Tussen de datum van de toezending van het voorstel en de datum van het overleg liggen op zijn minst twee weken.

  • 3.

    Schoolbesturen die niet deelnemen aan het overleg kunnen voor de datum van dit overleg hun zienswijzen schriftelijk kenbaar maken aan het college. Het college stelt de deelnemers aan het overleg hiervan in kennis.

     

Artikel 3 Secretariaat

Het secretariaat van het overleg wordt vanwege het college gevoerd door de adviseur belast met de onderwijshuisvesting van de afdeling Ontwikkeling.

 

Artikel 4 Vertegenwoordiging

  • 1.

    Schoolbesturen kunnen zich ieder afzonderlijk dan wel gezamenlijk laten vertegenwoordigen in het overleg. De vertegenwoordiging blijkt uit de presentielijst.

  • 2.

    Schoolbesturen kunnen zich laten ondersteunen door een externe deskundige/adviseur.

  • 3.

    Het college wordt in het overleg vertegenwoordigd door de portefeuillehouder onderwijs. Deze fungeert als voorzitter van het overleg.

     

Artikel 5 Advies onderwijsraad

  • 1.

    Indien één of meer schoolbesturen in het overleg een advies van de Onderwijsraad wensen over het voorstel tot vaststelling of wijziging van de verordening in relatie tot de vrijheid van richting en vrijheid van inrichting, dan wordt dit tijdens het overleg door hen kenbaar gemaakt. Dit gebeurt aan de hand van een schriftelijk gemotiveerde omschrijving van de onderwerpen waarover het advies van de Onderwijsraad wordt verwacht. Hierbij wordt het verband aangegeven tussen deze onderwerpen en de vrijheid van richting en de vrijheid van inrichting.

  • 2.

    Alle schoolbesturen worden in het overleg in de gelegenheid gesteld hun zienswijzen naar voren te brengen over het verzoek om advies van de Onderwijsraad.

  • 3.

    Het college is belast met de indiening van een verzoek om advies bij de Onderwijsraad. Daarbij wordt de Onderwijsraad geïnformeerd over de in het tweede lid bedoelde zienswijzen voor zover deze afwijken van de inhoud van het verzoek.

  • 4.

    Een afschrift van het door de Onderwijsraad uitgebrachte advies wordt zo spoedig mogelijk door het college toegezonden aan alle schoolbesturen. Indien het geheel of gedeeltelijk opvolgen van het advies van de Onderwijsraad zou leiden tot één of meer inhoudelijke bijstellingen van het voorstel over de vaststelling of wijziging van de verordening zoals dat aan de orde is geweest in het overleg als bedoeld in het eerste en tweede lid, dan worden de schoolbesturen bij de toezending van het afschrift van het advies uitgenodigd voor een nader overleg. In alle andere gevallen beoordeelt het college of nader overleg over het advies van de Onderwijsraad noodzakelijk is. Het college geeft dit aan bij de toezending van het afschrift van het advies van de Onderwijsraad.

  • 5.

    Het overleg als bedoeld in het vorige lid vindt binnen twee weken plaats nadat de Onderwijsraad zijn advies heeft uitgebracht. Het college informeert de raad over dit overleg in de vorm van een aanvulling op het verslag als bedoeld in artikel 6.

     

Artikel 6 Verslaglegging; informeren raad

  • 1.

    Het college maakt van het overleg een verslag.

  • 2.

    Het verslag bevat in ieder geval:

    • a.

      een overzicht van de gevolgde procedure;

    • b.

      een weergave van de zienswijzen zoals deze tijdens het bestuurlijk overleg door de vertegenwoordigers van de bevoegde gezagsorganen en de vertegenwoordiger van burgemeester en wethouders naar voren zijn gebracht;

    • c.

      een overzicht van de onderwerpen waarover in het bestuurlijk overleg geen of geen volledige overeenstemming is bereikt, waarbij wordt aangegeven wat de inhoudelijke redenen daarvan zijn;

    • d.

      een overzicht van de door burgemeester en wethouders in het overleg toegezegde wijzigingen in het oorspronkelijk voorstel, naar aanleiding van de naar voren gebrachte zienswijzen als bedoeld onder b. Indien toepassing wordt gegeven aan het gestelde in artikel 5, eerste lid, dan wordt hiervan eveneens een weergave opgenomen in het verslag.

  • 3.

    Het college zendt het concept van het verslag binnen twee weken na het overleg ter commentaar toe aan de vertegenwoordigers van de bevoegde gezagsorganen die hebben deelgenomen aan het overleg. De schoolbesturen die niet hebben deelgenomen aan het bestuurlijk overleg ontvangen het concept van het verslag ter kennisneming. Binnen twee weken na de dag waarop het concept van het eindverslag is toegezonden, maken de schoolbesturen die hebben deelgenomen aan het overleg, schriftelijk hun opmerkingen over het concept van het verslag kenbaar. Vervolgens stelt het college, met inachtneming van de opmerkingen, het verslag definitief vast.

  • 4.

    Het college brengt het verslag gelijktijdig met het voorstel tot vaststelling of wijziging van de verordening ter kennis van de raad. Voor zover door het college is afgeweken van de in het overleg naar voren gebrachte zienswijzen, zoals weergegeven in het vastgestelde verslag, wordt hiervan in het voorstel aan de raad melding gemaakt. Daarbij worden de redenen voor het niet of niet geheel overnemen van deze zienswijzen vermeld.

     

Artikel 7 Heropening overleg

  • 1.

    Indien uit het advies van de Onderwijsraad over het voorgenomen voorstel aan de raad tot vaststelling of wijziging van de verordening met de daarbij behorende stukken als bedoeld in artikel 6, vierde lid, blijkt dat een deel van de raad dat volgens het college geacht kan worden een meerderheid in de raad te vertegenwoordigen, van oordeel is dat het voorstel op een of meer onderdelen inhoudelijk bijstelling behoeft, dan kan een heropening van het overleg plaatsvinden. Het college beslist daarover. Het overleg wordt in ieder geval heropend indien het oordeel als bedoeld in de eerste volzin betrekking heeft op inhoudelijke onderdelen van het voorstel waarover in het overleg overeenstemming was bereikt.

  • 2.

    Indien het college beslist het overleg te heropenen dan roepen zij de schoolbesturen zo spoedig mogelijk bijeen, doch uiterlijk voor het moment waarop de raad een besluit neemt over het voorstel tot vaststelling of wijziging van de verordening. In het overleg worden de schoolbesturen in de gelegenheid gesteld hun zienswijze te geven op het in het eerste lid genoemde oordeel. Het college informeert de raad over het resultaat van dit overleg in de vorm van een aanvulling op het verslag als bedoeld in artikel 6. De raad betrekt de in dit aanvullend verslag neergelegde zienswijzen bij zijn besluitvorming over de vaststelling of wijziging van de verordening.

     

Artikel 8 Beslissing college in gevallen waarin de overlegprocedure niet voorziet

In gevallen waarin de overlegprocedure niet voorziet, beslist het college gehoord de schoolbesturen in het overleg.

 

Artikel 9 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2011.

  • 2.

    Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening overlegprocedure onderwijshuisvesting Opsterland 2011.

  • 3.

    Gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze verordening wordt de Verordening Overleg Lokaal Onderwijsbeleid, vastgesteld op 1 december 1997 en gewijzigd op 4 oktober 1999, ingetrokken.

     

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Opsterland van 6 juni 2011.

De griffier, De voorzitter,

Ieke Zwart Francisca Ravestein