Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Veenendaal

Verordening op de heffing en invordering van brandweerrechten 2011 (Verordening brandweerrechten 2011)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVeenendaal
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van brandweerrechten 2011 (Verordening brandweerrechten 2011)
CiteertitelVerordening brandweerrechten 2011
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpbelastingen, retributies en heffingen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De Verordening op de heffing en invordering van brandweerrechten 2011 vervangt de Verordening op de heffing en invordering van brandweerrechten 2010.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 229, lid 1

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

03-12-2010nieuwe regeling

11-11-2010

Veenendaalse Krant, 2010-12-01

2010, 2010.00103-7

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van brandweerrechten 2011 (Verordening brandweerrechten 2011)

De raad van de gemeente Veenendaal;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 21 september 2010, nummer 2010.00103-7;

 

gelet op:

artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

 

besluit:

vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van brandweerrechten 2011 (Verordening brandweerrechten 2011).

Artikel 1 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam brandweerrechten worden geheven:

    • a.

      rechten voor het gebruik overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die bij de gemeentelijke brandweer in beheer of in onderhoud zijn;

    • b.

      rechten voor het genot van door de gemeentelijke brandweer verstrekte diensten.

  • 2.

    Geen rechten als bedoeld in het eerste lid worden geheven ter zake van:

    • a.

      het voorkomen, beperken en bestrijden van brand;

    • b.

      het beperken van brandgevaar;

    • c.

      het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand;

    • d.

      al hetgeen met de onderdelen a, b, en c verband houdt;

    • e.

      het beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en dieren bij ongevallen anders dan bij brand;

    • f.

      de bestrijding en beperking van rampen, als bedoeld in artikel 1 van de Rampenwet.

Artikel 2 Belastingplicht

Belastingplichtig is:

  • a.

    degene die gebruik maakt van de bezittingen, werken of inrichtingen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel a;

  • b.

    degene die een dienst aanvraagt dan wel degene te wiens behoeve een dienst is verleend, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b.

Artikel 3 Maatstaf van heffing en tarief

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 4 Belastingjaar

Voor zover in de bij deze verordening behorende tarieventabel tarieven zijn opgenomen die per jaar worden geheven, is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 5 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De rechten waarop artikel 4 van toepassing is, zijn verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt, zijn de rechten, in zoverre in afwijking van artikel 3, tweede lid, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 10,00.

  • 4.

    Belastingbedragen van minder dan € 10,00 worden niet geheven.

Artikel 6 Wijze van heffen

  • 1.

    De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende nota waarop het gevorderde bedrag wordt vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

  • 2.

    Indien zich ten aanzien van eenzelfde belastingplichtige meerdere belastbare feiten voordoen, kunnen de rechten ter zake daarvan worden geheven bij wege van één gedagtekende nota.

Artikel 7 Termijn van betaling

De rechten moeten in één termijn worden voldaan binnen veertien dagen na de dagtekening van de toe te zenden nota.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van brandweerrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van brandweerrechten.

Artikel 10 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel

  • 1

    De Verordening brandweerrechten 2010 van 5 november 2009 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als de 'Verordening brandweerrechten 2011'.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 11 november 2010,

raadsgriffier - de heer drs. P.W. Bannink

voorzitter - de heer mr. T. Elzenga

Bijlage Tarieventabel

Alle in deze verordening opgenomen tarieven zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.

Het tarief bedraagt:

A1.

Voor het verrichten van bewakingsdiensten per persoon per uur

31,35

A2.

Voor het uitoefenen van toezicht en het geven van leiding per persoon per uur

45,50

A3.

Voor het verrichten van overige diensten per uur

36,05

 

 

 

 

 

Voor een half uur of korter bedraagt het recht de helft van de bovenvermelde tariefbedragen. Een gedeelte van een uur, langer dan een halfuur, wordt voor een geheel uur gerekend.

 

 

 

 

 

 

B.

Voor het beschikbaar stellen van brandblusapparaten gedurende een etmaal of een gedeelte daarvan per apparaat te verhogen met de kosten als bedoeld onder sub c van het vullen na gebruik

11,50

 

 

 

 

C1.

Voor het vullen van persluchtcilinders per stuk

11,80

C2.

Voor het reinigen, ontsmetten, beproeven en wederom gebruiksklaar maken van een gelaatstuk, per stuk

6,05

C3.

Voor het reinigen, beproeven en afregelen van een persluchttoestel, per stuk

18,10

C4.

Voor het controleren en beproeven van een gaspak, per stuk

27,15

 

 

 

 

D1.

Voor het beschikbaar stellen van brandweerslangen gedurende een etmaal of een gedeelte daarvan, per slang per 20 m', inclusief 2 storzkoppeling

18,85

D2.

Voor het persen en drogen van brandslangen, per slang van 20 m'

11,50

D3.

Voor het repareren van brandslangen, per pleister

7,10

D4.

Voor het repareren van brandslagen, per uur (excl. materiaalkosten)

36,05

D5.

Voor het inbendelen van brandslangen, per uur (excl. materiaalkosten)

36,05

 

 

 

 

E.

Voor het beschikbaar stellen van een kelderpomp, per uur

14,65

 

 

 

 

F.

Voor het verrichten van diensten met:

 

 

F1.

een autoladder of een hoogwerker, per uur

436,00

F2.

een tank-autospuit, per uur

229,35

F3.

een hulpverleningsvoertuig, per uur

229,35

F4.

overige niet met name genoemde motorvoertuigen, per uur

37,65

 

 

 

 

 

De onder sub F1 tot en met F4 bedoelde rechten worden verhoogd met die, als bedoeld onder A3 van dit artikel. Voor een half uur of korter bedraagt het recht de helft van de bovenvermelde tariefbedragen. Een gedeelte van een uur, langer dan een half uur, wordt voor een geheel uur gerekend. Bij de berekening van de rechten wordt, ter vaststelling van de tijdsduur van de verleende diensten, in aanmerking genomen het tijdstip van vertrek uit de brandweerkazerne tot dat van terugkeer in die kazerne. Ten aanzien van het verrichten van diensten met de onder sub F1 tot en met F4 vermelde voertuigen beslist de commandant van de brandweer of bij afwezigheid diens plaatsvervanger of deze voertuigen in verband met eventuele hulpverlening elders al dan niet beschikbaar kunnen worden gesteld.

 

 

 

 

 

 

G.

Voor een aansluiting op het openbare brand meldsysteem van de brandweer per controle

148,45

 

 

 

 

H.

Voor het opheffen van liftstoringen, per dienstverlening

167,30

 

 

 

 

I.

Voor het verschaffen van toegang tot een perceel, per dienstverlening

154,75

 

 

 

 

J.

Assistentieverlening voor de ambulancedienst met gebruikmaking van de hoogwerker:

a.binnen Veenendaal

b.buiten Veenendaal

€ €

553,15 830,20

 

 

 

 

K.

Voor het wegdek reinigen per uur, excl. materiaal

513,40

Behorende bij de verordening brandweerrechten 2011, vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 11 november 2010,

 

raadsgriffier - de heer drs. P.W. Bannink

voorzitter - de heer mr. T. Elzenga