Overheidsorganisatie | Gemeente Rijnwoude |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van marktgelden 2011 |
Citeertitel | “Marktgeldenverordening 2011 Rijnwoude” |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Marktgelden, standplaats |
Geen
Gemeentewet, art. 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2011 | 01-01-2012 | Nieuwe Regeling | 09-12-2010 15-12-2010, Rijnwoude Koerier | 2010/XV/K |
Agendapunt : 2010/XV/K
De raad van de gemeente Rijnwoude
b e s l u i t :
vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van marktgelden 2011
(“Marktgeldenverordening 2011 Rijnwoude”).
Onder de naam “marktgeld” wordt een recht geheven voor het gebruik van een standplaats op de markt, zoals bedoeld in de “Marktenverordening gemeente Rijnwoude”, daaronder begrepen de diensten die met de standplaats verband houden.
Het marktgeld wordt geheven van de aanvrager van het gebruik van de standplaats.
Het recht als bedoeld in artikel 1:
Voor een standplaats, als bedoeld in de in artikel 1 genoemde verordening:
voor één kraam of één standplaats voor één standwerker voor één dag: € 7,75;
voor een verkoopwagen met een lengte tot en met 4 meter voor één dag: € 7,75;
voor een verkoopwagen langer dan 4 meter voor één dag: € 16, -.
Voor een vaste plaats, als bedoeld in de in artikel 1 genoemde verordening:
voor een kraam per kalenderkwartaal: € 92,50;
voor een verkoopwagen met een lengte tot en met 4 meter per kalenderkwartaal: € 92,50;
voor een verkoopwagen langer dan 4 meter per kalenderkwartaal: € 184,50.
Voor de toepassing hiervan wordt een gedeelte van een dag en een gedeelte van een kalenderkwartaal gerekend voor respectievelijk een dag en een kalenderkwartaal.
1. Het marktgeld voor losse plaatsen en standplaatsen voor standwerkers wordt geheven door middel van een gedagtekende nota of andere schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde
bedrag is vermeld.
2. Het marktgeld voor vaste plaatsen wordt per kalenderkwartaal geheven door middel van
een aanslag.
Met betrekking tot marktgelden die per kalenderkwartaal worden geheven, is het belastingtijdvak gelijk aan het kalenderkwartaal.
1. Het in artikel 4, lid 1 bedoelde marktgeld wordt verschuldigd en moet worden betaald op het tijdstip van het innemen van de standplaats.
2. Het in artikel 4, lid 2 bedoelde aanslagen zijn invorderbaar in één termijn, welke vervalt op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.
1. Het recht als bedoeld in artikel 3, tweede lid, is verschuldigd aan het begin van ieder kalenderkwartaal, of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is het recht verschuldigd voor zoveel derde gedeelte als er in dat belastingvak, na aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden in het belastingtijdvak overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat er aanspraak op ontheffing voor zoveel derde gedeelten van het belastingtijdvak verschuldigde recht als er in dat belastingtijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden in het belastingtijdvak overblijven.
Bij de invordering van het recht wordt geen kwijtschelding verleend.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de marktgelden.
1. De “Marktgeldenverordening 2010 Rijnwoude” van 10 december 2009 wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2011, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag, volgende op de dag van de bekendmaking ervan.
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011.
4. Deze verordening wordt aangehaald als “Marktgeldenverordening 2011 Rijnwoude”.
Bij dit besluit heeft de raad zich gebaseerd op:
- Het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 26 oktober 2010;
- Behandeling in de commissie BMO d.d. 25 november 2010;
- Artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Gemeentewet.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van de raad van de gemeente Rijnwoude
d.d. 9 december 2010,
de griffier, de voorzitter