Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Stadsgewest Haaglanden

Verlof (buitengewoon)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieStadsgewest Haaglanden
Officiële naam regelingVerlof (buitengewoon)
CiteertitelRegeling buitengewoon verlof
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Ambtenarenwet, artikel 125

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

18-10-2012Onbekend

13-06-2012

De Posthoorn d.d. 17-10-2012 e.a.

Tekst van de regeling

Verlof (buitengewoon)

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a

    medewerker: de ambtenaar bedoeld in artikel 1:1, eerste lid 1, onder a en artikel 2:5 van de CAR;

  • b

    WAZ: Wet arbeid en zorg;

  • c

    bloed- en aanverwanten in de rechte lijn: echtgenoot of geregistreerd partner, ouders, pleegouders, schoonouders, kinderen, pleegkinderen, stief en aangehuwde kinderen;

  • d

    bloed- en aanverwanten in de tweede graad van de zijlijn: grootouders, broers, zusters en echtgenoot of geregistreerd partner van broers of zusters;

  • e

    calamiteit: noodsituaties zoals brand, inbraak, gesprongen waterleiding, plotselinge ziekte kind;

  • f

    wettelijke plicht: zoals aangifte doen van geboorte of overlijden dan wel een oproep voor het getuigen tijdens een hoorzitting of enquête.

Artikel 2 Buitengewoon verlof

In aanvulling op het gestelde in artikel 6:4, eerste lid van de CAR-UWO wordt de verlofduur van de medewerker als volgt:

  • a

    Bij een bevalling: minimaal de dag van bevalling en 2 dagen kraamverlof;

  • b

    Bij het overlijden van de in artikel 1, derde lid van deze regeling bedoelde bloed- of aanverwant ontvangt de medewerker verlof op de voor hem geldende werkdagen in het tijdvlak van 4 dagen na de dag van overlijden. Met andere woorden overlijden op donderdag betekent verlof op vrijdag (dag 1 na overlijden) en maandag (dag 4 na overlijden).

  • c

    Bij het overlijden van de in artikel 1, vierde lid deze regeling bedoelde bloed- of aanverwant ontvangt de medewerker verlof op de voor hem geldende werkdagen in het tijdvlak van 2 dagen na de dag van overlijden

  • d

    Bij een calamiteit krijgt de medewerker verlof indien deze plaats vindt op een voor de medewerker geldende werkdag

  • e

    Bij een huwelijk of geregistreerd partnerschap: de dag van voltrekking.

Artikel 3 Kortdurend zorgverlof

In aanvulling op het gestelde in artikel 6:4:3 van de CAR-UWO en artikel 5:1, tweede lid van de WAZ geldt het onderstaande:

  • 1

    Voor de eerste 4 opgesomde personen geldt dat het verplicht is samen te wonen met persoon waarvoor zorgverlof nodig is, voor het laatste punt is samenwonen niet nodig.

  • 2

    Bij het laatst genoemde categorie gaat het enkel om het zorgverlof voor een zieke ouder aangezien gesproken wordt over een bloedverwant en geen aanverwant.

Artikel 4 Langdurend zorgverlof

In aanvulling op het gestelde in artikel 6:4:1a van de CAR-UWO en artikel 5:9 van de WAZ geldt het onderstaande:

  • 1

    Langdurend zorg verlof wordt verleend indien het kortdurend zorgverlof niet toereikend is.

  • 2

    Het bedoelde verlof is onbezoldigd. De medewerker kan ter financiering hiervan de levensloopverzekering of een bovenwettelijk verlofsaldo aanwenden.

Artikel 5 Verlof voor maatschappelijke activiteiten

Op basis van het gestelde in de circulaire van het ministerie van Binnenlandse Zaken d.d.10 maart 1982, nummer AB82/U18 kan de medewerker buitengewoon verlof worden verleend onder de volgende voorwaarden:

  • -

    medewerker begeleidt activiteit als hoofdleider of assistent van de hoofdleider;

  • -

    op basis van vrijwilligheid;

  • -

    per 15 deelnemers van de activiteit 1vrijwillige medewerker vereist is;

  • -

    de aanwezigheid van de medewerker dringend gewenst is voor het welslagen van de activiteit en er geen andere persoon beschikbaar is;

  • -

    verlof wordt verleend voor ten hoogste 5 werkdagen met dien verstande dat er per kalenderjaar in het totaal niet meer dan 10 werkdagen kunnen worden toegekend;

  • -

    onder maatschappelijke activiteiten worden bijvoorbeeld verstaan kampen voor jeugd, jongeren, gehandicapten en ouderen waarbij zorg van vrijwilligers vereist is.

Artikel 6 Educatie of studieverlof

Medewerker kan een verlofperiode van 2 tot 6 maanden aanvragen voor educatie of studie.

Het bedoelde verlof is onbezoldigd. De medewerker kan ter financiering hiervan de Levensloopverzekering of een spaarloonverzekering aanwenden.

Artikel 7 Sabbatical

De medewerker kan voor andere redenen dan zorg, educatie of studie een sabbatical aanvragen.

Het verlof is onbezoldigd. Indien de medewerker geen levensloopverzekering heeft afgesloten kan een individuele afspraak worden overwogen.

Artikel 8 Onvoorziene omstandigheden

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet kan het dagelijks bestuur een bijzondere voorziening treffen.

Artikel 9 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling buitengewoon verlof”.

Ondertekening